Mijn broertje en ik verschillen op heel veel vlakken van mekaar, maar wat lekker eten en drinken betreft, weten we elkaar moeiteloos te vinden. Mijn vriend en ik moesten dan ook niet lang nadenken toen mijn broertje en zijn vriendin voorstelden om samen te dineren in sterrestaurant Cuchara. Bij zo’n culinaire belevenis horen natuurlijk aangepaste wijnen en omdat we geen van allen de waterdrinkende pineut wilden zijn, was een reservatie bij B&B De Watering snel gemaakt. Uitstekende en bijzonder gastvrije B&B trouwens. Ideaal voor wie de mooie streek rond Lommel wil verkennen.
Na een (alcoholvrij) welkomstdrankje en een heerlijk ontspannende douche, tutten we ons op voor een feestelijk avondje uit. Een heel vriendelijke Lommelse taxichauffeur bracht ons van de B&B naar het restaurant. Alwaar een opeenvolging van heerlijkheden voor onze neus op tafel getoverd werden. Al moet ik zeggen dat ik toch niet helemaal overtuigd was van het concept van de bestekmap. Wat mij betreft mag de chef zelf beslissen of zijn gerecht met een mes/vork/lepel gegeten mag worden. Nu lag het ding me al te vaak in de weg.
Dit aten wij:
Wakamé – Matcha – Rode Biet
Appel
Gedroogde Coquille – Tomaat
Manchego
Maïs – Ponzu
Mimolette – Zuurdesem
Kreeft – mierikswortel
Sojaboon – Erwt – Foie Gras
Hamachi – Komkommer – Bulgur
Hoeve-ei – Kombu
Pluma – Ui
Pompelmoes – Braambes
Chocolade – Shiso
Zoetigheden
Dat de jonge chef-kok zich voor zijn creaties duidelijk door de Japanse keuken heeft laten inspireren, wist mij bijzonder te bekoren. Heel fijn om in veel gerechten de invloed van één van mijn lievelingskeukens op te merken. De chef bracht trouwens zelfs verschillende gerechten aan tafel wat ons de gelegenheid gaf hem hiermee te complimenteren. Het volledig zwarte interieur met als enige accent een prachtig goudkleuring kunstwerk vond ik iets te donker, maar door de spaarzame verlichting bleef het effect dat de vlotjes bijgevulde wijnglazen hadden, wat beter verborgen. 😉
Dankzij de bijzonder sympathieke taxichauffeur geraakten we gelukkig heelhuids terug in onze B&B. Al moet ik toegeven dat de gesprekken in de taxi zelf me niet bepaald meer helder voor de geest staan. 😉
Gisteren vond onze jaarlijkse sportieve teambuildingactiviteit plaats. Vorig jaar eindige deze dag helemaal natgeregend en verkleumd. Dit jaar troffen wij echter een uitzonderlijk mooie, zonnig zomerdag in wat ongetwijfeld de geschiedenis zal ingaan als de warmste septembermaand aller tijden (totdat dit record over een paar jaar opnieuw verbroken wordt als gevolg van global warming). Uitgedost in mijn meest fleurrijke zomerkleedje met daaronder mijn wandelsandelen, wandelde ik met acht andere collega’s 14 kilometer doorheen Brussel. Een wandeling die ons van het Atomium, langs Thurn&Taxis, via de Vismarkt naar Brussel Centraal bracht. De wandeling op zich vond ik niet bijster spectaculair, maar daar draait het in deze niet om. Het gaat immers om het gezellig samenzijn met collega’s. Zo’n wandeling leent zich immers goed tot gesprekken die de werksfeer overstijgen. Heel aangenaam om je collega’s eens op een andere manier te leren kennen.
