Gisterenavond spoorde ik naar Limburg om samen met mijn broer deel te nemen aan een Bunnahabhain whisky tasting bij Dranken Houben. Mijn broer en ik houden mooie herinnering over aan ons bezoek aan de Distillery van Bunnahabhain op Islay en de whisky die we daar toen proefden. (Die genummerde fles die we toen daar kochten, staat hier trouwens nog steeds in de kast, te wachten op het ideale moment om open te doen.) Dus ik had hard naar deze tasting uitgekeken.
De tasting stelde niet teleur. We kregen enkele zeer mooie whisky’s te proeven. Wat Bunnahabhain trouwens uniek maakt als distillery op Islay, is het feit dat hun whisky niet geturfd is. En ja, ik was de enige vrouw in een gezelschap van uitsluitend mannelijke whiskyliefhebbers.
We proefden:
Bunnahabhain 12 yrs
Bunnahabhain 12 yrs cask strength
Bunnahabhain Toiteach a dha
Bunnahabhain 18 yrs
Feis ile 2024 14 yrs ruby port
Bunnahabhain Feis ile 2024 23 yrs triple sherry
Old Ballantruan
En als afscheidscadeautje van de werknemers van Dranken Houben verantwoordelijk voor de organisatie van deze tasting, mochten we nog een glaasje Glasgow 1770 proeven.
Als ik heel eerlijk ben: de twee niet-Bunnahabhain whisky’s hadden voor mij niet gehoeven. Té geturfd. Ik had deze whisky’s zeer graag ingeruild voor nog een glas van die uitstekende Bunnahabhain Feis ile 2024 23 yrs triple sherry. 😉
Ik kon alleszins nog op het gemak nagenieten in de, op de conducteur na, lege trein terug naar Leuven.
Deze avond wandelde ik naar de Naamsestraat om een streepje STUK Start mee te pikken. Ik woonde eerste de voorstellen van het nieuwe kunstwerk van Frederic Geurts op het Achterplein bij. Op het eerste gezicht ziet dit kunstwerk en heel simpel uit, maar wat voor ons oog rechte lijnen lijken, is eigenlijk gezichtsbedrog. Er kwamen dan ook heel wat complexe berekeningen en veel vakmanschap kijken bij de creatie van dit wonderlijke werk. Met een glaasje witte wijn in de hand had ik een aantal toffe babbels met de aanwezigen op de receptie.
Na de receptie pikte ik de voorstelling van Aya Suzuki mee. Deze dame creëerde op haar eentje een betoverend geluidslandschap. Nooit verwacht dat een slingerende bak met rijstkorrels en wat potten zo’n mooi geluid konden produceren. Muziek om bij weg te dromen.
De muziek van de Peruviaanse Ale Hop was minder mijn ding. Een beetje té experimenteel. Het publiek dunde ook geleidelijk uit naarmate de voorstelling vorderde en zelf hield ik het ook niet tot het laatste moment uit.
Ik sloot mijn bezoek aan STUK Start af met de dansvoorstelling ‘Dans Kapot’. Amai! Wat een energie! Bijzonder onder de indruk van de dansers die hun voorstelling eindigden met het uitnodigen van (een deel van) het publiek op de dansvloer. Zeer dynamische voorstelling die voor mij toch wel het hoogtepunt van de avond vormde.
Meestal vliegt mij vriend na een weekend in België op maandagavond terug naar Genève. Aangezien hij ditmaal pas op dinsdagochtend vertrok, maakten we van de gelegenheid gebruik om op maandagavond gezellig samen iets te gaan eten. Zonder een echt plan trokken we de stad in en zo belandden we bij Habibi, waar we samen genoten van een bord met heerlijke mezze. Meer moet dat soms echt niet zijn.
Na genoten te hebben van een uitstekend ontbijt, laten we Poperinge en het gezellige hotel Amfora achter ons. Mijn vriend en ik mogen meerijden in de fancy Tesla van onze vrienden. Ik had graag ook de tweede dag van de elektrische fiets gebruik willen maken, maar aangezien onze vrienden op de terugweg naar Leuven nog langs zijn ouders in West-Vlaanderen moesten, was dat praktisch gezien qua timing niet haalbaar.
We rijden naar de Cordoba Kabelbaan, een zetellift waarvan ik het bestaan niet eens vermoedde, maar die blijkbaar in het Heuvelland een zeker jeugdsentiment oproept. En wie ben ik om mij te verzetten tegen een ritje met een zetellift? Spijtig genoeg is de kabelbaan pas open vanaf 14u en keren we dus van een kale reis terug. Teleurstelling, toch wel.
