Vandaag moest er een belangrijke beslissing genomen worden op het werk, een beslissing die de verdere werking van mijn team serieus kan beïnvloeden. En ondanks het feit dat ik heb proberen weerstand te bieden, ben ik uiteindelijk gezwicht voor de druk van de grote baas en heb ik een beslissing genomen waarmee ik het in mijn hart niet eens ben. Ik was het op den duur gewoon zo beu dat ik mijn verzet gestaakt heb en voor de overgave gekozen heb. En daarna voelde ik mij een ontzettende zwakkeling.
Kwam daar nog eens bij dat op het eind van de dag (iedereen was al naar huis) een collega aan kwam zetten met iets kleins wat ik snel had willen afhandelen, maar waarbij ze allerlei complicaties zag. Zaken die ik me niet eens gerealiseerd had. Ze heeft tijdens ons een half uur durend gesprek zeker vijf keer gezegd: “Jamaar dat is geen verwijt naar u toe.” Waardoor ik het natuurlijk wel als een verwijt opvatte en ik me een nog grotere loser voelde.
En dan eindigde de dag met een supertoffe Algemene Vergadering (ja, u leest het goed een Algemene Vergadering van de mede-eigenaars die eind september gehouden wordt…) waar we een half uur gebekvecht hebben over het feit dat één van de mede-eigenaars, een vereniging, niet wil meebetalen aan de kosten voor de algemene delen. Het gaat hier over een schamel bedrag van 150 euro per jaar. En het is een vereniging met veel leden. Enfin, zo kleinzielig, het werd op den duur lachwekkend. En ze hadden speciaal om dat punt te maken een notaris-penningmeester opgetrommeld, die natuurlijk vlak na dat agendapunt vertrok. En oja, die voorlopige oplevering van de algemene delen, die zal tot nader order ook nog wel even op zich laten wachten. Nihil novi sub sole. (hey ik kan ook Latijn!)