Cultuurkloof

Gisteren kwamen oudstudiegenoot N en zijn vriendin U eten. U is een sympathieke Chinese die een drietal jaar geleden naar België gekomen is om te studeren, N ontmoet heeft en zo in ons landje is blijven plakken. Binnenkort gaan ze zelfs trouwen. Louter uit praktische overwegingen (N is niet zo’n romanticus), kwestie van komaf te maken met de administratieve rompslomp veroorzaakt door het steeds moeten verlengen van haar arbeidsvergunning. Doordat zo’n arbeidsvergunning maar tijdelijk is, kan U nooit een vast contract krijgen. Niet echt bevorderlijk voor een stabiele toekomst.

Tijdens het eten kwam het gesprek op de studies die U gedaan heeft. Ze is maritiem bioloog én antropoloog. Twee diploma’s die het echter niet evident maken om een passende job op de arbeidsmarkt te vinden. Ik vroeg haar waarom ze maritiem biologe is geworden (haar eerse studie). U vertelde dat je in China bij je aanvraag voor universitaire studies vier universiteiten moet opgeven en voor elke universiteit vier studierichtingen die je wil volgen. Afhankelijk van de scores die je op eerdere testen bepaald hebt, wordt jou dan een keuze toegewezen. Ze vertelde me dat haar vader de eerst drie universiteiten voor haar had gekozen en dat zij de vierde en laatste mocht kiezen. In een romantische opwelling had ze maritiem bioloog ingevuld, bijna zeker dat het dat toch niet zou worden. Wel dus.

Haar verhaal deed me weer even beseffen hoe geweldig goed wij het hier hebben. Kan je je voorstellen dat je ouders voor jou je studiekeuze zouden maken? Of dat je niet zelf vrij kan bepalen naar welke universiteit je gaat? Wij hebben zoveel keuzemogelijkheden, zoveel vrijheden, zoveel mogelijkheden en toch wordt er hier zoveel gemopperd. U vertelde het verhaal trouwens alsof het doodnormaal was dat haar vader voor haar koos, geen haar op haar hoofd dat eraan twijfelde dat zijn oordeel juist was. Wij westerlingen, verwende watjes zijn we.

For the record nog even het menu van gisteren:
– wrap met zalm, roomkaas en selder als appetizer
– gemarineerde kippenspiesjes (recht uit de diepvries van de Delhaize)
– curry van rundsvlees, stropaddenstoelen en babymaïs
– ijs als dessert (ik wilde cake maken totdat ik tot het besef kwam dat je daar eigenlijk eieren voor nodig hebt).

Kerstdiner in het Munthuis

Gisteren ben ik uitgebreid gaan dineren ter ere van kerstmis (elk excuus is goed) samen met de mensen van mijn irc-kanaal (jaja, in tijden van MSN en andere brol zijn er nog wel degelijk mensen die deze voorhistorische communicatiemethode gebruiken). We waren met een plezante bende van 14 personen. Normaalgezien zou ik gereserveerd hebben in de Earthshake, maar nu de uitbaters de deuren definitief gesloten hebben, moest ik op zoek naar een alternatief. Ik herinnerde me dat ik een tijd geleden erg lekker gegeten had in het Munthuis. Ik reserveerd via hun website en wachtte vol spanning op antwoord. Na drie dagen wachten, heb ik toch maar gebeld. Toch handig zo’n reservatieformulier, vooral als niemand de gemaakte reservaties opvolgt. 😉 In de horeca is web 2.0 nog erg veraf. 😉

Verder totaal geen klagen van het Munthuis. Ik kreeg snel drie menuvoorstellen in mijn mailbox. Het aanbod was gevarieerd genoeg om ook de moeilijke eters onder ons tevreden te stellen.  Ik vond het moeilijk een keuze te maken omdat de voorstellen mij allemaal overheerlijk in de oren klonken. Ik hakte de knoop door en koos voor carpaccio van runds met vanilleolie, slaatje met pijnboompitten en zongedroogde tomaat als voorgerecht, gegrilde zwaardvis met rozemarijnaardappeltjes, gegrilde provençaalse groenten en coulis van rode paprika’s als hoofdgerecht en moëlleux van bittere chocolade met gekarameliseerde ananas, mousse van witte chocolade en chocoladesorbet. En ja, het smaakte even lekker als het klinkt.

