Germknödel

Het onderbewustzijn is iets vreemds. Vannacht heb ik gedroomd dat ik samen met wat oud-studiegenootjes op uitstap was in Brussel. Nuja, Brussel, in mijn droom was ik er stellig van overtuigd dat de stad waarin wij ons bevonden, Brussel was, maar die stad leek in niets op Brussel.

In mijn droom gingen we ‘s middags iets eten in een groot restaurant (moest wel, want we waren met een bende van zeker dertig mensen). Bleek dat de uitbaatster van dit restaurant alleen maar Duits sprak. Jawel, Duits in Brussel! Die vrouw doet een hele uiteenzetting in het Duits over wat er op het menu staat. Helaas verstond niemand van de anderen ook maar een woord Duits. Dus haalde ik mijn beste vertaalkunsten boven en legde aan mijn disgenoten uit wat de keuzes waren.

De specialiteit van het huis was schnitzel. Het nieuwste gerecht op de kaart, volgens de uitbaatster, was germknödel. Dus ik uitleggen dat germknödel een soort dikke deegbal is met in het midden confituur, meestal overgoten met vanillesaus en daarover zwarte zaadjes gestrooid.

Geen idee uit welke krochten van mijn onderbewustzijn die germknödel plotseling opgedoken is, maar ik denk dat het al meer dan tien jaar geleden is dat ik nog eens germknödel gegeten heb. Dat moet op skireis geweest zijn in Oostenrijk met mijn toenmalige beste vriendin. Ha, sweet memories.

Spilliaert

Twee dagen geleden heb ik een bezoekje gebracht aan de Léon Spilliaert-tentoonstelling in de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België. Ik was niet echt bekend met zijn werk, zodat ik de tentoonstelling zonder vooroordelen heb kunnen bekijken.

Ik moet zeggen dat ik aangenaam verrast was. Vooral zijn marines en zelfportretten in Oost-Indische inkt konden mij bekoren. Ook Vertigo staat hoog op mijn lijstje favoriete werken van Spilliaert. Geen originele keuze, waarschijnlijk, maar ik hou van de eenvoud en de kracht van dit werk. Al heeft het ook iets deprimerends.

Typerend voor Spilliaert is dat hij zijn beste werken gemaakt heeft toen hij nog jong was. Jong, ongelukkig in de liefde en lijdend aan allerlei lichamelijke kwalen. Na zijn huwelijk en de geboorte van zijn dochter werden zijn werken opeens een pak vrolijker en ook een pak minder interessant. Zou er dan toch waarheid schuilen in het gezegde dat een kunstenaar lijden moet?

The Illusionist

De gratis film gisteren was een groot succes. Als restaurantje kozen we voor Hémisphères, een gezellig restaurant waar de menukaart samengesteld is uit gerechten uit alle uithoeken van de wereld. De inrichting is overheersend rood en doet Arabisch aan. Mijn vriend was vooral gefascineerd door het grote tableau dat een tafereel uit een harem voorstelde. Ik vermoed dat die blote borsten en billen daar voor iets tussen zaten. 😉

Het eten was heel lekker. Ik had pasta met scampi uit Guadeloupe gekozen en mijn vriend een currie van rundsvlees. Mijn pasta smaakte zoet en toch wat pikant. Heel bijzonder. Minpuntje: mijn vriend was niet te spreken over de toestand van het sanitair. En aangezien ik een klein beetje last heb van smetvrees, was ik dus verplicht mijn dringende kleine boodschap op te sparen tot in het cinemacomplex.

Daar aangekomen stond er al een lange rij aan te schuiven. Blijkbaar komen er wel meer mensen uit hun kot voor een gratis film. 😉 De filmzaal was gigantisch groot en deed door het stukwerk en het aanwezige balkon ietwat ouderwets aan. Heel anders dan die high tech zalen van de Kinepolis. De charmante zaal kon echter niet verdoezelen dat de beeldkwaliteit niet zo goed was. Het beeld trilde lichtjes. Iets wat vooral opviel als de camera stil stond. Vervelend.

The illusionist is trouwens een echte aanrader. De film speelt zich af in één van mijn favoriete steden, het magnifieke Wenen. Alles draait om een goochelaar die de grenzen tussen werkelijkheid en fictie doet vervagen. En natuurlijk komt er ook een liefdesgeschiedenis aan te pas. Meer ga ik niet vertellen, want het zou zonde zijn de clou van het verhaal te verklappen. Ik heb the illusionist gezien zonder voorkennis en ik denk dat je zo het beste kan genieten van de magie van de film.

En de cocktails na de film? Wel, die bleken zich vermomd te hebben als glazen wijn en schuimwijn. Maar wij klagen niet. De wijn was heel lekker en de bediening droeg om de haverklap nieuwe hapjes aan. Honger had ik na de mijn pasta met scampi nog niet echt, maar tegen sushi en loempiaatjes kan ik toch geen neen zeggen, nietwaar?

Meer van dat!

Gratis! Film!

Twee van mijn favoriete woorden in de titel! Mijn avond kan bij voorbaat al niet meer stuk. Nog twee uurtjes en ik zit op kosten van een groot IT-bedrijf naar The Illusionist te kijken. Om te vieren dat ze verhuisd zijn, of zoiets. Van mij mogen ze daar vaker verhuizen.

Maar eerst gaan mijn vriendje en ik de Brusselse horeca verkennen. ‘t Moet niet altijd Leuven zijn, he.