Het laatste weekend van juni

Het weekend na onze Schotlandreis had ik bewust niet te vol gepland. Kwestie van een beetje te recupereren van deze toch wel vermoeiende reis, want zowel mijn vriend als ikzelf zijn de maandag na onze terugkomst meteen weer het werkleven ingedoken.

Vrijdagavond hadden we afgesproken met mijn squashpartner en zijn nieuwe vriendin om samen sushi te gaan eten. Ik was natuurlijk erg nieuwsgierig zijn nieuwe verovering te leren kennen. Mijn squashpartner is nogal een lady’s man, maar echt veel geluk in de liefde heeft hij, na een mislukt huwelijk, nog niet echt gehad. De nieuwe vriendin bleek een jonge, sympathieke leerkracht te zijn met wie het meteen klikte. Een opluchting, want dat was bij sommige van zijn vorige vriendinnen niet het geval.

We keuvelden gezellig terwijl we ons best deden de reusachtige Titanic sushiboot van de Inari leeg te eten. Het lukte ons bijna, maar we strandden een paar sushi’s voor de finish. Wel jammer dat het zo druk was in de Inari waardoor we wat geluidsoverlast hadden van de andere tafeltjes die te dicht bij de onze stonden.

Na het diner trokken we naar Les Parisiennes in de Schrijnemakersstraat, een vrij nieuwe zaak die ik graag eens wilde uitproberen. Ik dronk eerst een theetje, maar toen ik de cosmopolitan zag die mijn squashpartner besteld had, moest ik niet lang twijfelen over mijn volgende drankje. Een cosmopolitan voor mij, alstublieft! De cosmopolitan was echt perfect, een beetje zuur, zoals ik dat graag heb. Heerlijk!

We namen nog vóór middernacht afscheid om op tijd in bed te liggen.

Zaterdag sliepen we uit en gingen we de stad in om wat boodschappen te doen, al onze eetvoorraden waren uitgeput en dienden dringend aangevuld te worden. Ik ging ook op zoek naar een rood strikje voor mijn vriend. Het eerste weekend van juli worden we namelijk op een huwelijksfeest verwacht waar de dresscode “a touch of red” is. Voor mij niet zo’n probleem, voor mijn vriend nét iets meer. Na een zoektocht langs verschillende winkels vond ik een prachtig rood zijden strikje voor de fabelachtige prijs van 65 euro. Slik, dat is nu wel heel veel geld voor iets wat mijn vriend één keer zal dragen. Dat geld geven we dan toch liever cadeau aan de bruid en bruidegom. Gelukkig leverde een facebookoproep een rode das op. Problem solved! (En dat ik daar niet eerder aan gedacht had.)

‘s Avonds trokken we naar de film en zondagmiddag schoven we met onze Leuvense vrienden en hun twee schattige blonde dochters de voeten onder de Langste Tafel. Het eten was wat minder dan andere jaren, maar het gezelschap maakte veel goed. De jongste dochter is een spring-in-‘t-veld en voordat ik het wist stond ik samen met haar rondjes te draaien op de muziek van het live orkest. Ik voelde me weer kind!

Na afscheid van onze vrienden genomen te hebben, reden we naar het rusthuis om in beperkte kring mijn grootmoeder haar drieënnegentigste verjaardag te vieren. Het is cru om te zeggen, maar ik hoop van harte dat er niet meer te veel verjaardagen zullen volgen. Van de vrouw die mijn grootmoeder eens was, is geen spoor meer te bekennen en ze komt soms echt agressief  uit de hoek. Alleen de taart, daar is ze verzot op. Maar liefst drie stukken speelde ze naar binnen. En wie kan  haar dit kleine pleziertje misgunnen?

Op de terugweg van mijn grootmoeder gingen we nog even langs bij mijn zalig slapend petekindje om een paar souvenirs die we in Skye gekocht hadden af te geven. De mama en papa van mijn petekindje werden het volgend weekend verwacht op de babyborrel van een meisje dat Skye heette, vandaar dat het hen wel leuk leek om een paar items met Skye op cadeau te geven aan de kersverse ouders.

