Goodbye 2010

2010 is als een op hol geslagen hogesnelheidstrein voorbijgeraasd. Ik heb het gevoel dat ik twee keer met mijn ogen geknipperd heb en zoef dat was 2010. In 2011 hoop ik iets meer rustmomenten te kunnen inbouwen. Al belooft mijn nu al tot in de helft van 2011 volgeboekte agenda op dat vlak niet veel goeds. En uiteraard ligt dat volledig aan mezelf. Dus ik wens mezelf het karakter toe om meer rustmomenten in te bouwen.

Een laatste keer Japans in 2010

Woensdagmiddag hadden we een lunchdate in Brussel met een medestudent uit de Japanse les die in september op vakantie geweest is in Japan. Ideaal dus om wat tips te krijgen voor onze eigen reis die opeens helemaal niet meer zo veraf is en ons reisschema staat nog niet eens vast (paniek!). Het was de bedoeling om shabushabu te eten in restaurant Kabuki, maar helaas bleek dat je daar op voorhand voor moest reserveren. Doodjammer, want deze vorm van de Japanse keuken had ik nog niet geproefd. Het werd dan maar een gewone Bentolunch, die minder goed smaakte dan de vorige keren dat we er waren.

Na de lunch gingen mijn vriend en kameraad K terug aan het werk en liep ik nog even over de Brusselse kerstmarkt op zoek naar enkele last minute cadeaus. Ik zag veel rommel en prulletjes die ik zelf nooit zou willen krijgen, dus hield ik het bij chocolade en chocoladejenever. Iets lekkers, dat krijgt iedereen graag.

Nostalgie

Dingen die de strenge selectie van de opruimdag in mijn ouderlijk huis niet gehaald hebben:

De beruchte giraffen, altijd goed voor wat binnenpretjes ten huize yab en vriend.

Maria, Jozef en het kindje Jezus, gemaakt uit wc-rolletjes en piepschuimballetjes. Jarenlang dienst gedaan als reserve-kerststal. (Volgens mij heeft Maria second thoughts over heel dat onbevlekte ontvangenis-gedoe.)

Een hoop Fleur-poppen met home-made kapsels en in één geval een home-made outfit. Wijze levensles: haren van zo’n pop smelten als je ze te lang tegen een gloeilamp houdt. Enige remedie: de schaar erin. (Twee Fleur-poppen bleken ondertussen met een handicap te sukkelen: één van hun benen bleef er maar afvallen.)

Oja, ik heb ook kilo’s en kilo’s oude cursussen buiten gesmeten (ongelooflijk dat ik al die leerstof ooit in mijn hoofd gepropt hebt), maar die stoffige dingen vond ik geen foto waard.

De eerste dag van de kerstvakantie

Was er meteen eentje om in te kaderen. ‘s Middags kwamen vrienden K en L uit het verre Baton Rouge op bezoek. Ze hadden de drie oudste kinderen ergens op een kerstshow achtergelaten en hadden enkel hun jongste spruit naar Leuven meegenomen. Het was voor mij de eerste kennismaking met kleine N, die in Amerika geboren is. Ondertussen is N al een flinke peuter van tien maanden en een echte lachebek. Spijtig dat mijn vriend er niet bij kon zijn. Dit jaar had hij helaas geen verlof tussen kerst en nieuwjaar. Hij zal tot de volgende kerstvakantie moeten wachten voor zijn eerste kennismaking met N. Vriend K was er niet helemaal met zijn hoofd bij, want hij was helemaal vergeten dat we in 2009 enkele dagen bij hen in Baton Rouge gelogeerd hadden. Ben ik toch niet de enige bij wie het geheugen het soms laat afweten. 😉

‘s Avonds hadden we afgesproken met kameraad H, die voor de kerstvakantie uit Chicago overgevlogen was. Ja, de dag stond helemaal in het teken van de terugkeer van onze Amerikaantjes. H is net zoals wij een gigantische sushiliefhebber. Dus trokken we naar de Sakura, ons nieuwe favoriete sushi-restaurant in Leuven. We waren net aan onze miso-soep begonnen toen opeens vriendin U binnenkwam, vergezeld door een ons onbekende donkerharige jongeling. We schoven een tafeltje bij en maakten het gezellig met z’n vijven. En zo werd het een beetje een generale repetitie voor oudjaar, want die avond zijn vriend H en vriendin U bij ons te gast samen met nog een ander koppel en hun twee dochtertjes.

De avond sloten we af met een cocktail in D’Entreprise. En zo komt het einde van 2010 steeds dichterbij.

De Czardasvorstin

Tweede kerstdag sliepen we lekker lang uit, in de hoop eindelijk eens af te geraken van die vervelende verkoudheid die ons nu al enkele weken teistert. De rest van de dag kabbelde rustig verder met een plezierige uitschieter in de avond. We trotseerden de gladde wegen richting Tongeren voor de voorstelling van de Czardasvorstin, een prettige operette over prinsen en meisjes van chantant, waarin uiteindelijk (uiteraard) alles goed komt. Vrienden T & T speelden mee in het orkest en hadden ons overgehaald om de voorstelling bij te wonen. We hebben het ons niet beklaagd. Het is altijd een plezier om amateurs (en professionals ook, natuurlijk) aan het werk te zien die vol enthousiasme het beste van zichzelf geven. Dat de Tongerse amateurs bijzonder getalenteerd waren, was daarbij mooi meegenomen. Een leuke avond met aanstekelijke liedjes.

