Zondag 14 juni: Aankomst in Baton Rouge

Tja, veel valt er niet te zeggen over zo’n lange vliegtuigreis. Zitten, eten, lezen en proberen wat te slapen. Slapen op vliegtuigen, het is nooit mijn specialiteit geweest. Film kijken is een optie, maar de kwaliteit van die kleine schermpjes in de zetel voor je is ondermaats, om over de slechte geluidskwaliteit nog maar te zwijgen. En ondertitels aanzetten is niet mogelijk.

Om in New Orleans te geraken, moesten we een overstap maken in Chicago. Voor die overstap hadden we anderhalf uur. Dat leek ons ruim voldoende, maar de tijd die we nodig hadden om van de landingsplaats naar de vertrekgate van onze binnenlandse vlucht te geraken, hadden we ernstig onderschat.

Een overzicht van de stappen die we nodig hadden om van A naar B te gaan: koffer van de band halen, koffer op een andere band zetten, de veiligheidscontrole passeren alwaar we onze vingerafdrukken moesten achterlaten, daarna een trein nemen naar de andere kant van de luchthaven en dan opnieuw door een veiligheidscontrole voor de handbagage. Na al deze stappen, bleek dat we nog exact vier minuten hadden om ons vliegtuig te halen. Vier minuten die we al spurtend op de luchthaven hebben doorgebracht.

Hijgend kwamen we bij de vertrekgate aan. We waren de allerlaatsten die op het vliegtuig stapten. Na ons gingen de deuren dicht. Gelukkig was de crew op de hoogte van het feit dat we helemaal van de andere kant van de luchthaven kwamen en waren ze zo vriendelijk geweest om op ons te wachten. Grote opluchting toen we op onze plaatsen zaten. De rest van de vlucht verliep vlotjes.

Bij aankomst in New Orleans stond vriend K ons al op te wachten. De temperatuur in New Orleans was op dat moment een aangename 35 graden. Een kleine schok, toch wel. Onderweg naar Baton Rouge praatten we bij met vriend K, al kostte het me de nodige moeite om aandachtig te luisteren. Ik voelde mijn oogleden zwaar worden. We waren dan ook al bijna vijftien uur onderweg.

In Baton Rouge werden we enthousiast onthaald door vriendin L en de kinderen F, T en K. We kregen meteen een rondleiding door het huis en kregen de mooiste kamer van het ganse huis. Mijn vriend speelde daarop zijn kleren uit en dook het zwembad in, terwijl ik aan de kant bleef om fotootjes van het waterplezier te nemen. Kleine F, vijf jaar en al een heuse dame, heeft een echte boon voor mijn vriend en overstelpte hem met kusjes. De jeugd van tegenwoordig is er vroeg bij. 😉

Na het avondeten gaven we het gevecht tegen de slaap op en kropen we in ons bedje.

Kikker

Reiskriebels

Onlangs waren mijn vriend en ik aan het overlopen welke plekken van de wereld we al samen verkend hebben. Het lijstje begint langer en langer te worden en ik hoop daar nog veel mooie reizen aan toe te voegen. Een overzichtje:

  • Uitrusten in Renesse (2000): deze vakantie hebben we de meeste tijd al slapend doorgebracht; mooie lege stranden, onze Belgische kust kan er niet aan tippen
  • Last minute naar Tenerife (2000): mijn eerste duikervaring die geen overdonderend succes was, dolfijnen, aan het zwembad liggen en wandelingen langs de kust
  • Tunesië (2001): een lekker warme vakantie met als hoogtepunt het bezoek aan de ruïnes van Carthago
  • Cruise in Egypte (2002): wonderbaarlijk, de overblijfselen uit de tijd van de farao’s hebben een onuitwisbare indruk op mij gemaakt: Luxor, de Vallei der Koningen, Abu Simbel; ook wel gekend als de vakantie waarop we geen piramides gezien hebben
  • Skiën in Zell am See (2003): onze eerste en laatste skivakantie samen; de vakantie waarop ik een volledige dag ziek in bed heb doorgebracht (en neen, het kwam niet door de drank)
  • Londen (2003): ons eerste bezoek aan Londen, ik herinner mij pijnlijke voeten en een Saint Paul’s Cathedral die toen nog half in de steigers stond
  • Amsterdam (2004):  grachten, kerken, Van Gogh en exotisch eten
  • Lissabon (2004):  één van mijn favoriete steden; de Taag, prachtige vergezichten, het magnifieke Mosteiro dos Jerónimos, de door een aardbeving half verwoeste Igreja do Carmo, het betoverende Sintra en één van de mooiste musea waar ik tot nu toe geweest ben: Museu Gulbelkian
  • Rome (2005): de eeuwige stad; Romeinse ruïnes, veel kerken, verkeersdrukte, onvriendelijke Italianen, catacomben en de paus die op sterven lag; ook wel de vakantie waarop ik bestolen werd op de metro en aangifte deed bij een onvriendelijke Italiaanse politie-agent die enkel Italiaans sprak
  • Keulen (2005): mijn tweede bezoek aan deze stad, ondertussen ben ik er al drie keer geweest; de Dom beklimmen, vriendelijke mensen, een Schokoladenmuseum en mooie wandelingen langs de Rijn
  • Madrid (2006): tapas, botanische tuinen, bootje varen in het Parque del Retiro, het Prado, churros con chocolate
  • Warschau (2006):  acht dagen op bezoek bij de zus van mijn vriend die daar op Erasmus zat; een na WOII volledig gereconstrueerd historisch centrum, sneeuw, oostblokgebouwen, moderne hoogbouw, een vos in een park en veel cocktails
  • Ieper (2007):  de waanzin van de oorlog in beeld gebracht in het In Flanders Fields museum, een heerlijke paasmaaltijd, wandelen op de mooie vestingen en onbegrip bij het zien van al die oorlogsgraven
  • Parijs (2007): mijn vierde bezoek aan de stad van de liefde, veel trappen, de Eiffeltoren, les Egouts en alle klassieke toeristische trekpleisters
  • Australië (2008): een reis die nog vers in het geheugen ligt; uitgebreide verslagen zijn terug te vinden op deze blog

Natuurlijk zijn we tussendoor nog vaak weekendjes weg geweest in België en Nederland, maar voor dit overzicht heb ik me beperkt tot de grotere reizen die we samen gemaakt hebben. Zonder mijn vriend bezocht ik ook nog het zuiden van Frankrijk, het zuiden van Spanje (Sevilla en Granada), Mallorca, het noorden van Italië (op skivakantie), Griekenland en Kreta, Oostenrijk, Zwitserland, Polen (Krakau, Auschwitz en Zakopane), Wenen en Barcelona.

En over een dikke twee weken zitten we in Amerika!

Londen in ‘t kort

  • Net dit weekend waren er onderhoudswerken aan de circle line in Londen. Hierdoor hebben we veel meer gewandeld dan voorzien met zere voeten als resultaat.
  • Kensington Palace is echt de moeite.
  • Sir John Soane’s Museum, een huis vol kop tot teen volgestouwd met kunstvoorwerpen, is een unieke belevenis.
  • Je mag bijna nergens fotograferen. Uit protest heb ik het stiekem toch gedaan. En ik was niet de enige. Ik heb heel veel stiekeme fotografen gespot.
  • 12 pond voor een inkomkaartje is een Londen een gemiddelde prijs.
  • De HMS Belfast is een museum op zich. Gaat dat vooral zien.
  • De volgende keer bestellen we al onze tickets op voorhand online.
  • De Big Ben staat er nog.
  • Piccadilly circus is nog altijd een superdruk plein met lelijke reclameborden.
  • Een ritje in de London Eye is er niet van gekomen wegens te duur.
  • Het was volop lente in Londen: overal krokussen en narcissen.
  • We zijn er weer niet in geslaagd Shakespeare’s Globe te bezoeken.
  • We vierden de verjaardag van mijn vriendje in Harrods met een glaasje voortreffelijke champagne en de beste gerookte zalm die ik ooit geproefd heb.
  • In Chinatown kan je goedkoop en lekker eten.
  • Drie dagen is veel te kort.