Een fijn, ontspannen weekend.

 

Het laatste weekend van mei

Een redelijk rustig weekend, voor de verandering. Zaterdag werden we verwacht bij de ouders van mijn vriend. Voor het eerst sinds heel lang zaten zowel zijn broer als zijn zus mee aan tafel. Wat maakte dat de sfeer (begrijpelijk) soms wat geforceerd was, maar het is wel een fantastische stap vooruit. Hopelijk kunnen de wonden die geslagen zijn nu eindelijk beginnen helen.

Zondag hadden we volk over de vloer: drie koppels met in totaal vier kinderen. Gezellig druk dus! Om onszelf niet al te veel te belasten, waren we zaterdag lasagne gaan kopen bij Pastificio Antonio in de Mechelsestraat. Wat een succes! De lasagne was heerlijk en het enige wat we moesten doen, was de bakjes op tijd in de oven schuiven. En zo hielden we tijd vrij om bij te babbelen en met de kindjes te spelen.

Terwijl onze slaap- en badkamer gevuld werden met reisbedjes voor de middagdutjes, genoten de volwassenen van een glaasje Chardonnay Meerdael. Voor het dessert hadden we brownies en cheesecake gekocht bij een leuk nieuw kraampje op de Leuvense markt in de Brusselsestraat. Uiteraard konden we niet voorzien dat één koppel een reusachtige aardbeientaart meegebracht had, waardoor we met een gigantisch taartenoverschot kwamen te zitten (tot grote vreugde van mijn collega’s die zich maar al te graag op de restjes stortten).

Een zalige zondag om ontspannen te beginnen aan een zware werkweek.

Het tweede weekend van mei

Speelden we twee keer gastheer en gastvrouw. Zaterdag hadden we onze vrienden van over de taalgrens over de vloer. We grepen terug naar onze vertrouwde succesformule: hapjes van De Walvis, een simpele wok met peultjes, babymaïs, groene asperges, pepertjes en rundsvlees als hoofdgerecht en aardbeien in balsamico met mascarpone (een recept van Jamie Oliver) als dessert. Alleen de wok vond ik wat tegenvallen. Er zaten naar mijn smaak verhoudingsgewijs te veel peultjes in de wok en de peultjes waren niet op het juist moment geplukt, waardoor ze draderig waren en er al erwtjes in zaten. Maar gezond was het wel! We keuvelden gezellig bij onder het genot van een glaasje wijn en klaagden wat over het slecht weer (dat blijkt de laatste tijd zowat een constante te zijn).

Zondag hadden we mijn jongste petekindje over de vloer met de mama en de papa. We maakten er een heuse moederdagbrunch van met taartjes van House of Taste. En ja, we hadden weer veel te veel gekocht. Onze gasten zulle nooit met honger buiten gaan! Tussen de flesjes door organiseerden we een heuse fotoshoot met mijn petekindje. Ik probeerde zo goed en zo kwaad als het ging de witte muur van de living “uit te branden” om een echt studioresultaat te bekomen. Het lukte bijna, maar net niet helemaal. Misschien mij eens wat extra goedkope flitsen aanschaffen. Maar het belangrijkste was dat de mama van mijn petekindje heel blij was met het resultaat.

En mijn petekindje? Die kan zo in een catalogus voor professionele fotomodellen gaan staan. 😉

Het eerste weekend van mei

Vrijdagavond naar de openingsfilm van Docville geweest. De documentaire The Imposter zette mij door de vele re-enactments voortdurend op het verkeerde been, waardoor ik na de film met het gevoel bleef zitten zelf in het ootje genomen te zijn. Na de film bleven we plakken op de receptie alwaar ik een collega en zijn vriendin tegen het lijf liep. We dronken samen een glaasje en genoten van de heerlijk verzorgde hapjes. ‘t Was zo plezant dat we ongeveer tot het allerlaatste bleven plakken. Dat belooft voor de zomeravond die we prikten op samen te genieten van hun mooie tuin!