In het restaurant hadden we het zaaltje op de bovenste verdieping voor ons alleen. Schitterend. We zaten vlakbij de keuken en het toilet (wat belangrijk is voor mensen met een kleine blaas als ikzelf). We werden in de watten gelegd door onze eigen persoonlijk Olivier, een lieve bescheiden jongen die ons van drank en spijzen voorzag. Het allerleukste aan het zaaltje was de gigantische openhaard. Om helemaal in de kerststemming te komen. De tafels waren geschikt in een vierkant waardoor iedereen met elkaar kon converseren. Ik klink waarschijnlijk als een promotiecampagne voor het Munthuis, maar ik overdrijf niet, alles was werkelijk tot in de puntjes verzorgd.

Na het eten besloten we nog een afzakkertje te nemen op ons appartement. En eentje is geentje en toen zijn we beginnen weerwolven en toen dacht ik dat het een goed idee was om cocktails te mengen. Hoe later op de avond hoe vrolijker, alleen schoot ik er mijn nuchterheid bij in. Als ik wat drank op heb, kan ik blijven doorgaan. Het was vier uur toen de laatste gasten naar huis gingen en we het onvoorziene, maar daarom des te leukere, feestje afsloten.

En nu heb ik een beetje een houten kop…

Het verwennen der smaakpapillen

Vandaag hadden we vrienden op bezoek. E heeft nog samen met mij gestudeerd en is vorig jaar zijn grote liefde C gevolgd naar West-Vlaanderen. Nu ben ik helemaal voor het volgen van grote liefdes, maar Izegem, dat is dus wel ver, he! Door de grote afstand en ons beider drukke agenda’s is afspreken geen sinecure en het was bijna niet meer gelukt in 2007, en dat terwijl we al pogingen aan het ondernemen waren sinds juli ergens. Gelukkig viel er op de valreep nog een geschikte datum uit de lucht: 23 december.

E had nog een beetje last van jetlag (hij was net terug van een business trip naar Singapore) en dat zag je aan zijn oogjes, maar merkte je helemaal niet aan zijn humeur. We hadden een geweldig gezellige namiddag/avond, die goed ingezet werd met een bezoekje aan het Glazen Huis, waar het zo rond een uur of vijf echt ongelooflijk druk was. Ik heb alleen het gevoel dat we totaal nog niet bijgepraat zijn. Kennen jullie dat? Gesprekken die van de hak op de tak springen, nauwelijks tijd om adem te halen omdat er zoveel te zeggen valt? Beginnen met één onderwerp en het verhaal niet afmaken omdat er een nieuwe verhaallijn tussenkomt en dan nog één.

Enfin, om jullie wat te laten watertanden, een klein overzichtje van wat wij aten:

  • Aperitief: calvados met cider en fijngesneden groene appeltjes
  • Aperitiefhapje: assortiment zakouskis uit de Delhaize (tja, het mag ook al eens makkelijk zijn, he)
  • Voorgerechtje: gevulde sint-jacobsschelp met kreeftensaus (ook uit de Delhaize, tja, what can I say?)
  • Hoofgerecht: eendenfilet met appeltjes
  • Dessert: champagneglas met lychees en frambozen, opgevuld met cointreau, rietsuikersiroop en crémant

It was very, very yummie!

eend met appeltjes

Fruitig dessert

Welkom in Leuven

Gisteren was het dan eindelijk zover, het moment waarop ik al ettelijke jaren zat te wachten: de officiële verwelkoming van de nieuwe Leuvenaars op het stadhuis. Nu voel ik mij al jaren Leuvenaar (ongeveer vanaf de eerste dag dat ik als groentje in Leuven mijn studiecarrière inzette met een bezoek aan de Oude Markt, toen nog niet autovrij), maar sinds een maand of twee is het ook écht officieel. En bij deze komt er ook een einde aan de tochtjes naar een gemeentehuis in het verre Limburg. Het werd tijd.

