Verbouwen

Woensdag waren we op bezoek bij een vriend in het Mechelse. Vier jaar geleden kocht hij zijn huisje. En in de daaropvolgende jaren heeft hij enkel de muren laten staan. Alles vervangen: gas, elektriciteit, waterleiding, de vloeren, de keuken, de badkamer, de ramen, de voordeur. The works. En hij dat (bijna) allemaal zelf gedaan. Twee jaar sparen en vervolgens twee jaar elk vrij moment in zijn huis gestoken. Chapeau, zeg ik dan, ik zou het niet kunnen. Het zag er trouwens piekfijn uit, zijn huis. Hij mag er terecht trots op zijn. En nu ging hij toch wat vakantie nemen. Groot gelijk!

Moe, maar tevreden

De blogdrink was een succes! Er waren mensen die ingeschreven waren en er waren mensen die niet ingeschreven waren. Ik schat dat er in totaal meer dan vijftig mensen langsgeweest zijn. Ik geraakte op den duur de tel een beetje kwijt. Het was alleszins gezellig druk in het STUK-café. Ik ga geen poging doen om al de mensen op te noemen met wie ik gesproken heb, dat zijn er te veel. Ik wil gewoon iedereen bedanken die er was en mij bij deze ook verontschuldigen dat ik met sommige aanwezigen maar een paar woordjes gewisseld heb. Hopelijk kan ik dat bij een volgende gelegenheid goedmaken.

Door al die nieuwe mensen en nieuwe indrukken heb ik vannacht wel superslecht geslapen. Mijn hersenen bleven al de gesprekken maar herkauwen en ik heb de blogdrink een paar keer opnieuw beleefd. Ik ga nog een tweede nacht nodig hebben om alles te verwerken, denk ik. Punt voor mezelf: de volgende keer de mensen nog meer aanzetten tot mengen. Al kan zoiets natuurlijk niet geforceerd worden.

Dé sterren van de avond:

Blogdrinkeendjes

Blogdrinkeendjes

Blogdrinkeendjes

PS: Ntone, ik heb toch nog een paar mensen (waaronder de DJ van ‘t STUK) blij kunnen maken met een paar stronken van je drie kilo witloof. Sommige mensen hebben zelfs een zeer winstgevende ruilhandel opgezet met de witloof. 😉

PS2: Bart, ik weet nog steeds niet waar ik je van ken.

PS3: Die ene foto van mij en Sponzen Ridder, ‘k zou het niet zo erg vinden moest die ergens in een vergeetput verdwijnen of zo.

PS4: Ik kan het beddengoed van ons stapelbed nu nooit meer wassen. De Lord Himself heeft erin geslapen!

PS5: Een dikke dankjewel aan Clo, organisatrice van de girl geek dinners, die mij een overgebleven goodiebag bezorgd heeft.

Afscheid van de Amerikagangers

De grote uittocht der yab-vrienden gaat gestaag verder. Gisteren namen we afscheid van vrienden K en L die samen met hun drie kindjes voor tweeënhalf jaar naar Amerika trekken (en dus niet voorgoed, oef). Amerika is natuurlijk niet zo ver als Australië, dus wie weet lukt het ons toch om de komende tweeënhalf jaar op bezoek te gaan. Ik hoop alleszins dat ze hun belofte zullen houden om hun blog frequent van updates en foto’s te voorzien. Ik zal de deugnietenstreken van de kindjes zeker missen. Vooral het oudste dochtertje (drie jaar) heeft zich als een echt fotomodel ontpopt, al blijft ze mijn naam hardnekkig fout uitspreken. 😉

Het GPS-gemis

Sinds we met een huurwagen rondrijden, hebben we geen GPS meer. Neen, wij hadden geen TomTom of ander hip spulletje, maar wel een oerdegelijke ingebouwde GPS. Nu de wagen helaas ergens op een autobewaarplaats staat te wachten tot de expert van de verzekeringen goesting heeft om hem perte totale te verklaren, zitten we zonder GPS. En dan besef je pas hoe snel je aan luxe gewoon bent. Lang geleden dat we nog eens met afgeprinte kaartjes van Google maps rondreden. En jawel, zowel eergisteren (toen we naar het gentblogt feestje reden) als gisteren (toen we richting Willebroek trokken) zijn we verkeerd gereden. Maar geen nood, beide bestemmingen werden verder zonder al te veel problemen bereikt.

