Na mijn uitstapje naar de Hoge Rielen gisteren, was ik vandaag met mijn collega-teamverantwoordelijken terug te vinden in het prachtige Kasteel van Gaasbeek. Deze keer was ik gelukkig niet afhankelijk van het openbaar vervoer: een Leuvense collega was zo vriendelijke mezelf en nog een derde Leuvense collega op te pikken aan de kiss and ride voor het stadskantoor.
Na een best wel lange rit met veel fileleed, wachtte ons dit prachtige schouwspel: de herfst op zijn best.
De rest van de dag brachten we binnen in het kasteel door terwijl onze lesgeefster onze skills als leidinggevende aanscherpte. Zo nu en dan werd er een pauze ingelast en konden we genieten van de sprookjesachtige omgeving. ‘t Is eens iets anders dan de stinkende Brusselse straten. 😉
Na afloop van de opleiding dronken we nog iets in de Graaf van Egmond. Dat hadden we wel verdiend na een dag nadenken over het verschil tussen competentie en intentie. Al spitste ik vooral de oren toen het onderwerp ‘ruimte creëren’ aan bod kwam, want eerlijk gezegd, ik heb nog nooit zoveel afspraken in mijn agenda gehad. Ik kom zelfs amper aan eten toe. Recorddag was maandag toen ik maar liefst zes opeenvolgende afspraken had. Hoog tijd om hier paal en perk aan te stellen.
Na het aperitief trokken we met een uitgedund groepje (we waren met zes) naar restaurant Molensteen alwaar ik genoot van een heerlijk stukje fazant. Mijn eerste wild van het jaar! De dame blanche achteraf was een tegenvaller (veel te weinig en te waterige chocoladesaus), maar het deed deugd om met de collega’s van gedachten te wisselen. Er is nog veel werk aan de winkel om onze organisatie performant te maken, maar ik wil graag samen met mijn collega’s de schouders onder dit project zetten.
Vroeg uit de veren vandaag, want we moeten al om 8.45u op de Place Dorcière zijn voor onze dagtrip naar Glacier 3000 en we willen niet vertrekken zonder een stevig ontbijt achter de kiezen. Op de Place Dorcière wacht een minibusje met plaats voor een veertiental personen. Onze chauffeur is een Londenaar met, aan zijn vurig rosse haar te oordelen, Schotse roots. Onze groep is een behoorlijk gevarieerd samenraapsel van toeristen afkomstig van diverse continenten.
De rit naar de parking van Glacier 3000 verloopt vlotjes. We doen er ongeveer een uur en veertig minuten over. Da’s een pak minder dan de tweeënenhalf uur die de dame van het Tourism Office ons had voorgehouden. Iets waar we behoorlijk blij mee zijn, uiteraard. We nemen de Cable Car naar boven en krijgen meteen een fenomenaal uitzicht voorgeschoteld. Prachtig. Alleen al dit ritje met de Cable Car van amper een kwartier, inclusief één overstap, maakt deze uitstap de moeite waard. Boven aangekomen, blijkt meteen dat het op 2971 meter een pak frisser is dan beneden. We dan zijn ook erg blij dat we gisteren nog de moeite hebben gedaan om extra handschoenen en twee fleeces te gaan halen. Er ligt op deze hoogte een flink pak sneeuw en de eerste skiërs van het seizoen suizen dik ingepakt de hellingen af.
We besluiten meteen de topattractie te bezoeken: de peak walk by Tissot (yep, gesponsord door een horlogemerk, zo gaat dat in Zwitserland), een hangbrug die ons naar een top brengt vanwaar we een schitterend 360° uitzicht hebben. Ik vloek inwendig dat ik mijn fototoestel niet meegenomen heb (paste niet in mijn koffertje van de handbagage), maar moet toegeven dat mijn iphone het er niet slecht vanaf brengt. De hangbrug is trouwens niet aan te raden voor mensen met hoogtevrees. De brug wiebelt vervaarlijk en de afgrond lonkt vervaarlijk.
