Feng Shui

Dankzij een collega kon ik vorige week dinsdag in het kader van het Chinese filmfestival in Flagey samen met mijn vriend naar de film Feng Shui.

Veel volk was er niet, in het cinemazaaltje van de Flagey, maar de afwezigen hadden ongelijk. Het was wel even slikken toen bleek dat de ondertitels in het Frans waren, maar het lukte tot mijn eigen verbazing (ik heb mijn Frans jammerlijk verwaarloosd) zonder al te veel moeite om de film te volgen.

Een mokerslag van een film, dat wel. De film vertelt het verhaal van Li Baoli, een vrouw die het ogenschijnlijk voor de wind gaat: haar gezin (man en één zoon) verhuist naar een gloednieuw appartement dat een serieuze vooruitgang betekent ten opzichte van hun vorige stulpje. Toch kan ze het niet nalaten haar man verbaal aan te vallen en te vernederen in bijzijn van vreemden. Zelfs de verhuizers hebben compassie met de arme man.

De echtgenoot kan de vernederingen niet meer verdragen en wil een echtscheiding. Baoli kan dit niet verkroppen en gebruikt alle middelen (waaronder hun achtjarige zoon) om hem van gedachten te doen veranderen. Als ze haar echtgenoot betrapt op een overspelige relatie, neemt ze wraak door de politie te bellen met de melding dat er prostitutie gebeurt in het kamertje waar haar man en zijn minnares zich bevinden. Na dit feit gaat de relatie tussen man en vrouw verder bergaf. Tot de man, ontslagen, vernederd, zelfmoord pleegt.

Li Baoli staat nu alleen voor de zorg van haar zoon en haar inwonende schoonmoeder. Ze toont zich echter strijdlustig en neemt een rotjob aan om haar zoon een schoonmoeder te kunnen onderhouden. Haar zoon is haar alles, maar deze blijft haar de zelfmoord van zijn vader verwijten. Door het harde werken vervreemden moeder en zoon verder van elkaar. De dag dat hij slaagt in zijn aartsmoeilijke ingangsexamens voor de universiteit zegt haar zoon dat hij Baoli niet meer wil zien.

De film toont hoe hard het leven is voor gewone mensen in China, maar voor mij draaide de film vooral om de fenomenale vertolking van hoofdrolspeelster Yan Bingyan. Boali is een vrouw die er rotsvast van overtuigd is het goede te doen voor haar gezin, maar hier jammerlijk in faalt door haar eigengereidheid en ambitie. Een vrouw die weigert in te zien dat zijzelf de oorzaak is van haar ongeluk. Zelfs aan het einde van de film dringt deze harde waarheid niet tot haar door.

Mij ontroerde deze film omdat ik in de onverzettelijke wil om zich op te offeren voor het geluk van haar enige zoon, mijn eigen moeder herkende, die zelf helaas weinig geluk kende en wellicht dezelfde ondankbaarheid ervoer als Baoli in de film. Sommige inzichten komen pas bij het ouder worden, maar vaak is het dan te laat…

Pinksterweekend

Een leuk en ontspannen Pinksterweekend achter de rug, waarbij we met volle teugen genoten van het Leuvense circusfestival (ja, ook op vrijdag, toen de meeste mensen het af lieten weten wegens het slechte weer). Zaterdag bijna de ganse dag door Leuven gelopen en heel veel bekend volk tegen het lijf gelopen die allemaal door het zonnetje en de festiviteiten naar buiten gelokt werden. We profiteerden optimaal van het aanbod op Fiesta Europa om zo weinig mogelijk tijd te verliezen en zo veel mogelijk circusacts mee te pikken, zonder ons overdreven te moeten haasten van punt A naar punt B.

Zondag en maandag hadden we bewust vrij gehouden om de bergen achterstallige administratie en foto’s weg te werken. Uiteraard slaagden we daar niet in, maar mijn vriend deed wel enkele interessante archeologische vondsten in dozen die al een paar verhuizen ongeopend waren gebleven. En de stralende zon was een goed excuus om zondagmiddag nog wat te gaan rondhangen op Fiesta Europa. Soms is er niet meer nodig dan een een lekkere bratwurst om iemand gelukkig te maken. 😉

Helaas is zo’n verlengd weekend altijd veel te snel voorbij en moest er vandaag weer hard gewerkt worden!

