Daarnaast maakte ik kennis met een supersympathieke Welshman die toevallig Italiaans sprak en hetzelfde boek over Putin gelezen had als ik (what are the odds?). (En vraag nooit aan een Welshman of hij van Engeland komt.)
Het tweede weekend van mei
Speelden we twee keer gastheer en gastvrouw. Zaterdag hadden we onze vrienden van over de taalgrens over de vloer. We grepen terug naar onze vertrouwde succesformule: hapjes van De Walvis, een simpele wok met peultjes, babymaïs, groene asperges, pepertjes en rundsvlees als hoofdgerecht en aardbeien in balsamico met mascarpone (een recept van Jamie Oliver) als dessert. Alleen de wok vond ik wat tegenvallen. Er zaten naar mijn smaak verhoudingsgewijs te veel peultjes in de wok en de peultjes waren niet op het juist moment geplukt, waardoor ze draderig waren en er al erwtjes in zaten. Maar gezond was het wel! We keuvelden gezellig bij onder het genot van een glaasje wijn en klaagden wat over het slecht weer (dat blijkt de laatste tijd zowat een constante te zijn).
Zondag hadden we mijn jongste petekindje over de vloer met de mama en de papa. We maakten er een heuse moederdagbrunch van met taartjes van House of Taste. En ja, we hadden weer veel te veel gekocht. Onze gasten zulle nooit met honger buiten gaan! Tussen de flesjes door organiseerden we een heuse fotoshoot met mijn petekindje. Ik probeerde zo goed en zo kwaad als het ging de witte muur van de living “uit te branden” om een echt studioresultaat te bekomen. Het lukte bijna, maar net niet helemaal. Misschien mij eens wat extra goedkope flitsen aanschaffen. Maar het belangrijkste was dat de mama van mijn petekindje heel blij was met het resultaat.
En mijn petekindje? Die kan zo in een catalogus voor professionele fotomodellen gaan staan. 😉
Time lapse
Music please!
Het eerste weekend van mei
Vrijdagavond naar de openingsfilm van Docville geweest. De documentaire The Imposter zette mij door de vele re-enactments voortdurend op het verkeerde been, waardoor ik na de film met het gevoel bleef zitten zelf in het ootje genomen te zijn. Na de film bleven we plakken op de receptie alwaar ik een collega en zijn vriendin tegen het lijf liep. We dronken samen een glaasje en genoten van de heerlijk verzorgde hapjes. ‘t Was zo plezant dat we ongeveer tot het allerlaatste bleven plakken. Dat belooft voor de zomeravond die we prikten op samen te genieten van hun mooie tuin!
Zaterdag deden we boodschappen voor het diner met mijn broertje en zijn vriendin (foto’s van Singapore en Maleisië, hoera!) later op de dag en de brunch die we op zondagochtend gepland hadden. We gingen langs bij onze favoriete Leuvense kleinhandelwinkels: beenhouwerij Rondou, De Walvis en Saha en kochten fruit, geitenkaas, brood en heerlijk gebak van De Kers op de Taart Ik kocht twee mooie witte orchideeën op de bloemenmarkt en smulde van een ijsje van Decadenza.
Het diner ‘s avonds was een groot succes door de lekkere hapjes en de heerlijke vis van De Walvis. Mijn vriend maakte een recept van Jamie Oliver klaar met kabeljauw, mozarella en héél véél kerstomaatjes. Omdat ik nu eenmaal dol ben op die kleine tomaatjes die zo heerlijk knapperig openspringen in je mond. Tussen hoofdgerecht en dessert haalden we de projector van onder het stof en bewonderden we de prachtige reisfoto’s van mijn broertje en zijn vriendin. Voor het dessert had ik fruitsla en chocoladegebak voorzien. Uiteraard had ik weer veel te enthousiast fruit gesneden en hebben we ons nog tot ver in de werkweek van de fruitsla kunnen bedienen.
De volgende ochtend sliepen we lekker lang uit en maakten we alles klaar voor de brunch. We hadden naar goede gewoonte veel te veel eten voorzien. Alleszins veel meer dan wat vier personen en twee peuters kunnen opkrijgen tijdens een uitgebreide brunch. De eieren en het gebak van De Kers op de Taart hebben we zelfs niet eens aangeraakt (niet dat ik dat erg vond, heb ik er de rest van de week nog van kunnen genieten). De peuters hielden zich bezig met alle knuffels te verzamelen die zich in ons appartementje bevonden. Altijd een hit bij de kleinsten!