Na de Peak Walk nemen we de stoeltjeslift die ons naar de glacier walk brengt. Onze neuzen vriezen er bijna vanaf op de stoeltjeslift, zo koud is het. Beneden aangekomen zien we dat de dame met de hondenslee toch op post is. Onze chauffeur had ons tijdens de rit warm gemaakt voor een ritje met een échte hondenslee om ons bij aankomst meteen teleur te stellen met de mededeling dat vandaag de dame met de hondenslee niet op post zou zijn. Hij had zich duidelijk vergist, want nog geen vijf minuten later zitten we op de hondenslee. Daarvoor moesten we eerst onderhandelen, want normaal gezien kost een ritje maar liefst 30 Zwitserse frank per persoon. Mijn vriend doet echter slim alsof hij niet kan passen en uiteindelijk gaat de dame van de hondenslee ermee akkoord om ons voor 30 Zwitserse frank te vervoeren. We doen twee rondjes en vinden het allebei geweldig.
Helaas is de koude op mijn blaas geslagen en moet ik na het ritje op de hondenslee dringend plassen. We laten het fun park (de naam is lichtelijk overdreven voor een heuveltje waarvan je naar beneden kan sleeën) voor wat het is en keren met de stoeltjeslift terug naar boven om naar het toilet te kunnen gaan. Oef!
We hebben het allebei flink koud en besluiten binnen in het self-service restaurant op te warmen. De pasta bolognaise is redelijk ok en we genieten van het uitzicht. We kunnen ons er geen van beiden toe brengen om opnieuw de kou op te zoeken, dus drinken we nog iets en wachten we braaf tot de buschauffeur iedereen van onze groep verzamelt heeft. Een kort ritje met de cable car later staan we weer beneden.
De chauffeur last nog een kleine tussenstop in: 45 minuten om Montreux te bezoeken, da’s net genoeg tijd om een ijsje te eten en een wandeling langs het meer te maken, alwaar men al druk in de weer is met het opzetten van de kerstmarkt. Een fijn weerzien met een stad waaraan ik goeie herinneringen heb.
Rond 18u zijn we opnieuw in Genève. We besluiten het onszelf niet te moeilijk te maken en in de buurt Chinees te gaan eten bij een restaurant dat een goeie score op tripadvisor heeft. Per slot van rekening moet ik de dag nadien al om 5 uur ‘s ochtends uit de veren om mijn vlucht van 7.05u te halen. We bestellen dumplings als voorgerecht, altijd lekker. De noedelsoep die ik als hoofdgerecht eet, is een beetje flets van smaak en de portie is veel te groot voor mij. Geef mij toch maar een lekkere kom ramen!
Mijn vriend keert met mij terug naar het hotel en ik heb niet veel overredingskracht nodig om hem te overtuigen te blijven slapen. Zelfs al moet ik de dag nadien op een onchristelijk vroeg uur opstaan. Betekent dit dat we nu friends with benefits zijn? 😉
Vandaag had ik afgesproken met twee vrienden en hun dochters voor een uitstapje naar Brussel. We troffen elkaar iets voor het middaguur op de stoptrein in Herent om vervolgens samen verder te sporen naar Brussel-centraal. Na een kort bezoekje aan de fameuze Brusselse Grote Markt was het tijd om onze hongerige magen te spijzen. Onze eerste keuze Pasta Divina bleek helemaal volzet. Of dat maakte de ober aan de ingang ons althans wijs. Volgens ons leek het er eerder op dat hij geen kinderen in zijn restaurant wilde. Beetje belachelijk, want onze bijzonder pientere jongedames van acht en tien weten beslist wel hoe zich te gedragen in een restaurant.
Nu, geen erg, onze tweede keuze Ricotta & Parmesan bleek een schot in de roos. De meisjes waren erg blij met hun pizza, terwijl wij als volwassenen genoten van de verse pasta en (in mijn geval) overheerlijke risotto.
Met volle magen wandelden we via het Warandepark naar het Coudenbergpaleis (drie jaar geleden deed ik al een poging om deze ondergrondse kasteelruïnes te bezoeken, maar dit plannen werden doorkruist door een veel te lekkere lunch). De meisjes deden een zoektocht op de smartphone, terwijl we her en der naar de (te downloaden) audiogids luisterden. Ik vond het een zeer boeiend bezoek, maar denk dat in dit geval een gids zeker een meerwaarde zou bieden om de restanten van het afgebrande paleis in de juiste historische context te plaatsen.