Uiteraard levert een zonovergoten editie geen echt heroïsche verhalen op, maar deze editie zal herinnerd worden als die met het Beste Weer Ooit en de editie dat alles zo vlot ging dat we veel eerder dan verwacht uitgewandeld. Ok, toegegeven de beslissing om het traditionele middagmaal te vervangen door een picknick zal daar ook wel voor iets tussen zitten (één van de vorige edities brachten we méér dan een uur al wachtend op ons eten door). We hadden dus meer dan voldoende tijd om naar het einde van de wandeling toe een ijsjespauze in te lassen bij ijssalon Gaston op de Vismarkt. De ideale afsluiter van een perfecte dag!
Heerlijk toch, die zomerse temperaturen? Zalig om ‘s ochtends met een open kleedje en open schoenen naar het werk te kunnen gaan en dat vakantiegevoel nog even te rekken. Het lijkt wel alsof de zomer haar slechte begin dubbel en dik wil goed maken. Mij hoor je alvast niet klagen…
Ideaal weer ook voor lunch dates. Mijn voormalige squashpartner, die ik na zijn verhuis naar Mechelen helaas niet zo vaak meer ziet, heeft momenteel een tijdelijke opdracht in Brussel. Dus maakten we van de gelegenheid gebruik om bij te praten en kaiten sushi te eten. Het doet me deugd te zien hoe hij zijn draai gevonden heeft. Na gezondheidsproblemen en een mislukt huwelijk is hij nu een trotse papa van een flinke zoon van acht maanden oud. Nooit gedacht dat ik samen met hem aan tafel naar filmpjes van zijn kind zou kijken. Ben oprecht blij voor hem, zelfs al kon hij maar een paar stukjes sushi eten omdat hij wellicht een virus van zijn zoontje had over gekregen. 😉
Niet ver van Bitburg ligt de prachtige Romeinse Villa Otrang. Het was tripadvisor die ons deze bestemming suggereerde en de villa bleek een echte parel te zijn. Ik was zwaar onder de indruk van de verfijnde mozaïeken die vermoedelijk uit de eerste of tweede eeuw na Christus dateren. Schitterend! Als jullie in de buurt zijn, deze villa is een bezoek meer dan waard. Ik laat jullie mee genieten:
Sinds 1 september stelt mijn team een jobstudente te werk. Een piepjong meisje dat net haar middelbare school heeft afgerond en in afwachting van haar start in het hoger onderwijs nog wat centjes komt bijverdienen door documenten over te zetten van Documentum naar Sharepoint. Wij zijn superblij met haar inzet en werklust, maar de boog kan niet altijd gespannen staan, dus nodigde ik haar uit om deel te namen aan de jaarlijkse teamactiviteit nu donderdag. We zouden met een groepje van een tiental collega’s een wandeling van zo’n 14 km door Brussel maken.
Ik gaf duidelijk aan dat het haar vrij stond om deel te nemen. Ze kon die gewoon gaan werken ofwel aansluiten bij ons wandelgroepje. Dat ze misschien niet meteen dolenthousiast zou zijn om samen met in haar ogen ongetwijfeld een bende oudjes te gaan wandelen, kon ik ergens wel begrijpen, maar hey, als ik op die leeftijd de keuze gehad zou hebben om een dagje betaald te gaan wandelen met wat oude zakken dan wel een dagje saai repetitief werk te doen, zou ik daar beslist niet lang over hoeven nadenken hebben. Groot was dus mijn verbazing toen ze mij zei dat ze liever op het werk wou blijven, ‘omdat ze niet zo graag wandelde’. Ik wist heel even niet wat zeggen en had voor het eerst in mijn leven het gevoel dat ik door een diepe generatiekloof verzwolgen werd.
Tweede voorval dat mij evenzeer met de mond vol tanden liet staan: op mijn uitnodiging om een teamoverleg bij te wonen, in de veronderstelling dat dit wel interessant zou zijn voor haar, bedankte ze vriendelijk met de woorden: “Mijn mama zegt dat dat saai is.” Wat zegt een mens op zoveel ontroerende oprechtheid? (En dan had ik nochtans speciaal koekjes voorzien!)
Is dit exemplarisch voor de jeugd van tegenwoordig of ben ik gewoon op een uitzonderlijk specimen gestoten?