Het tweede weekend van mei

Speelden we twee keer gastheer en gastvrouw. Zaterdag hadden we onze vrienden van over de taalgrens over de vloer. We grepen terug naar onze vertrouwde succesformule: hapjes van De Walvis, een simpele wok met peultjes, babymaïs, groene asperges, pepertjes en rundsvlees als hoofdgerecht en aardbeien in balsamico met mascarpone (een recept van Jamie Oliver) als dessert. Alleen de wok vond ik wat tegenvallen. Er zaten naar mijn smaak verhoudingsgewijs te veel peultjes in de wok en de peultjes waren niet op het juist moment geplukt, waardoor ze draderig waren en er al erwtjes in zaten. Maar gezond was het wel! We keuvelden gezellig bij onder het genot van een glaasje wijn en klaagden wat over het slecht weer (dat blijkt de laatste tijd zowat een constante te zijn).

Zondag hadden we mijn jongste petekindje over de vloer met de mama en de papa. We maakten er een heuse moederdagbrunch van met taartjes van House of Taste. En ja, we hadden weer veel te veel gekocht. Onze gasten zulle nooit met honger buiten gaan! Tussen de flesjes door organiseerden we een heuse fotoshoot met mijn petekindje. Ik probeerde zo goed en zo kwaad als het ging de witte muur van de living “uit te branden” om een echt studioresultaat te bekomen. Het lukte bijna, maar net niet helemaal. Misschien mij eens wat extra goedkope flitsen aanschaffen. Maar het belangrijkste was dat de mama van mijn petekindje heel blij was met het resultaat.

En mijn petekindje? Die kan zo in een catalogus voor professionele fotomodellen gaan staan. 😉

Het eerste weekend van mei

Vrijdagavond naar de openingsfilm van Docville geweest. De documentaire The Imposter zette mij door de vele re-enactments voortdurend op het verkeerde been, waardoor ik na de film met het gevoel bleef zitten zelf in het ootje genomen te zijn. Na de film bleven we plakken op de receptie alwaar ik een collega en zijn vriendin tegen het lijf liep. We dronken samen een glaasje en genoten van de heerlijk verzorgde hapjes. ‘t Was zo plezant dat we ongeveer tot het allerlaatste bleven plakken. Dat belooft voor de zomeravond die we prikten op samen te genieten van hun mooie tuin!

Zaterdag deden we boodschappen voor het diner met mijn broertje en zijn vriendin (foto’s van Singapore en Maleisië,  hoera!) later op de dag en de brunch die we op zondagochtend gepland hadden. We gingen langs bij onze favoriete Leuvense kleinhandelwinkels: beenhouwerij Rondou, De Walvis en Saha en kochten fruit, geitenkaas, brood en heerlijk gebak van De Kers op de Taart  Ik kocht twee mooie witte orchideeën op de bloemenmarkt en smulde van een ijsje van Decadenza.

Het diner ‘s avonds was een groot succes door de lekkere hapjes en de heerlijke vis van De Walvis. Mijn vriend maakte een recept van Jamie Oliver klaar met kabeljauw, mozarella en héél véél kerstomaatjes. Omdat ik nu eenmaal dol ben op die kleine tomaatjes die zo heerlijk knapperig openspringen in je mond. Tussen hoofdgerecht en dessert haalden we de projector van onder het stof en bewonderden we de prachtige reisfoto’s van mijn broertje en zijn vriendin. Voor het dessert had ik fruitsla en chocoladegebak voorzien. Uiteraard had ik weer veel te enthousiast fruit gesneden en hebben we ons nog tot ver in de werkweek van de fruitsla kunnen bedienen.

De volgende ochtend sliepen we lekker lang uit en maakten we alles klaar voor de brunch. We hadden naar goede gewoonte veel te veel eten voorzien. Alleszins veel meer dan wat vier personen en twee peuters kunnen opkrijgen tijdens een uitgebreide brunch. De eieren en het gebak van De Kers op de Taart hebben we zelfs niet eens aangeraakt (niet dat ik dat erg vond, heb ik er de rest van de week nog van kunnen genieten). De peuters hielden zich bezig met alle knuffels te verzamelen die zich in ons appartementje bevonden. Altijd een hit bij de kleinsten!

Na de overvloedige maaltijd maakten we een wandelingetje naar de Centrale Werkplaatsen om alles wat te laten zakken. Het zonnetje scheen, we liepen wat bekend volk tegen het lijf en we probeerden ons voor te stellen hoe deze site eruit zou zien wanneer de (toch wel ambitieuze) plannen volledig gerealiseerd zouden zijn.