Na de overvloedige maaltijd maakten we een wandelingetje naar de Centrale Werkplaatsen om alles wat te laten zakken. Het zonnetje scheen, we liepen wat bekend volk tegen het lijf en we probeerden ons voor te stellen hoe deze site eruit zou zien wanneer de (toch wel ambitieuze) plannen volledig gerealiseerd zouden zijn.
Een fijn weekend met iets meer ademruimte voor onszelf, want op zondagavond slaagden we er zelfs in nog wat werk te verzetten na de rommel opgeruimd te hebben die de kindjes van L en J hadden achtergelaten. Morsen dat zo’n kinderen kunnen, ik sta er altijd weer versteld van. 😉
1 mei 2013
Toen ik wakker werd, was onze Japanse vriendin al vertrokken en kon ik mijn hoofd beginnen breken over wat een mens draagt om de Zenne af te varen in een kano. Ik geraakte niet verder dan mijn wielrennersbroek van onze fietsvakantie door Japan en een los bloesje in zo’n stofje dat snel opdroogt. Echt warm was het niet, dus ik nam voor de zekerheid ook maar een fleece mee.
We begonnen onze dag van de arbeid (een dag waarop de meesten onder ons helemaal niet moeten arbeiden) met een bezoek aan de Madonna met de ballen van Halle (dat rijmt!). De Basiliek zelf konden we spijtig genoeg niet betreden wegens volop restauratiewerken aan de gang.
Om voldoende energie op te doen voor een uurtje kanovaren aten we eerst iets op het terras van ‘t Groot Café. Ik moest wat langer dan de rest van ons gezelschap wachten op mijn zalm met asperges, maar het smaakte daarna des te meer. Tijdens het middageten voelde ik de zon branden op mijn onbeschermde huid en ik vreesde de dag zo rood als een kreeft te eindigen, zeker in combinatie met de frisse wind en een beetje water. Gelukkig was er op de Grote Markt een apotheker die open was op 1 mei en kon ik een tube zonnecrème kopen van mijn favoriete merk (Louis Widmer).
Ondertussen was ons gezelschap aangegroeid tot 12 personen, waarvan we er 4 kenden. Er moest dus heel wat kennis gemaakt worden. Gelukkig waren het allemaal toffe en open mensen en waren we al snel gezellig aan het keuvelen.
We reden een stukje verder naar Lembeke om onze auto te parkeren en vonden na een korte wandeling een plekje op een gigantisch groot root-wit geblokt tafellaken op een terrein aan de rand van het kanaal vlakbij de Malakofftoren. De warme zon op mijn ondertussen goed ingesmeerde huid deed echt deugd. En voor een drie kwartier of zo deden we heel even zalig niets (man, ik kan me zelfs net herinneren wanneer de laatste keer geweest is dat ik werkelijk niks gedaan heb).
Toen het tijdstip van de afvaart in het vizier kwam, gingen vriendin I en ik nog even snel op zoek naar een toilet, om te vermijden dat we opeens dringendmoesten tijdens onze kanotocht midden op de Zenne. Dat snel bleek relatief te zijn, want we moesten een flink eind stappen om uiteindelijk in zo’n chemisch bouwvakkerstoilet onze behoefte te kunnen doen. Beter dan niks, zeker? Op de terugweg kwamen we ons gezelschap al tegen. Twee dames (waarvan er eentje zwanger was) zagen de afvaart toch niet zitten en bleven op het terrein op onze spullen passen.
Met z’n tienen stapten we in het busje dat ons naar het vertrekpunt bracht. Daar aangekomen vertelde de jongeman die de kano’s bewaakte ons doodleuk dat we nog even een half uurtje moesten wachten omdat onze begeleider er niet was. Ik voelde een lichte verontwaardiging in mij opkomen en moest me inhouden om niet in zaagmodus over te gaan, maar gelukkig reageerde de rest van de groep heel chill en ach, we waren toch niet gehaast.
Uiteindelijk moesten we maar een kwartier wachten. We kregen een zwemvest en een kano voor drie personen toegewezen. Helaas was het middelste zitje van de kano waarin ik zat, samen met mijn vriend en kameraad T (partner van vriendin I, die zelf wijselijk een andere boot had uitgekozen) stuk. Het zitje bestond uit twee houden latten, zonder het gevlochten zitje dat zich normaal daartussen zou moeten bevinden. Niet zo comfortabel. De mannen die ons hielpen bij het instappen raadden mij dan ook aan om plat op de bodem van de kano te gaan zitten.