Zaterdag deden we boodschappen voor het diner met mijn broertje en zijn vriendin (foto’s van Singapore en Maleisië,  hoera!) later op de dag en de brunch die we op zondagochtend gepland hadden. We gingen langs bij onze favoriete Leuvense kleinhandelwinkels: beenhouwerij Rondou, De Walvis en Saha en kochten fruit, geitenkaas, brood en heerlijk gebak van De Kers op de Taart  Ik kocht twee mooie witte orchideeën op de bloemenmarkt en smulde van een ijsje van Decadenza.

Het diner ‘s avonds was een groot succes door de lekkere hapjes en de heerlijke vis van De Walvis. Mijn vriend maakte een recept van Jamie Oliver klaar met kabeljauw, mozarella en héél véél kerstomaatjes. Omdat ik nu eenmaal dol ben op die kleine tomaatjes die zo heerlijk knapperig openspringen in je mond. Tussen hoofdgerecht en dessert haalden we de projector van onder het stof en bewonderden we de prachtige reisfoto’s van mijn broertje en zijn vriendin. Voor het dessert had ik fruitsla en chocoladegebak voorzien. Uiteraard had ik weer veel te enthousiast fruit gesneden en hebben we ons nog tot ver in de werkweek van de fruitsla kunnen bedienen.

De volgende ochtend sliepen we lekker lang uit en maakten we alles klaar voor de brunch. We hadden naar goede gewoonte veel te veel eten voorzien. Alleszins veel meer dan wat vier personen en twee peuters kunnen opkrijgen tijdens een uitgebreide brunch. De eieren en het gebak van De Kers op de Taart hebben we zelfs niet eens aangeraakt (niet dat ik dat erg vond, heb ik er de rest van de week nog van kunnen genieten). De peuters hielden zich bezig met alle knuffels te verzamelen die zich in ons appartementje bevonden. Altijd een hit bij de kleinsten!

Na de overvloedige maaltijd maakten we een wandelingetje naar de Centrale Werkplaatsen om alles wat te laten zakken. Het zonnetje scheen, we liepen wat bekend volk tegen het lijf en we probeerden ons voor te stellen hoe deze site eruit zou zien wanneer de (toch wel ambitieuze) plannen volledig gerealiseerd zouden zijn.

Een fijn weekend met iets meer ademruimte voor onszelf, want op zondagavond slaagden we er zelfs in nog wat werk te verzetten na de rommel opgeruimd te hebben die de kindjes van L en J hadden achtergelaten. Morsen dat zo’n kinderen kunnen, ik sta er altijd weer versteld van. 😉

 

1 mei 2013

Toen ik wakker werd, was onze Japanse vriendin al vertrokken en kon ik mijn hoofd beginnen breken over wat een mens draagt om de Zenne af te varen in een kano. Ik geraakte niet verder dan mijn wielrennersbroek van onze fietsvakantie door Japan en een los bloesje in zo’n stofje dat snel opdroogt. Echt warm was het niet, dus ik nam voor de zekerheid ook maar een fleece mee.

We begonnen onze dag van de arbeid (een dag waarop de meesten onder ons helemaal niet moeten arbeiden) met een bezoek aan de Madonna met de ballen van Halle (dat rijmt!). De Basiliek zelf konden we spijtig genoeg niet betreden wegens volop restauratiewerken aan de gang.

Om voldoende energie op te doen voor een uurtje kanovaren aten we eerst iets op het terras van ‘t Groot Café. Ik moest wat langer dan de rest van ons gezelschap wachten op mijn zalm met asperges, maar het smaakte daarna des te meer. Tijdens het middageten voelde ik de zon branden op mijn onbeschermde huid en ik vreesde de dag zo rood als een kreeft te eindigen, zeker in combinatie met de frisse wind en een beetje water. Gelukkig was er op de Grote Markt een apotheker die open was op 1 mei en kon ik een tube zonnecrème kopen van mijn favoriete merk (Louis Widmer).

