Het wenende jongetje

Een weekdag in september. Ik had net een examen achter de rug en de rest van de namiddag vrij. Ik liep over het Hooverplein dat ter ere van Leuven kermis helemaal vol stond met kermisattracties. Het was rustig. De meeste mensen waren aan het werk, de kinderen nog op school. De lunaparken en grote attrakties waren dicht, alleen de frietkramen deden goeie zaken.

Bij de kraam met de zielige pony’s die de ganse dag in rondjes achter mekaar moeten sukkelen, merkte ik een bijzondere bedrijvigheid op. Een cameraman en geluidsman trokken eerst mijn aandacht. Daarna zag ik het kleine jongetje, niet ouder dan een jaar of twee, dat de ziel uit zijn lijf schreeuwde, zittend bovenop een zielige pony. Dikke tranen biggelden over zijn wangen. Het verdriet van het kleine jongetje werd uitgebreid gefilmd en op geluidsband opgenomen. Ik bleef staan om te zien hoe lang dit kind nog lijden moest omwille van de zevende kunst. Net op dat moment stopte de cameraman met filmen en tilde zijn moeder hem van het paard. Het was duidelijk dat het pony-avontuur niet naar de zin van het jongetje was, want hij sloeg zijn moeder met zijn kleine vuistje. Ik glimlachte en stapte door.

Gisteren heb ik het kleine jongetje teruggezien. In de cinema. In een promotiefilmpje voor Artsen zonder Grenzen. Hopelijk heeft hij het zijn moeder ondertussen vergeven en zal hij later beseffen dat zijn tranen een hoger doel gediend hebben. 😉

Het verwennen der smaakpapillen

Vandaag hadden we vrienden op bezoek. E heeft nog samen met mij gestudeerd en is vorig jaar zijn grote liefde C gevolgd naar West-Vlaanderen. Nu ben ik helemaal voor het volgen van grote liefdes, maar Izegem, dat is dus wel ver, he! Door de grote afstand en ons beider drukke agenda’s is afspreken geen sinecure en het was bijna niet meer gelukt in 2007, en dat terwijl we al pogingen aan het ondernemen waren sinds juli ergens. Gelukkig viel er op de valreep nog een geschikte datum uit de lucht: 23 december.

E had nog een beetje last van jetlag (hij was net terug van een business trip naar Singapore) en dat zag je aan zijn oogjes, maar merkte je helemaal niet aan zijn humeur. We hadden een geweldig gezellige namiddag/avond, die goed ingezet werd met een bezoekje aan het Glazen Huis, waar het zo rond een uur of vijf echt ongelooflijk druk was. Ik heb alleen het gevoel dat we totaal nog niet bijgepraat zijn. Kennen jullie dat? Gesprekken die van de hak op de tak springen, nauwelijks tijd om adem te halen omdat er zoveel te zeggen valt? Beginnen met één onderwerp en het verhaal niet afmaken omdat er een nieuwe verhaallijn tussenkomt en dan nog één.

Enfin, om jullie wat te laten watertanden, een klein overzichtje van wat wij aten:

  • Aperitief: calvados met cider en fijngesneden groene appeltjes
  • Aperitiefhapje: assortiment zakouskis uit de Delhaize (tja, het mag ook al eens makkelijk zijn, he)
  • Voorgerechtje: gevulde sint-jacobsschelp met kreeftensaus (ook uit de Delhaize, tja, what can I say?)
  • Hoofgerecht: eendenfilet met appeltjes
  • Dessert: champagneglas met lychees en frambozen, opgevuld met cointreau, rietsuikersiroop en crémant

It was very, very yummie!

eend met appeltjes

Fruitig dessert

The Cleft

Het boek is al iets meer dan een week uit, maar ik ben er nog niet toe gekomen een kleine recensie neer te pennen. Meestal weet ik heel goed wat ik van een boek vind, maar dit boek laat mij een beetje met een dubbel gevoel achter. Ik vind het idee heel origineel. Hoe reageert een gemeenschap oervrouwen als er plotseling voor de eerste keer ooit een mannelijke baby geboren wordt? Een gruwelijk gebeurtenis: een wanstaltig misvormd kind dat tussen zijn beentjes rare bobbels en soort van slurf heeft hangen. (Sorry heren, als ik hiermee jullie mannelijke eer aantast.)

Het boek is opgevat als een geschreven neerslag van een verhaal dat eeuwenlang mondeling is doorgegeven. Weer een fijn idee dat aanleiding geeft tot bespiegelingen over het doorgeven en het herkauwen van de geschiedenis en de subjectiviteit van geschiedschrijven. Het taalgebruik past perfect bij het weergeven van die traditie van orale geschiedenis. Erg goed uitgewerkt.

