Een natte namiddag in Leuven

Deze namiddag had ik afgesproken met mijn petekindje en zijn gezin om samen het helden van M gezinsparcours af te leggen. De mama van mijn petekindje was nog maar één keer in M geweest, vlak na de opening en de papa nog nooit. Hoog tijd om iets aan dat gat in hun cultuur te doen. En we hadden met de toptentoonstelling Borman en Zonen geen beter moment kunnen kiezen voor een bezoek.

Maar alvorens we cultuur zouden opsnuiven, was het tijd om de inwendige mens te versterken. En dat was nodig, want tijdens de wandeling van mijn appartement naar het Ladeuzeplein werd ik overvallen door een heuse wolkbreuk. Gelukkig duurde de wandeling net niet lang genoeg om mij volledig te doorweken, maar we kunnen nu wel definitief besluiten dat mijn IJslandse jas al zijn waterafstotende eigenschappen verloren heeft. Ik haastte me dan ook naar Chapter Four om binnen wat op te drogen en te wachten tot mijn gezelschap arriveerde. De warme chocomelk met maltesers was hoogst noodzakelijk om mijn lichaamstemperatuur terug op peil te krijgen. Een mooie zonnige herfst lijkt ons voorlopig niet gegund, dus blijf ik voor mezelf het mantra herhalen dat het fantastisch is dat onze watervoorraden terug aangevuld worden, maar eerlijk: ik HAAT regen.

Mijn jas was nog niet eens half opgedroogd toen we naar M liepen. Gelukkig regende het op dat moment even niet. Toen de papa van mijn petekindje vrolijk aankondigde aan de dames van het onthaal dat we helden kwamen zoeken, hoorden de beide dames het in Keulen donderen. Wij zagen hun verbazing en haalden onze smartphones boven om hen te tonen dat het vandaag de eerste dag was dat het gloednieuwe gezinsparcours ‘Helden van M’ beschikbaar was. Het was duidelijk dat onze vraag verwarring veroorzaakte aan de andere kant van de balie. Uiteindelijk wist één van de twee dames zich te herinneren dat er inderdaad zo’n gezinsparcours beschikbaar was, maar pas vanaf de tweede week van oktober. De informatie op de website was dus verkeerd.

Lichte ontgoocheling aan onze kant natuurlijk, want veel alternatieven voor een uitstap waren er niet op een regenachtige zaterdagnamiddag. Als alternatief bood de baliemedewerker het gezinsparcours van Vlieg! aan. Dit alternatief bleek niet aan de verwachtingen te voldoen. Het thema van het parcours was smaak, maar heel eerlijk, de vraagstelling was veel te moeilijk voor een kind van zes en een kind van vier. Op zoek gaan naar schilderijen die een bepaalde smaak oproepen of op basis van een gelaatsuitdrukking van een portret raden wat de geportretteerde zou gegeten hebben, dat vraagt al een vergevorderde vorm van abstract redeneren die onze twee jongens duidelijk nog niet machtig waren. Ze verloren dan ook heel snel hun interesse in het boekje en de bijhorende vragen.

IMG_5098

Uiteindelijk liepen we aan een snel tempo doorheen de Borman tentoonstelling, die de jongens duidelijk totaal niet kon boeien. Alleen het uitzicht vanaf het dakterras vonden ze een paar seconden de moeite. En de lift, de lift was ook cool. Enfin ja, helemaal geen succes dus, dit museumbezoek. Jammer ook dat het gezinsparcours waarvoor we eigenlijk gekomen waren niet beschikbaar was.

Dan maar op zoek naar iets om te eten. Toevallig was de peter van mijn petekindje ook in Leuven met zijn gezin. Heel toevallig, want eigenlijk hadden ze die namiddag een familiebezoek gepland, maar door een bizar ongeval waarbij een leerling-chauffeur zomaar inreed op de openstaande deur van hun wagen terwijl de papa net zijn dochter in de wagen gezet had, kon dit niet doorgaan. Gelukkig kwam iedereen er met de schrik vanaf en waren ze allemaal ongedeerd.

Na wat gediscussieer, kwamen we terecht in de Bia Mara, want de jongens hadden zin in frietjes met fishsticks. Fish and chips komt dan aardig in de buurt, nietwaar? Het was nog maar half zes, waardoor we meer dan plek genoeg hadden voor onze groep van negen personen. Nu moet ik iets bekennen, ik ben eigenlijk niet zo’n geweldige fan van fish and chips. Voornamelijk omdat ik in het algemeen niet zo hou van gepaneerde en gefrituurde dingen, maar hey, voor mijn petekindje maak ik graag een uitzondering en stiekem was ik al blij dat we niet opnieuw bij de Bavet beland waren.

