Eerlijk, ik was vrijdag met weinig verwachtingen naar Kraków vertrokken. En dan bedoel ik niet vanwege de stad. Acht jaar geleden bezocht ik Kraków voor de eerste keer en het was meteen grote liefde (en neen, dat kwam niet enkel door de massaal geconsumeerde wodka). Ik keek er vanzelfsprekend ontzettend naar uit om mijn enthousiasme voor deze stad met mijn vriend te delen, die er nog nooit was geweest. Neen, het was het huwelijksfeest zelf, waarbij ik me niet veel kon voorstellen. In mijn verbeelding zag ik ons al stierlijk verveeld aan tafel zitten tussen een hoop Polen die enkel Pools spraken. De opzet van het feest bleef tot het laatste moment wat onduidelijk. En ik had niet veel vertrouwen in een feest waarvoor ik, hoe origineel ook, enkel via Facebook was uitgenodigd.
Ik en mijn verbeelding sloegen de bal echter volkomen mis. De kerkelijke plechtigheid was volledig in het Pools en alhoewel Pools wel wat gelijkenissen vertoont met Russisch snapte ik er de ballen van. Gelukkig duurde de viering niet zo lang. Iets wat me voor het katholieke Polen erg verbaasde. Achteraf hoorde ik dat de bruid enkel gedoopt was en daarbuiten geen andere sacramenten meer ontvangen had. Of de viering daarom korter was, dat weet ik niet, maar de trouwgeloften weken daardoor wel af van de norm. Het bruidspaar had zelfs speciaal toestemming moeten vragen aan de bisschop om te mogen huwen voor de kerk.
Na de mis werd aan de ingang van de kerk duchtig gekust en gefeliciteerd. (Twee kussen in plaats van drie, hoe vaak ik dat niet mis gedaan heb. Heel stom gezicht. Hangt je derde kus daar ergens in de lucht te zweven.) Daarna trokken we met de familie en de getuigen naar het restaurant waar we zouden eten. Op straat begonnen mensen spontaan ‘Stola, stola’ te zingen, een lied dat ‘Moge jullie honderd jaar worden’ betekent. Onze groep bestond uit zo’n veertig personen, voornamelijk familie. Mijn vriend, ikzelf, de Italiaanse collega van mijn vriend en een Waalse vriendin van de bruidegom waren de enige buitenlanders. Al gauw babbelden we onder mekaar een gezellige mix van Frans, Italiaans en Engels, waarbij Engels duidelijk de bovenhand haalde.
In het restaurant aangekomen, bleek dat men ons aan de eretafel neergezet had, bij de bruid en bruidegom. Dit had ik niet verwacht, vooral niet omdat ik de bruid en bruidegom in heel mijn leven nog maar vijf minuten gezien had. We voelden ons vereerd, maar ook een beetje gegeneerd. Blijkbaar was het feit dat we helemaal uit het buitenland gekomen waren voldoende om ons als bevoorrechte gasten te behandelen. Verder waren er enkel familieleden en een beperkt aantal vrienden.
Het eten was heerlijk, maar zwaar, zoals het Pools eten betaamt. Het voorgerecht bestond uit varkensvlees in aspic, daarna kregen we Hongaarse goulash geserveerd in een brood. Heerlijk! Het hoofdgerecht was supermalse eend met krieken, gebakken patatjes en bietenpuree. Daarna volgde er nog een ijsje dat ik met veel moeite binnengewerkt kreeg. De veel te zware schuimtaart met een soort crème au beurre (waar ik sowieso al niet dol op ben) liet ik na een paar minihapjes liggen. Vanaf het voorgerecht werden, zoals verwacht, de flessen wodka op tafel gezet en er werd menig toost uitgebracht op de bruid en de bruidegom en het leven in het algemeen. De fles was nog niet leeg of er stond er al een nieuwe op tafel.
Bij ons aan tafel zaten ook de beide getuigen. Met de getuige van de bruid (die ontzettend hard op Lady Gaga leek) klikte het meteen. Haar Engels was heel vlot en ze was een beetje prettig gestoord. Al snel was er een wedstrijdje wodka drinken tussen haar en de Italiaan aan de gang. De uitslag bleef die avond onbeslist, maar ik weet dat de dag nadien de getuige van de bruid paddenstoelen is gaan plukken en de Italiaan tot vier uur ‘s namiddags in bed is blijven liggen. 😉 De gesprekken met de getuige van de bruidegom en zijn vriendin gingen iets stroever, omdat hun Engels wat slechter was, maar ook zij bleken heel toffe mensen te zijn.
Later op de avond, voegden zich nog andere gasten bij aan onze tafel, die duidelijk de tofste tafel van allemaal was. Onze nieuwe disgenoten bleken geen Engels te kunnen, maar wel Duits. Het leek bij momenten de toren van Babel wel. 😉 Al moet gezegd dat er niets boven wodka gaat om de tongen losser te maken.
Uiteraard sloten we als eregasten het feest af met een laatste glas honinglikeur (krupnik). We kregen allemaal een plantje mee als aandenken en besloten een bar op te zoeken om verder te feesten. Ons gezelschap was ondertussen geslonken tot zeven personen. In de bar sloeg bij mij de vermoeidheid echter toe en rond een uur of twee hielden we het voor bekeken. We wilden immers zaterdag nog wat van de stad zien en zaterdagavond stond er een tweede feestje op het programma, waarover later meer.