Toch vond ik het verhaal maar magertjes en vaak een bevestiging van de heersende stereotypen over man en vrouw. De man is de eeuwige (onverantwoordelijke) avonturier, de vrouw is behoudsgezind en zorgzaam. De misverstanden die tussen mannen en vrouwen heersen, blijken hun oorsprong te vinden in een verre oertijd. En er is tijdens al die eeuwen nog steeds niet veel veranderd. ‘k Vond het allemaal nogal simplistisch voorgesteld. En de tussenstukjes waarin de Romeinse senator over zijn eigen leven vertelde mochten er wat mij betreft helemaal uitgelaten worden.

The Cleft is een dun boekje en toch vond ik het op het laatste wat langdradig worden. Het idee is origineel, al denk ik dat het misschien beter tot recht zou komen in een kortverhaal of novelle dan in een naar mijn gevoel wat uitgesponnen roman.

The Cleft is de allereerste roman die ik van Doris Lessing lees en ik vermoed dat dit boek niet representatief is voor de rest van haar oeuvre. Kan iemand mij een ander boek van haar aanraden?

Yab als SUSE Linux evangelist?

Jaja, dat zou nog eens een verrassende carrièrewending zijn. Met dank aan de vriendelijke meneer die vandaag dit aanbod in mijn mailbox dropte en wel iets in mij zag als vrouwelijk gezicht van SUSE. Meneer, u heeft mijn dag gemaakt. Maar weet u, het evangeliseren heeft mij nooit echt gelegen. Ik ben geboren als pragmatisch mens. Ik vrees dat ik erg ongeschikt ben om ganser monologen af te steken over de voordelen van het ene besturingssysteem ten opzichte van het andere. Alles heeft zijn voor- en nadelen. Ik geloof sterk in het principe: the right tool for the right job. Ik werk met Linux (geen specifieke voorkeur voor een bepaalde distributie), Windows en hopelijk binnenkort met Mac OS X. Dus hoe flatterend ik uw voorstel ook vind, ik zal het toch moeten afslaan.

Zondagochtendbrunch

Het begon allemaal leuk en gezellig die zondagochtend. Al moet ik er misschien bij vertellen dat het voorstel van onze vrienden om ons te trakteren op een brunch niet met onverdeeld enthousiasme werd onthaald. Zondagochtend is namelijk de enige ochtend in de week dat ik kan uitslapen. Deze ochtend is dan ook normaalgezien heilig. Wee de persoon die het waagt mij zondagochtend uit bed te zetten (nuancering: als het is om mij een reis om de wereld cadeau te doen, mag u steeds aanbellen, dag en nacht). Voor de vriendschap heeft een mens al eens iets over. Het was bovendien al heel lang geleden dat we nog eens goed gebabbeld hadden. De afspraak werd vastgelegd.

Heel gezellig allemaal: versgeperst fruitsap, vers fruit, een enorm aanbod aan kaas, paté, rozijntjes, noten, een theeassortiment dat je in de meeste cafés niet eens vindt. Tot in de puntjes verzorgd en meer dan voldoende om acht potige kerels zonder hongergevoel van tafel te kunnen sturen. Gebabbeld over de vorderingen aan hun huis, over de baby die op komst is, over ‘t werk. Niks wereldschokkends.

Toen kreeg ik het niet zo slimme idee om te vragen of ik de foto’s van hun reis naar IJsland mocht zien. Nu vermoed ik dat IJsland een heel erg boeiend land is: ruige natuur, vriendelijke mensen, volkomen desolate gebieden, schattige huisjes, veel sneeuw, een pittig taaltje, maar o jee, wat ziet IJsland er saai uit op foto! Yikes. Zoveel leegte, zoveel rotsen, zoveel geisers! Na de foto’s van de derde dag had ik het zowat gezien. Ik was erg blij dat de laatste reeksen foto’s beperkt bleken te zijn. IJsland is meteen een paar plaatsen gezakt op mijn lijst van “zeker te bezoeken bestemmingen”.

Na de foto’s allemaal bekeken te hebben, wou ik graag naar huis. Dus ik geef de gebruikelijke voorzet aan mijn vriend: “tijd om naar huis te gaan”. Maar mijn voorzet werd niet binnengekopt of althans niet begrepen. Geen bevestigend antwoord: “ok, we gaan.” Ik greep naar de grovere middelen: excuses als nog moeten winkelen (hey de winkels zijn open op zondag tegenwoordig), de laatste dag van de kerstmarkt, die mijn vriend vakkundig de nek omwrong door zijn afkeer voor winkels en kerstmarkten te uiten. Ok, goed, dan nog maar even gebleven, zeker?

En opeens sloeg mijn humeur helemaal om. Met als resultaat een gigantische ruzie in de wagen. Blabla: “jij begrijpt mij niet.” Blabla, miscommunicatie. Enfin, het is natuurlijk allemaal weer goed gekomen. Goedmaakseks moet er ook zijn, maar toch had ik mij mijn zondag anders voorgesteld. Jammer.