De verwelkoming begon met een speech van Tobback. Beetje gestoef over de stad, schetsen van het belang van de unief, een kleine vermelding van het parkeerprobleem. Naar zijn doen een behoorlijk makke speech, vond ik. Dat kan beter, Louis! Na de speech kregen we een rondleiding in het stadhuis. We hadden een heel goede gids, een vrouw die duidelijk met passie over de interessante geschiedenis van Leuven en de rivaliteit met de Brusselaars babbelde. Tja, Leuven heeft misschien niet het grootste stadhuis, maar wel het mooiste. 😉

We mochten zelfs een blik werpen in het heilige der heiligen: de bureau van Tobback himself. Opvallend afwezig: een computer. Hoe de mens zijn werk gedaan krijgt zonder, het is mij een raadsel. Het bureau was bijzonder ordelijk en voorzien van de nodige geestrijke dranken om voor inspiratie te zorgen. 😉 ‘k Zou er persoonlijk niks op tegen hebben om in zo’n mooie historische omgeving te werken, maar dan toch liefst mét computer en internetverbinding.

Fotootje van de bureau:

Na de rondleiding volgde nog een kleine receptie. Bijzonder leuk was dat er zich enkele bekende gezichten onder de nieuwe Leuvenaars bevonden: een kennis die ik al een jaar of twee niet meer gezien had en een oud-studiegenootje. Ideaal om bij te babbelen onder het genot van een glaasje kriek en een aantal lekkere toastjes. De kennis bleek zich samen met zijn vriend een appartementje gekocht te hebben niet eens zo ver van ons. Ik moet toegeven dat ik een beetje verrast was over het feit dat hij een vriend had, want ik heb altijd gedacht dat hij hetero was. Alhoewel, knap, goed verzorgd, vriendelijk, sympathiek, de aanwijzigingen waren er. 😉 ‘k Heb ze meteen maar uitgenodigd om eens langs te komen in ons nieuwe appartement.

Ook fijn om bij te kunnen bijpraten met mijn oud-studiegenootje. Ik organiseer regelmatig reünies voor de mensen waarmee ik ben afgestudeerd, maar hij komt bijna nooit. (Eén keertje heeft hij acte de présence gegeven omdat ik hem in de Delhaize tegen het lijf ben gelopen en hem halvelings verplicht heb te komen. 😉 ) Ik heb zo’n gevoel dat hij een beetje buiten de vaste kliek valt die naar elkaars housewarming parties en doctoraatsverdedigingen gaat. Toch jammer, want ‘t is een sympathieke kerel én hij had een knappe Spaanse vriendin aan zijn zijde met wie ik nog wel eens een goed gesprek wil voeren.

Na nog een paar toastjes verorberd te hebben, breiden we een eind aan de gesprekken, want mijn vriend had nog een afspraak met zijn collega’s en die zaten met hongerige magen op hem te wachten om aan het diner te beginnen. Bij het buitenkomen van het stadhuis werden we getrakteerd op een werkelijk schitterende regenboog. De mens kan nog zulke indrukwekkende bouwwerken maken, de natuur overklast de kunstwerken van de mens moeiteloos.

Natuurlijk heb ik mij daarna laten overhalen om mee te dineren met de collega’s van mijn vriend. Ik heb immers nog nooit slecht gegeten in de Kosmopol, zelfs al moesten we gisteren een beetje te lang wachten naar mijn goesting. En zeg nu zelf, een aanbod voor een gratis maaltijd, dat sla je toch niet af?

Bomma op bezoek

Vandaag is mijn bomma in ons nieuwe appartementje op bezoek geweest. Met dank aan mijn broertje die zo vriendelijk is geweest haar een lift te geven vanuit het verre Limburg. We hadden voor koffie en taart (geen Limburgse vlaai, maar het leek er toch op) gezorgd, want een bezoekje van de bomma is niet compleet zonder koffie en taart. Al een geluk dat mijn vriendje gisteren het koffiezetapparaat na jaren inactiviteit heeft uitgekuist. 😉

Toen ik nog een mini-yabje was, zorgde mijn bomma voor mij wanneer mijn mama er niet was. Ze woonde naast mijn ouderlijk huis en daar woont ze nu nog steeds. Vroeger waren we erg close, maar helaas is die band in de loop der jaren verwaterd. Ik probeer haar nog steeds te zien als de energieke oma met wie ik samen kleurwedstrijdjes hield (en ja, natuurlijk won ik altijd…), maar de tol der jaren valt van haar gezicht af te lezen. Het lichaam sputtert tegen, allerlei kleine en minder kleine (ouderdomssuikerziekte) kwaaltjes steken de kop op. Het ergste is echter dat ze geestelijk fel achteruit gegaan is. Ze is in de war, weet soms niet meer goed wie ik ben en ziet mensen die er niet zijn. Ze vraagt twee tot drie keer hetzelfde en beseft van zichzelf niet dat ze in herhaling valt.