Toen we maanden geleden dit weekendje vastlegden, konden we niet vermoeden dat de staart van de zomer nog zulk schitterend weer in petto zou hebben. We hadden het niet beter kunnen treffen!
Dus gooide ik vrijdagavond wat zomerkleedjes in mijn valies en vertrokken mijn vriend en ik na het werk richting onze vrienden in Konz. Na een stevige rit van twee uur en drie kwartier kwamen we aan bij het huis van onze vrienden. Het was ondertussen al donker, dus veel zagen we niet van de prachtige omgeving. We werden vriendelijk onthaald, dropten onze spullen in de logeerkamer en nestelden ons in de sofa om wat bij te praten. We maakten het niet al te laat, want op het einde van de werkweek zijn de energieniveaus meestal wat gezakt.
De zaterdag begonnen we met een gezamenlijk ontbijt waarna we in de gloednieuwe Porsche Macan leasewagen van onze vriend naar Trier reden. Trots dat hij was op het feit dat hij met een Porsche reed, niet te doen. Mijn vriend en ik knikten braafjes terwijl hij de loftrompet van zijn nieuwe auto stak. Want om heel eerlijk te zijn, interesseren auto’s ons niet zo erg. Auto’s zijn een noodzakelijk kwaad om van A naar B te komen. We vinden het geen van beiden plezierig om met een wagen te rijden en zitten vol verwachting uit te kijken naar de zelfrijdende wagen, zodat we ons kunnen laten rijden. Al zouden we nog blijer zijn, mocht teleportatie realiteit worden.
Heel Trier stond in het teken van Trier Spielt, het grootste speelfestijn van de regio. Ideaal om de bijna-driejarige in ons gezelschap te entertainen. We slenterden door de zonovergoten straten vol ballonnen en genoten van de kleurrijke huizen van Trier. Omdat we zo vroeg waren, was het nog niet al te druk. De verschillende speeltuigen en attracties waren ook mooi over de ganse stap verspreid, zodat het nergens superdruk werd. Terwijl de jongste van ons gezelschap zich uitleefde op het springkasteel, dronken wij een glaasje moezelwijn op een terras. Zalig.
Na een broodjeslunch in buitenlucht keerden we terug naar Konz voor het middagdutje van onze moe gesprongen bijna-driejarige. Spijtig genoeg houdt onze vriend niet zo van de zon en de warmte, dus gaf hij er de voorkeur aan binnen te zitten met de rolluiken naar beneden. De gastheer heeft natuurlijk altijd gelijk, maar mijn zonminnende hart bloedde een beetje. We praatten over de meest diverse onderwerpen en de namiddag ging vlotjes over in de avond. Tot mijn grote vreugde verplaatsten we ons van zodra de bijna-driejarige wakker was naar de prachtige tuin om aldaar van een ijsje en watermeloen te genieten. In de zon! Hoera!
We speelden met de cadeautjes die we voor de bijna-driejarige meegebracht hadden: een memoryspel, een reuzenpuzzel en een stickerboek. De puzzel en het memoryspel waren nog een beetje te moeilijk voor haar, maar de volwassenen (aka mezelf) vonden het geweldig. Nu, kinderen moet je genoeg uitdagingen presenteren, vind ik. Ik ben er zeker van dat als we volgend jaar terugkomen naar Konz ze mij volledig in de pan zal hakken met memory.
Terwijl de zon onder ging, genoten wij op het tuinterras van de overheerlijke kookkunsten van onze gastvrouw. Het is de allereerste keer dat iemand mij zelfgekookte biryani presenteert. Het was voortreffelijk!
Eens de zon onder werd het frisser en namen we de restjes wijn mee naar binnen om ons gesprek daar verder te zetten.