Na het bezoek aan het paleis sprongen we nog even binnen in de Sint-Jacob-op-Koudenbergkerk, alwaar ik te weten kwam dat de eerste Belgische koning Leopold I op de trappen voor de kerk de grondwettelijke eed aflegde. Heel mooie kerk trouwens!
We liepen nog even langs de Kunstberg, maar werden door een typisch Belgische regenbui gedwongen om te gaan schuilen in een café in de buurt. Le Roi Chocolat bleek een erg gezellige plek, ideaal om op krachten te komen met een heerlijke warme chocomelk of een Brusselse wafel. De jongedames hielden het bij een ijsje (en dat bij dit koude weer!).
Alvorens de trein terug te nemen, liepen we nog even snel tot aan Manneken Pis, omdat beide jongedames die nog nooit in het echt gezien had. Het was trouwens opvallend hoeveel toeristen er in Brussel rondliepen. Het zag zwart van het volk op de Grote Markt en de straat die richting Manneken Pis leidde. Nog nooit zoveel mensen op zo’n beperkte oppervlakte wafels zien eten trouwens. Goed om zien dat het toerisme na de aanslagen weer helemaal op peil is. Nu nog een oplossing vinden voor de overdaad aan bedelaars in en rond het centraal station.
We spoorden samen terug naar Leuven na een fijne dag. Ik kijk al uit naar een volgend uitstapje!
Zondag begaf ik mij met de trein naar Limburg om mijn burgerplicht te vervullen. Omdat mijn domicilie nog bij mijn vader stond op het moment dat de kieslijsten opgemaakt was, kon ik niet stemmen in Leuven en dus ook niet mee beslissen wie onze nieuwe burgervader zou worden (proficiat, Mo). Nu, het was schitterend weer én ik had recht op een gratis ticket van de NMBS, dus ik besloot het nuttige met het aangename te paren en ineens mijn verjaardag te vieren. Een paar weken te vroeg, maar hey, zoveel valt er hier tegenwoordig niet te vieren, dus elk excuus is goed.
Na in een recordtempo mijn stem uitgebracht te hebben (ik kende toch niemand op de lijst), reden mijn broer en zijn vriendin naar brasserie ‘t Krievelkuut, waar we afgesproken hadden met mijn vader. Er was binnen een tafel voor ons gereserveerd, maar het leek ons zonde om niet van die prachtige herfstzon te genieten, dus pikten we een tafeltje buiten in. Het weer was heerlijk, waardoor het niet zo erg was dat we net iets te lang op ons eten moesten wachten. Gelukkig waren de mosselen die ik voorgeschoteld kreeg, mooie en dik en smaakten ze heerlijk.
We sloten de fijne namiddag af met een glas witte wijn, dat mijn vader beslist kon gebruiken, toen ik hem het spijtige nieuws meedeelde dat de relatie met mijn vriend momenteel in zwaar water zit. De arme man was er oprecht van aangedaan. En hij had dan nog getrakteerd ook.
De namiddag bracht ik al wandelend door met mijn broer en zijn vriendin. De herfstzon op mijn gezicht deed deugd en ik merkte dat ik genoot van de lichaamsbeweging. Ik klop tegenwoordig te lange uren op het werk, waardoor er tijdens de week niet meer voldoende energie overblijft om wat aan sport te doen. En ik was net in topconditie teruggekeerd uit Korea!
Onderweg maakte ik kennis met een alpaca.
En we sloten de wandeling af met een lekker ijsje van Megusto.
We gingen met z’n allen nog even langs het rusthuis om mijn moeder te bezoeken en toen zat mijn uitstapje naar Limburg er al weer op.
Samen met onze vrienden en hun gezin genieten we op ons gemak van het ontbijtbuffet in ons hotel. De kinderen zijn dikke fan van het do-it-yourself wafelijzer en smullen hun buikje rond. Niet bepaald een gezonde start van de dag, maar hey, op hotel mag dat, he! Ikzelf ben niet echt een fan van wafels, maar een lekkere portie scrambled eggs gaat er altijd wel in.
Na nog een laatste kop koffie (niet voor mij, want ik lust geen koffie) gedronken te hebben, pakken we ons boeltje bijeen op de kamers, laten we onze koffers achter bij de receptie en vertrekken we te voet naar de Gurtenbahn (de funiculaire die ons naar de top van de Gurten zal brengen). Het is een half uurtje stappen naar het vertrekpunt van de funiculaire en best warm. Veel warmer dan ik had durven hopen toen ik met een bang hartje de weersvoorspellingen voor het weekend bekeek.