We zetten onze trip verder en belanden zo op goed geluk in het charmante Reningelst. Onze vrienden kopen wat groenten uit de automaat bij een plaatselijke boer en we brengen een kort bezoekje aan de Eden bloemenpluktuin die daar vlakbij ligt. We raken aan de praat met de boerin die met spijt in het hart vertelt dat Reningelst aan het leeglopen is. Handelaars en jongeren verlaten het dorp en van zodra de leegloop is ingezet, is dat een proces dat zichzelf enkel versterkt. Spijtig, maar ik moet toegeven dat ik ook niet graag in zo’n dorp zou wonen.
De vader van onze kameraad is afkomstig uit deze streek en had onze kameraad op voorhand verteld over plekken die voor hem een bijzondere betekenis hadden. We stoppen even bij een kerkhof waar het tante nonneke van onze kameraad begraven ligt en komen iets verderop langs het ouderlijke huis van zijn vader. Dat huis ziet er jammer genoeg iet of wat verwaarloosd uit.
Onderweg naar Watou passeren we talrijke hopvelden, een prachtig schouwspel. De zon is nog steeds volop van de partij, dus we krijgen deze mooie streek op zijn best te zien. We rijden naar de brouwerij van St.Bernardus (voor de liefhebbers: het recept van het St. Bernardus bier is ongeveer hetzelfde als dat van West-Vleteren). De rondleiding slaan we over, maar we genieten wel van een drankje op het prachtige terras van Bar Bernard, met een werkelijk fenomenaal uitzicht over de omgeving. Aangezien ik geen bier drink, houd ik het bij een fruitsapje. Mijn drie tafelgenoten gaan wel voor een biertje. We smullen met ons vieren van een plank met lokale streekproducten. De ideale lunch als je niet veel honger hebt na een stevig ontbijt. Continue reading →
Op een zonnige zaterdagochtend spoorden mijn vriend en ik van Leuven naar het verre Poperinge. De treinrit verliep vlotjes en we slaagden er zelfs in, mits een klein sprintje, de krappe overstap in het station van Gent-Sint-Pieters te halen. Tot onze grote verbazing kwamen we zelfs stipt op tijd aan in het station van Poperinge. Van daaruit was het maar een paar minuten stappen naar Hotel Amfora, gelegen op de Grote Markt van Poperinge, waar we onze vrienden uit Wijgmaal troffen. Aangezien slechts één van onze twee kamers klaar was, zetten we alle bagage op die kamer.
We genoten van een snelle lunch in het restaurant van ons hotel. Een slaatje met garnaalkroketten, daar doe je mij altijd een plezier mee! Dikke dankjewel trouwens aan het personeel dat ervoor zorgde dat we snel ons eten hadden. We waren immers gebonden aan een strakke timing voor de namiddag!
In het hotel hadden we elektrische fietsen gehuurd en we fietsten aan een stevig tempo naar onze eerste afspraak van de dag: om 13.30u werden we met ons vieren bij Domein Vidaigne verwachten. Eigenlijk waren we een kwartier te laat vertrokken, maar dankzij het gebruik van de turbo stand op onze elektrische fiets en mijn uitstekende navigatiekunsten (kuch, danku googlemaps), kwamen we uiteindelijk een dikke vijf minuten te laat aan. En we zouden zelfs op tijd geweest zijn, ware het niet dat googlemaps niet goed wist waar de ingang van het wijndomein lag.
We parkeerden onze fietsen en werden bijzonder vriendelijk onthaald door een koppel kranige zeventigers in hun prachtig gelegen buitenverblijf (hun hoofdverblijfplaats was Ieper). We kregen niet alleen een rondleiding doorheen de wijngaarden van het domein, maar ook doorheen de prachtige tuin met bomen en struiken die daar nog aangeplant waren door de grootvader van onze gastheer. Onze gastheer kende de naam van werkelijk elke bloem, plant en boom op zijn domein. Alsof we door een botanische tuin wandelden.
Ik heb ondertussen al stevig wat rondleidingen in wijngaarden gekregen, maar het is de eerste keer dat iemand mij zo gedetailleerd toelichtte hoe het proces om tot de beste druiven te komen, verloopt. Hij vertelde ons over de ideale afstand tussen de wijnstokken, het belang van de aanwezigheid van water, het snoeien van de wijnranken, het uitdunnen van de druiventrossen en nog veel meer. Hij wist ons in het bijzonder te boeien met zijn uitleg over het belangrijkste proces om tot sappige druiven te komen: de fotosynthese. Onder invloed van zonnewarmte en licht zet de druivenstok immers water en koolstofdioxide om in suiker. Ik was diep onder de indruk van de passie van onze gastheer, die het onderhoud van de tuin én de wijngaarden helemaal op zijn eentje doet. Chapeau! Ik leerde ook dat wanneer je druivenoogst half mislukt, je er nog altijd schuimwijn van kan maken, terwijl rode wijn het moeilijkste is om te maken. Vandaar dat je in België rode wijn het minst aantreft.