Gelukkig voor mij stond er ook een gebakken zeebrasem op het menu. En die was echt heerlijk! En verrassend goedkoop. De Moscow Mule (eveneens goedkoop) paste er perfect bij. Ik mocht ook een frietje proeven van mijn petekindje: heel lekker! Het was duidelijk dat de Bia Mara een schot in de roos was voor ons ganse gezelschap. Alle vier de kindjes aten superflink en ook de volwassenen genoten. Onverwachte meevaller, want voor mij was dit het eerste bezoek aan de Bia Mara. Het eten kwam trouwens verrassend snel. Altijd een pluspunt als je met kinderen aan tafel zit. En de bediening was zo vriendelijk om kindermuziek op te zetten (al had dat voor mij nu niet direct gemoeten).

IMG_5118

Na het avondmaal hadden we nog zin in een dessertje. Op naar de Decadenza! Helaas de zaak was net gesloten toen wij er aankwamen, iets voor zeven uur. Dan maar naar het Galetje, dat gelukkig wel nog open was. Mijn ijsje met mango en brownie smaakte me alleszins.

En daarmee was het moment om afscheid te nemen aangebroken: het was bedtijd voor de jongens. En jawel, uiteraard begon het opnieuw te regenen tijdens mijn wandeling naar huis. En zo was de cirkel rond…

M is tien jaar!

Donderdagavond woonde ik samen met een Leuvense collega het verjaardagsfeestje van M bij ter gelegenheid van hun tienjarig bestaan. Dit feestje viel samen met de opening van twee gloednieuwe tentoonstellingen: Borman en Zonen en Béatrice Balcou. Twee tentoonstellingen die amper meer verschillend konden zijn: het contrast tussen de simpele vormentaal van Balcou en de rijkelijke versierde religieuze beelden en retabels van vier generaties houtsnijders uit de Borman familie kon amper groter zijn. Dat de stamvader, Jan Borman, een Leuvenaar was, geeft deze tentoonstelling nog wat extra glans. Leuven mag terecht trots zijn op het meesterschap van de familie Borman. De beelden en retabels verbazen door hun levendigheid en oog voor details. De tentoongestelde houtwerken zijn van absolute topkwaliteit en het is volledig terecht dat M de spots richt op deze relatief onbekende kunstenaars. De Standaard gaf deze tentoonstelling vijf sterren en ik doe daar graag nog eens vijf sterren bovenop. 😉

De kunstwerken van Borman en zonen:

IMG_5004

IMG_5005

IMG_5006

IMG_5008

IMG_5009

IMG_5012

IMG_5014

IMG_5015

IMG_5017

IMG_5018

IMG_5019

IMG_5021

IMG_5023

De eenvoud van Balcou:

IMG_5027

En oja, dat taartje van Zuut ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van M heb ik met veel plezier opgesmikkeld. Mijn collega en ik eindigden de avond in Chapter Four om met een cocktail te klinken op de verjaardag van M. Dat er nog vele toptentoonstellingen mogen volgen!

IMG_5031

IMG_5033

IMG_5029

International Red Cross and Red Crescent Museum

Zo mooi als het weer zaterdag was, zo bedroevend was het op Pinksteren. Al een geluk dat we besloten hadden lekker lang uit te slapen, zodat we al een stukje van deze grauwe dag gemist hadden.

Het probleem met grauwe, regenachtige dagen in Genève is dat er niet zo heel veel slechtweeractiviteiten zijn. Ondertussen hebben mijn vriend en ik al bijna elk museum bezocht en een namiddag in de cinema zitten is ook zo onnozel. Gelukkig was er nog één museum dat op ons todo-lijstje stond: het International Red Cross and Red Crescent Museum. We hadden al eens eerder op het punt gestaan dit museum te bezoeken, maar, ondanks de goede score die het museum krijgt op tripadvisor, had ik toen niet zoveel zin in een ‘zwaar’ museum. Het grijze weer paste echter perfect bij dit soort museum en uiteindelijk sta ik voor de volle honderd procent achter het werk van het Rode Kruis.