En ik moet bekennen: het hele ouderdomsproces jaagt mij angst aan. Het lijkt me vreselijk te beseffen dat je lichaam niet meer mee wilt. Of te merken dat je vergeetachtig begint te worden. Niet meer zelfstandig te kunnen zijn en voor de gewoonste zaken (een bad nemen, eten klaarmaken) op een ander aangewezen te zijn. Gelukkig kan mijn bomma met externe hulp (dienstencheques, familiehulp, de nabijheid van familie,…) in haar eigen huis blijven wonen. Maar ik weet dat er een dag zal komen dat thuiszorg niet meer mogelijk is. En ik vrees dat het haar hart zal breken om het huis te moeten achterlaten waarin ze geboren is, waarin ze haar kinderen heeft grootgebracht en waar haar man gestorven is.

Ik ben blij dat we samen deze gezellige namiddag hebben kunnen doorbrengen. En dat mijn bomma ons appartementje mooi vond. “Amai, zoiets heb ik nog nooit gezien. Amai, je hebt toch wel geluk dat je zo mooi woont.” In sappig Limburgs dialect, natuurlijk. Want wie weet is ze er binnenkort niet meer. 87 worden, het is niet iedereen gegeven.

Alweer een plantje extra

Gisterenavond (na de elektriciteitshock) hadden we afgesproken met vrienden E, T en hun schattige poppendochter M, omdat ze ons appartementje eens wilden zien. En ja, ze hadden een plantje en een kaartje bij om ons te feliciteren met onze verhuis. Een kleurrijke orchidee siert nu het aanrecht van onze keuken. Dit legt een zware verantwoordelijkheid op mijn schouders, want ik heb niet echt groene vingers. Planten hebben in mijn aanwezigheid de gewoonte om zielig weg te kwijnen. Maar ik heb gezworen dat ik het deze keer beter zal aanpakken. Ik zal de twee plantjes die we hebben gekregen, vertroelen en verzorgen en ze zullen groeien en bloeien (althans dat hoop ik).

Na de ronleidingen in ons appartementje, zijn we met z’n allen een uitgebreide, superlekkere menu gaan eten in restaurant Himalaya. Leuk gebabbeld. Gepraat over de toekomstplannen van E en T, nu E’s doctoraat bijna achter de rug is en hij een postdoc in het buitenland ambieert. Gespeeld met M, die gisterenavond een echt modelkindje was. Nog geen één jaar oud en ze is de hele avond mooi op de schoot bij mama en papa blijven zitten (de Himalaya had geen kinderstoeltjes). Iets voor het dessert gebracht werd, viel ze in slaap in de armen van mama T en blijkbaar lag ze daar goed. 😉

Heel leuke avond. Goed gezelschap en lekker eten, meer moet dat echt niet zijn.

Gezellig diner

Gisteren zijn we met een bevriend koppel iets gaan eten in één van mijn favoriete Leuvense restaurantjes. Hem kennen we al ettelijke jaren, haar zagen we pas voor de tweede keer. De eerste keer dat we J, de nieuwe vriendin van L zagen, was op een nieuwjaarsfeestje op zijn kot. Het klikte meteen met J. We hebben dan ook gemeenschappelijke roots en ‘t is een slimme juffrouw (twee diploma’s en nu bezig aan haar doctoraat, je moet het maar doen).

‘t Was gisteren het eerste halfuur wel een beetje wennen aan de spraakwaterval van vriend L. Zoveel energie dat die jongen heeft, ‘t is niet te doen. Verder was het eten voortreffelijk, de wijn lekker, de bediening vriendelijk als altijd en waren borstpompen en relactatie de running gag van de avond. Voor herhaling vatbaar (zonder de borstpompen en de relactatie dan wel).