Receptie

De beste recepties zijn degene waarvoor je niet uitnodigd bent. Dit motto indachtig, had ik niet veel overreding nodig toen mijn collega’s van de IT-dienst me vroegen om na het einde van de Documentum-cursus met hen mee te gaan naar de receptie van onze IT-outsourcer. Vorig jaar kreeg ik nog een uitnodiging, dit jaar werd ik echter jammerlijk over het hoofd gezien. Vermoedelijk omdat ik wegens tijdsgebrek niet meer de maandelijkse oersaaie overlegmomenten bijwoon. Na drie dagen cursus zou een beetje vroeger stoppen mij beslist deugd doen.

De receptie ging door in een chic blauw gebouw vlakbij het Noordstation. Het had wat voeten in de aarde voordat we binnen geraakten. De visitorsbadge hadden we redelijk snel, maar de hostessen die ons naar de juiste plek moesten begeleiden, bleken in rook te zijn opgegaan. Dat zal ons leren te laat te komen op een receptie. 😉 Na wat heen en weer gebel door de mevrouwen aan het onthaal en net toen we aan het overwegen waren om met hangende pootjes huiswaarts te keren, kwam een reddende engel de deuren voor ons openen. Zij voerde ons door het doolholf van gangen naar de juiste verdieping.

Dat we inderdaad wat aan de late kant waren, bleek uit het feit dat de schuimwijn al bijna helemaal op was. Gelukkig waren er nog zeer veel verse oesters om van te proeven. Mét een keur aan verschillende sausjes en dressings, die ik natuurlijk allemaal uitgeprobeerd heb. 😉 Mijn favoriete oester-garnituren: de dressing met koriander en rode peper en het tequilasausje. Very jummie. Volgens mij zijn oesters echt etenswaren die je moet leren appreciëren. Ik herinner me nog mijn allereerste oester: gekocht in de delhaize, na veel wrikken met een gewoon keukenmes eindelijk open gekregen en verorberd in de keuken van onze studentenresidentie. Geen succes. Tegenwoordig bevalt de zilte smaak van oester mij veel beter.

Omdat de schuimwijn op was, heb ik mij even gewaagd aan de bierproeverij (letterlijk te nemen, je kon een keur aan Belgische bieren degusteren). Om nóg maar eens tot de conclusie te komen dat bier mijn ding niet is. Alleen de Oude Kriek kon mij enigszins bekoren. Gelukkig waren er leuke en toffe gesprekken om van de receptie een succes te maken. En oja, onze outsourcer is natuurlijk geweldig en helemaal niet zo duur als het lijkt. 😉

Tijdens de terugrit naar Leuven, bleek trouwens dat we in dezelfde wagon zaten als Kathleen. Na het uitstappen nog even een praatje gemaakt met deze goedlachse jongedame. En oja, Kathleen, ik vind je haar prima zo! Helemaal geen nood aan een kappersbezoek, wat mij betreft. 😉

(Vr)eten

De laatste dagen hebben we weer overvloedig aan de feestdis gezeten. Maandagavond barbecue bij E, T en hun allerschattigste dochtertje. Experiment van de dag: groentenspiesjes op de barbecue (lekker!) en banaan en chocolade in zilverpapier (lekkerder!). De banaan veranderde door het stoven in bananenpulp en kreeg een licht alcoholisch smaakje. Een paar glaasjes wijn erbij en het feestje was compleet.

Gisteren zijn we op stap geweest met de schoonfamilie ter gelegenheid van de verjaardag van de pater familias. We begonnen de avond met een glaasje Chardonnay Meerdael (danku Bruno) op ons appartementje, om vervolgens de smaakpapillen van de jarige te testen met behulp van een blinddoek en shotjes uit onze uitgebreide drankvoorraad. Daarna ging het richting stad. De broer en zus van mijn vriendje hadden allerlei opdrachtjes verzonnen voor een (mini-)zoektocht door de stad met als eindpunt restaurant Samourai. Er werd aldaar weer met (gebakken) eieren gemeten en zelfs met zoutvaatjes (iets wat de broer van mijn vriend niet echt kon appreciëren, want hij heeft zo’n zoutvat tegen zijn kop gekregen). Het eten was naar goeie gewoonte voortreffelijk. De Japanse keuken behoort echt tot mijn favorieten: sushi, sashimi, teppanyaki, I love it all. Omdat ik maandag op de barbecue al redelijk wat glaasjes wijn achterover geslagen had, heb ik mijn alcoholinname beperkt tot één glaasje wijn. Overdaad schaadt, of zoiets. 😉