Things we lost in the fire

Door al de blogdrink-heisa is het er nog niet van gekomen een stukje te schrijven over de mooie film die we op uitnodiging van één van mijn favoriete IT-bedrijven helemaal gratis zagen. “Things we lost in the fire” is een film over verdriet, verlies, verslaving en verwerking. Een ontroerende film die je ondanks een wat traag begin (mede veroorzaakt door het heen en terug springen in de tijd waardoor de beginscènes wat verwarrend overkomen) bij de keel grijpt. Schitterende vertolkingen van Hale Berry (geweldig mooie vrouw) en vooral van Benicio del Toro, met zijn karakterkop uitermate geschikt om de rol van hopeloze verslaafde te spelen. Ik hield ook erg van het einde dat geen cliché happy end was. Het leven gaat nu eenmaal verder en ondanks de tegenslagen die we te verwerken krijgen, moeten we er het beste van maken.

Gelukkig was er na de film een receptie om het zware thema van rouw en verlies (maar ook hoop) door te spoelen met de nodige alcohol. De receptie was, net als vorig jaar, tiptop in orde. Lekker schuimwijn, lekkere hapjes en de meest sexy kerel van de avond aan mijn zijde. Kijk, het is echt niet zo moeilijk om mij tevreden te houden. 😉

PS: Oh my god, they killed Mulder!

Moe, maar tevreden

De blogdrink was een succes! Er waren mensen die ingeschreven waren en er waren mensen die niet ingeschreven waren. Ik schat dat er in totaal meer dan vijftig mensen langsgeweest zijn. Ik geraakte op den duur de tel een beetje kwijt. Het was alleszins gezellig druk in het STUK-café. Ik ga geen poging doen om al de mensen op te noemen met wie ik gesproken heb, dat zijn er te veel. Ik wil gewoon iedereen bedanken die er was en mij bij deze ook verontschuldigen dat ik met sommige aanwezigen maar een paar woordjes gewisseld heb. Hopelijk kan ik dat bij een volgende gelegenheid goedmaken.

Door al die nieuwe mensen en nieuwe indrukken heb ik vannacht wel superslecht geslapen. Mijn hersenen bleven al de gesprekken maar herkauwen en ik heb de blogdrink een paar keer opnieuw beleefd. Ik ga nog een tweede nacht nodig hebben om alles te verwerken, denk ik. Punt voor mezelf: de volgende keer de mensen nog meer aanzetten tot mengen. Al kan zoiets natuurlijk niet geforceerd worden.

Dé sterren van de avond:

Blogdrinkeendjes

Blogdrinkeendjes

Blogdrinkeendjes

PS: Ntone, ik heb toch nog een paar mensen (waaronder de DJ van ‘t STUK) blij kunnen maken met een paar stronken van je drie kilo witloof. Sommige mensen hebben zelfs een zeer winstgevende ruilhandel opgezet met de witloof. 😉

PS2: Bart, ik weet nog steeds niet waar ik je van ken.

PS3: Die ene foto van mij en Sponzen Ridder, ‘k zou het niet zo erg vinden moest die ergens in een vergeetput verdwijnen of zo.

PS4: Ik kan het beddengoed van ons stapelbed nu nooit meer wassen. De Lord Himself heeft erin geslapen!

PS5: Een dikke dankjewel aan Clo, organisatrice van de girl geek dinners, die mij een overgebleven goodiebag bezorgd heeft.

Het GPS-gemis

Sinds we met een huurwagen rondrijden, hebben we geen GPS meer. Neen, wij hadden geen TomTom of ander hip spulletje, maar wel een oerdegelijke ingebouwde GPS. Nu de wagen helaas ergens op een autobewaarplaats staat te wachten tot de expert van de verzekeringen goesting heeft om hem perte totale te verklaren, zitten we zonder GPS. En dan besef je pas hoe snel je aan luxe gewoon bent. Lang geleden dat we nog eens met afgeprinte kaartjes van Google maps rondreden. En jawel, zowel eergisteren (toen we naar het gentblogt feestje reden) als gisteren (toen we richting Willebroek trokken) zijn we verkeerd gereden. Maar geen nood, beide bestemmingen werden verder zonder al te veel problemen bereikt.