Ik trok twee regenjasjes over mekaar aan en deed mijn wandelschoenen aan (mij op vestimentair vlak zwaar vergist voor dit weekend: enkel lichte zomerkledij in de handbagage en zestien graden kan je bezwaarlijk zomerse temperaturen noemen). Gewapend met twee paraplu’s trokken we te voet richting het museum. Daar aangekomen maakten we bijna rechtsomkeert bij het zien van de lange rij aan de ticketbalie. Echt, die Franstalige Zwitsers, efficiënt zijn ze niet. Er waren nochtans twee kassa’s beschikbaar, maar een charmante jongedame handelde in haar eentje zowel de ticketverkoop als het uitdelen van de audioguides af. Serieus, dat kan beter georganiseerd worden.

Enfin ja, na een half uur (!) aangeschoven te hebben, was het dan eindelijk onze beurt. Ik kon het niet laten en gaf mijn organisatorische ergernis mee aan de jongedame in de kwestie. Ik snap best dat zij er niets aan kan doen dat ze alleen voor de kassa en de audioguides moet zorgen, maar ze kan dit hopelijk aan haar manager meegeven zodat die in de toekomst het proces kan verbeteren. Of bied mensen gewoon de gelegenheid om hun tickets online te kopen. Dat kan je toch amper nog revolutionair noemen in deze tijden?

Ik moet eerlijk zeggen dat het Red Cross Museum mijn hoge verwachtingen niet waar maakte. Ik snap waarom bepaalde keuzes gemaakt zijn, emoties zijn belangrijk om contact te leggen met je publiek, maar een beetje meer facts and figures had ik zeker geapprecieerd. In welke landen is het Rode Kruis werkzaam? In hoeveel conflictzones? Hoeveel haalt het Rode Kruis jaarlijks op aan giften? En ook de geschiedenis van de organisatie bleef te zeer onderbelicht, op die ene kanttekening over de houding van het Rode Kruis ten opzichte van de jodenvervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog na. Ik miste ook de stem van de Rode Kruis-medewerker zelf.

IMG_3666

IMG_3669

IMG_3670

IMG_3675

IMG_3677

IMG_3680

IMG_3683

Ik bleef dus wat op mijn honger zitten. Al zaten er zeker goede stukken in het museum. Het gedeelte over het systeem om krijgsgevangenen op te zoeken was heel interessant. De tijdelijke tentoonstelling over gevangenissen was meer mijn ding. Knap in beeld gebracht en de tentoonstelling werpt terechte vragen op over de manier waarop ons huidige strafuitvoeringsysteem in mekaar zit. Is de gevangenis wel het meest geschikte instrument om mensen die in de fout gegaan zijn terug op het rechte pad te brengen?

Maar in het algemeen vond ik het museum minder pakkend dat ik verwacht had. Komt daar nog bij dat we bij het naar buiten gaan moesten vaststellen dat mijn rood-wit geruite paraplu gepikt was. Tsss!

Als afsluiter van de dag gingen we eten bij ons favoriete Chinese restaurant. Voor mij inktvis in zwartebonensaus en voor mijn vriend canard à l’orange. Meteen goed voor wat extra vuurwerk. 😉

IMG_3686

IMG_3687

IMG_3689

IMG_3690

De Waanzin en Pieter Vermeersch

Aangezien ik nog moe was van mijn uitstapje de dag voordien, twijfelde ik even of ik me wel naar Museum M zou begeven voor de vernissage van de tentoonstelling van Pieter Vermeersch. Maar hey, het was alweer een tijd geleden dat ik nog in M was en uiteindelijk kon ik altijd vroeger terugkeren als de kunst mij niet aansprak.

Ik moet eerlijk bekennen dat ik nog nooit van Pieter Vermeersch gehoord had. Ik was dan ook aangenaam verrast door de verfijnde subtiliteit van zijn werk. Vooral de grootse (jawel, da’s hier de juiste term) dégradés speciaal op maat van M gemaakt, konden mij bekoren. Maar ook de werken op marmer vond ik prachtig om naar te kijken. De manier waarop Pieter Vermeersch zich verhoudt tot kunst, spreekt me enorm aan. Tijdens de kleine privé-rondleiding voor M-bassadeurs, bleek hij ook nog eens een zeer bescheiden en aimabel man te zijn, wat me zeer charmeerde.