Een fijn weekend met iets meer ademruimte voor onszelf, want op zondagavond slaagden we er zelfs in nog wat werk te verzetten na de rommel opgeruimd te hebben die de kindjes van L en J hadden achtergelaten. Morsen dat zo’n kinderen kunnen, ik sta er altijd weer versteld van. 😉

 

Bezoek uit Japan!

Een tweetal weken geleden kregen we het bericht dat onze Japanse vriendin voor twee weken naar Europa zou komen. Haar reisschema stond nog niet helemaal vast, maar wij lieten haar alvast weten dat ons logeerbed klaar stond. Wat later kregen we de vraag of ze van 29 april tot 1 mei bij ons kon verblijven. Wonder boven wonder had ik op 29 april nog geen enkele afspraak in mijn agenda staan en ook mijn vriend kon wel een dagje gemist worden op het werk. Dus namen we allebei de dag vrijaf om haar rond te leiden in Leuven. Iets wat we tijdens haar vorige bezoek niet hadden kunnen doen.

We begonnen met een wandeling langs de nieuwe gebouwen van Stella Artois en de in opbouw zijnde Balk van Beel naar Keizersberg om aldaar te genieten van het uitzicht op Leuven aan onze voeten. Waarnaar we kuieren door het rustige park mét schaapjes en laat bloeiende fruitbomen, om aan de voet van de heuvel te eindigen in het geweldig OPEK café voor een snelle en lekkere lunch. We wilden onze vriendin een glimp laten opvangen van de mooie gekleurde stoeltjes in de theaterzaal, maar helaas was die gesloten. Ze zal nog eens moeten terugkomen!

Na de lunch toonde ik haar het prachtig gerenoveerde gebouw van De Hoorn met de mooie koperen ketels in de voormalige brouwzaal. Schitterende plek om de geschiedenis van Leuven bierstad op te snuiven. We wandelden langs de leegstaande, in verval zijnde gebouwen in de Sluisstraat (die hopelijk snel een nieuwe bestemming krijgen). Het charmante Klein Begijnhof en één van de zeven wonderen van Leuven, de Sint-Geertruikerk, de kerk zonder nagels, mocht uiteraard ook niet ontbreken. Via de Karel van Lotharingenstraat kwamen we uit op de Vismarkt, een plein met potentieel dat voorlopig helaas een lelijke parking is. We maakten een klein ommetje langs de nieuw aangelegde terrassen aan de Dijle, zagen vanuit de Dirk Boutslaan de afgeknotte toren van de Sint-Pieterskerk en kochten een kaartje bij de dienst Toerisme voor een rondleiding in het stadhuis. Achteraf bezien bleek dit niet zo’n goed idee te zijn.

We wilden onze vriendin graag de historische kamers in het stadhuis laten zien, maar de gids was er teveel aan. De mens wist heel veel te vertellen en dat zowel in het Frans als in het Nederlands. Hij begon in één van de twee talen iets uit te leggen, kreeg een vraag, beantwoordde deze, vertaalde het antwoord, voegde nog iets toe aan zijn antwoord in de ene taal en begon dan opnieuw aan de vertaling naar de andere taal, voegde nieuwe informatie toe in de andere taal die dan weer vertaald moest worden, enzovoort enzoverder. Op den duur hoopten we dat gewoon niemand meer een vraag zou stellen, maar dat was buiten een koppel enthousiaste Nederlanders gerekend. Ook nog nooit een gids meegemaakt die zo weinig de persoonlijke ruimte van mensen respecteerde. Hij was nogal in your face, wat voor een Japanse wellicht nog meer opviel dan voor ons. Ontsnappen was trouwens onmogelijk, want hij had de voordeur van het stadhuis op slot gedaan…

Na deze rondleiding, was er nog net genoeg tijd om onze vriendin te laten kennismaken met M, onze Leuvense trots. Ik vind de architectuur van het museum zeker zo interessant als de tentoonstellingen. Dat er momenteel drie erg goeie tentoonstellingen lopen in M was mooi meegenomen: de foto’s van Geert Goiris, de prenten van Hieronymus Cock (waar je eigenlijk een paar keer naar terug moet komen, wegens te veel details om in één keer op te nemen) en de videobeelden van Saskia Olde Wolbers.