PS: Iemand gemerkt dat ik zelf figureer op één van de foto’s die ik op deze blog plaatste?

Hoe geef ik veel geld uit op twee uur tijd?

Door een reisje naar Amerika te boeken bij Connections en daarna nog even snel langs de solden te gaan. Het was zowel bij Connections als in de Leuvense winkelwandelstraten redelijk rustig. Ideaal voor mensen die houden van efficiëntie zoals mijn vriend en ikzelf. De vluchten liggen vast, de hotels voor Chicago en New York ook en in één moeite is mijn vriend drie hemden en een t-shirt rijker en ikzelf een hemd en een ensemble. Net op tijd om me feestelijk te kunnen uitdossen voor het nieuwjaarsdiner morgen op het werk. 😉

Vaste vorm

Onze reisplannen voor 2009 beginnen vaste vorm te krijgen. Deze ochtend is kameraad H (die van het verrassingsfeestje) naar ons gekomen om samen te brunchen en het één en ander te bespreken. We hebben een mooie roadtrip uitgetekend tussen Chicago en New York met tussenstops in Detroit, Niagara, Toronto, Ottawa en Montréal. Ik kan haast niet wachten om met twee sexy kerels de baan op te gaan! 😉

17 november: Laatste dag in Australië

Onze allerlaatste dag in Australië. We hadden in Cairns echt wel alles gezien wat er te zien viel en besloten het vandaag wat kalmer aan te doen. We sliepen uit en startten de dag met een ontbijt in de Botanical Gardens. Ditmaal waren we wel zo slim geweest om een taxi te nemen naar de Botanical Gardens. We hadden geen van beiden zin in een wandeling van meer dan een uur door de buitenwijken van Cairns.

Mijn eggs benedict met Tasmaanse zalm en huisgemaakte saus Hollandaise smaakten verrukkelijk, al zal het mooie decor van de botanische tuin daar ook wel wat mee te maken gehad hebben. Na het ontbijt maakten we een prachtige wandeling vlakbij de Botanical Gardens in wat het favoriete joggingterrein van gans Cairns moet geweest zijn. Respect voor die joggers, want het terrein was niet gemakkelijk te noemen. Ik heb niet geteld hoeveel trappen we onderweg gedaan hebben, maar het waren er zeker meer dan honderd en om dit dan joggend te doen…

Grappig was dat overal borden stonden dat hier beslist niet gejogd mocht worden, want op dit stukje bosgrond vlakbij Cairns kwamen Cassowary’s voor en Cassowary’s houden niet echt van joggers, naar het schijnt. Nu, we hebben heel erg ons best gedaan om een Cassowary te ontdekken, maar ze hielden zich helaas verstopt voor ons.

De wandeling op zich was een aangename verrassing. Een beetje lastig door al de trappen, maar de uitzichten die je ervoor in de plaats kreeg, waren de moeite. We zagen aan onze voeten het vliegveld van Cairns liggen met op de achtergrond de zee. Onderweg zagen we talrijke wilde kalkoenen die zich blijkbaar niks aantrokken van het feit dat kerstmis niet meer zo veraf was en rustig scharrelden op zoek naar wat lekkers. 😉

Na de wandeling sloegen we aan het twijfelen. We hadden nog een ganse namiddag voor de boeg en we wisten niet hoe deze op te vullen. We bestudeerden het kaartje van Cairns zorgvuldig en toen kreeg ik plots een inval. Ik herinnerde mij dat de Hollanders in Darwin zeiden dat ze de Royal Flying Doctors Service in Cairns bezocht hadden. Die basis van de Flying Doctors bleek niet zo heel ver van de Botanical Gardens te liggen, dus trokken we op pad.