Met de Gurtenbahn naar de top van de Gurten berg blijkt op zondag een populair gezinsuitstapje te zijn. Het is dan ook drummen om een goed plaatsje te veroveren in de funiculaire. Het uitzicht is alleszins prachtig. Terwijl we ons langzaam naar boven laten trekken, ontvouwt Bern zich aan onze voeten. Schitterend.
De top van de Gurten blijkt iets minder fenomenaal dan het uitzicht. Er is een minitreintje waarop je een ritje kan maken. En ondanks het feit dat we daar duidelijk allemaal (inclusief de kinderen) te groot voor zijn, maken we het kind in onszelf blij met een ritje. Onze volgende activiteit: de beklimming van de uitzichtstoren, na de Zytglogge en de kathedraal, ons derde letterlijke hoogtepunt van het weekend.
Na foto’s van ongeveer elk mogelijk uitzicht genomen te hebben, besluiten we weer af te dalen naar Bern. De Gurten zelf is ons ietwat te commercieel en het is duidelijk dat ons gezelschap niet veel zin heeft om één van de aangeduide wandelingen te volgen.
De funiculaire brengt ons terug naar ons beginpunt en we nemen de tram naar het Altes Tramdepot om daar samen te lunchen. Al een geluk dat we op voorhand gebeld hebben om te reserveren, want het terras is stampvol. Het duurt een eeuwigheid voordat we ons eten krijgen, wat we eerst wijten aan de drukte, maar wanneer we merken dat de tafels rondom ons wel bediend worden, lijkt het duidelijk dat er in de keuken iets is misgelopen. Na even geïnformeerd te hebben bij de ober, komt onze bestelling er verrassend snel aan. Na het lange wachten smaakt met summerbowl met zalm dubbel zo goed. Dat we achteraf nog een drankje van het huis aangeboden krijgen als compensatie voor het lange wachten, vind ik zeer correct.
En jawel, ik kan het niet laten om als dessert nog een ijsje van de Eiswerkstatt te kopen. Ditmaal ga ik voor een rhum raisin en mango passievrucht ijsje. Ik smelt bijna van geluk. 😉
Als afsluiter van ons weekend lijkt het leuk om samen in de Aare te gaan zwemmen. Het is er alleszins warm genoeg voor en hoe vaak heeft een mens de gelegenheid om in een snelstromende rivier te zwemmen? We keren terug naar het hotel om de wagen van onze vrienden op te halen en rechtstreeks naar één van de vele Freibäder in Bern te rijden. Op onze eerste halte bij Freibad Marzili hebben we niet veel succes: het is er stampvol. We besluiten dan ook ons geluk elders te beproeven. Freibad Lorraine blijkt nét iets minder druk te zijn. Al denk ik dat we ‘hoerenchance’ hadden om nog een vrije parkeerplek te vinden.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik het bad zelf, gevuld met water van de Aare erg lelijk vind: een verouderde betonconstructie vol met graffiti. De omkleedkabines zijn gemeenschappelijk en bijzonder rudimentair ingericht. Het geheel heeft een oostbloksfeertje dat me niet bepaald aantrekt. Ik moet me dan ook een beetje oppeppen om me in mijn badpak te hijsen, maar eens aan de andere kant van de lelijke betonnen muur lonkt de blauwe Aare.
We klimmen via een ongemakkelijk ijzeren laddertje in de rivier en laten ons vervolgens door de stroming meedrijven. De stroming is zo sterk dat het zelfs onmogelijk is om gewoon ter plaatste te blijven wanneer je tegen de stroom in zwemt. Het water is behoorlijk koud, maar de snelheid waarmee we ons verplaatsen smaakt naar meer.
We durven het niet goed aan ons zevenjarige petekindje in het water van de Aare te laten zwemmen. Wat natuurlijk een verschrikkelijk drama met veel traantjes tot gevolg heeft. De stroming is echt veel te sterk en ik ben zeker dat als mijn petekindje kopje onder zou gaan in het ondoorzichtige water dat ik, hoe goed ik ook kan zwemmen, er nooit zou in slagen haar terug te vinden. We komen echter op het geniale idee om een schuimrubberen noodle te lenen van één van de vele andere zwemmers. En zo kan ons petekindje zich toch in het water wagen. Het is duidelijk veel te koud voor haar, dus we houden het op één keer. Eind goed, al goed.