Ondertussen was ons gezelschap aangegroeid tot 12 personen, waarvan we er 4 kenden. Er moest dus heel wat kennis gemaakt worden. Gelukkig waren het allemaal toffe en open mensen en waren we al snel gezellig aan het keuvelen.

We reden een stukje verder naar Lembeke om onze auto te parkeren en vonden na een korte wandeling een plekje op een gigantisch groot root-wit geblokt tafellaken op een terrein aan de rand van het kanaal vlakbij de Malakofftoren. De warme zon op mijn ondertussen goed ingesmeerde  huid deed echt deugd. En voor een drie kwartier of zo deden we heel even zalig niets (man, ik kan me zelfs net herinneren wanneer de laatste keer geweest is dat ik werkelijk niks gedaan heb).

Toen het tijdstip van de afvaart in het vizier kwam, gingen vriendin I en ik nog even snel op zoek naar een toilet, om te vermijden dat we opeens dringendmoesten tijdens onze kanotocht midden op de Zenne. Dat snel bleek relatief te zijn, want we moesten een flink eind stappen om uiteindelijk in zo’n chemisch bouwvakkerstoilet onze behoefte te kunnen doen. Beter dan niks, zeker? Op de terugweg kwamen we ons gezelschap al tegen. Twee dames (waarvan er eentje zwanger was) zagen de afvaart toch niet zitten en bleven op het terrein op onze spullen passen.

Met z’n tienen stapten we in het busje dat ons naar het vertrekpunt bracht. Daar aangekomen vertelde de jongeman die de kano’s bewaakte ons doodleuk dat we nog even een half uurtje moesten wachten omdat onze begeleider er niet was. Ik voelde een lichte verontwaardiging in mij opkomen en moest me inhouden om niet in zaagmodus over te gaan, maar gelukkig reageerde de rest van de groep heel chill en ach, we waren toch niet gehaast.

Uiteindelijk moesten we maar een kwartier wachten. We kregen een zwemvest en een kano voor drie personen toegewezen. Helaas was het middelste zitje van de kano waarin ik zat, samen met mijn vriend en kameraad T (partner van vriendin I, die zelf wijselijk een andere boot had uitgekozen) stuk. Het zitje bestond uit twee houden latten, zonder het gevlochten zitje dat zich normaal daartussen zou moeten bevinden. Niet zo comfortabel. De mannen die ons hielpen bij het instappen raadden mij dan ook aan om plat op de bodem van de kano te gaan zitten.

Dat ging eerst heel erg goed, tot we een paar stroomversnellingen en obstakels tegen kwamen waardoor er water in de boot kwam en mijn wielrennersbroek nattigheid begon te voelen. Toch maar op de plankjes gezeten dan, al een geluk dat ik padding in mijn shorts had! Al bleek het toch niet zo evident om mijn evenwicht te bewaren op dat smalle latje. Eén keer kapseisde onze boot bijna en kregen we een flinke klets water binnen. Mijn niet zo waterbestendige sloefjes waren meteen doorweekt en dat kon ook van mijn short gezegd worden (al goed dat we reservekleren bij hadden). Gelukkig hield mijn fleece me lekker warm, zodat ik de ganse tocht geen kou geleden heb.

Heel mooi was ook de animatie onderweg: de tierende visser was het grappigste, de zingende zeemeermin (die het beslist ijskoud gehad moet hebben in haar niets verhullende outfit) het mooiste. De dame die in de bomen hing te bengelen en de jongleurs vond ik ook leuk. Alleen de act van de politieagent van Natuurpunt die ons met een GAS-boete bedreigde op het einde van de vaartocht duurde voor mij wat te lang.

Het was een heel plezante belevenis, ondanks de vervuilde oevers van de Zenne (gezocht: scouts die eens een paar weekends de handen uit de mouwen willen steken om de boel daar wat op te ruimen) en het slangincident, waarover ik hier maar zal zwijgen, wegens té genant.

Uiteindelijk duurde het tochtje ongeveer een uur en een kwartier. Op het einde van de tocht vernam ik dat de kajakker die ons begeleidde van Korbeek-Dijle afkomstig was en normaal afvaarten op de Dijle begeleidt. Misschien zien we elkaar nog eens terug wanneer we ons aan een afvaart van de Dijle wagen?