Na de kennismaking met het werk van Vermeersch trok ik naar de tentoonstelling Waanzin, in elkaar gebokst door een aantal studenten van de KU Leuven die hun favoriete werk uit de collectie van M van tekst en uitleg voorzagen. De rode draad die doorheen deze kleine, maar fijne tentoonstelling liep was, de titel zegt het zelf, de ‘waanzin’ in al haar vormen. Zeer knap om te zien hoe de studenten dit elk op hun manier interpreteerden. Wel opvallend: de vrouwen waren overduidelijk in de meerderheid (gelukkig was er één mannelijke student om de mannelijke eer hoog te houden) en in hun midden bevond zich geen enkele exacte of toegepaste wetenschapper. Jammer, want dit zou misschien tot interessante contrasten geleid hebben. Onder de indruk trouwens van de welbespraakte en doordachte toelichtingen van de studentes. Ik weet niet of ik op hun leeftijd rijp genoeg was om tot zulke diepe en interessante inzichten te komen.

IMG_1933

IMG_1935

IMG_1937

IMG_1939

IMG_1940

Na deze kleine preview volgden een aantal toespraken, droegen de studenten een prachtig gedicht voor en klonken we met een glaasje op de opening.

IMG_1942

Macht en Schoonheid. De Arenbergs

Toen ik donderdag na het afscheidsfeestje in Leuven aankwam, had ik nog ongeveer een half uurtje respijt alvorens op de fiets te springen om mij naar de PDS te haasten. Ik was nipt op tijd, want blijkbaar ligt gans het Alfons Smetsplein open en was de doorgang naar de PDS afgesloten. Beetje gevloekt, vooral omdat er aan de straatkant nergens stond aangegeven dat de PDS niet bereikbaar was.

Na dit kleine akkefietje, zocht ik mij een plek in de bijna tot aan de nok gevulde PDS. Gelukkig is het voor een persoon alleen makkelijk om een vrije stoel te vinden en zat ik al bij nog redelijk goed. Na een muzikale intro van het Arenbergkoor (waarvan ik eerlijk gezegd niet zo onder de indruk was), kwam een hele reeks notabelen aan het woord. Uitschieters waren afscheidnemend burgervader Louis Tobback (ik hoop dat ik nog zo rad van tong en snel van geest ben op die leeftijd), minister van Staat Mark Eyskens en hertog Leopold Engelbert van Arenberg die in maar liefst vijf talen het publiek te woord stond. Al denk ik dat ik één van de weinige geweest zal zijn, die de Russische uitdrukking ook effectief verstond.

Ik was trouwens danig onder de indruk van presentatrice Marlène de Wouters (uiteraard moesten ze voor een evenement dat rond de adel draait iemand met een adellijke achternaam uit de kast halen), die de bron van de eeuwige jeugd gevonden heeft, of een bijzonder goeie botox specialist frequenteert. Wat er ook van zij, geen rimpeltje viel er te bespeuren op haar gezicht. Ik wou dat ik dat ook van het mijne kon zeggen.

Het feestelijke moment werd afgesloten door de koperen klanken van de Leuvense Jachthoornkring Jachtmeesters van Arenberg. Toepasselijker kon amper.

Daarna trokken al de aanwezigen naar het M Museum en de Universiteitsbibliotheek voor de vernissage van de tentoonstellingen die die avond geopend werden. Ik moet zeggen dat ik niet verder geraakt ben dan M. De tentoonstelling daar was zo boeiend dat ik liever mijn tijd nam om deze grondig te bewonderen. Bijzonder indrukwekkende collectie bruiklenen die speciaal voor deze gelegenheid bij mekaar gebracht is. Gaat dat vooral zelf zien, zou ik zo zeggen.

IMG_0972

IMG_0974

IMG_0976

IMG_0978

IMG_0980

Heropening M

Dit weekend was het dan eindelijk zo ver: de lang verwachte heropening van Leuvense trots, Museum M. Stiekem had ik gehoopt dat ze van de gelegenheid gebruik gemaakt zouden hebben om de klimaatregeling in de inkomhal beter af te stellen, maar neen, het was er nog altijd even warm als voordien. Er was dan ook massaal veel volk komen opdagen voor deze heropening.

Alle muren kregen een nieuw laagje verf en de opstelling was radicaal gewijzigd. De nieuwe opstelling was niet van die aard dat ik werd meteen door weggeblazen werd. Ik vermoed dat ik nog eens terug zal moeten gaan om de opstelling met een audioguide te bekijken, want nu had ik vaak het gevoel dat ik bepaalde associaties niet kon leggen. Het was gewoon ook veel te druk om de tentoonstellingen echt tot me te laten doordringen.

