To kiss or not to kiss

Mensen die mij kennen, weten dat ik nogal graag en veel kus (op de wang, he! enkel mijn vriendje heeft het voorrecht op andere lichaamszones mijn lippen te mogen voelen). Zowel bij de begroeting, als bij het afscheid nemen, mogen vrienden en kennissen kussen verwachten. Ik vind een kus gewoon de ideale manier om te laten blijken dat je blij bent dat iemand er is (of dat hij weggaat, haha). Kussen is iets wat ik tijdens mijn studententijd heb aangeleerd, want voordien werd er thuis zelden of nooit gekust. Een leuke gewoonte die is blijven plakken.

In professionele context ligt dat echter heel anders, daar hou ik het meestal bij een vriendelijke en stevige handdruk.  Nu overkomt het mij regelmatig dat collega’s of projectmedewerkers mij spontaan een stevige pakkerd geven (en neen, niet enkel op mijn verjaardag). Wat ik op zich natuurlijk niet zo erg vind, maar ik weet dan nooit welke houding ik moet aannemen. Daar sta ik dan een beetje onnozel te wezen met mijn uitgestoken hand en moet ik die persoon dan de volgende keer ook zoenen of afwachten tot hij of zij het intiatief neemt?

Initieel was het voor mij simpel: kussen is voor privégebruik, de handdruk voor professionele contacten. Maar tegenwoordig duiken professionele contacten ook op in mijn privésituatie en dan geef je toch een kus en dan is het raar om dat opeens niet te doen in werkcontext. Enfin, waar een mens zoal over zit na te denken op een vrijdagnamiddag.

Verkeersdoden

Man, man, ik ben al de hele dag niet goed van dat ongeval dat in Heverlee gebeurd is. Een moeder, haar dochter en twee vriendinnetjes zomaar uit het leven weggerukt door een gruwelijk ongeval. Bam en gedaan. Op slag dood. Volgens de experts van de politie reed de bestuurder van de wagen die de auto ramde waarin de vier slachtoffers zaten, tachtig à negentig kilometer per uur in een zone dertig en negeerde hij een stopbord. Ik hoop dat de klootzak die dit op zijn geweten heeft de rest van zijn leven niet meer slaapt. Al die verwoeste levens. Wat een drama.

Dan mag je nog zo voorzichtig rijden, je kan je nooit honderd procent beschermen tegen het onverantwoorde rijgedrag van je medeweggebruikers. Elke verkeersdode is er eentje te veel.

Internationale Vrouwendag vandaag!

Internationale Vrouwendag waarom is dat nodig? Is er dan ook misschien een mannendag?” Om eens en voor altijd komaf te maken met deze vragen: ja, vrouwendag is nodig. Toegeven, in onze westerse maatschappij hebben wij als vrouwen niet veel meer te klagen (toch zijn het glazen plafond en de loonkloof geen urban legends). Elders ter wereld hebben vrouwen echter nog steeds te kampen met onderdrukking en onrecht. Gedwongen huwelijken, eremoorden, seksuele uitbuiting, vrouwenbesnijdenis, verkrachting, geweld binnen het huwelijk, het ontbreken van onderwijs: de lijst is ongetwijfeld onvolledig. Daarom wordt op 8 maart door vrouwengroepen, antidiscriminatieorganisaties, politieke partijen en andere organisaties het onrecht dat vrouwen aangedaan wordt, onder de aandacht gebracht. Amnesty International bijvoorbeeld zet deze dag in het teken van vrouwenrechten in Iran.

In Rusland is Internationale Vrouwendag trouwens een officiële feestdag waar alle vrouwen mogen rekenen op een kleine attentie: een bloemetje of een chocolaatje. Jaja, nu weet ik weer waarom ik Russisch studeer. 😉

Ergernissen

Ik erger mij aan:

  • De nieuwe roltrappen in Brussel Centraal die nog steeds niet werken, waardoor ik mij elke avond door een massa mensen moet worstelen om mijn trein te halen.
  • Mensen die te traag wandelen en tegelijkertijd de ganse stoep innemen.
  • Hondenpoep op de stoep. Als je een hond in huis haalt, weet je dat je stront moet ruimen.
  • Tergend traag vorderende wachtrijen. Ik ben gehaast mensen! Bewaar dat babbeltje voor een ander moment.
  • Mensen die zomaar ongevraagd hun levensverhaal tegen je beginnen te vertellen op de trein. De trein is het enige moment op de dag dat ik rustig in mijn boek kan lezen, laat mij met rust.
  • De wekker die ‘s morgens steevast te vroeg afloopt (of misschien ben ik het die te laat gaat slapen).
  • Mensen die niet reageren op een persoonlijke uitnodiging. Het kost echt niet veel moeite om een mailtje te sturen met: “sorry, ik kan niet komen”. Onbeleefderiken.
  • Mensen die nooit ofte nooit terugtrakteren. Gierigheid, ik krijg er de kriebels van.
  • Mensen die in de bouw werken in het algemeen en onze bouwheer in het bijzonder.
  • Collega’s die zeggen:”goh, ik zou het aantal vergaderingen dat ik bijwoon toch wel willen beperken”, terwijl iedereen weet dat ze ganse dagen zitten te niksen.
  • Mensen wiens ganse universum bestaat uit hun bleitend boeleke. Ik wil gerust luisteren naar jouw spannende verhalen over de eerste luier die ververst werd, maar in ruil mag ik toch stiekem blij zijn dat die kelk aan mij voorbij gaat.
  • Mensen die zeggen: “ik verveel mij”.
  • Mensen die zich ergens voor engageren en dan vervolgens andere mensen het werk laten opknappen.
  • De kudde rokers die je tegenwoordig overal vindt, samengetroept voor de ingang van stations en andere gebouwen. Ik heb er een hekel aan mijn adem te moeten inhouden om hun stinkende rookwalmen te trotseren.
  • Mijn vriendje omdat hij geen gedachten kan lezen.
  • Mezelf, omdat ik vervelende klusjes maar al te vaak uitstel.

Nostalgie

Gisteren en vandaag naar de pilootaflevering van Twin Peaks gekeken. Ongelooflijk dat die aflevering dateert van 1990. Het lijkt nochtans niet zo lang geleden: een hoop jaren die in een zucht vervlogen zijn. Ach, mooie tijden waren dat. Tijden waarin ik nog het grootste goed van allemaal bezat: tijd. En geloof in mezelf. Dat ook. De oneindigheid was mijn deel. Ik kon alles. De wereld lag voor mij open. Ik was de ster aan mijn eigen firmament. Broze dromen die kapotvielen. Volwassenheid, het is een gruwelijke teleurstelling.