Zondag sliepen we een beetje uit en vertrokken we rond half tien met de Porsche (of wat hadden jullie gedacht?) naar Bitburger Wirtshaus in Trier om daar te brunchen. Voor 9,5 euro kregen wij een bijzonder rijkelijk gevuld buffet gepresenteerd. We lieten ons al dat lekkers smaken: gerookte zalm, kazen, charcuterie, worstjes, spek, eieren, brood, yoghurt, fruit, pudding,… Rond een uur of elf brachten ze zelfs enkele warme schotels die als middagmaal konden dienen. Wat een luxe! Zoiets missen wij nog in Leuven!
Na de brunch reden we terug naar Konz en namen we afscheid van onze vrienden die duidelijk vermoeid waren van ons bezoekje. Op de terugweg naar Leuven maakten we nog een kleine tussenstop bij Villa Otrang waarover meer in een andere blogpost.
Onze aller-, allerlaatste momenten in Corsica, helaas nog steeds niet verlost van die verschrikkelijk jeukende uitslag. Bij het ontbijt blikten mijn vriend en ik terug op drie fantastische weken in Corsica. Het land heeft op elk vlak mijn verwachtingen overtroffen: schitterende natuur, zalig zomerse temperaturen, heerlijk eten, vriendelijke mensen (helemaal niet de ervaring gehad dat Corsicanen stugge eilandbewoners zijn), lekkere wijn, prachtige stranden, bergen, zee, prehistorische sites, duizenden kerken,… Really, what’s not to like? Alleen onze wild life count viel wat tegen, deze vakantie. In volgorde van frequentie zagen wij: mieren, vissen, hagedissen, sprinkhanen, vogels, varkens, koeien, geiten, vossen, één slang en één murene. Van de mytische moeflon helaas geen spoor.
Vanaf onze tafel aan het ontbijt zien we het reusachtige yacht Titania vertrekken. Het allergrootste yacht dat we in de haven van Bonifacio bewonderd hebben. Het schip wordt begeleid door een hele zwerm rubberbootjes, want het is alles behalve evident om zo’n gevaarte uit de smalle haven te krijgen. Een fascinerend schouwspel.
De dag voordien hadden we geïnformeerd of het mogelijk was om een late checkout te doen, kwestie dat we ons nog wat konden opfrissen voordat we het vliegtuig op stapten. Helaas bood het hotel die optie niet. We steken dus maar we reservekleren klaar om ons vlak voor ons vertrek naar de luchthaven te kunnen omkleden op het toilet.
Voor ons laatste uitstapje willen we graag de beroemde Escalier du Roi d’Aragon beklimmen. Volgens de legende werden de 187 treden van deze steile trap in één nacht in de rotsen uitgehouwen tijdens de Aragonese belegering in 1420. Dat lijkt mij een fabeltje te zijn, wat niet wegnam dat ik die 187 treden graag zelf wilde tellen.
Om deze laatste dag niet té veel zweet te vergieten, kochten we een kaartje voor Le Petit Train de Nono. Dit treintje bracht ons in een dik kwartier naar de haute ville van Bonifacio. Het was druk op de Escalier, maar we slaagden er toch in een paar foto’s te maken waar niet al te veel toeristen op stonden. De afdaling van de trap was een fluitje van een cent en ook de weg terug naar boven viel heel goed mee. En jawel, het waren effectief 187 treden. Het uitzicht mocht er trouwens ook wel zijn. Een mooie afsluiter van ons verblijf in Bonifacio.
We namen het toeristentreintje terug naar beneden en begonnen aan het vervelendste karwei van gans de vakantie: onze huurwagen schoon krijgen. De car wash slaagde er min of meer in de buitenkant schoon te krijgen, maar de stofzuiger was niet krachtig genoeg om al het vuil binnen weg te zuigen. We probeerden zelf met wat doekjes de plakkerige zonnecrèmesporen aan de binnenkant van de deuren af te vegen, maar om de auto echt schoon te krijgen, hadden we niet het juiste gerief. We hoopten maar dat de verhuurder de minuscule krassen in het lakwerk niet zou opmerken bij het inleveren.
