Gingen we gisteren voor een broodje de stad in

Bleek Leuven overspoeld door dames met groene draagtassen. De KVLV bouwde een feestje omdat ze 100 jaar bestonden. Alhoewel ik zelf geen lid ben en ook geen intenties in die zin heb (de activiteiten lijken me net iets te rollenpatroonbevestigend), moet ik zeggen dat de levensvreugde die de dames uitstraalden, aanstekelijk werkte. Dus, proficiat KVLV, 20.000 feestvierende dames (en hier en daar een heer) dat kan tellen.

Babyborrel-overdaad

Zondag waren mijn vriend en ik uitgenodigd voor een babyborrel in Diksmuide, meteen onze eerste kennismaking met dit charmante West-Vlaamse stadje. Enig nadeel aan charmante West-Vlaamse stadjes: het duurt verdomd lang voordat je daar bent. Twee uur en vijf minuten met de trein, meer bepaald. Al een geluk dat de feestzaal dichtbij het station van Diksmuide lag. En zo waren we ongeveer even lang onderweg dan dat we effectief op het feestje waren, maar hey, het was de moeite waard (zoals blijkt uit onderstaand fotografisch bewijsmateriaal):

En ja, de baby was ook heel lief. 😉

Schrikken

Zondag waren we te gast bij onze vrienden in Tongeren voor ondertussen al de veertiende editie van ons jaarlijks driekoningenfeestje. Ik greep weer naast de boon, maar eerlijk gezegd was ik blij dat ik het kleinste stuk taart kreeg, want ik had me wat laten gaan bij het pasta opscheppen en het is zo onbeleefd om iets te laten liggen dat je zelf opgeschept hebt.

Terwijl de kinderen zich onderling amuseerden, speelden de volwassenen een spelletje “Bang”. Een gezellig middag/namiddag, die bijna heel anders was uitgedraaid. Tijdens het aperitieven had ik kleine U, net zes maanden oud, op de arm genomen. Hij bleef braaf zitten en scheen zich prima op zijn gemak te voelen. Terwijl ik hem vasthield, babbelde ik met onze vrienden. Tot kleine U opeens een schijnbeweging maakte en zich met zijn ganse gewicht achteruit wierp. Een schrille kreet ontsnapte aan de lippen van zijn moeder. En even flitste voor mijn geestesoog het beeld van een baby met een gapende hoofdwonde. Gelukkig zijn mijn reflexen nog goed en had ik hem stevig vast. Maar ik moet wel zeggen dat mijn hart als een razende tekeer ging. En dat van zijn moeder ongetwijfeld nog veel meer. Ik heb hem dan maar snel terug gegeven. Niks erg gebeurd, maar iedereen was wel flink geschrokken, kleine U uitgezonderd, want die bleef even vrolijk.

Oudjaar

Het was een succes. Ons bescheiden feestje onder vrienden. We waren met zes volwassenen en twee kinderen. Met veel liefde werden de verschillende gangen bereid. Al gebied de eerlijkheid me te zeggen dat mijn vriend en ik er ons dit jaar een beetje gemakkelijk vanaf gemaakt hadden met een kant en klare wildschotel van de traiteur. Hey, we waren de gastheer en gastvrouw, dan kan je je dat permitteren. Het wild was trouwens fabuleus en het is wel zo gemakkelijk als je jouw schotel gewoon in de oven kan schuiven.

De twee jongedames van twee en vier gedroegen zich als engeltjes en de oudste bleef zelfs mee op tot het nieuwe jaar aanbrak. We keken samen naar het vuurwerk boven Leuven en toostten op een geslaagd 2011. Waarna we ons geluk beproefden met een spelletje poker vergezeld van een paar glaasje wodka. (In mijn geval een paar glaasjes te veel, want echt fris heb ik me niet gevoeld, de eerste dag van het jaar achter het gourmetstel bij mijn familie.)

Een niet zo prettig kerstfeest

Traditiegetrouw bevonden wij ons op eerste kerstdag bij de ouders van mijn vriend. Het werd een avond met hindernissen. Het petekindje van mijn vriend, net anderhalf, had al twee dagen op rij meer dan veertig graden koorts. De ouders dachten dat er tandjes zaten aan te komen, maar kijk, daar kwam onze uitgebreide theoretische kennis van all things children weer maar eens van pas. Veertig graden is veel te hoog om enkel aan het doorkomen van de tandjes te wijten te zijn. Dus werd de dokter van wacht gebeld terwijl de soep werd uitgeschept.