IMG_9913

IMG_9924

IMG_9928

IMG_9940

Wel bijzonder fijn: tijdens de openingsavond kwam ik heel veel bekenden tegen. Ik zal maar meteen open kaart spelen: ik heb eigenlijk meer gebabbeld met de andere genodigden dan van de kunst genoten. Mijn favoriete homokoppel was er ook en nadat we besloten hadden dat kunst op een lege maag ook maar niks is, besloten we met z’n drieën samen iets te gaan eten. Dat had nog redelijk wat voeten in de aarde, want om half tien ‘s avonds zijn er blijkbaar niet al te veel restaurants in Leuven meer die je willen bedienen. De keuken van het M-café sluit blijkbaar al om 20u en bij La Divina Commedia hadden ze problemen in de keuken. Uiteindelijk gingen we voor de gemakkelijkste oplossing: we ploften ons neer op het eerste het beste terras in de Tiensestraat waar er een tafeltje voor drie vrij was en bestelden een burger. Jullie weten ongetwijfeld dat ik niet zo’n grote fan van burgers ben, maar de zalmburger vond ik best wel ok. De portie coleslaw daarentegen was echt veel te groot. De helft was al meer dan voldoende geweest om mijn honger te stillen.

We hadden een heel fijne avond en veel fijne babbels, daar op het terras. Zalig, zo’n warme lente-avond die doet vermoeden dat het een hete zomer zal worden.

IMG_4327

Dinsdag 30 juni: Montreal

In Montreal sliepen we in het Intercontinental hotel. We hebben al gemerkt dat hoe chiquer het hotel is, hoe duurder de extra’s zijn. Zo waren we ervan uitgegaan dat we net als in Australië makkelijk onze was in één van de hotels onderweg zouden kunnen doen. Viel dat tegen. De meeste hotels hadden geen laundry room, enkel een laundry service waarbij je per stuk wasgoed een vaste prijs moest betalen. 4,5 Canadian dollar per stuk ondergoed, vonden we er toch een beetje over. De goedkopere hotels beschikten bovendien allemaal over gratis internet, terwijl je in de duurdere hotels daar per dag voor moest bijbetalen. Ook het ontbijt was bij de goedkopere hotels in de prijs inbegrepen. Dat je je ontbijt op plastieken bordjes en met plastieken bestek moest verorberen, nam je er dan maar bij.

Het weerbericht ‘s ochtends was onheilspellend. Alle weerberichten waren het roerend met elkaar eens: vandaag stonden ons heavy rainshowers te wachten. Dit weerhield ons er niet van om toch te proberen de wandeling te maken die in de toeristische gids van vriend H stond. We wapenden ons met onze paraplu’s en trokken het oude centrum van Montreal in.

Onze eerste halte was de bank van Montreal. Een klein museum in het indrukwekkende gebouw gaf meer uitleg over de geschiedenis van de bank. Daarna bewonderden we de Basilique Notre Dame, waar we een kleine rondleiding kregen. Het neogotische interieur van de kerk is werkelijk overweldigend. De architect van de Basilique was een protestant die zich tot het katholicisme bekeerde om onder zijn meesterwerk te kunnen begraven worden.

We wandelden verder langs het justitiepaleis en het stadhuis tot Château Ramezay. Het kasteel dateerde uit 1705 en was nu een museum waar je meer te weten kwam over de ontstaansgeschiedenis van Montreal en Canada. Canada was oorspronkelijk een Frans overzees gebied, tot de Britten er zich mee kwamen moeien. In 1763 werd in het Verdrag van Parijs Frans Canada aan Engeland overgedragen.

Wat heel erg opvalt als je met de inwoners van Montreal praat, is hun bijna perfecte tweetaligheid. Vaak kregen we de vraag welke taal we verkozen, Engels of Frans. Moeiteloos werd er geschakeld tussen deze twee talen. Daar kunnen de winkelbedienden in Brussel nog iets van leren. Ik probeerde de kans te grijpen om mijn Frans nog eens van stal te halen, maar blijkbaar verstond men mij niet altijd. Het Canadese Frans klinkt behoorlijk anders dan het Frans dat in Frankrijk gesproken word. Er ligt een soort dik Engels accent over. Een gids vertelde ons dat bij een bezoek aan Louvain-la-Neuve in België zijn Canadees Frans heel slecht begrepen werd. Jammer eigenlijk, dezelfde taal spreken, maar toch moeilijkheden hebben om mekaar te verstaan.

