Zo voelde het vandaag toen ik de sleutel in de deur van ons vertrouwde appartement in Leuven stak. Niet het gevoel thuis te komen overheerste, maar wel de herinnering aan mijn persoonlijk falen dat nog steeds niet verteerd is.
Het is ook vreemd om terug te keren in een leeg appartement nadat ik ongeveer een jaar geleden de deur achter me dicht trok vol enthousiasme over een nieuw avontuur. Zo lang ik nog in Antwerpen woonde, kon ik me concentreren op het ontdekken van een nieuwe stad. Ik woonde er niet lang genoeg om in routine te vervallen. In Leuven is dat een ander verhaal.
Maar goed, hét grootste voordeel van deze verhuis is dat ik per dag heel wat tijd zal uitsparen doordat mijn pendeltijd drastisch verminderd is. En dat is tijd die ik ongetwijfeld kan gebruiken voor nuttigere zaken.
Mijn terugkeer naar Leuven komt steeds dichterbij en alhoewel ik weet dat dit de meest rationele keuze is, blijf ik met gemengde gevoelens zitten. Komt daarbij dat het momenteel ongeveer een jaar geleden is dat ik naar Genève verhuisd ben en ik dagelijks via Timehop en Facebook herinnerd wordt aan dit mislukte avontuur. (Waaruit ik trouwens nog altijd helemaal niks geleerd heb.)
Dus probeer ik mezelf wijs te maken dat de verhuis nog veraf is, maar de kartonnen verhuisdozen die mijn vader me vandaag bracht, drukken me met de neus op de feiten. Over een dikke maand zal ik de deur van mijn studio in Borgerhout achter me dichttrekken en een grootstad inruilen voor een provinciestadje. Het stoort me ook dat ik niet voldoende van mijn verblijf hier geprofiteerd heb om Antwerpen beter te leren kennen. Ik heb verdorie zelfs maar één (1!) zomerbar aangedaan! Tot zover al mijn wilde plannen…
Enfin ja, die kartonnen dozen gaven mijn vader en mezelf wel een excuus om te gaan lunchen in Bistro Stiel. En met mosselen op het menu kan je mij altijd plezier doen!
Een mens went aan alles, ook aan verhuizen. Nadat we tijdens de kerstvakantie van de ene logeerplek naar de andere verkasten, was de tijd daar om mijn spullen te installeren in een nieuwe tijdelijke woonplek. Aangezien ik pas half december wist dat ik de job van teamverantwoordelijke had gekregen, moest ik snel een nieuwe woonst vinden. Ons eigen appartement in Leuven is immers verhuurd tot het najaar. Even overwoog ik terug bij mijn vader in te trekken, maar aangezien mijn broer en zijn vriendin daar ook al woonden (in afwachting tot hun nieuwe woonst klaar is), leek me dat toch niet zo ideaal. Bovendien had ik weinig zin om terug op het platteland te gaan wonen, ver van alles en iedereen. Voor ieders welbevinden leek het me bijgevolg beter om een eigen stek te zoeken.
Via Facebook kreeg ik het aanbod om in te trekken in de volledig gerenoveerde studio van een oud-collega. Mijn collega woont samen met haar man in een rijtjeshuis in Borgerhout en was net de laatste hand aan het leggen aan de studio op het tweede verdiep. In januari zou hij klaar zijn. De timing kon amper beter zijn.
Na de Nieuwjaarslunch spoorde ik dus van Brussel naar Berchem om voor het eerst de studio in het echt te zien (ik had voordien enkel foto’s gezien). Ik was benieuwd of de realiteit met de fotos zou overeenstemmen, want op de foto’s zag de studio er erg mooi uit. Ik nam de bus van het station naar mijn nieuwe woonst en kwam ongeveer gelijktijdig met mijn vriend aan. Mijn vriend had al mijn bagage (een grote en een kleine koffer, meer heeft een mens niet nodig) in de wagen van zijn ouders geladen, samen met nog wat extra inkopen zodat ik meteen voldoende gerief (lees: toiletpapier) had om comfortabel te leven.
In Borgerhout werden we hartelijk onthaald door mijn oud-collega, haar man en hun kindje. Ik had mijn oud-collega ondertussen al een tijdje niet meer gezien, maar was haar wel altijd via haar blog blijven volgen. We kregen meteen een kleine rondleiding in de studio en vervolgens ondertekende ik het huurcontract. De studio was echt op alle vlakken een verbetering ten opzichte van ons appartementje in Genève: kraaknet, een grote, splinternieuwe inloopdouche, een aparte slaapkamer (wat een luxe!), een mooi vernieuwd keukentje met een moderne oven en zelfs een uittrekbare tafel waaraan ik gasten zou kunnen ontvangen! En een zetel! Dat hadden we zelfs in Leuven niet! Bovendien leek de buurt mij heel rustig. Geen verkeerslawaai meer dat mijn nachtrust zou verstoren! En een wasmachine en een droogkast die ik slechts met drie andere personen zou moeten delen, zonder hiervoor helemaal naar de ongezellige kelder te moeten afdalen. Wat een ongelooflijke luxe.