Na door de gidsen vriendelijk verzocht geweest te zijn het gebouw te verlaten, was het tijd voor het avondmaal. We vonden een tafeltje in een uiterst charmante restaurant op de Grote Markt: Het Moorinneken. Een klein restaurant met een hip interieur dat bijzonder lekker eten serveert. Mijn kabeljauw met gratin van broccoli en asperges was werkelijk overheerlijk. Klassiek met enkele verrassende toetsen. En ik denk dat onze vriendin ook best tevreden was met onze restaurantkeuze.

Na het avondmaal kreeg ik bericht van de collega die ons oorspronkelijk aan onze Japanse vriendin had voorgesteld dat zij onderweg naar Leuven was en of we zin hadden om samen iets te drinken. Natuurlijk hadden we dat, maar ik voegde er wel aan toe dat ik kaarten had voor een voorstelling in het STUK. Toevallig had zij ook afgesproken om naar een lezing in het STUK te gaan met een vriendin, dus was de keuze snel gemaakt: op naar het STUK-café.

Onderweg toonden we nog enkele verborgen pareltjes, waaronder de globe van Verbiest die helaas door te weinig mensen gekend is en den boom van ‘t groot verdriet, een Japanse honingboom, wat ons erg passend leek.

In het STUK ontmoetten we mijn collega en haar vriendin en nog een andere collega die toevallig ook naar dezelfde lezing ging. Ik besloot dan maar solidair een deeltje van de lezing met mijn collega’s mee te pikken en daarna weg te sluipen om naar de dansvoorstelling te gaan waarvoor ik kaarten had. Ondertussen mijn vriend met onze Japanse vriendin in het café achterlatend om samen bier te drinken. Ieder zijn prioriteiten, nietwaar?

Het deeltje van de lezing dat ik kon bijwonen was veel te kort om er veel over te zeggen, maar de dansvoorstelling was fenomenaal.

Nadien dronken we uiteraard nog iets in het café om vervolgens afscheid te nemen van ons gezelschap, want de volgende dag moest er gewerkt worden! We gaven een sleutel aan onze vriendin zodat ze haar plan kon trekken, wezen nog een paar leuke cafés met een uitgebreide bierkaart aan en kropen op tijd in bed.

Na een dagje verlof wachtte er een berg ongelezen mails op mij. Ik had even spijt van mijn dagje verlof, maar terugdenkend aan de leuke dingen die we samen gedaan had, vond ik het minder erg om door die berg heen te waden. Ik raakte niet helemaal rond, maar zorgde dat ik tijdig terug in Leuven was, want we hadden afgesproken om samen met mijn broer en zijn vriendin in de Dijlemolens te dineren. Het was immers al een tijd geleden dat zij onze Japans vriendin nog eens gezien hadden.

We keuvelden gezellig over Japan, anime en de recente reis naar Maleisië en Singapore van mijn broer en zijn vriendin. Alweer een bestemming toegevoegd aan mijn steeds langer wordende lijstje met potentiële reisbestemmingen!

Een fijn diner op alweer een toffe locatie in Leuven, vlakbij een verborgen parkje met een schattig brugje. Ik denk dat we ons best gedaan hebben om onze vriendin wat minder toeristische plekjes van Leuven te laten zien die zeker zo fascinerend zijn als de klassieke toeristische highlights.

De avond sloten we af met Japanse snacks en saké met bubbels op ons appartement. Ik nam die avond al afscheid, omdat ik het niet zag zitten om op de eerste mei supervroeg op te staan om onze vriendin naar het station te begeleiden (ik ben geen ochtendmens). Mijn supergalante vriend deed dit uiteraard wel en zorgde ervoor dat ze op de juiste trein zat, richting Brussel Zuid, zodat ze zeker haar trein naar Zuid-Frankrijk niet zou missen.

Het wekelijkse weekendverslag

Ons weekend startte op zaterdagmiddag met een blitsbezoekje aan het Zythos bierfestival in de Brabanthal. Zelf ben ik geen bierdrinker, dus hield ik het bij rondkijken. Jammer, maar helaas, ik krijg mijn smaakpapillen niet getraind op het drinken van bier. Wel een beetje spijtig, want de grote variëteit aan bieren en het feit dat er zoveel kleine ambachtelijke brouwerijen bestaan, maakt dat een bierliefhebber altijd wel iets nieuws kan proberen.