Het was ondertussen al goed warm en het zweet gutste van ons af. Onderweg kwamen we langs wegenwerken waarbij één kant van de weg geblokkeerd was en de wagens uit beide richtingen over dezelfde rijstrook moesten. In België lost men zo’n situatie op door er tijdelijke verkeerslichten te plaatsen. In Australië is arbeid blijkbaar goedkoop: daar plaatst men twee mensen met een groot plakkaat langs beide kanten van de wegenwerken. Op de ene kant van het plakkaat staat “Stop” en langs de andere kant “Slow”. Om te weten wanneer het bord omgedraaid mag worden, geeft men deze twee mensen walki talki’s. Wat een rotjob, de ganse dag in de hete zon staan terwijl je niets anders moet doen dan een bord omdraaien.

Het was erg rustig bij de Royal Flying Doctors. Mijn vriend en ik waren de enige bezoekers en we kregen een privérondleiding van het bijzonder vriendelijke meisje dat waarschijnlijk blij was dat er eens iemand langskwam. We kregen een filmpje te zien over de geschiedenis van de Flying Doctors, keken naar oude medische instrumenten, foto’s, documenten en met pedalen aangedreven radio’s. In de tuin stond een oud vliegtuigje dat nu geen dienst meer deed met de originele apparatuur er nog in. De tuin had nog een andere troef: bij het vijvertje zaten heel grappige kleine kikkertjes.

Na ons bezoek aan de Flying Doctors trokken we taxigewijs terug naar ons hotel. We maakten onze valies en wachtten tot het tijd was voor het avondeten. Voor ons Laatste Avondmaal hadden we een reservatie gemaakt in restaurant Ochre, een restaurant dat volgens de foldertjes vernieuwende Australische keuken bood.

Omdat het onze laatste avond was, kozen we resoluut voor de fijnproeversmenu met aangepaste wijnen. Een decadente manier om onze reis af te sluiten. Om jullie wat te laten watertanden, een copy-paste van de site van Ochre met het menu dat we aten:

Tasting Menu:

Salmon gravalax with lemon aspen – mango, cucumber and beetroot – wonton crisp and lemon myrtle + Tim Adams Riesling 2006 Clare Valley

Queensland scallops wrapped in prosciutto – artichoke, tomato and herbs sunrise lime and Tablelands honey dressing + Henschke’s Tilly Vineyard 2005 Barossa

Crispy salt and pepper quail – green papaya and local bamboo shoot salad – wild lime and chilli sorbet + Yering Station Pinot Noir 2006 Yarra Valley

‘Terrarosa’ MSA beef tenderloin – sweet miso eggplant – Pontiac potato gallette star anise butter sauce and watercress + Cape d’ Estaing ‘Wisanger Hills’ Cabernet Sauvignon 2002 Kangaroo Island

Mango assiette – sauternes and mango jelly, mango cheesecake, fresh mango and kaffir lime mascapone tuille + Noble One Botrytis Semillon 2005 NSW

Selected Gallo cheese – tilset, gorgonzola and ‘Barron River’ – wattle seed lavosh – fig chutney + Morris Rutherglen Tokay & Muscat Central Victoria

De gerechten waren tongstrelend en de voortreffelijke wijnen werden royaal bijgeschonken. Na dit uitgebreide avondmaal dat meer dan drie uur duurde (schaam, schaam) wandelden we ietwat onvast terug naar ons hotel. Australië heeft ons hart veroverd en we hebben het vaste voornemen er nog ooit terug te komen. Al zal dat nog wel enkele jaren duren. De wereld is zo groot en er zijn zoveel interessante plaatsen om te ontdekken.