Dat ging eerst heel erg goed, tot we een paar stroomversnellingen en obstakels tegen kwamen waardoor er water in de boot kwam en mijn wielrennersbroek nattigheid begon te voelen. Toch maar op de plankjes gezeten dan, al een geluk dat ik padding in mijn shorts had! Al bleek het toch niet zo evident om mijn evenwicht te bewaren op dat smalle latje. Eén keer kapseisde onze boot bijna en kregen we een flinke klets water binnen. Mijn niet zo waterbestendige sloefjes waren meteen doorweekt en dat kon ook van mijn short gezegd worden (al goed dat we reservekleren bij hadden). Gelukkig hield mijn fleece me lekker warm, zodat ik de ganse tocht geen kou geleden heb.
Heel mooi was ook de animatie onderweg: de tierende visser was het grappigste, de zingende zeemeermin (die het beslist ijskoud gehad moet hebben in haar niets verhullende outfit) het mooiste. De dame die in de bomen hing te bengelen en de jongleurs vond ik ook leuk. Alleen de act van de politieagent van Natuurpunt die ons met een GAS-boete bedreigde op het einde van de vaartocht duurde voor mij wat te lang.
Het was een heel plezante belevenis, ondanks de vervuilde oevers van de Zenne (gezocht: scouts die eens een paar weekends de handen uit de mouwen willen steken om de boel daar wat op te ruimen) en het slangincident, waarover ik hier maar zal zwijgen, wegens té genant.
Uiteindelijk duurde het tochtje ongeveer een uur en een kwartier. Op het einde van de tocht vernam ik dat de kajakker die ons begeleidde van Korbeek-Dijle afkomstig was en normaal afvaarten op de Dijle begeleidt. Misschien zien we elkaar nog eens terug wanneer we ons aan een afvaart van de Dijle wagen?
Wat iphone foto’s van de dag:
Amazing!
Muntjes tellen!
De resultaten voor één mei:
Bezoek uit Japan!
Een tweetal weken geleden kregen we het bericht dat onze Japanse vriendin voor twee weken naar Europa zou komen. Haar reisschema stond nog niet helemaal vast, maar wij lieten haar alvast weten dat ons logeerbed klaar stond. Wat later kregen we de vraag of ze van 29 april tot 1 mei bij ons kon verblijven. Wonder boven wonder had ik op 29 april nog geen enkele afspraak in mijn agenda staan en ook mijn vriend kon wel een dagje gemist worden op het werk. Dus namen we allebei de dag vrijaf om haar rond te leiden in Leuven. Iets wat we tijdens haar vorige bezoek niet hadden kunnen doen.
We begonnen met een wandeling langs de nieuwe gebouwen van Stella Artois en de in opbouw zijnde Balk van Beel naar Keizersberg om aldaar te genieten van het uitzicht op Leuven aan onze voeten. Waarnaar we kuieren door het rustige park mét schaapjes en laat bloeiende fruitbomen, om aan de voet van de heuvel te eindigen in het geweldig OPEK café voor een snelle en lekkere lunch. We wilden onze vriendin een glimp laten opvangen van de mooie gekleurde stoeltjes in de theaterzaal, maar helaas was die gesloten. Ze zal nog eens moeten terugkomen!
Na de lunch toonde ik haar het prachtig gerenoveerde gebouw van De Hoorn met de mooie koperen ketels in de voormalige brouwzaal. Schitterende plek om de geschiedenis van Leuven bierstad op te snuiven. We wandelden langs de leegstaande, in verval zijnde gebouwen in de Sluisstraat (die hopelijk snel een nieuwe bestemming krijgen). Het charmante Klein Begijnhof en één van de zeven wonderen van Leuven, de Sint-Geertruikerk, de kerk zonder nagels, mocht uiteraard ook niet ontbreken. Via de Karel van Lotharingenstraat kwamen we uit op de Vismarkt, een plein met potentieel dat voorlopig helaas een lelijke parking is. We maakten een klein ommetje langs de nieuw aangelegde terrassen aan de Dijle, zagen vanuit de Dirk Boutslaan de afgeknotte toren van de Sint-Pieterskerk en kochten een kaartje bij de dienst Toerisme voor een rondleiding in het stadhuis. Achteraf bezien bleek dit niet zo’n goed idee te zijn.