Na ons afgedroogd te hebben, brengen onze vrienden ons terug naar het station van Bern, alwaar we afscheid nemen en mijn vriend en ik de trein naar de luchthaven van Genève nemen. Nog nagenietend van een fijn weekend.
Met ons groepje van elf maalden we probleemloos kilometer na kilometer af, ondertussen genieten van het zonnige weer en de mooie omgeving. Een klein deel van de route had ik al gedaan toen ik van Antwerpen naar Mechelen fietste, maar dat deerde niet. De omgeving van het kanaal is zo mooi dat ik daar gerust nog een derde keer wil gaan fietsen.
‘s Middags stopten we voor de lunch bij ‘t Steencaycken in Boom, geen onverdeeld succes. De kibbeling (nochtans een suggestie) viel wat tegen. En daarnaast had de bediening de fout gemaakt ons gezelschap te veel verschillende gerechten te laten bestellen. De ober die de kassa bediende werd prompt tot de orde geroepen door de chefkok. Wat vervolgens een heel drama opleverde om de initiële bestelling in de witte kassa gecorrigeerd te krijgen. Maar we zaten buiten in de zon en eigenlijk kon het ons allemaal niet deren.
Na de lunch reden we vrolijk verder, staken we het kanaal over met en veerpondje en passeerden we de beroemde brug van Willebroek. Rond vier uur zat onze rit er bijna op, maar voordat we de huurfietsen inleverden, dronken we nog een afsluitend drankje op het terras van een echt volkscafé.
Vroeg opgestaan vandaag, want onze Belgische vrienden die in Aubonne wonen, komen ons al om 8.48u afhalen aan het station van Allaman. Gelukkig is Allaman maar een korte treinrit verwijderd van Cornavin in Genève. Het heeft wat moeite gekost om een datum te prikken (onze vrienden hebben het erg druk), maar uiteindelijk zijn we erin geslaagd een gezamenlijk weekendje Bern te boeken.
De kinderen (tien, acht en zeven) zijn alleszins door het dolle heen. Ze kijken enorm uit naar een nachtje op hotel en het is meteen een jolige boel in de auto. Onderweg naar Bern stoppen we om foto’s te maken van de gloednieuwe appartementen die onze vriendin aankocht met het geld dat ze van haar ouders kreeg. Tja, sommige mensen hebben hun zaakjes beter geregeld dan anderen, what can I say.
We komen iets voor het middaguur aan in Bern, parkeren onze wagen voor de deur van hotel en begeven ons naar de incheckbalie. Tot grote teleurstelling van de kinderen zijn onze kamers nog niet klaar. Gelukkig maken de retrospelletjes (donkey kong!) in de receptie veel goed. De kinderen zijn zo enthousiast dat we hen lichtelijk moeten aansporen naar het stadscentrum van Bern te vertrekken.
We laten de koffers achter in het hotel en nemen de tram naar het historische hart van Bern. Aangezien het voor mijn vriend en mezelf nog niet zolang geleden is dat we in Bern waren, vinden we makkelijk onze weg in een stad die zelfs wat vertrouwd aanvoelt. We wandelen onder de befaamde arcaden en zoeken ondertussen via tripadvisor een geschikt restaurant om te lunchen met zeven personen.
Italiaans restaurant Molino blijkt een perfecte keuze te zijn. We slagen erin een prachtige tafel op het balkon te versieren en genieten van het zalige zonnetje en het uitzicht op het drukke marktplein beneden ons. Mijn risotto is heerlijk en ook de pizza’s gaan er vlotjes in bij de kinderen.
Na de maaltijd wandelen we naar het parlementsgebouw van Bern en genieten vanaf de terrassen van het mooie uitzicht om de omgeving. Daarna is het tijd om ons naar de Zytglogge te begeven. De vorige keer stond deze beroemde klokkentoren nog volledig in de steigers, maar nu kunnen we hem bewonderen langs buiten én langs binnen. Ik reserveerde op voorhand een rondleiding om 14.30u voor ons gezelschap. Een goeie zet, want er is maar één rondleiding per dag en die blijkt volledig volzet te zijn.