Naar het schijnt was de dj vrijdag erg goed. Willen jullie wel geloven dat ik zoveel gebabbeld heb dat ik niet eens een flauw idee heb van het soort muziek dat er gedraaid werd? De frietjes hebben we ook gemist, want Gent is nu eenmaal niet bij de deur voor mensen uit Leuven en ik wilde toch een beetje fris zijn voor mijn eerste Russische les van het semester. Mijn vriendje was trouwens ook niet in topvorm. Blijkbaar heeft hij het virus dat mij vorige week velde overgekregen. Tiens, tiens, hoe zou dat nu komen?

Babyborrel

Zeg nu eens eerlijk, vinden jullie dat ook zo’n raar woord? Al moet ik zeggen dat het wel lekker over de tong gaat, met die rollende r. Gisteren zijn we naar de babyborrel geweest van wat ongetwijfeld het braafste kind ter wereld moet zijn. Ongeveer drie maanden oud, met mooie bolle wangetjes. Zonder een kik te geven ging ze van schoot tot schoot. En er waren toch zeker een stuk of veertig schoten. Een droombaby. Mijn vriend en ik kenden buiten de gastheer en de gastvrouw niemand, maar dat stoorde niet. De aanwezige mensen waren erg vriendelijk en deden me door hun sappige Limburgs terugdenken aan mijn jeugd. Ik heb ongetwijfeld zelf nog een Limburgse tongval, maar door jarenlang in Leuven gewoond te hebben, is dat accent (gelukkig) wat verwaterd. De gastheer deed trouwens erg zijn best om mij vol champagne te gieten. Mijn glas was amper leeg of hij kwam al informeren of het niet bijgevuld moest worden. Zo horen geboortes gevierd te worden! Met champagne en veel hapjes.

Van de trotse ouders kregen we een rondleiding in hun pasgebouwde huis. Appartementsbewoners als wij zijn, waren we danig onder de indruk van de ruimte aanwezig in het huis. Dat begon al in de kelder: maar liefst driehonderd vierkante meter kelder. Jawadde. Indrukwekkend. Nu, voor een gezin met (tot nu toe) drie kinderen heb je wel wat ruimte nodig, maar hun huis was toch wel erg riant. Ze hadden ook allerlei wilde plannen met al de aanwezige nog niet in gebruik genomen kamers: een muziekstudio, een knutselkamer, een wijnkelder, een fitnessruimte en helemaal in de nok van het dak een ruimte met bar en biljarttafel. Al die plannen klinken mij vreselijk duur in de oren, dus benieuwd wanneer ze gerealiseerd zullen raken. Ik heb alvast aangeboden om de bar te komen inwijden van zodra ze er staat. 😉

Instuif

Gisterenavond begaf ik mij met de trein en de bus naar Gent om het nieuwe huisje van Peter en Lynn in te wijden. Blijkbaar stond ik op een foute plaats op de bus te wachten aan het station van Gent, want bus 34 die ik oorspronkelijke wilde nemen, kwam niet opdagen. Gelukkig was er hulplijn Peter die me wist te zeggen dat bus 9 mij ook in de juiste richting zou brengen. Een mens vraagt zich soms af hoe dit soort probleempjes opgelost werden in het pré-gsmtijdperk.