Tijd voor het middagmaal. Ik at voor de allerlaatste keer mosselen Cap Corse. Denk dat ik mijn record mosselen eten deze vakantie een pak scherper gesteld heb. Omdat we ons wilden voorbereiden op eventuele discussies bij de autoverhuurder, vertrokken we goed op tijd naar de luchthaven. En laatste rit door het wondermooie Corsicaanse landschap. Het afscheid viel me zwaar.
Tot onze grote verbazing werd onze huurwagen zonder problemen in ontvangst genomen door Avis. Een opluchting, want we hadden ons al mentaal voorbereid op een boete voor de krassen op de deuren en het niet volledig proper inleveren (was nochtans als een verplichting in het contract opgenomen). En zo kwam het dat we al om 15u op de luchthaven waren, terwijl onze vlucht pas om 17.45u vertrok. En Bonifacio is niet bepaald een luchthaven waar je drie uur wil rondhangen.
Kwam daar nog eens bij dat het er ontzettend druk was, omdat veel vluchten naar het Franse vasteland vertraagd waren. Het was dan ook een waar gevecht om een stoel en een tafeltje te veroveren bij het enige café dat de luchthaven rijk was. Terwijl mijn vriend ons tafeltje bewaakte, kocht ik een paar pakken canistrelli om mijn collega’s te trakteren. Onze vroege aankomst in de luchthaven had één positief gevolg: ik had eindelijk wat tijd om te lezen in het boek Paper Towns dat ik anders een hele vakantie voor niks zou meegesleurd hebben.
Door de vele vertragingen konden we pas om 16.30u onze valiezen inchecken. Maar het positieve nieuws was dat onze vlucht ondanks de grote drukte stipt om 17.45u vertrok. Op de vlucht las ik Paper Towns uit en begon ik aan mijn reisverslagen. Aan alle mooie liedjes komt een einde…
Onze laatste dag begon met een mini-regenbuitje. (Alhoewel je amper van een bui kan spreken wanneer er slechts een twintigtal druppels uit de lucht vallen.) Ik maakte nog een laatste timelapse van de bedrijvigheid in de haven en realiseerde me dat ik eens thuis weer flink wat werk zou hebben om al dat fotomateriaal te verwerken.
Helaas stond ik op met verschrikkelijk jeukende uitslag op de achterkant van mijn bovenbenen. Mijn eerste gedacht was: zonneallergie, maar dat zou dan de allereerste keer in mijn leven zijn en dan nog wel op een plek die niet eens zo veel aan de zon blootgesteld was geweest. Ik peinsde me suf, maar de enige verklaring die enigzins plausibel leek, was een allergische reactie op het rubber van het bootje waar we de dag voordien mee rondgevaren hadden. Ik had immers een hele tijd op de zijkant van die boot gezeten. Vervelend, die uitslag, want we hadden plannen om deze laatste volledig dag in Corsica te gaan paardrijden. We vroegen na het bijzonder middelmatige ontbijt aan de vriendelijke dame van het onthaal of ze alsnog een paardrijtocht voor ons kon reserveren, maar ze geraakte niet binnen bij de manège die de paarden verhuurde. Aangezien de jeuk ondertussen alleen maar erger werd, zagen we maar volledig af van het verhaal. Wellicht was het geen goed idee om twee uur met mijn zitvlak over een zadel te schuren.
In plaats daarvan reden we met de wagen naar het Casteddu van Tappa. Onderweg naar onze bestemming begon het opnieuw te regenen. Tijdens deze vakantie zijn in totaal toch al zeker zo’n honderd regendruppels uit de lucht gevallen zijn. 😉 Waarmee we nu echt wel dik over het gemiddeld aantal regendagen zaten. Gelukkig was ook dit regenbuitje weer in een paar tellen voorbij.