We kunnen kiezen tussen een rondleiding in het Engels of in het Duits. Last minute switchen we nog van groep en sluiten we aan bij de Engelstaligen. Een goeie ingeving. Zelfs in het Engels begreep ik al de technische termen die de gids hanteerde niet altijd. Laat staat dat ik in het Duits zou kunnen volgen. De gids is een ongelooflijke bron van kennis en legt ons alle finesses van de werking van de astronomische klok uit. Ik focus me vooral op het mooie historische mechanisme en de interessante geschiedenis van deze toren die nog ooit als vrouwengevangenis dienst deed. We kunnen van binnenuit observeren hoe alles in beweging komt, wanneer de klok drie uur slaat.
De beklimming van de Zytglogge was maar een opwarmertje voor onze volgende halte: de beklimming van de kathedraal. Veel gehijg en gepuf later staan we helemaal boven, te genieten van het schitterende uitzicht. Al vinden de kinderen het toch maar een beetje akelig en vangen ze na een paar minuten alweer de terugtocht naar beneden aan.
Na dit letterlijke hoogtepunt wandelen we verder naar de Bärengraben. En jawel, de beren zijn uit hun winterslaap ontwaakt en we spotten maar liefst drie verschillende exemplaren. Succes! Tijd voor een drankje én een ijsje op het fantastische terras van het Altes Tramdepot. De gelato van de Eiswerkstatt is alleszins geweldig lekker. De dienster schept het ijs met een spatel uit de bak en plaatst het vervolgens met een draaiende beweging op het horentje of in het potje, waardoor een gelijkaardig effect als met een softijsje wordt bekomen. Het ijs zelf is overheerlijk, met bijzondere smaakcombinaties zoals saffraan en witte chocolade. Al een geluk dat ik hier niet woon of ik kwam elke dag om een ijsje. 😉
Na deze rustpauze beklimmen we de steile helling naar de Rosengarten en genieten we boven van een schitterend uitzicht op Bern. Helaas wel in tegenlicht. Wij zoeken ons een plekje op het gras terwijl de kinderen zich uitleven in de speeltuin. Al is de oudste daar al net iets te groot voor.
We wandelen vanaf de Rosengarten langs de Aare terug naar het stadscentrum. We zien veel mensen in de snelstromende Aare zwemmen met een waterbestendig zakje om kleren en andere spullen op te bergen. Onderweg komen we langs een roeicompetitie. Niet evident om goed te sturen in water dat zo snel stroomt. We steken een voetgangersbrug over de Aare over en zien jongelingen vanaf de brug in het water springen. Misschien een ideetje voor morgen? 😉
Voor het avondmaal reserveerde ik een tafeltje bij restaurant Moleson. Onze tafel op het terras in een rustige straat van Bern staat reeds klaar. Ondanks het warme weer kunnen mijn vriend en ik de lokroep van kaasfondue niet weerstaan. En onze kameraad doet gezellig mee.
Na het avondmaal trekken we terug naar het hotel om in te checken en onze kamers te inspecteren. De kinderen vinden het allemaal geweldig en we spelen nog een paar spelletjes (betoverde doolhof en UNO) voor het slapen gaan.
Het weekend van 18 en 19 augustus zouden mijn vriend en ik samen met onze vrienden uit Aubonne in Bern doorbrengen. Omdat we de laatste weken elkaar wel veel gezien hebben, maar niet zoveel één op één quality time met elkaar doorbrachten, reisde ik een dagje vroeger naar Genève. Na ons bezoekje aan de Mont Salève twee weken geleden, leek het ons leuk om zelf eens een parapente duosprong te proberen. Mijn vriend zorgde voor de reservatie en dan was het alleen nog afwachten of de weersomstandigheden zouden toelaten om te springen. Helaas, vlak na de sushilunch kregen we het bericht dat de sprong niet kon doorgaan: kans op onweer. Ik moet zeggen dat ik erg teleurgesteld was. Deze vakantie reeg de mooie dagen moeiteloos aan elkaar en net die ene dag dat wij gepland hebben om parapente te doen, is er kans op onweer. Bummer.