Afstappen aan de juiste halte was niet echt een probleem, want bus 9 heb ik in Gent al vaker genomen. Ik had nog maar net de juiste straat gevonden of daar liep ik Jeronimo tegen het sexy lijf. Samen belden we aan bij Peter en Lynn. We werden enthousiast onthaald door de gastheer en de gastvrouw en kregen meteen al een rondleiding. Het huisje van Peter en Lynn is erg gezellig. Al had ik toch wel vraagtekens bij de plannen voor de kinderkamers. Hans en Grietje-toestanden zijn naar het schijnt niet echt opvoedkundig verantwoord. 😉

Na de rondleiding werden we volgepropt met hapjes en drank à volonté. Zelfs Jeronimo‘s immer slanke lijn kwam even in gevaar. Gelukkig wist hij genoeg zelfbeheersing aan de dag te leggen om een paar stukjes pizza en bitterballen af te slaan. 😉 Even een collectief schrikmoment toen het erop leek dat een ongelukkige beweging van Peter Sprietje de dwerghamster fataal zou zijn geworden, maar hamsters zijn taaier dan gedacht. Veel meer dan een hinkend pootje leek Spriet niet te zullen overhouden aan zijn duizelingwekkende val.

Er was zelfs een heuse bv op het feestje van Peter en Lynn aanwezig. Mejuffrouw Fleur Brusselmans bleek mee te spelen in één of andere Ketnet-soap.  Tv-loos als ik ben, kende ik haar totaal niet, maar het staat vast dat ze een breed scala aan emoties en gelaatsuitdrukkingen beheerst. En ze heeft dikke borsten, wat altijd goed scoort bij het mannelijke kijkerspubliek. 😉 Naar ‘t schijnt kan ze nog zingen ook, al hebben we geen live demonstratie gekregen. Spijtig. Volgende keer ga ik daar toch op aandringen.

Na middernacht kwam mijn vriendje nog een half uurtje de special guest uithangen, maar daarna zijn we stilletjes naar huis vertrokken. Nog een lange rit voor de boeg en mijn pijp was ongeveer uit. Bedankt Lynn en Peter voor de fijne avond!

Bang!

Gisteren op het driekoningenfeestje een geweldig nieuw spelletje leren kennen: Bang! Echt leuk. Het spel speelt zich af in het wilde westen en iedereen aan tafel is een bepaald karakter: sheriff, outlaw, deputy of renegade, maar niemand van de andere spelers weet welk karakter je bent. Doel van het spel: mekaar afknallen! :-) Helemaal mijn ding. Vooral omdat ik als slechte outlaw twee van de drie keer mijn als sheriff vermomde vriendje het genadeschot heb gegeven. I’m evil like that. ]:-)

En zo kwam het dat wat een feestje in mineur dreigde te worden omdat R, de oudste zoon van onze gastheer en gastvrouw, ziek was (en nog besmettelijk ook) en daardoor de andere genodigden met kleine kinderen afgebeld moesten worden, toch nog een daverend succes werd. Door de ziekte van R (die ocharme, echt wel superzielig was), waren we met net genoeg personen om Bang! te spelen. Een geweldig alternatief voor het eeuwige weerwolven, alleen jammer dat je Bang! maar met maximaal zeven personen kan spelen.

@smara: Helaas geen boon voor mij dit jaar. Maar geen erg, ik heb in de loop der tijden al genoeg bonen verzameld en volgend jaar komt er een nieuwe kans. 😉

Too much food

Dat is een notendop de samenvatting van de laatste dag van 2007 en de eerste dag van 2008. Voor mijn eigen archief een kleine opsomming van het menu op oudejaarsavond. Zodat ik over dertig jaar aan de hand van de genomen foto’s en dit blog een fijne reconstructie kan maken.