Na ons bezoek aan Château Ramezay, lasten we een drankpauze in. La maison Pierre du Calvet was een geschikte plek om even bij te tanken. Dit historische huis bood nu onderdak aan een restaurant en hostellerie. In de serre zaten papegaaien in grote kooien. We zetten ons in de zetels op de lieflijke binnenplaats en dronken een cranberry juice.

Volgende halte: Chapelle Notre-Dame-de-Bon-Secours en het bijhorende Musée Marguerite-Bourgeoys. De kapel wordt ook de kerk van de zeelieden genoemd omdat zeelieden hier vroeger kwamen bidden voor een behouden vaart. Van het dak van de kapel hangen lampen in de vorm van bootjes die dit illustreren. De kapel is ook een bedevaartsoort waar enerzijds de Maagd Maria wordt aanbeden en anderzijds stichtster Marguerite Bourgeoys. In een nis bij het altaar staat een zogezegd miraculeus beeldje van de Maagd Maria. Het kleine houten beeldje was het enige wat ongeschonden de brand in de kapel overleefde.

In de crypte onder de kapel zijn de fundamenten van de eerste afgebrande kapel te bezichtigen. Maar daar houdt het niet bij op. Archeologen vonden op dezelfde plaats ook een vuurput van de native people terug die waarschijnlijk dateert van 400 voor Christus. Het was echt bijzonder om op zo’n plek van historisch belang te staan en met eigen ogen de overblijfselen van vroeger tijden te kunnen zien. Na de crypte klommen we tot in de klokkentoren om te genieten van het uitzicht over Montreal.

We wandelden verder door de Marché Bonsecours, een overdekte markt in een bijzonder mooi gebouw dat vroeger het parlement van het verenigde Canada was en later het stadhuis. Tijd voor een nieuwe pauze, want ondertussen was het al vier uur in de namiddag. Volgens onze reisgids zou de wandeling die we volgden, twee uur duren. We waren al onderweg vanaf half elf ‘s ochtends…

Place Jacques Cartier leek een ideale plek om even uit te rusten. Het grote plein bood een ruime keuze aan restaurants en cafés. Op het plein zelf stonden kraampjes met souvenirs en straatartiesten maakten portretten en karikaturen. Het deed me vaag aan Montmartre denken. De sfeer in Montreal was ook heel anders dan in Toronto. De Franse invloed vond ik duidelijk merkbaar en je moest overal langer op je eten wachten. 😉

Onze reisgids raadde ons Le Jardin Nelson aan. We kregen een tafeltje op de gezellige binnenplaats en werden erg vriendelijk bediend. Ik koos als vieruurtje een pannenkoek met warme appeltjes en maple sirop (een mens kan toch niet naar Canada gaan zonder maple sirop te proberen), vriend H koos pudding met maple sirop en mijn vriend nam een pizza, een atypisch vieruurtje. 😉 We bestelden een karaf sangria en genoten van het mooie weer. De rainshowers waren nog altijd nergens te bekennen.

Tijdens de wandeling was er een hele discussie ontstaan over de zin en onzin van het dragen van een t-shirt onder een hemd. Vriend H, goed voorzien op het vlak van borsthaar, meende dat mannen die geen t-shirt onder hun hemd droegen macho waren en dat de meeste mannen een t-shirt droegen. Mijn vriend en ik hielden er een andere mening op na. ‘t Is toch niet omdat het bovenste knopje van je hemd open staat dat je een macho bent? De discussie draaide erop uit dat we onderweg elke man met een hemd bestudeerden om na te gaan of hij al dan niet een t-shirt onder zijn hemd droeg. Volgens mij waren de t-shirtlozen in de meerderheid.

Ondertussen was het al vijf uur, maar we wilden toch nog graag het Museum of Archeology and History bezoeken, omdat op deze plek de eerste nederzetting Ville-Marie in 1642 ontstond. Het museum sloot om zes uur. We zouden ons moeten haasten. Het gloednieuwe museum is bovenop archeologische opgravingen van de eerste nederzetting gebouwd. Er werden op deze plek talloze interessante vondsten gedaan. In de kelder van het museum waren de opgravingen te bekijken. Met behulp van multimediale presentaties werd de sfeer van de eerste kolonisten opgeroepen.

Na dit museum was ons verzadigingspunt bereikt. We rustten uit op een bankje aan de oevers van St. Lawrence river. In totaal hadden we acht uur gedaan over een wandeling van twee uur. Ik vermoed dat de reisgids de museumbezoeken niet meegeteld heeft. 😉

Ons avondmaal aten we bij Gandhi, een Indisch restaurant waar ze gratis wifi hadden. Hoera!