In de plaats daarvan gingen we dan maar naar het Musée d’ethnographie. Niet helemaal een waardige vervanger voor een parapente sprong, toegegeven, maar een onverwachte meevaller. Allez, ‘t is te zeggen, mijn vriend was er al eens eerder geweest en vond het de moeite om een keer samen te doen. Ik was danig onder de indruk van de uitgebreide collectie die vijf continenten en meer dan duizend culturen omvatte. Ook de collectie-opstelling was erg verfrissend. En dat de ganse collectie ondergebracht was in een speciaal daarvoor ontworpen gebouw, was zeker een bijkomende meerwaarde.
Ik laat jullie even meegenieten:
Na ons bezoekje aan het museum gingen we iets drinken op de Bateau-Lavoir op de Rhône. Een plek die ik verschillende keren gepasseerd was toen ik nog werkloos in Genève ronddoolde. Nu hadden we eindelijk de middelen en de gelegenheid om er samen iets te drinken. Dat maakte dan mijn glaasje schuimwijn dubbel zo goed smaakte!
We genoten van heerlijk Thais avondmaal in het piepkleine restaurantje Baï Toey, zo’n plek die ik zonder tripadvisor ongetwijfeld nooit gevonden had. En de prijs viel nog mee ook altijd een pluspunt in het dure Genève. Na het diner wandelden we op het gemak terug naar Charmilles, onderweg genietend van het zomerse sfeertje in de straten, waar veel inwoners van Genève zaten te relaxen van een avondlijk drankje aan de oevers van de Rhône.
Mijn vader, mijn vriend en ik starten de dag opnieuw met een gezamenlijk ontbijt in hotel Ibis Styles Genève Gare. Ik geniet de tweede dag op rij van pannenkoekjes met vruchtenconfituur. Ik weet niet hoe dat zit met jullie, maar pannenkoeken maken mijn dag altijd goed.
We nemen met z’n drieën de bus naar de Téléphérique du Salève. Volgens mij is mijn vader stiekem opgelucht dat hij niet te voet naar boven moet klimmen. 😉 Het ritje met de téléphérique is voorbij in een zucht. We hebben geluk dat we aan het raam vooraan kunnen staan en dus een uitstekend uitzicht hebben op de omgeving, terwijl we aan aan paar kabels omhoog getrokken worden.
Boven aangekomen nemen we de tijd voor een uitgebreide fotosessie met Genève en het meer op de achtergrond. Het gebeurt immers niet elke dag dat mijn vader overvliegt naar Genève. Voor hem toch een serieuze stap uit zijn comfortzone.
Voor ‘s middags heeft mijn vriend een tafeltje gereserveerd bij restaurant l’Observatoire, één van de drie restaurants op de Mont Salève. Normaal gezien een kwartiertje klimmen vanaf de téléphérique. Het is echter nog steeds bijzonder warm (zo’n 28 graden) en mijn vader heeft niet bepaald de gewoonte bergen te beklimmen. We doen het dus behoorlijke rustig aan en lassen voldoende pauzes in. Het lijkt me niet prettig dat mijn vader onwel zou worden, maar gelukkig gaat alles goed en raken we zonder problemen boven. Eén van onze rustpauzes brengen we door vlakbij een helling waar de parapentes vertrekken. We zien er op korte tijd drie vertrekken en het kriebelt bij mij om dit ook eens te proberen. Lijkt me geweldig om door het luchtruim te zweven.
Aangezien het restaurantaanbod boven op de berg erg beperkt is, hoeft het niet te verbazen dat de kwaliteit van het eten niet te vergelijken valt met Les Jardins du Léman in Yvoire. Mijn vader is niet echt enthousiast over zijn kip. Vooral de groenten moeten het ontgelden, wegens niet gaar genoeg naar zijn normen. Nu houd ik persoonlijk wel van beetgare groenten die nog knapperig zijn in de mond, maar op dat vlak is mijn vader een liefhebber van de klassieke Vlaamse keuken. Gelukkig is er nog een ijsje als dessert! En het uitzicht vanaf het terras mag er ook zijn. De toiletten daarentegen zijn redelijk schabouwelijk voor zo’n grote zaak. Gelukkig hangt er een aankondiging dat het sanitair binnenkort zal uitgebreid en gemoderniseerd worden. Geen overbodige luxe!