Om drie uur werden we vervolgens verwacht in het Huis van Mihr voor het verjaardagsfeestje van een toffe éénjarige, die een beetje moe van al dat feestvieren de helft van zijn feestje al slapend doorbracht. De jarige was alleszins flink gegroeid sinds de laatste keer dat we hem zagen tijdens ons bezoekje in Kopenhagen (al zo lang geleden! beetje schaamtelijk). Voor ons was het de tweede keer dat we voor een feest gevraagd werden in het Huis van Mihr en het moet gezegd: het was een aangenaam weerzien met deze gezellige plek én met de heerlijke hapjes! We leerden fijne nieuwe mensen (gebeten door de reismicrobe, net als wij) kennen en praatten bij met oude bekenden.

Voordat we er erg in hadden was het al vijf uur en moesten we afscheid nemen, we werden immers om zeven uur verwacht bij vrienden in West-Vlaanderen. Ik hoop alleszins dat dit niet ons laatste bezoekje aan het Huis van Mihr zal zijn. Misschien geven we er zelf wel eens een feestje. 😉

Omdat we de dag nadien bij andere vrienden in West-Vlaanderen verwacht werden en we geen zin hadden om twee keer in één weekend helemaal naar West-Vlaanderen te rijden, hadden we een hotel gereserveerd in Roeselare. Hotel Chamdor is een vierkante blok gelegen op een industrieterrein, maar de kamer was in orde en het onthaal West-Vlaams gastvrij. Alleen het chique “welnessbad” stelde wat teleur. Je kon er amper met twee personen in en de waterdruk was aan de lage kant waardoor al die massagefuncties maar half werkten. Maar het was wel fijn om ‘s ochtends een uitgebreid bad te kunnen nemen.

Maar ik loop vooruit op de feiten. Zaterdagavond onthaalden onze vrienden ons op een uitgebreide kaasschotel, bestaande uit allemaal kazen uit de streek. Heerlijk, maar bijzonder calorierijk, vooral als je er dan ook nog eens een glaasje heerlijke rode wijn bij drinkt. Spijs en drank en goed gezelschap, meer heeft een mens niet nodig om een aangename avond door te brengen. En het was dubbel zo fijn, wetende dat we nadien geen lange nachtelijk autorit naar Leuven voor de boeg hadden.

Na het zondagse ontbijt reden we naar onze vierde afspraak voor dit weekend. De afspraak lag al enkele maanden vast, maar toen konden we niet voorzien dat dit ook een ziekenbezoek zou worden. Onze charmante gastvrouw had aan een accidentje op de trampoline een dubbele beenbreuk overgehouden. Pijnlijke zaak. Ik kreeg letterlijk kippenvel toen ze het verhaal in geuren en kleuren vertelde. Voorlopig ligt ze nog in het gips, maar binnenkort start de revalidatie. Het zal alleszins nog een lange herstelperiode worden. Wij duimen.

Zoals we dat gewoon zijn, werden we op West-Vlaams gastvrije wijze onthaald op de heerlijkste spijzen en dranken. Tussen de gangen door kregen we een rondleiding in het pas gerenoveerde huis en konden we niet anders dan vol bewondering staan voor de goed smaak van onze gastheer en gastvrouw. Hun leuke woning straalt een tof retro gevoel uit. Heel knap en ze hebben de renovatie bijna helemaal zelf gedaan. Chapeau!

In de late namiddag namen we afscheid en vatten we de terugrit naar Leuven aan, moe, maar voldaan.

 

De verdwenen auto

Vrijdagavond stond er een bezoekje aan een kersverse baby op het programma. Mijn vriend en ik waren later terug van het werk dan gepland, waardoor al een flink stuk van het bezoekuur in Gasthuisberg voorbij was.  Geen nood, snel wat boterhammen achter de kiezen gestoken en op naar onze auto, omdat we de steile fietstocht naar GHB niet zagen zitten na een vermoeiende werkweek.

De auto stond niet op de plek waar we hem dachten achtergelaten te hebben. Ook verderop in de straat geen spoor te vinden van onze toch wel opvallend rode auto. “Shit, alweer weggesleept”, was de eerste verklaring die in ons opkwam. Dat was dan al de derde keer in 2013 zijn dat onze auto administratief getakeld werd. Ondertussen zijn we het dus al gewoon de auto te gaan zoeken op parking Bodart. Een telefoontje naar de politie gaf echter niet de verwachte uitkomst. “Neen, meneer, de laatste keer dat ons systeem aangeeft dat  uw auto getakeld werd, wat in februari.”