Het Casteddu van Tappa lag in the middle of nowhere en het was weer niet zo evident de site zelf te vinden. Archeologisch onderzoek wees uit dat Tappa al in het tweede millennium voor Christus werd bewoond door de Torréens. De site maakte moeilijke tijden door toen ze werd gebruikt als steengroeve, maar werd gelukkig gered door een particulier. Het feit dat de site privè-bezit is, is wellicht de reden waarom deze site zo slecht ontsloten is. Nergens was er enige uitleg te vinden en het enige plan op de hele site maakte ons niet meteen veel wijzer. De mooie ronde ‘Torréens’ toren en de vele vestingsmuren die nog bewaard bleven, maken dat deze site echter de moeite van een bezoek waard is.
Voor het middagmaal reden we naar Porto Vecchio. We parkeerden onze wagen op zeeniveau en begonnen aan de steile klim naar het oude stadscentrum dat in het begin van de 16de eeuw gesticht werd door de Genuezen. De klim was stevig, maar bood ons wel een mooi uitzicht op de zoutwinningen. We lunchten op het overdekte terras van restaurant A Furana en genoten van het mooie uitzicht. Wat een contrast met het diner van de dag voordien bij Kissing Pigs! Het menu was ditmaal om duimen en vingers af te likken. Heerlijke calamars als voorgerecht, een perfect gebakken eendenborst met citrusvruchten en risotto als hoofdgerecht en een frisse fruitsalade als de ideale afsluiter.
Na de maaltijd maakten we een kleine wandeling in het oude centrum van Porto-Vecchio. Het was verschroeiend heet en we waren dan ook bijzonder aangenaam verrast toen bleek dat de kerk van Porto-Vecchio met airco was uitgerust. Een mens zou voor minder de goden danken. 😉
Porto-Vecchio zelf wist ons echter maar matig te bekoren en we reden verder richting het Massif de l’Ospédale. Onderweg stopten we bij een uitkijkpunt dat ons een fabuleus uitzicht op de kustlijn van Corsica bood. Alleen jammer dat het bewolkt was waardoor het landschap op foto niet geheel tot zijn recht kwam.
We reden verder naar de Cascade Piscia di Gallo waar we onze auto achter lieten op een enorme parking. De wandeling naar de waterval was duidelijk een toeristische hotspot. Volgens onze gids zouden we anderhalf uur nodig hebben voor de wandeling heen en terug. Uiteraard deden wij er dubbel zo lang over. De wandeling langs de vreemd gevormde rotsen en was zo mooi dat ik het niet kon laten om de haverklap een fotopauze in te lassen.
De wandeling was vrij gemakkelijk, alleen het laatste stuk was erg steil en gevaarlijk. We moesten een bijzonder steile, in de rotsen uitgehouwen trap afdalen en de ijzeren reling was hierbij beslist geen overbodig hulpmiddel. Het allerlaatste stuk naar de voet van de waterval was zelfs niet voorzien van hulpmiddelen. Een groot bord waarschuwde ons er dan ook voor dat verder gaan op eigen risico was. Op handen en voeten klauterden we naar beneden om de 46 meter hoge waterval in al zijn glorie te kunnen bewonderen. De schitterende waterval maakte deze halsbrekende klimpartij de moeite waard.
Door al dat klimwerk zaten mijn vriend en ik volledig onder het stof. Gelukkig was er een ijskoud riviertje waarin we onze voeten en handen konden afspoelen. Dat deed deugd na al dat gepuf en gezweet. Na deze deugddoende verfrissing wandelden we opgewekt terug richting de parking. Het was ondertussen al vrij laat in de namiddag en de schaduwen werden langzaam langer. Op de terugweg kwamen we een groepje oudere Italiaanse dames tegen die in hun beste gebarentaal aan ons probeerden te vragen hoe laat het was. Ze keken behoorlijk opgelucht toen ik hen in het Italiaans antwoordde. 😉 Al waren ze een beetje ongerust omdat de afstand tot aan de waterval toch nog langer was dan ze gedacht hadden.