Voor de aperitiefhapjes moesten mijn vriend en ik zelf instaan. We waren van plan Nieuwjaar te vieren met vier koppels (meer plaats is er niet aan onze tafel), helaas belde gisteren een koppel af: buikgriep. Er zijn plezantere manieren om 2008 in te gaan, maar goed, zieke mensen horen thuis in bed en niet op een feestje rond te hangen. Dus moesten mijn vriend en ik last minute iets verzinnen voor de aperitiefhapjes waarvoor E en T normaal zouden zorgen. Het werden gamba’s in sherrysaus en een gemakkelijkheidsoplossing: ovenhapjes van de Delhaize. De hapjes werden vergezeld van een glaasje cider met calvados en groene appeltjes en daarna een glaasje schuimwijn met hibiscusbloem. C en H verrasten ons met een vishapje: gerookte zalm met paling en zure room. Daarna serveerden ze een overheerlijke courgettensoep. En toen was het tijd voor een korte eetpauze. 😉

Daarna was het weer onze beurt. Mijn vriend en ik hadden ons het hoofdgerecht toegeëigend. Omdat ik wel hou van een experimentje probeerde ik een totaal nieuw recept uit. We hadden geen backupplan. Als het mislukte konden we ter vervangen enkel nootjes en olijfjes aanbieden en heel veel drank, natuurlijk! We kozen een gerecht van de onvolprezen Jamie Oliver die mij al veel leuke kookmomenten bezorgd heeft. Maakten we klaar met behulp van onze oven: kip gevuld met bospaddenstoelen in een korstje van bladerdeeg afgewerkt met een sausje van mosterd, room en witte wijn. Een supersimpel gerecht dat wonderwel meeviel. (Ofwel waren onze gasten uitmuntende leugenaars.) Enige nadeel: ik vond het net te veel. Al schenen de heren aan tafel er een andere mening op na te houden, want zij smikkelend graag de restjes van de dames op.

Daarna lastten we een superlange eetpauze in en klommen we iets voor twaalf naar het dak om aldaar te genieten van 360 graden vuurwerk in Leuven en omstreken. Met een glaasje cava in de hand keihard gelukkig nieuwjaar roepen naar de buren. Een fantastisch moment. We kusten mekaar (de ene al iets langer dan de andere) en genoten.

Voor het dessert was er niet meer zoveel plaats in mijn maag, maar wie kan er nu neen zeggen tegen verrukkelijke zelfgemaakte chocomousse en vanille-ijs van Häagen-Dazs? Er was ook nog appeltaart, maar die heb ik toch maar laten staan. Er zijn grenzen aan mijn maag- en darmcapaciteit.

Vandaag moesten we rond het middaguur (pijnlijk) al bij mijn familie zijn. We werden getrakteerd op overheerlijke koude schotels met zalm, tongrolletjes en ananas en tomaat garnaal. Er was ook een vleesschotel, maar daar heb ik niets van genomen. Het was lekker en ook een beetje decadent. Al dat overvloedige eten terwijl er elders op de wereld mensen sterven van de honger. Rond het vieruurtje werden dan de authentieke Limburgse vlaaien bovengehaald, aangevuld met het overschot van de appeltaart van gisteren.  Ik kreeg een cadeautje. We speelden een spelletje Machiavelli dat ik bijna won (maar net niet helemaal) en toen was het tijd om naar Leuven terug te keren.

Ik zal de komende weken wat meer moeten sporten, denk ik. Maar eerst nog een receptie op het werk, morgen!

Barbecue

Een tijdje geleden viel er een uitnodiging voor een barbecue bij ons in de virtuele bus. De barbecue werd georganiseerd door Y, een collega van mijn vriend, iemand die ik zelf ook heel graag heb. De andere collega’s van mijn vriend zouden ook allemaal komen, een ideale gelegenheid om nog eens wat bij te praten. Ik verplaatste dus met plezier een andere, eerder gemaakte afspraak en keek al uit naar een gezellige dag.