Denk dat mijn vriend stiekem ook wilde blijven wonen in Borgerhout, maar helaas moest hij binnen twee dagen alweer terugkeren naar Genève. Om onze voorlaatste avond samen te vieren, gingen we samen iets eten in Stiel de Bistro, een brasserie in de buurt. Ik genoot van een pasta ai funghi en het gevoel een nieuwe plek gevonden te hebben om mij thuis te voelen. Benieuwd om in de komende maanden Antwerpen beter te leren kennen! Alle tips zijn welkom!
De allereerste werkdag van het jaar werd ik, samen met mijn collega-teamverantwoordelijken en het management om 10u op de werkvloer in Brussel verwacht. Bedoeling was om in beperkte kring na te gaan of de verhuizers tijdens de kerstvakantie hun werk goed gedaan hadden en de nieuw ingerichte werkplekken er min of meer acceptabel uitzagen. De rest van de collega’s mochten nog een dagje langer vakantie houden.
Na de nacht in mijn ouderlijk huis doorgebracht te hebben, nam ik in een piepklein Limburgs stationnetje de trein naar Brussel. Flashback naar de tijd dat ik wekelijks in dit station door mijn ouders werd afgehaald toen ik nog studeerde in Leuven. Het aantal jaren dat tussen mij en mijn studententijd ligt, tikt gestaag aan en toch heb ik het gevoel dat ik nog maar gisteren mijn diploma’s in ontvangst heb mogen nemen. Het lijkt alsof de herinneringen uit die tijd op de één of andere manier kleurrijker zijn en meer indruk gemaakt hebben dan alles wat daarna kwam.
Bij de overstap in het station van Diest kwam ik zowaar een oud studiegenootje tegen, die ik al jaren niet mee gezien had. Net op het moment dat ik aan het mijmeren was over mijn eigen studententijd. Het ging haar niet zo goed: in 2017 was de relatie met haar man, met wie ze meer dan twintig jaar was samen geweest, op de klippen gelopen. Haar ex-man kon de scheiding moeilijk verkroppen en ze vertelde hoe ijzig de overdracht van de kinderen meestal verliep. Ik wenste haar bij het uitstappen in Brussel van ganser harte een beter 2018 toe.
Het weerzien met mijn collega’s verliep hartelijk. We deden gezamenlijk een rondgang door het ganse gebouw, sleurden wat met kasten, bureaustoelen en bureaus en voor dat we er erg in hadden was het tijd voor de lunch. Ik genoot oprecht van de simpele koude schotel, maar voelde ook de nervositeit opborrelen voor de dag nadien. Woensdag 3 januari zou ik immers voor het eerst kennis maken mijn mijn nieuwe team. En iedereen weet dat een goeie eerste indruk essentieel is…
Dinsdagavond vloog ik terug naar België. Een onverwacht snelle terugkeer naar mijn geboorteland en mijn oude vertrouwde werkgever na een – toegegeven – mislukt avontuur in Zwitserland. Het was voor mij een harde confrontatie met het feit dat, ondanks mijn twee universitaire diploma’s, leidinggevende ervaring en talenkennis, niemand in Zwitserland op mijn competenties zat te wachten. Gelukkig was mijn vorige werkgever zo vriendelijk mij uit te nodigen om deel te nemen aan een bevorderingsprocedure en kan ik op de valreep van het oude jaar in een gloednieuwe functie als teamverantwoordelijke starten.
Met een grote koffer van 21 kilo en een kleine koffer voor de handbagage met daarin alles wat ik de komende maanden nodig heb om te overleven en drie marmites, stapte ik het vliegtuig op. Klaar om aan een nieuw hoofdstuk te beginnen in een nieuwe stad. De komende maanden zal ik immers doorbrengen op een onlangs gerenoveerde studio van een ex-collega in Borgerhout. Een gelegenheid om een andere wereldstad te leren kennen, want ons eigen appartement in Leuven in immers nog verhuurd tot half september.
Ik was blij dat ik nogmaals beroep kon doen op de gastvrijheid van mijn lieve vriendin Goofball en haar gezin. Mijn hart maakt telkens een sprongetje als ik de enthousiaste stemmetjes van haar twee zoontjes hoor. Ik voel me al bijna deel van de familie. Zelfs de babysitters zijn ondertussen al oude bekenden. 😉
We smulden gezellig samen van het vleesbrood met veenbessen dat Goofball had klaargemaakt en ik voelde de nervositeit uit mijn lijf wegebben. Uiteindelijk had ik, toen het nieuws van mijn terugkeer bekend gemaakt werd, niets dan positieve reacties ontvangen van mijn collega’s. Mijn fysieke terugkeer de volgende dag zou ongetwijfeld wat onwennig zijn, maar ik had er vertrouwen in dat het wel zou loslopen.
