Een fijne jaarlijkse traditie, die Gentse Feesten. Ook dit jaar konden we weer beroep doen op de gastvrijheid van Peter en Lynn en het uitmuntende gezelschap van Joke en Vincent.
We kozen voor een sportief programma: een bierwandeling in de namiddag en een nachtelijke wandeling met als hoogtepunt een bezoek aan de Sint-Baafsabdij. Tijdens de bierwandeling verkenden we op wetenschappelijk verantwoorde wijze enkele cafés om de bieren aldaar aan een vergelijkend onderzoek te onderwerpen. Of dat was althans het idee, want – nu komt het – ik lust helemaal geen bier. Gelukkig vond ik in ons gezelschap bereidwillige mannen genoeg die mij verlosten van mijn overtollige bier. 😉 Ik denk dat ik als niet-bierdrinker na een stuk of tien brouwerijbezoeken meer over het bierbrouwen weet dan de gemiddelde bierliefhebber. Bij de laatste halte op onze bierwandeling was ik dan ook behoorlijk opgelucht om naast een ganse rij bieren, ergens verdrukt in een hoekje een caipirinha op de kaart te zien staan. Die ik, tot groot jolijt van mijn gezelschap, meteen bestelde.
Tussen de wandelingen door gingen we op zoek naar voedsel bij één van de vele kraampjes op de Gentse Feesten. We brachten ook even en blitzbezoek aan Bataclan, maar veel vond ik er niet aan. Misschien was de tijd om één pintje op te drinken gewoon niet lang genoeg om de absurditeiten te laten inwerken.
De nocturne bracht ons terug naar de tijd dat Gent nog met enkele schaarse gaslantaarns verlicht werd en fakkeldrager een beroep was. We wierpen zelfs even een blik op het beruchte Glazen Straatje. Hoogtepunt en orgelpunt van de nocturne was het bezoek aan de Sint-Baafsabdij. De refter is werkelijk adembenemend. De rest van de ruïnes bezochten we in het pikkedonker, omdat de gids door een communicatiefoutje met de stad er niet in slaagde het licht aan te steken. Lekker spooky, zo in het duister tussen eeuwenoude graven staan.
De avond sloten we af in het centrum met wat fastfood en toen sloeg de vermoeidheid toe. We waren nog net op tijd om op de laatste tram die richting stelplaats reed te springen, alwaar we bijna midden in de maaginhoud van een zatte feestvierder trapten. Yak.
Slapen deden we in een éénpersoonsbedje onder het dak van Peter en Lynn. Ik moet zeggen dat mijn vriend en ik de éénpersoonsbedjes ontgroeid zijn. Goed heb ik niet geslapen. En dan te bedenken dat we jaren met z’n tweeën in zo’n bedje geslapen hebben. Waar is de tijd?
Zondag deden we het rustigaan met een ontbijt in het SMAK, wat racen op de Wii en een boottochtje in het centrum.
Op naar de volgende editie!