Hmm, auto gepikt? Leek ons weinig waarschijnlijk, maar ondertussen tikte de tijd wel weg en waren we nog geen stap dichter bij GHB. Dan maar de bus genomen. Ik mag dan al klagen over de overdadige bussenstroom door het centrum van Leuven, soms is het toch wel handig, zo om de tien minuten een bus. Tijdens ons busritje zocht ik op in mijn agenda wat we het vorige weekend ook alweer gedaan hadden, om zo te kunnen reconstueren waar onze auto zich bevond.

Nog geen seconde later vind onze euro: we waren immers met de auto van het kasteel van Horst naar de receptie in Leuven centrum gereden en hadden daar, na al die prosecco, de auto laten staan en waren te voet naar huis terug gekeerd. Mystery solved. En we hebben er nog goed mee kunnen lachen tijdens het babybezoek aan de vierde zoon van onze vrienden. :-)

Na het bezoekje zijn we de auto toch maar gaan ophalen om hem in onze eigen straat te parkeren.

Business trips

Vorig week zat ik in Luxemburg waar het nat, koud en boring was. Mijn Frans liet het afweten, ik was moe en mijn energieniveau was te laag om sociaal te doen. Tel daar nog eens bij de lange treinrit heen en terug en een hotelkamer die een hint van sigarettengeur uitwasemde.

Het contrast met ons werkbezoek aan Utrecht deze week kon amper groter zijn: vriendelijke Nederlanders, boeiende gesprekken, inspirerende gedachtenuitwisselingen, zalig lekker eten in de Artisjok én een afsluitende lunch met broodjes, melk en (wait for it!) kroketten! We reden met vijf in een auto naar ginder, wat een beetje krapjes was, maar wel een ideale manier om mijn medereizigers beter te leren kennen. Zo werd dit werkbezoek ook meteen een teambuildingsuitstapje. Én we logeerden in hetzelfde hotel als zes jaar geleden toen we in Utrecht de vriendin van mijn broertje bezochten die daar op Erasmus was. Én we deden een terrasje in de avondzon (zij het dat het frisser was dan verwacht).

Voor mijn archief, wat ik at in Utrecht:

  • Rilette van gerookte heilbot geserveerd met bitterbal van Hollandse garnalen, mesclunsalade en een dressing van koriander-wasabi-mosterd
  • Gegrilde zeebaars met kruidengnocci, portabella, paprika en een schaal- en schelpdierensaus
  • Trifle ‘Duo Penotti’ pure-chocolademousse, karnemelk-sabayon, basmate pannacotta, speculaas en cookies-roomijs

En oja, het dessert deed ons uiteraard hieraan denken:

En nu heb ik zin om nog eens een verlengd weekend naar Nederland te trekken.

Boston

Ik weet het niet goed, maar heel die affaire in Boston heeft bij mij een wrange smaak achtergelaten. Waarom plegen twee Tsjetsjenen een aanslag in de VS, terwijl het Rusland is dat met harde hand hun land versmacht heeft (niet dat ik vind dat Tsjetsjenen aanslagen in Rusland moeten gaan plegen)? Waarom zouden twee broers die de miserie in hun thuisland ontvlucht zijn en een goed heenkomen gevonden hebben in de VS zich tegen hun adoptieland keren? Ben ik de enige die de beelden van machtsontplooiing in de straten van Watertown erg beangstigend vond? Bewoners die opgesloten in hun huis zaten, ondertussen foto’s van de agenten en SWAT-teams op sociale mediasites plaatsend, terwijl er huiszoekingen zonder huiszoekingsbevel plaatsvonden. Waarom duurde het zolang voordat die 9000 man sterke ordediensten één enkele bange en gewonde tiener die zich in een boot verschool, vonden? En wat het wrange gevoel nog versterkt: Rusland en de VS zullen nauwer gaan samenwerken om het terrorisme te bestrijden. Wat erop zal neerkomen dat Poetin nog minder in de weg gelegd zal worden wanneer hij de mensenrechten flagrant naast zich neer legt en iedereen die kritische vragen durft te stellen over zijn regime het zwijgen zal opleggen. Een zorgelijke ontwikkeling op zijn zachtst gezegd.