Dat is de huidige toestand van ons appartement na een week dozen inpakken en afstand doen van heel veel overtollige zaken. Ik moet toegeven dat ik de ganse operatie ietwat onderschat had, ervan uitgaande dat er wel niet zoveel rommel in zo’n klein appartement zou geraken. De realiteit bleek lichtelijk anders te zijn en dat terwijl ik van mezelf dacht niet zo’n verzamelaar te zijn.
Helaas geraakte niet alles wat we nog naar Genève moesten meenemen in één keer in de wagen. Dat wil zeggen dat mijn vriend volgend weekend nog eens over en weer zal moeten rijden. Niet veel aan te doen, maar wel vervelend.
Aan de andere kant is het goede nieuws dat ons appartement nu volledig schilderklaar. Net op tijd voor de komst van de schilder, die ik morgen met een brede glimlach zal binnen laten.
Na een lange rit door verschrikkelijk slecht weer, waarbij we alweer dezelfde wegrestaurants aandeden als de vorige keer (het lijkt wel alsof er zich op gans de route van Genève naar Leuven maar drie wegrestaurants bevinden), zijn we aanbeland in Leuven. Klaar om ons appartement volledig leeg en verhuurklaar te maken. Wat Indisch afhaalfood achter de kiezen, zodat we er morgen met frisse moed kunnen invliegen!
De ochtend gespendeerd aan nog wat spullen bijeen pakken, puzzelen om deze allemaal (inclusief mijn bureaustoel) in de wagen te krijgen en het appartement netjes achterlaten voor bezoeken van potentiële huurders. Tot onze eigen verbazing ging al onze bagage redelijk makkelijk in de wagen en konden we zo rond 11.30u vertrekken naar Genève. We hadden een beetje stress om wille van de gigantische files op “Zwarte Zaterdag”, maar voorlopig zag onze route er filevrij uit.
Onze rit verliep verrassend vlotjes en zelfs de stops waren, alhoewel niet zo gepland, dezelfde als de vorige keer: in het AC restaurant waar ik de vorige keer een kleine plaspauze had ingelast, aten we nu een snelle spaghetti. Het duurde een eeuwigheid voordat de spaghetti klaar was, maar ik moet zeggen dat de kwaliteit beter was dan ik van een wegrestaurant zou verwachten. De spaghetti was zelf al dente en meer dan warm genoeg!
Dat het drukker was dan de vorige keer, bleek uit de lange wachtrijen bij het damestoilet. Al een geluk dat we de grote drukte hadden weten te vermijden door pas rond 13.15u te gaan lunchen. Veel mensen waren op dat moment alweer aan het vertrekken.
Ook de volgende stop kwam ons bekend voor: L’arche, hadden we daar niet de vorige keer wat op het gras zitten uitrusten? Ik kocht er een magnum framboos, het ideale vieruurtje tijdens een lange autorit. En fijn dat de toiletten gratis waren!
Hoe meer we naar het zuiden afdalen, hoe rustiger het op de baan wordt. Geen spoor van die monsterfiles waar gisteren zoveel om te doen was. Het weer begint echter te verslechteren. We zien in de verte dikke regenwolken hangen. En dan opeens: bam, zitten we midden in een gigantische hagelbui. Een epische hagelbui die wel het einde van de wereld lijkt aan te kondigen. De hagelstenen zijn zo dik dat we nog amper boven het geroffel op het dak uitkomen.
We hebben duidelijk niet de goeie reflex gehad om meteen een brug op te zoeken om onder te gaan schuilen en nu komen we er uiteraard geen meer tegen. Het lawaai op de carrosserie doet vermoeden dat onze wagen niet ongeschonden uit dit avontuur zal komen. En dat nu de leasing bijna afgelopen is.
Wanneer de hagelbui eindelijk stopt, zien we voor ons op de weg een spoor van hagelstenen en afgerukte bladeren. Door het grote temperatuurverschil sublimeert het ijs en rijden we door een mistig landschap. Echt een beetje surreëel. Tijdens de hagelbui zagen we de temperatuur trouwens met meer dan 14 graden dalen. Spectaculair.
Rijkelijk laat, besluiten we de radio af te stemmen op frequentie 107.7 (zoals aangegeven op de infoborden boven de snelweg) om meer info te vernemen over de huidige weersomstandigheden.
