Mensen die mij kennen, weten dat ik nogal graag en veel kus (op de wang, he! enkel mijn vriendje heeft het voorrecht op andere lichaamszones mijn lippen te mogen voelen). Zowel bij de begroeting, als bij het afscheid nemen, mogen vrienden en kennissen kussen verwachten. Ik vind een kus gewoon de ideale manier om te laten blijken dat je blij bent dat iemand er is (of dat hij weggaat, haha). Kussen is iets wat ik tijdens mijn studententijd heb aangeleerd, want voordien werd er thuis zelden of nooit gekust. Een leuke gewoonte die is blijven plakken.
In professionele context ligt dat echter heel anders, daar hou ik het meestal bij een vriendelijke en stevige handdruk. Nu overkomt het mij regelmatig dat collega’s of projectmedewerkers mij spontaan een stevige pakkerd geven (en neen, niet enkel op mijn verjaardag). Wat ik op zich natuurlijk niet zo erg vind, maar ik weet dan nooit welke houding ik moet aannemen. Daar sta ik dan een beetje onnozel te wezen met mijn uitgestoken hand en moet ik die persoon dan de volgende keer ook zoenen of afwachten tot hij of zij het intiatief neemt?
Initieel was het voor mij simpel: kussen is voor privégebruik, de handdruk voor professionele contacten. Maar tegenwoordig duiken professionele contacten ook op in mijn privésituatie en dan geef je toch een kus en dan is het raar om dat opeens niet te doen in werkcontext. Enfin, waar een mens zoal over zit na te denken op een vrijdagnamiddag.