We wilden onze vriendin graag de historische kamers in het stadhuis laten zien, maar de gids was er teveel aan. De mens wist heel veel te vertellen en dat zowel in het Frans als in het Nederlands. Hij begon in één van de twee talen iets uit te leggen, kreeg een vraag, beantwoordde deze, vertaalde het antwoord, voegde nog iets toe aan zijn antwoord in de ene taal en begon dan opnieuw aan de vertaling naar de andere taal, voegde nieuwe informatie toe in de andere taal die dan weer vertaald moest worden, enzovoort enzoverder. Op den duur hoopten we dat gewoon niemand meer een vraag zou stellen, maar dat was buiten een koppel enthousiaste Nederlanders gerekend. Ook nog nooit een gids meegemaakt die zo weinig de persoonlijke ruimte van mensen respecteerde. Hij was nogal in your face, wat voor een Japanse wellicht nog meer opviel dan voor ons. Ontsnappen was trouwens onmogelijk, want hij had de voordeur van het stadhuis op slot gedaan…
Na deze rondleiding, was er nog net genoeg tijd om onze vriendin te laten kennismaken met M, onze Leuvense trots. Ik vind de architectuur van het museum zeker zo interessant als de tentoonstellingen. Dat er momenteel drie erg goeie tentoonstellingen lopen in M was mooi meegenomen: de foto’s van Geert Goiris, de prenten van Hieronymus Cock (waar je eigenlijk een paar keer naar terug moet komen, wegens te veel details om in één keer op te nemen) en de videobeelden van Saskia Olde Wolbers.
Na door de gidsen vriendelijk verzocht geweest te zijn het gebouw te verlaten, was het tijd voor het avondmaal. We vonden een tafeltje in een uiterst charmante restaurant op de Grote Markt: Het Moorinneken. Een klein restaurant met een hip interieur dat bijzonder lekker eten serveert. Mijn kabeljauw met gratin van broccoli en asperges was werkelijk overheerlijk. Klassiek met enkele verrassende toetsen. En ik denk dat onze vriendin ook best tevreden was met onze restaurantkeuze.
Na het avondmaal kreeg ik bericht van de collega die ons oorspronkelijk aan onze Japanse vriendin had voorgesteld dat zij onderweg naar Leuven was en of we zin hadden om samen iets te drinken. Natuurlijk hadden we dat, maar ik voegde er wel aan toe dat ik kaarten had voor een voorstelling in het STUK. Toevallig had zij ook afgesproken om naar een lezing in het STUK te gaan met een vriendin, dus was de keuze snel gemaakt: op naar het STUK-café.
Onderweg toonden we nog enkele verborgen pareltjes, waaronder de globe van Verbiest die helaas door te weinig mensen gekend is en den boom van ‘t groot verdriet, een Japanse honingboom, wat ons erg passend leek.
In het STUK ontmoetten we mijn collega en haar vriendin en nog een andere collega die toevallig ook naar dezelfde lezing ging. Ik besloot dan maar solidair een deeltje van de lezing met mijn collega’s mee te pikken en daarna weg te sluipen om naar de dansvoorstelling te gaan waarvoor ik kaarten had. Ondertussen mijn vriend met onze Japanse vriendin in het café achterlatend om samen bier te drinken. Ieder zijn prioriteiten, nietwaar?
Het deeltje van de lezing dat ik kon bijwonen was veel te kort om er veel over te zeggen, maar de dansvoorstelling was fenomenaal.
Nadien dronken we uiteraard nog iets in het café om vervolgens afscheid te nemen van ons gezelschap, want de volgende dag moest er gewerkt worden! We gaven een sleutel aan onze vriendin zodat ze haar plan kon trekken, wezen nog een paar leuke cafés met een uitgebreide bierkaart aan en kropen op tijd in bed.
Na een dagje verlof wachtte er een berg ongelezen mails op mij. Ik had even spijt van mijn dagje verlof, maar terugdenkend aan de leuke dingen die we samen gedaan had, vond ik het minder erg om door die berg heen te waden. Ik raakte niet helemaal rond, maar zorgde dat ik tijdig terug in Leuven was, want we hadden afgesproken om samen met mijn broer en zijn vriendin in de Dijlemolens te dineren. Het was immers al een tijd geleden dat zij onze Japans vriendin nog eens gezien hadden.
We keuvelden gezellig over Japan, anime en de recente reis naar Maleisië en Singapore van mijn broer en zijn vriendin. Alweer een bestemming toegevoegd aan mijn steeds langer wordende lijstje met potentiële reisbestemmingen!
Een fijn diner op alweer een toffe locatie in Leuven, vlakbij een verborgen parkje met een schattig brugje. Ik denk dat we ons best gedaan hebben om onze vriendin wat minder toeristische plekjes van Leuven te laten zien die zeker zo fascinerend zijn als de klassieke toeristische highlights.
De avond sloten we af met Japanse snacks en saké met bubbels op ons appartement. Ik nam die avond al afscheid, omdat ik het niet zag zitten om op de eerste mei supervroeg op te staan om onze vriendin naar het station te begeleiden (ik ben geen ochtendmens). Mijn supergalante vriend deed dit uiteraard wel en zorgde ervoor dat ze op de juiste trein zat, richting Brussel Zuid, zodat ze zeker haar trein naar Zuid-Frankrijk niet zou missen.