Duizend kleine eng’len zingen, mint elkaar
Diep in ‘t hart hoor ik ‘t opdringen, mint elkaar
Kom mijn liev’ling, sla uw armen om mij heen, ja
Heel de wereld moet het weten, wij zijn één.

Een niet zo prettig kerstfeest

Traditiegetrouw bevonden wij ons op eerste kerstdag bij de ouders van mijn vriend. Het werd een avond met hindernissen. Het petekindje van mijn vriend, net anderhalf, had al twee dagen op rij meer dan veertig graden koorts. De ouders dachten dat er tandjes zaten aan te komen, maar kijk, daar kwam onze uitgebreide theoretische kennis van all things children weer maar eens van pas. Veertig graden is veel te hoog om enkel aan het doorkomen van de tandjes te wijten te zijn. Dus werd de dokter van wacht gebeld terwijl de soep werd uitgeschept.

Een kwartiertje later vertrok de papa met zijn dochter naar de dokter, terwijl de mama, hoogzwanger en door de dokter platte rust voorgeschreven, wat zat te snikken in de zetel. De kerststemming was ver te zoeken. Een dik half uur later was de papa terug met het verdict: een dubbele oorontsteking die ook naar de keel aan het afzakken was. De verklaring voor de hoge koorts was meteen gevonden. Met wat overredingskracht kregen we een lepeltje antibiotica in het kind en hoopten we dat een dutje wat beterschap zou brengen.

Ondertussen werd het hoofdgerecht geserveerd: kwarteltjes. Hoe het kwam, weet ik niet, maar opeens bevond ik me in een discussie met de pa van mijn vriend die vond dat tegenwoordige homoseksualiteit te veel ” gepromoot”  werd. Ik verslikte me bijna in mijn kwartel, want dit soort uitspraken zijn een regelrechte belediging voor alle holebi’s die ik ken en die geworsteld hebben met hun geaardheid. Voordat de sfeer aan tafel helemaal ontspoorde, trok ik me discreet terug op het toilet, in de hoop dat het gesprek na mijn terugkomst een andere wending zou genomen hebben. Wat gelukkig inderdaad zo was.

Volgende minidrama: nog voor het dessert was het petekindje van mijn vriend opnieuw wakker geworden, badend in het zweet en werkelijk ontroostbaar. Blikken van paniek in de ogen van de ouders, maar gelukkig konden we hen overtuigen dat naar spoed rijden niet nodig was. En brachten een paar filmpjes van Bumba soelaas. Lang leve studio 100!

Het dessert werd zonder al te veel problemen verorberd. Maar mijn vriend en ik waren, ondanks de nachtelijke sneeuwbui die we moesten trotseren, na deze tumultueuze avond blij dat we opnieuw in Leuven waren.

Gelukkig gaat het vandaag alweer een pak beter met het petekindje van mijn vriend. Zieke kinderen, het is me wat.

Drie kerstfeestjes

Ik wist op voorhand niet goed wat ik ervan moest denken, van die CLT-kerstfeestjes, maar ze zijn alledrie goed meegevallen. Wel heel verschillend.

De juffrouw van Spaans is een supervlotte, goed georganiseerde leerkracht met tonnen ervaring die gans de klas makkelijk enthousiast krijgt. Nog nooit zoveel mensen weten meezingen met de liedjes in het taalpracticum als bij haar. Op voorhand hadden we mooi afgesproken wie wat zou meenemen (moet wel als je met meer dan 30 leerlingen in de klas zit en je wil vermijden dat iedereen een fles cava meebrengt) en na de luistertest maakten we het gezellig. Mijn medecursisten Spaans zijn voornamelijk jong en vrouwelijk. De mannen zijn zwaar in de minderheid. Maar ik weet niet of ze dat erg vinden. 😉 Er werd vlot gebabbeld, vooral over reisplannen naar Zuid-Amerikaanse landen, wat voor ons nog ergens in een verre toekomst ligt.

Het Japanse kerstfeestje begon het vroegste. Om acht uur lag er al allerlei lekkers op de tafels uitgestald. Ik at voor de allereerste keer mochi en gedroogde Japanse bonen die verdacht veel op borrelnootjes met een jasje leken. Mijn vriend en ik hadden negerinnentetten (hey, als ‘t op wikipedia mag staan, dan hier ook) meegebracht van de Leuvense kerstmarkt. Een beetje te veel, want we hielden nog een volle doos over. We proefden een glaasje Tukse raki (anijs, het is toch niet mijn ding) en keken ondertussen naar foto’s van de Japanreis van enkele klasgenootjes. Ideaal om inspiratie op te doen voor onze komende reis.

De feestweek werd afgesloten donderdag in de Russische les. Er was Russische wodka (uiteraard) en de overschot van de negerinnentetten viel ook bij deze groep in de smaak. Het werd echt gezellig toen de Russische vrouw van een klasgenootje bij onze groep aansloot. Tot mijn eigen verbazing verstond ik haar prima. Het is jammer dat we, onze juffrouw buiten beschouwing gelaten, zo weinig in contact komen met native speakers. Dat is en blijft toch de beste manier om een taal te leren. We bleven een beetje plakken na het officiële einde van de les en ik kreeg zowaar het laatste restje wodka mee. Een fijne afsluiter van het jaar.