Onze rit verloopt verder zonder problemen, maar natuurlijk begint het net opnieuw te regenen op het moment dat we beginnen uitladen. Gelukkig regent het niet al te hard en kunnen we fout parkeren vlak voor de inkom van ons appartementsgebouw waardoor het uitladen vrij vlot verloopt.
Helaas maakte deze rit zoals gevreesd een slachtoffer: de carrosserie van onze wagen staan vol met deuken. Niet leuk, maar goed daarvoor zijn we verzekerd, nietwaar?
Deze zaterdag stond (uiteraard) volledig in het teken van onze nakende verhuis. Ik gaf nog wat dingen weg via GIFT Leuven, maar bij nader inzien blijkt dat er altijd meer spullen in zo’n appartement gaan dan je verwacht. Veel rommel ook waarvan je na een tijd het bestaan gewoon vergeet.
Met pijn in het hart nam ik afscheid van onze laatste grote plant, mijn favoriet, een nogal uit de kluiten gewassen hibiscus. Onze hibiscus, die we als geschenk kregen tijdens ons tien jaar samen feest en die sindsdien zo’n tien keer in omvang is toegenomen, vond een nieuw pleeggezin bij onze vrienden uit Roosbeek. Het was een hachelijke onderneming om de plant min of meer heel in de wagen van onze vrienden te krijgen, maar het lukte ons en achteraf kreeg ik een foto doorgestuurd van onze plant in zijn nieuwe leefomgeving. Hopelijk ziet hij niet te veel af van de verhuis.
Mijn vriend en ik begonnen ook met het leegmaken van de boekenkast. Al de gelezen boeken staken we in Shurgard dozen en ik maakte een selectie van een paar ongelezen boeken om mee te nemen naar Genève. Zolang ik daar nog geen job heb, hoop ik eindelijk de tijd te vinden om wat te kunnen bijlezen.
Ik zocht de kleren bijeen die ik de komende weken zou nodig hebben en vulde koffers en sportzakken met schoenen, kapstokken, computermateriaal, fotomateriaal en dergelijke. Ook mijn bureaustoel zal naar Genève meereizen. Mits wat puzzelwerk moet het lukken om alles in de wagen te krijgen.
There is a first for everything. Gisteren ging ik voor de allereerste keer in mijn leven naar een afscheidsfeestje voor een huis. Eens iets anders dan een house warming party, nietwaar? Onze vriendin was officieel ingetrokken bij de liefde van haar leven en zegde daarom de huur van haar schattige arbeidershuisje in de Leuvense Jean Buelenswijk op. Met pijn in het hart, zoveel was duidelijk, want hoewel ze al een tijdje op het appartement van haar vriend woonde, had ze het niet eerder over haar hart kunnen krijgen afscheid te nemen van de plek waar ze zoveel jaren gelukkig was geweest. En ik snap waarom: een fijne, rustige buurt met vriendelijke mensen en een leuk voortuintje, dat laat je niet zonder spijt achter je. Al denk ik dat de klik nu wel definitief gemaakt is, want het woord ‘kindjes’ viel meermaals.
Door omstandigheden (druk druk druk) hadden we elkaar al meer dan een jaar niet meer gezien en dus was het voor mijn vriend en ik de eerste kennismaking met de grote liefde van onze vriendin. Bleek dat hij aan d’unief nog enkele vakken samen met mijn vriend gevolgd had. De wereld kan toch klein zijn, he? De nieuwe vriend bleek een zeer sympathieke kerel te zijn, maar we hadden natuurlijk niet anders verwacht van een informaticus. 😉
Buiten onze vriendin kenden mijn vriend en ik niemand op het feestje, maar iedereen was zo vriendelijk en sympathiek dat het weinig moeite kostte om aansluiting te vinden bij een groepje. We hadden heel fijne gesprekken over zeilen en wisselden reistips uit. Ik raakte ook aan de praat met een jonge moeder van twee zoontjes die al een tijdje met een burnout thuis zat. Op mijn eigen werk zijn er recent ook een paar mensen uitgevallen met een burnout. Toch echt wel dé ziekte van deze tijd. Hoewel ik de verhalen en de symptomen wel ken, kan ik me persoonlijk niet voorstellen hoe het moet zijn om ‘s ochtends wakker te worden met het gevoel zelfs niet tot in de badkamer te geraken. Ik heb meestal energie te veel, ik mag er niet aan denken dat mij zoiets zou overkomen.
Naar goede gewoonte sloten mijn vriend en ikzelf het feestje af. We verhuisden nog wat dozen van de eerste verdieping naar beneden en namen afscheid met de belofte elkaar ditmaal sneller terug te zien. Het liefdesnestje van onze vrienden ligt alvast op wandelafstand van ons eigen appartement, dus dat kan geen bezwaar zijn.