Jullie voelen het ongetwijfeld al aankomen: de barbecue viel een beetje tegen. Het begon nochtans goed: met een paar glaasjes wijn, een spelletje petanque en een paar overwinningen op rij voor mijn team (ik was wel zo slim geweest om mij een goede partner uit te kiezen). Ik waande mij eventjes op vakantie in Zuid-Frankrijk, maar dan zonder voedselvergiftiging en onhygiënische wc’s. 😉

De sympathieke collega van mijn vriend is echter niet zo sterk op organisatorisch vlak. “Oja, die barbecue, die zullen we maar eens aansteken, zeker?” Om dan vervolgens het werk aan mijn vriend en een andere behulpzame gast over te laten. Omdat er meer dan vijftig gasten waren, was een gewoon barbecuestel niet voldoende. Geen nood, de boer die het vlees had geleverd, had Y ook een barbecue uitgeleend. Zo’n halve ijzeren ton met een rooster erop. Géén barbecue die op een half uurtje aan is, want eerst moesten er grote houtblokken in en van zodra die zelf al wat verkoold waren, kon er pas het laatste laagje houtskool bovenop. Een werk dat zijn tijd nodig heeft.

Ik bespaar u de vurige details, maar rond een uur of negen (mijn maag begon toen al heel erg te protesteren) konden we eindelijk beginnen met bakken. “Och neen, nog effe wachten. Ja, mijn vriend de smid hier, gaat nog even gauw van die braadijzers halen waar je heel veel vlees tegelijkertijd kan tussen steken. Da’s gemakkelijker om het vlees om te draaien.” Ok, handig is dat natuurlijk wel, maar euh, had die vriend geen half uur eerder kunnen vertrekken? D’r hebben hier mensen honger!

Goed, nog even gewacht. Gelukkig kenden de vijftigtal gasten Y ook al langer van vandaag en kloeg er niemand. Waarschijnlijk hadden ze stiekem proviand ingeslagen, wijzer geworden van vorige ervaringen. Toen de smid terug was, zijn mijn vriend, ik en de behulpzame gast volop beginnen bakken. Ik vrees dat ik sommige worstjes een beetje te snel heb meegegeven aan de hongerigen en dat ze nog niet voldoende gaar waren, maar alweer, niemand die kloeg. De duisternis was ondertussen al ingevallen en het enige licht dat we hadden, was afkomstig van het vuur van de barbecue en wat kaarsjes op de tafels wat verderop. En tja, dan is het wat lastig om in te schatten of de worstjes al goed doorbakken zijn. We stonden al ongeveer een uur in het donker te bakken, toen opeens iemand een licht in de duisternis liet schijnen. Bleek dat er dus effectief een spot was om de bakkers bij te lichten, maar dat niemand de moeite had genomen om die op te hangen en aan te steken.

Het bakken op zich vond ik wel leuk: samen met mijn vriendje vuurtje stook doen. Fun. Ik had ook niet zoveel zin om mij tussen de andere gasten te mengen. Veel gasten waren franstalig en dat maakt een gesprek sowieso al wat lastig. Niet dat dit mij onder normale omstandigheden zou tegenhouden, maar het publiek bestond voor een groot deel uit zwangere vrouwen, pas bevallen vrouwen, iets minder pas bevallen vrouwen en hun luidruchtige kroost. Je kan dus al raden waar het merendeel van de gesprekken over ging… En ik had zó geen zin in baby- en kindertalk. En al helemaal niet in de vaak gehoorde vraag: “En wanneer is het aan jullie?” Dus ja, het bakken was een goede afleiding.

Ik vond wel had Y ons wat meer dankbaarheid had mogen betonen voor de geleverde inspanningen. Of zelfs maar voor de schijn had mogen komen vragen of we niet afgelost moesten worden of nog iets te drinken wilden. Ik neem het hem natuurlijk niet kwalijk, want ik weet dat hij er gewoon niet aan gedacht heeft. Het zal wel aan de controlefreak in mij liggen, maar ik had een heel aantal zaken toch radicaal anders aangepakt. Je kan toch geen barbecue organiseren en er dan zomaar vanuit gaan dat andere mensen voor jou het werk doen?