Bedrog

Gisteren op de receptie vertelde een collega mij een verhaal dat me geraakt heeft. Ze vertelde over haar huwelijk en haar echtscheiding. Hoe haar man haar al twee jaar vóór hun huwelijk bedroog met een collega van zijn werk. Hoe ze er toevallig, net nadat ze de éénjarige verjaardag van hun huwelijk gevierd hadden, achter kwam. Ze waren op dat moment bezig met de adoptie van hun eerste kindje. Zijn reactie toen ze hem confronteerde met het feit dat hij een affaire had: “Ja, en dan?”

Nu kan ik het fenomeen slippertjes nog wel begrijpen. ‘k Heb er mij zelf in een vorige relatie aan bezondigd en geloof me, de kortstondige opwinding is al de miserie achteraf heus niet waard. Maar een affaire van dríe jaar? En trouwen terwijl je er achter de rug van je vrouw een maitresse op nahoudt? Zelfs een adoptieproces opstarten? Waarom? Wat drijft iemand om zoiets te doen? Waarom dan niet gewoon een einde maken aan de relatie? Het kan gebeuren dat de liefde op is, dat er een nieuwe liefde in je leven komt. Maar waarom dan niet eerlijk zijn met elkaar? Gewoon uit respect voor de andere persoon. Mijn collega vertelde me dat ze er volledig kapot van was, weken niet meer kon eten en dat tot op de dag van vandaag haar vertrouwen in de mannen nog steeds niet terug is.

En daar stond ik met mijn mond vol tanden, want wat zeg je op zo’n moment, als je zelf in een goeie relatie zit en nog nooit dat soort hartzeer hebt meegemaakt?

Receptie

De beste recepties zijn degene waarvoor je niet uitnodigd bent. Dit motto indachtig, had ik niet veel overreding nodig toen mijn collega’s van de IT-dienst me vroegen om na het einde van de Documentum-cursus met hen mee te gaan naar de receptie van onze IT-outsourcer. Vorig jaar kreeg ik nog een uitnodiging, dit jaar werd ik echter jammerlijk over het hoofd gezien. Vermoedelijk omdat ik wegens tijdsgebrek niet meer de maandelijkse oersaaie overlegmomenten bijwoon. Na drie dagen cursus zou een beetje vroeger stoppen mij beslist deugd doen.

De receptie ging door in een chic blauw gebouw vlakbij het Noordstation. Het had wat voeten in de aarde voordat we binnen geraakten. De visitorsbadge hadden we redelijk snel, maar de hostessen die ons naar de juiste plek moesten begeleiden, bleken in rook te zijn opgegaan. Dat zal ons leren te laat te komen op een receptie. 😉 Na wat heen en weer gebel door de mevrouwen aan het onthaal en net toen we aan het overwegen waren om met hangende pootjes huiswaarts te keren, kwam een reddende engel de deuren voor ons openen. Zij voerde ons door het doolholf van gangen naar de juiste verdieping.

Dat we inderdaad wat aan de late kant waren, bleek uit het feit dat de schuimwijn al bijna helemaal op was. Gelukkig waren er nog zeer veel verse oesters om van te proeven. Mét een keur aan verschillende sausjes en dressings, die ik natuurlijk allemaal uitgeprobeerd heb. 😉 Mijn favoriete oester-garnituren: de dressing met koriander en rode peper en het tequilasausje. Very jummie. Volgens mij zijn oesters echt etenswaren die je moet leren appreciëren. Ik herinner me nog mijn allereerste oester: gekocht in de delhaize, na veel wrikken met een gewoon keukenmes eindelijk open gekregen en verorberd in de keuken van onze studentenresidentie. Geen succes. Tegenwoordig bevalt de zilte smaak van oester mij veel beter.

Omdat de schuimwijn op was, heb ik mij even gewaagd aan de bierproeverij (letterlijk te nemen, je kon een keur aan Belgische bieren degusteren). Om nóg maar eens tot de conclusie te komen dat bier mijn ding niet is. Alleen de Oude Kriek kon mij enigszins bekoren. Gelukkig waren er leuke en toffe gesprekken om van de receptie een succes te maken. En oja, onze outsourcer is natuurlijk geweldig en helemaal niet zo duur als het lijkt. 😉

Tijdens de terugrit naar Leuven, bleek trouwens dat we in dezelfde wagon zaten als Kathleen. Na het uitstappen nog even een praatje gemaakt met deze goedlachse jongedame. En oja, Kathleen, ik vind je haar prima zo! Helemaal geen nood aan een kappersbezoek, wat mij betreft. 😉