Wat iphone foto’s van de dag:

Bezoek uit Japan!

Een tweetal weken geleden kregen we het bericht dat onze Japanse vriendin voor twee weken naar Europa zou komen. Haar reisschema stond nog niet helemaal vast, maar wij lieten haar alvast weten dat ons logeerbed klaar stond. Wat later kregen we de vraag of ze van 29 april tot 1 mei bij ons kon verblijven. Wonder boven wonder had ik op 29 april nog geen enkele afspraak in mijn agenda staan en ook mijn vriend kon wel een dagje gemist worden op het werk. Dus namen we allebei de dag vrijaf om haar rond te leiden in Leuven. Iets wat we tijdens haar vorige bezoek niet hadden kunnen doen.

We begonnen met een wandeling langs de nieuwe gebouwen van Stella Artois en de in opbouw zijnde Balk van Beel naar Keizersberg om aldaar te genieten van het uitzicht op Leuven aan onze voeten. Waarnaar we kuieren door het rustige park mét schaapjes en laat bloeiende fruitbomen, om aan de voet van de heuvel te eindigen in het geweldig OPEK café voor een snelle en lekkere lunch. We wilden onze vriendin een glimp laten opvangen van de mooie gekleurde stoeltjes in de theaterzaal, maar helaas was die gesloten. Ze zal nog eens moeten terugkomen!

Na de lunch toonde ik haar het prachtig gerenoveerde gebouw van De Hoorn met de mooie koperen ketels in de voormalige brouwzaal. Schitterende plek om de geschiedenis van Leuven bierstad op te snuiven. We wandelden langs de leegstaande, in verval zijnde gebouwen in de Sluisstraat (die hopelijk snel een nieuwe bestemming krijgen). Het charmante Klein Begijnhof en één van de zeven wonderen van Leuven, de Sint-Geertruikerk, de kerk zonder nagels, mocht uiteraard ook niet ontbreken. Via de Karel van Lotharingenstraat kwamen we uit op de Vismarkt, een plein met potentieel dat voorlopig helaas een lelijke parking is. We maakten een klein ommetje langs de nieuw aangelegde terrassen aan de Dijle, zagen vanuit de Dirk Boutslaan de afgeknotte toren van de Sint-Pieterskerk en kochten een kaartje bij de dienst Toerisme voor een rondleiding in het stadhuis. Achteraf bezien bleek dit niet zo’n goed idee te zijn.

We wilden onze vriendin graag de historische kamers in het stadhuis laten zien, maar de gids was er teveel aan. De mens wist heel veel te vertellen en dat zowel in het Frans als in het Nederlands. Hij begon in één van de twee talen iets uit te leggen, kreeg een vraag, beantwoordde deze, vertaalde het antwoord, voegde nog iets toe aan zijn antwoord in de ene taal en begon dan opnieuw aan de vertaling naar de andere taal, voegde nieuwe informatie toe in de andere taal die dan weer vertaald moest worden, enzovoort enzoverder. Op den duur hoopten we dat gewoon niemand meer een vraag zou stellen, maar dat was buiten een koppel enthousiaste Nederlanders gerekend. Ook nog nooit een gids meegemaakt die zo weinig de persoonlijke ruimte van mensen respecteerde. Hij was nogal in your face, wat voor een Japanse wellicht nog meer opviel dan voor ons. Ontsnappen was trouwens onmogelijk, want hij had de voordeur van het stadhuis op slot gedaan…

Na deze rondleiding, was er nog net genoeg tijd om onze vriendin te laten kennismaken met M, onze Leuvense trots. Ik vind de architectuur van het museum zeker zo interessant als de tentoonstellingen. Dat er momenteel drie erg goeie tentoonstellingen lopen in M was mooi meegenomen: de foto’s van Geert Goiris, de prenten van Hieronymus Cock (waar je eigenlijk een paar keer naar terug moet komen, wegens te veel details om in één keer op te nemen) en de videobeelden van Saskia Olde Wolbers.