De afdaling gaat een pak vlotter dan de klim en we staan in een wip terug bij de téléphérique. Een paar minuten later staan we weer beneden, waar het een pak warmer is dan op de berg. We wandelen rustig naar de bushalte en zijn mooi op tijd voor de bus van 15.38u. Na afgestapt te zijn in Cornavin, ondernemen we een tweede poging om de Jet d’Eau van dichterbij te bewonderen. Helaas, we zitten net twee seconden op de Mouette en het ding wordt weer afgezet. Het zit mijn vader niet mee.
Wanneer ik mijn iphone wil opladen aan de externe batterij merk ik dat ik het verkeerde oplaadkabeltje heb meegenomen. Zeer vervelend, want ik heb de boarding pass van mijn vader en mezelf enkel in elektronische versie op mijn iphone. Gelukkig is mijn vriend zo lief om het kabeltje te gaan halen op zijn studio in Charmilles, terwijl mijn vader en ik iets gaan drinken in de Jardin Anglais. We krijgen er gratis entertainment bij, want in de kiosk vlakbij zijn er demonstraties van Boliviaanse dansen bezig. De kleurrijke kostuums en de vrolijke muziek passen perfect bij het schitterende zomerweer.
Mijn vriend is sneller terug dan verwacht en we besluiten als afsluiter nog iets hypertoeristisch te doen waarbij er niet te veel gewandeld moet worden: we nemen het treintje op zonneënergie dat ons langs allerlei bezienswaardigheden brengt. Helaas zijn er op de route langs de oevers van het meer veel werken aan de gang, waardoor een aantal bezienswaardigheden aan het zicht onttrokken zijn. Geen erg, mijn vader vindt het toch leuk.
Als allerlaatste wapenfeit in Genève eten we nog iets kleins op het terras van Edward’s Sandwiches. Nuja, kleins: ik beperk mij tot een wrap met zalm, maar mijn vader en mijn vriend kunnen beiden de lokroep van de burgers niet weerstaan.
Vervolgens gaan we langs het hotel om onze bagage op te halen en nemen we de bus naar de luchthaven. Uiteraard word ik er weer uitgepikt bij de security. Deze keer is het mijn bh die de scanner heeft doen afgaan. Het blijft boeiend om vast te stellen dat het telkens iets anders is dat de scanner doet afgaan: de ene keer mijn haarspeld, de andere keer mijn armband, dan weer mijn bh. En dat terwijl ik deze items altijd draag wanneer ik de security passeer. Ik denk er het mijne van. Mijn pa heeft het ook zitten. Hij moet zelfs zijn sandalen uitdoen en gans zijn koffer wordt onderzocht. Na controle blijkt alles in orde te zijn en mogen we beschikken.
We kopen nog wat chocola voor mijn moeder en mijn collega’s en zoeken een stoeltje bij de gate. Terwijl we wachten zit ik me af te vragen of er toch geen manieren zijn om dat boarding proces aangenamer en vlotter te laten verlopen. Nu staat iedereen al bijna een half uur vóór boarding in de rij aan te schuiven, omdat niemand wil dat zijn of haar handbagage uiteindelijk toch moet ingecheckt worden.
Wanneer we dan uiteindelijk aan boord zijn van ons vliegtuig, blijkt er vlak naast mij een hoogbejaarde dame te zitten. Haar familieleden zitten achter haar, dus ik help wat mee om haar veiligheidsgordel om te doen. Knap dat iemand van eind tachtig nog in staat is het vliegtuig te nemen. De rij voor ons zit een meisje van een jaar of tien dat helemaal alleen reist. Ze houdt zich heel flink, maar vanaf het moment dat het vliegtuig opstijgt, komen de traantjes. De stewardessen doen hun best om haar te troosten, maar het is duidelijk dat ze liever gewoon met rust gelaten wordt.
Verder gebeurt er niets noemenswaardig aan boord. Ik neem afscheid van mijn vader in het vliegtuig, want ik heb nog twintig minuten om mijn trein te halen. Als ik deze trein mis, moet ik een gans uur wachten en ben ik pas na middernacht in Antwerpen. Ik spurt door de luchthaven en haal de trein met nog vijf minuten op overschot! Hoera!