Fotootjes van het ongeval

Mijn vriendje is vandaag de bezittingen gaan ophalen die nog in de verongelukte wagen lagen. Hij heeft van de gelegenheid gebruik gemaakt om een paar fotootjes te maken, die ik graag met jullie deel. Ondertussen hebben we alweer een andere wagen. De vorige huurwagen werd ingeruild voor een minder stinkend exemplaar. Roken is sowieso een walgelijke gewoonte, maar roken in wagens is dat helemaal. Als een niet-roker mag je daarna genieten van de stank die nog steeds in de wagen hangt en die er ondanks rijden-met-open-ramen-in-de-winter niet uit te krijgen valt.

ongeval1

ongeval2

ongeval3

En als laatste foto, eentje van de airbags:

airbags

Vergeetput

Hebben jullie dat soms ook? Dat je een lijstje van dingen in je hoofd hebt die je moet doen? Dat je dat lijstje al een hele tijd als een mantra in je hoofd zit op te zeggen. Dat je begint aan nummer 1 van dat lijstje en dat je tegen de tijd dat je bij nummer drie bent, hopeloos vergeten bent wat nummer drie ook alweer was en dit terwijl je het enkele minuten voordien nog zo duidelijk in je hoofd zag? En hoe hard je ook nadenkt en probeert nummer drie te reconstrueren, het lukt niet. Je kan je met de beste wil van de wereld niet meer herinneren wat het was. Behoorlijk frustrerend: zoeken, maar niet vinden.

PS: Het moment bij uitstek waarop dit verdwenen item terug in je hoofd verschijnt: je ligt vijf minuten in bed en je donsdeken begint net op temperatuur te geraken.

Begroting

Als er één ding is waar ik een hartsgrondige hekel aan heb, dan is het wel aan geldzaken (en banken, aan banken heb ik ook een hartsgrondige hekel). Budgetteren, begroten, het is niet echt aan mij besteed. Voordat ik weer totaal verkeerd begrepen word: ik ben niet spilziek, ik zie het nut van sparen heus wel in, ik hou rekening met de toekomst, etcetera. Ik hou mij gewoon niet graag met geldelijke zaken bezig. Vandaar misschien dat afbieden niet aan mij besteed is en ik zelden prijsvergelijkingen maak, terwijl ik dit beter wel zou doen. Ik kan het gewoon niet opbrengen om twintig verschillende winkels af te lopen op zoek naar hét goedkoopste item.

Vandaar dat ik erg bij ben dat de vergadering vanavond met de syndicus en de raad van beheer erg vlotjes ging. De eensgezindheid was ontroerend. Het opstellen van de begroting heeft in totaal maar een dik half uur in beslag genomen. En achteraf was de voldoening groot. Alweer een vervelend karwei geklaard.

Moe

Zo moe dat ik vanavond meer langs dan op het squashballetje gemept heb. Het was net alsof al mijn bewegingen vertraagd werden. Ik holde constant achter de feiten aan. ‘k Heb dan maar bij thuiskomst een lang, warm bad genomen, samen met mijn vriendje. En nu is het bedtijd. Een mens moet toch één keer per week voor middernacht onder de wol liggen.

Afscheid van de Australiëgangers

Ondanks het kleine accidentje van mijn vriend, zijn we er gisterenavond toch nog in geslaagd het afscheidsfeestje van bevriend koppel E, T en hun poppendochtertje M bij te wonen. ‘s Ochtends gebotst, ‘s namiddags al een vervang(huur-)wagen. Mijn vriend is met zijn gat in de boter gevallen bij zijn bedrijf .

Het was allemaal een beetje hektisch, want ik had om zeven uur schriftelijk examen van Russisch en het afscheidsfeestje was in Turnhout (= ver). Mijn vriend zou me rond acht uur (langer dan dat kon het examen niet duren, want zoveel woordjes hebben we nog niet geleerd) komen ophalen aan het CLT en onderweg moesten we nog een vriendin gaan oppikken. Op weg naar Turnhout kwamen we langs de plaats van het ongeval, maar mijn vriend had het trauma duidelijk al helemaal verwerkt. (‘t Is ne stoere!) Hij vertelde trouwens dat hij de enige was die na het ongeval een fluovestje droeg. Mensen: die fluovestjes zijn er voor uw veiligheid, doe ze aan!

‘k Voelde me om eerlijk te zijn niet echt in feeststemming. Ik was moe, had wat hoofdpijn en wilde liever in bed kruipen, maar ik vond het belangrijk om naar het afscheidsfeestje te gaan. Een mens vertrekt niet elke dag voor twee jaar naar Australië, he. Toegegeven, we gaan E, T en poppemieke M binnen een half jaar bezoeken, maar toch, ‘k wilde ze niet laten vertrekken zonder drie dikke afscheidskussen! 😉

En zo lagen we gisterenavond pas om half twee in bed en is er nog niet veel verbetering in mijn vermoeide toestand gekomen.