Na door de gidsen vriendelijk verzocht geweest te zijn het gebouw te verlaten, was het tijd voor het avondmaal. We vonden een tafeltje in een uiterst charmante restaurant op de Grote Markt: Het Moorinneken. Een klein restaurant met een hip interieur dat bijzonder lekker eten serveert. Mijn kabeljauw met gratin van broccoli en asperges was werkelijk overheerlijk. Klassiek met enkele verrassende toetsen. En ik denk dat onze vriendin ook best tevreden was met onze restaurantkeuze.

Na het avondmaal kreeg ik bericht van de collega die ons oorspronkelijk aan onze Japanse vriendin had voorgesteld dat zij onderweg naar Leuven was en of we zin hadden om samen iets te drinken. Natuurlijk hadden we dat, maar ik voegde er wel aan toe dat ik kaarten had voor een voorstelling in het STUK. Toevallig had zij ook afgesproken om naar een lezing in het STUK te gaan met een vriendin, dus was de keuze snel gemaakt: op naar het STUK-café.

Onderweg toonden we nog enkele verborgen pareltjes, waaronder de globe van Verbiest die helaas door te weinig mensen gekend is en den boom van ‘t groot verdriet, een Japanse honingboom, wat ons erg passend leek.

In het STUK ontmoetten we mijn collega en haar vriendin en nog een andere collega die toevallig ook naar dezelfde lezing ging. Ik besloot dan maar solidair een deeltje van de lezing met mijn collega’s mee te pikken en daarna weg te sluipen om naar de dansvoorstelling te gaan waarvoor ik kaarten had. Ondertussen mijn vriend met onze Japanse vriendin in het café achterlatend om samen bier te drinken. Ieder zijn prioriteiten, nietwaar?

Het deeltje van de lezing dat ik kon bijwonen was veel te kort om er veel over te zeggen, maar de dansvoorstelling was fenomenaal.

Nadien dronken we uiteraard nog iets in het café om vervolgens afscheid te nemen van ons gezelschap, want de volgende dag moest er gewerkt worden! We gaven een sleutel aan onze vriendin zodat ze haar plan kon trekken, wezen nog een paar leuke cafés met een uitgebreide bierkaart aan en kropen op tijd in bed.

Na een dagje verlof wachtte er een berg ongelezen mails op mij. Ik had even spijt van mijn dagje verlof, maar terugdenkend aan de leuke dingen die we samen gedaan had, vond ik het minder erg om door die berg heen te waden. Ik raakte niet helemaal rond, maar zorgde dat ik tijdig terug in Leuven was, want we hadden afgesproken om samen met mijn broer en zijn vriendin in de Dijlemolens te dineren. Het was immers al een tijd geleden dat zij onze Japans vriendin nog eens gezien hadden.

We keuvelden gezellig over Japan, anime en de recente reis naar Maleisië en Singapore van mijn broer en zijn vriendin. Alweer een bestemming toegevoegd aan mijn steeds langer wordende lijstje met potentiële reisbestemmingen!

Een fijn diner op alweer een toffe locatie in Leuven, vlakbij een verborgen parkje met een schattig brugje. Ik denk dat we ons best gedaan hebben om onze vriendin wat minder toeristische plekjes van Leuven te laten zien die zeker zo fascinerend zijn als de klassieke toeristische highlights.

De avond sloten we af met Japanse snacks en saké met bubbels op ons appartement. Ik nam die avond al afscheid, omdat ik het niet zag zitten om op de eerste mei supervroeg op te staan om onze vriendin naar het station te begeleiden (ik ben geen ochtendmens). Mijn supergalante vriend deed dit uiteraard wel en zorgde ervoor dat ze op de juiste trein zat, richting Brussel Zuid, zodat ze zeker haar trein naar Zuid-Frankrijk niet zou missen.