En dat op een vrijdag de dertiende! En ja, of die vrijdag de dertiende er voor iets tussen zat, weet ik niet, maar ei zo na hadden mijn collega en ik onze bus naar Tervuren gemist. Bus 317 was volgende googlemaps eerder (serieus?? eerder???) vertrokken dan gepland. En ja, ik zag de bus ook niet meer aangekondigd staan op het grote bord aan het station. Snel een alternatief opgezocht. Iets later vertrok bus 410 vanaf het station van Leuven naar Tervuren. Met die bus zouden we iets te laat aankomen, maar goed, beter dan geen bus.
Gelukkig bleek de info van google (en ik neem aan dus ook die van de Lijn, waarop google zich baseert) foutief. We stonden net aan de bushalte bij het VAC te wachten op bus 410, toen daar opeens bus 317 voor onze neus stopte en de deuren open deed. Ik informeerde meteen of dit de bus naar Tervuren was en de buschauffeur antwoordde: “Ja, maar de bus stopt wel eerst op andere plaatsen.” Euh, duh? Zie ik eruit alsof ik nog nooit in mijn leven een bus genomen heb? Opstappen mochten we echter niet, daarvoor moesten we op perron 10 zijn. We zuchtten en wandelden die paar meter terug naar perron 10. Al blij dat we uiteindelijk op een bus zaten die niet te vroeg, maar wel degelijk een paar minuten te laat was vertrokken. Heel bizar allemaal.
Gelukkig verliep de rest van de dag vlotjes. Met de deadline van 1 oktober voor de reorganisatie in het verschiet, hakten we een paar belangrijke knopen door. Tot mijn verbazing verliepen de discussies vlot en zaten we meer op dezelfde lijn dan ik initieel gedacht had.
Mijn collega’s en ik maakten van de middagpauze gebruik om een frisse neus te halen in het mooie park van Tervuren. Zelfs de zon was van de partij. Het prachtige koloniale paleis lag er alleszins bijzonder fotogeniek bij.
En in tegenstelling tot deze ochtend verliep het vinden van een bus om terug te keren naar Leuven bijzonder vlotjes. Net op het moment dat mijn collega en ik half joggend aan de bushalte aankwamen, stopte daar onze bus naar Leuven. Het mag ook al eens meezitten!
Gisterenavond spoorde ik samen met mijn collega’s naar het mooie Gent. Mijn collega had me uitgenodigd om samen met haar naar de dansvoorstelling Rain te gaan in het prachtige Operagebouw. De tram bracht ons van het station naar de Operabuurt, alwaar we de gietende regen trotseerden om de inwendige mens te versterken met dim sum, tom kha kai soep en rice paper rolls bij Knees to Chin. Het is vreemd, maar hoewel ik vroeger een grote fan was van die rice paper rolls, smaakten ze mij nu wat minder goed. De dim sum waren ook te lang gestoomd (of opnieuw opgewarmd in de microgolfoven), waardoor het deeg papperig was. Gelukkig was de soep wel lekker. Misschien zijn de Brusselse vestigingen gewoon beter?
Na de lunch kregen we als VIP’s nog een drankje aangeboden in de foyer van het operagebouw. En dan was het genieten van de iconische ensemblevoorstelling ‘Rain‘ van Anne Teresa De Keersmaeker. En ja, ik weet dat Anne Teresa tegenwoordig een nogal problematische reputatie heeft, maar deze voorstelling slaagde erin mij dat even te doen vergeten. De combinatie van de verfijnde dansbewegingen van de dansers en de minimalistische muziek van de Amerikaanse componist Steve Reich brachten mij bijna in een trance. Ik weet eerlijk gezegd niet waar ik het meeste van onder de indruk was: de virtuositeit van de dansers of die van de muzikanten. Wat een uithoudingsvermogen langs beide kanten! Er gebeuren in deze voorstelling zoveel dingen tegelijkertijd dat ik deze makkelijk nog twee of drie keer opnieuw zou kunnen zien. Fenomenaal!
Spijtig genoeg was het verboden foto’s en filmpjes te maken tijdens de voorstelling, maar ik kon wel een paar foto’s maken tijdens de curtain call. Een voorstelling die mij nog lang zal bijblijven en die terecht met een staande ovatie werd bekroond.
Het regende nog steeds toen ik de tram naar het station van Gent terug nam. Een passend slot voor deze mooie avond.