De rest van de wandeling leverde ons nog enkele fotogenieke vergezichten op, waardoor we pas om 19u terug bij de wagen waren. Al een geluk dat ik me door de ober van L’An Fain had laten overtuigen om ons tafeltje pas om 22u te reserveren. Terwijl ik tijdens de rit naar huis wat foto’s van de wandeling op instagram zette, rolde er een nieuwflash binnen over een schietpartij in München. Ik zette direct de wifi af. Al genoeg slecht nieuws te verwerken gekregen deze vakantie. Ik wilde nog even genieten van de laatste momenten op dit fijne eiland.
Na een uitgebreide douche en een knuffelpartij stonden we stipt op 22u bij L’An Faim. We kregen een gezellig tafeltje toegewezen en onze ober deed zijn uiterste best om ons in het Engels te bedienen alhoewel wij hem duidelijk gemaakt hadden dat dit geenszins nodig was. Het eten was bijzonder lekker. Een waardige afsluiter van onze vakantie.
Ik at duo de tartar pagre et veau ‘Abbatucci’ en pavé de thon rouge, risotto de quinoa. Na al dat lekkers mocht een dessert met limoncello sorbet natuurlijk niet ontbreken.
Vanaf het terras hadden we inderdaad een goed uitzicht op het vuurwerk, maar het béste uitzicht van gans Bonifacio, neen, dat was toch lichtelijk overdreven. Wellicht had je een veel beter uitzicht op de citadel en het vuurwerk vanaf de overkant van het water, ongeveer in de buurt van ons hotel… Ik probeerde al die fantastische vuurwerkfoto’s die ik nu niet kon nemen uit mijn hoofd te zetten en gewoon te genieten van het moment.
Het was onze laatste avond, het eten was heerlijk en er werd vuurwerk boven onze hoofden afgeschoten. Wie ben ik om dan te durven klagen!
Het is altijd een plezier om af te spreken met onze (ondertussen opnieuw single) vriend uit Hasselt. Hij is superintelligent, heeft een heel boeiende kijk op de wereld en is voortdurend op zoek naar manieren om zichzelf te verbeteren. Hét gespreksonderwerp van de avond was de 10-daagse meditatie-retraite waaraan hij had deelgenomen. Tien dagen om vier uur ‘s nachts opstaan om een half uur later te beginnen met mediteren, een kamer delen met twee onbekenden en een spreekverbod krijgen voor tien dagen. Ik denk dat ik na één dag al gillend de benen genomen zou hebben…
Maar kijk, ondanks het feit dat hij niet onverdeeld enthousiast was over de ervaring (vooral met de nogal esoterische overtuigingen van de lesgevers had hij problemen), had hij er naar eigen zeggen toch interessante inzichten aan over gehouden over zichzelf en de controle die hij er leerde hebben over zijn lichaam.
Ik moet zeggen dat ik in eerste instantie enorm sceptisch reageerde, maar hoe langer we praatten, hoe meer ik begon in te zien dat mijn eerste reactie er één van vooroordelen was. We hadden alleszins een enorm boeiende discussie over de subjectiviteit van rechtvaardigheid en hoe mensen bepaalde aspecten in hun leven die ze zelf niet kunnen beïnvloeden, moeten leren aanvaarden. Toen we ‘s avonds na het diner gezamenlijk naar zijn wagen liepen, had ik het gevoel dat ons gesprek nog lang niet ten einde was.
Deze namiddag naar een super-origineel evenement geweest. Ideaal om inspiratie op te doen voor het evenement dat we zelf organiseren begin oktober. De namiddag stond in het teken van de geboorte van een nieuwe organisatie, een fusie van twee bestaande organisaties. Heel het gebeuren was opgevat als een babyborrel. Met de medewerkers die, net zoals familieleden, allemaal een andere taak toegewezen kregen, lekkere broodjes, een ijs- en een wafelkraampje, doopsuiker, kleurrijke vlaggetjes, een open bar,… Al zal het op een doorsnee babyborrel niet vaak gebeuren dat een tiental mensen met een oculus rift op hun hoofd een virtuele achtbaan afroetsjen. 😉