Het wekelijkse weekendverslag

Ons weekend startte op zaterdagmiddag met een blitsbezoekje aan het Zythos bierfestival in de Brabanthal. Zelf ben ik geen bierdrinker, dus hield ik het bij rondkijken. Jammer, maar helaas, ik krijg mijn smaakpapillen niet getraind op het drinken van bier. Wel een beetje spijtig, want de grote variëteit aan bieren en het feit dat er zoveel kleine ambachtelijke brouwerijen bestaan, maakt dat een bierliefhebber altijd wel iets nieuws kan proberen.

Om drie uur werden we vervolgens verwacht in het Huis van Mihr voor het verjaardagsfeestje van een toffe éénjarige, die een beetje moe van al dat feestvieren de helft van zijn feestje al slapend doorbracht. De jarige was alleszins flink gegroeid sinds de laatste keer dat we hem zagen tijdens ons bezoekje in Kopenhagen (al zo lang geleden! beetje schaamtelijk). Voor ons was het de tweede keer dat we voor een feest gevraagd werden in het Huis van Mihr en het moet gezegd: het was een aangenaam weerzien met deze gezellige plek én met de heerlijke hapjes! We leerden fijne nieuwe mensen (gebeten door de reismicrobe, net als wij) kennen en praatten bij met oude bekenden.

Voordat we er erg in hadden was het al vijf uur en moesten we afscheid nemen, we werden immers om zeven uur verwacht bij vrienden in West-Vlaanderen. Ik hoop alleszins dat dit niet ons laatste bezoekje aan het Huis van Mihr zal zijn. Misschien geven we er zelf wel eens een feestje. 😉

Omdat we de dag nadien bij andere vrienden in West-Vlaanderen verwacht werden en we geen zin hadden om twee keer in één weekend helemaal naar West-Vlaanderen te rijden, hadden we een hotel gereserveerd in Roeselare. Hotel Chamdor is een vierkante blok gelegen op een industrieterrein, maar de kamer was in orde en het onthaal West-Vlaams gastvrij. Alleen het chique “welnessbad” stelde wat teleur. Je kon er amper met twee personen in en de waterdruk was aan de lage kant waardoor al die massagefuncties maar half werkten. Maar het was wel fijn om ‘s ochtends een uitgebreid bad te kunnen nemen.

Maar ik loop vooruit op de feiten. Zaterdagavond onthaalden onze vrienden ons op een uitgebreide kaasschotel, bestaande uit allemaal kazen uit de streek. Heerlijk, maar bijzonder calorierijk, vooral als je er dan ook nog eens een glaasje heerlijke rode wijn bij drinkt. Spijs en drank en goed gezelschap, meer heeft een mens niet nodig om een aangename avond door te brengen. En het was dubbel zo fijn, wetende dat we nadien geen lange nachtelijk autorit naar Leuven voor de boeg hadden.

Na het zondagse ontbijt reden we naar onze vierde afspraak voor dit weekend. De afspraak lag al enkele maanden vast, maar toen konden we niet voorzien dat dit ook een ziekenbezoek zou worden. Onze charmante gastvrouw had aan een accidentje op de trampoline een dubbele beenbreuk overgehouden. Pijnlijke zaak. Ik kreeg letterlijk kippenvel toen ze het verhaal in geuren en kleuren vertelde. Voorlopig ligt ze nog in het gips, maar binnenkort start de revalidatie. Het zal alleszins nog een lange herstelperiode worden. Wij duimen.

Zoals we dat gewoon zijn, werden we op West-Vlaams gastvrije wijze onthaald op de heerlijkste spijzen en dranken. Tussen de gangen door kregen we een rondleiding in het pas gerenoveerde huis en konden we niet anders dan vol bewondering staan voor de goed smaak van onze gastheer en gastvrouw. Hun leuke woning straalt een tof retro gevoel uit. Heel knap en ze hebben de renovatie bijna helemaal zelf gedaan. Chapeau!

In de late namiddag namen we afscheid en vatten we de terugrit naar Leuven aan, moe, maar voldaan.