Opgestaan om 6.50u. De ontbijtmand slaan we vandaag over. We kennen de inhoud ondertussen toch van buiten.
Stipt om 8 uur leveren we onze huurwagen in op de kleine luchthaven van Terceira. Na inspectie van onze wagen door een medewerker van de verhuurfirma, blijkt dat we erin geslaagd zijn geen extra krassen te maken. Hoera!
Helaas blijkt dat we voor niets zo vroeg opgestaan zijn, want het vertrek van onze vlucht is vertraagd van 9.55u naar 10.40u. Oh well, gelukkig hebben we onze laptops bij om de tijd te verdrijven. Na deze vertraging verloopt de vlucht zelf gelukkig vlot. We vangen zelfs tussen de wolken door een glimp van São Jorge op.
Na onze valiezen opgehaald te hebben, wandelen we naar het verhuurkantoor van Autatlantis om onze huurwagen op te halen, een rode Citroën C3 met heel wat schade aan het lakwerk. Een voorafspiegeling van de ongetwijfeld smalle wegen die we op São Jorge zullen treffen.
Omdat we pas om 14u kunnen inchecken in onze verblijfplaats, lunchen we eerst bij Bela Vista Brasil in Velas. Het restaurant zelf heeft een simpel interieur, maar wel, zoals de naam aangeeft, een mooi uitzicht op de oceaan. Op de menukaart treffen we een overdaad aan vleesgerechten aan. En wanneer ik ernaar informeer, blijkt het enige visgerecht op de kaart niet voorhanden. De ober toont ons op zijn smartphone een paar foto’s van de vleesgerechten en uiteindelijk kiezen we voor de biefstuk voor twee personen. En dat blijkt een goede keuze te zijn: het vlees is overheerlijk en wordt geserveerd met frieten, rijst, bonen en salade. Bij ons eten drinken we een lekkere caipirinha.
Na deze bijzonder overvloedige lunch rijden we verder naar Retiro Atlântico, de meest bijzondere verblijfplaats van onze Azorenreis. Voor de eerste keer in ons leven zullen we in een yurt overnachten! En voor mij wordt dat meteen ook de eerste keer dan ik in een tent zal slapen, al valt ons verblijf bij Retiro Atlântico eerder onder de categorie ‘glamping’ te klasseren, want we hebben een aparte sanitair blok met ons eigen toilet, wastafel en douche gelegen naast de yurt.
We arriveren om 13.40 bij Retiro Atlântico, maar moeten nog even wachten tot 14u, omdat de yurt nog niet schoongemaakt is. Stipt om 14u kunnen we inchecken in het gebouw waar zich ook de ontbijtruimte bevindt. Onze yurt is helemaal bovenaan op de steile helling gelegen, wat maakt dat we onze (zware) valiezen de stoffige helling moeten opsleuren. Als beloning voor ons harde werk, krijgen we een prachtig uitzicht op het eiland Pico cadeau. Waw! De yurt zelf is bijzonder luxueus ingericht. Benieuwd of ik hier goed zal slapen!
We laten onze valiezen achter en besluiten met onze huurwagen de zuidkust van São Jorge te verkennen. We stoppen onderweg voor een bezoek aan het schattige Santa Bárbara kerkje in Manadas. Voor één euro per persoon kunnen we ons vergapen aan het prachtig en overvloedige interieur. Wat een ontdekking!
Door een onzorgvuldigheid van mijn kant, was ik vergeten dat ons Ultimas-vriendinnengroepje van drie deze namiddag iets zou gaan drinken om te klinken op de grote reis van onze vriendin. Onze vriendin is van Armeense afkomst en neemt een half jaar onbetaald verlof om de wereld rond te reizen en haar familieleden te ontmoeten in Zwitserland, Armenië, Canada en de VS. Ik had ondertussen echter om 17u een doktersafspraak in Leuven ingepland om toch eens naar mijn pijnlijke arm te laten kijken (alhoewel er ondertussen duidelijk progressie waarneembaar is). Agendaconflict dus.
Gelukkig slaagden we er alsnog in last minute iets te regelen, want ik wilde graag onze vriendin nog zien voor haar vertrek dit weekend. Mijn vriendin zou vanuit Brussel langs Leuven sporen en ik zou haar om 18u in het station opwachten voor een gezamenlijk drankje. Dit zonder onze derde vriendin die helaas een andere verplichting had. En zo belandden we met ons tweetjes bij Alfalfa, waar we onder het genot van een cocktails spraken over haar reisplannen en de plaats van de vrouw in de samenleving. Ik ben alvast benieuwd naar de fantastische verhalen die ze ongetwijfeld te vertellen zal hebben bij haar terugkeer.