Een kwartiertje later vertrok de papa met zijn dochter naar de dokter, terwijl de mama, hoogzwanger en door de dokter platte rust voorgeschreven, wat zat te snikken in de zetel. De kerststemming was ver te zoeken. Een dik half uur later was de papa terug met het verdict: een dubbele oorontsteking die ook naar de keel aan het afzakken was. De verklaring voor de hoge koorts was meteen gevonden. Met wat overredingskracht kregen we een lepeltje antibiotica in het kind en hoopten we dat een dutje wat beterschap zou brengen.

Ondertussen werd het hoofdgerecht geserveerd: kwarteltjes. Hoe het kwam, weet ik niet, maar opeens bevond ik me in een discussie met de pa van mijn vriend die vond dat tegenwoordige homoseksualiteit te veel ” gepromoot”  werd. Ik verslikte me bijna in mijn kwartel, want dit soort uitspraken zijn een regelrechte belediging voor alle holebi’s die ik ken en die geworsteld hebben met hun geaardheid. Voordat de sfeer aan tafel helemaal ontspoorde, trok ik me discreet terug op het toilet, in de hoop dat het gesprek na mijn terugkomst een andere wending zou genomen hebben. Wat gelukkig inderdaad zo was.

Volgende minidrama: nog voor het dessert was het petekindje van mijn vriend opnieuw wakker geworden, badend in het zweet en werkelijk ontroostbaar. Blikken van paniek in de ogen van de ouders, maar gelukkig konden we hen overtuigen dat naar spoed rijden niet nodig was. En brachten een paar filmpjes van Bumba soelaas. Lang leve studio 100!

Het dessert werd zonder al te veel problemen verorberd. Maar mijn vriend en ik waren, ondanks de nachtelijke sneeuwbui die we moesten trotseren, na deze tumultueuze avond blij dat we opnieuw in Leuven waren.

Gelukkig gaat het vandaag alweer een pak beter met het petekindje van mijn vriend. Zieke kinderen, het is me wat.

Drie kerstfeestjes

Ik wist op voorhand niet goed wat ik ervan moest denken, van die CLT-kerstfeestjes, maar ze zijn alledrie goed meegevallen. Wel heel verschillend.

De juffrouw van Spaans is een supervlotte, goed georganiseerde leerkracht met tonnen ervaring die gans de klas makkelijk enthousiast krijgt. Nog nooit zoveel mensen weten meezingen met de liedjes in het taalpracticum als bij haar. Op voorhand hadden we mooi afgesproken wie wat zou meenemen (moet wel als je met meer dan 30 leerlingen in de klas zit en je wil vermijden dat iedereen een fles cava meebrengt) en na de luistertest maakten we het gezellig. Mijn medecursisten Spaans zijn voornamelijk jong en vrouwelijk. De mannen zijn zwaar in de minderheid. Maar ik weet niet of ze dat erg vinden. 😉 Er werd vlot gebabbeld, vooral over reisplannen naar Zuid-Amerikaanse landen, wat voor ons nog ergens in een verre toekomst ligt.

Het Japanse kerstfeestje begon het vroegste. Om acht uur lag er al allerlei lekkers op de tafels uitgestald. Ik at voor de allereerste keer mochi en gedroogde Japanse bonen die verdacht veel op borrelnootjes met een jasje leken. Mijn vriend en ik hadden negerinnentetten (hey, als ‘t op wikipedia mag staan, dan hier ook) meegebracht van de Leuvense kerstmarkt. Een beetje te veel, want we hielden nog een volle doos over. We proefden een glaasje Tukse raki (anijs, het is toch niet mijn ding) en keken ondertussen naar foto’s van de Japanreis van enkele klasgenootjes. Ideaal om inspiratie op te doen voor onze komende reis.

De feestweek werd afgesloten donderdag in de Russische les. Er was Russische wodka (uiteraard) en de overschot van de negerinnentetten viel ook bij deze groep in de smaak. Het werd echt gezellig toen de Russische vrouw van een klasgenootje bij onze groep aansloot. Tot mijn eigen verbazing verstond ik haar prima. Het is jammer dat we, onze juffrouw buiten beschouwing gelaten, zo weinig in contact komen met native speakers. Dat is en blijft toch de beste manier om een taal te leren. We bleven een beetje plakken na het officiële einde van de les en ik kreeg zowaar het laatste restje wodka mee. Een fijne afsluiter van het jaar.