 

De verdwenen auto

Vrijdagavond stond er een bezoekje aan een kersverse baby op het programma. Mijn vriend en ik waren later terug van het werk dan gepland, waardoor al een flink stuk van het bezoekuur in Gasthuisberg voorbij was.  Geen nood, snel wat boterhammen achter de kiezen gestoken en op naar onze auto, omdat we de steile fietstocht naar GHB niet zagen zitten na een vermoeiende werkweek.

De auto stond niet op de plek waar we hem dachten achtergelaten te hebben. Ook verderop in de straat geen spoor te vinden van onze toch wel opvallend rode auto. “Shit, alweer weggesleept”, was de eerste verklaring die in ons opkwam. Dat was dan al de derde keer in 2013 zijn dat onze auto administratief getakeld werd. Ondertussen zijn we het dus al gewoon de auto te gaan zoeken op parking Bodart. Een telefoontje naar de politie gaf echter niet de verwachte uitkomst. “Neen, meneer, de laatste keer dat ons systeem aangeeft dat  uw auto getakeld werd, wat in februari.”

Hmm, auto gepikt? Leek ons weinig waarschijnlijk, maar ondertussen tikte de tijd wel weg en waren we nog geen stap dichter bij GHB. Dan maar de bus genomen. Ik mag dan al klagen over de overdadige bussenstroom door het centrum van Leuven, soms is het toch wel handig, zo om de tien minuten een bus. Tijdens ons busritje zocht ik op in mijn agenda wat we het vorige weekend ook alweer gedaan hadden, om zo te kunnen reconstueren waar onze auto zich bevond.

Nog geen seconde later vind onze euro: we waren immers met de auto van het kasteel van Horst naar de receptie in Leuven centrum gereden en hadden daar, na al die prosecco, de auto laten staan en waren te voet naar huis terug gekeerd. Mystery solved. En we hebben er nog goed mee kunnen lachen tijdens het babybezoek aan de vierde zoon van onze vrienden. :-)

Na het bezoekje zijn we de auto toch maar gaan ophalen om hem in onze eigen straat te parkeren.

Een warme lenteavond

Bij vrienden in de tuin, genietend van een glaasje champagne terwijl de laatste zonnestralen van de ondergaande zon onze gezichten een rode tint gaven en de baby met een brede glimlach haar flesje melk dronk.

Spijtig dat het morgen alweer gedaan is met het goeie weer. :-(

Weekend

Mijn weekend startte zo rond een uur of vijf op vrijdagavond toen ik in de Wetstraat uit de auto met mijn collega’s stapte, mijn spullen vliegensvlug uit de koffer haalde en mijn vriend en zijn internationale collega’s aantrof in een brasserie in de buurt van Schuman. Toch handig die smartphones, gewoon een adres doorgestuurd krijgen en de gps volgen tot in de brasserie. Hoe deed een mens dat vroeger, vraag ik mij soms af.

Zaterdag was er een afspraak weggevallen uit onze agenda, dus kwam er tijd vrij om onze kleerkast aan te vullen (wat nodig was, want hier en daar vielen er (letterlijk) gaten in onze garderobe te bespeuren). ‘s Avonds spoorden we naar Gent om in een studentencafé de nieuwe voordeur van een charmante jongedame te vieren en dronk ik een Mr. Pi-Nuts. Omdat treinen nu eenmaal veel te vroeg stoppen met rijden, moesten we het hoogtepunt van het feestje spijtig genoeg aan ons voorbij laten gaan.

Zondagmiddag lunchten we met vrienden en hun zoontje in een Aziatisch restaurant om vervolgens verder te rijden naar het kasteel van Horst. Spijtig genoeg is een groot deel van het kasteel niet meer toegankelijk om wille van de restauraties, maar we konden toch nog een gedeelte van het stucwerk van Hansche bewonderen.

En daarna was het tijd voor de jaarlijkse receptie en prijsuitreiking van onze favoriete Rome-vereniging, alwaar we met toffe mensen babbelden terwijl we ons te goed deden aan heerlijke Italiaanse hapjes en veel te lekkere prosecco (wat we ons de dag nadien uiteraard beklaagden).