Naar het schijnt was de dj vrijdag erg goed. Willen jullie wel geloven dat ik zoveel gebabbeld heb dat ik niet eens een flauw idee heb van het soort muziek dat er gedraaid werd? De frietjes hebben we ook gemist, want Gent is nu eenmaal niet bij de deur voor mensen uit Leuven en ik wilde toch een beetje fris zijn voor mijn eerste Russische les van het semester. Mijn vriendje was trouwens ook niet in topvorm. Blijkbaar heeft hij het virus dat mij vorige week velde overgekregen. Tiens, tiens, hoe zou dat nu komen?

Babyborrel

Zeg nu eens eerlijk, vinden jullie dat ook zo’n raar woord? Al moet ik zeggen dat het wel lekker over de tong gaat, met die rollende r. Gisteren zijn we naar de babyborrel geweest van wat ongetwijfeld het braafste kind ter wereld moet zijn. Ongeveer drie maanden oud, met mooie bolle wangetjes. Zonder een kik te geven ging ze van schoot tot schoot. En er waren toch zeker een stuk of veertig schoten. Een droombaby. Mijn vriend en ik kenden buiten de gastheer en de gastvrouw niemand, maar dat stoorde niet. De aanwezige mensen waren erg vriendelijk en deden me door hun sappige Limburgs terugdenken aan mijn jeugd. Ik heb ongetwijfeld zelf nog een Limburgse tongval, maar door jarenlang in Leuven gewoond te hebben, is dat accent (gelukkig) wat verwaterd. De gastheer deed trouwens erg zijn best om mij vol champagne te gieten. Mijn glas was amper leeg of hij kwam al informeren of het niet bijgevuld moest worden. Zo horen geboortes gevierd te worden! Met champagne en veel hapjes.

Van de trotse ouders kregen we een rondleiding in hun pasgebouwde huis. Appartementsbewoners als wij zijn, waren we danig onder de indruk van de ruimte aanwezig in het huis. Dat begon al in de kelder: maar liefst driehonderd vierkante meter kelder. Jawadde. Indrukwekkend. Nu, voor een gezin met (tot nu toe) drie kinderen heb je wel wat ruimte nodig, maar hun huis was toch wel erg riant. Ze hadden ook allerlei wilde plannen met al de aanwezige nog niet in gebruik genomen kamers: een muziekstudio, een knutselkamer, een wijnkelder, een fitnessruimte en helemaal in de nok van het dak een ruimte met bar en biljarttafel. Al die plannen klinken mij vreselijk duur in de oren, dus benieuwd wanneer ze gerealiseerd zullen raken. Ik heb alvast aangeboden om de bar te komen inwijden van zodra ze er staat. 😉

Margarita’s

De jaarlijkse alumnibijeenkomst van mijn ex-studentenvereniging die ik gisteren organiseerde in restaurant El Sombrero, was een succes.  De sfeer zat er goed in, het eten was lekker en de margarita’s gingen er vlotjes in. Iets te vlotjes. En dat heb ik deze ochtend wel gevoeld. 😉

Maar ik laat mij door een paar margarita’s te veel niet tegenhouden om het drukke programma van vandaag af te werken! Hup de douche in en daarna zal het wel wat beter gaan.

Receptie

De beste recepties zijn degene waarvoor je niet uitnodigd bent. Dit motto indachtig, had ik niet veel overreding nodig toen mijn collega’s van de IT-dienst me vroegen om na het einde van de Documentum-cursus met hen mee te gaan naar de receptie van onze IT-outsourcer. Vorig jaar kreeg ik nog een uitnodiging, dit jaar werd ik echter jammerlijk over het hoofd gezien. Vermoedelijk omdat ik wegens tijdsgebrek niet meer de maandelijkse oersaaie overlegmomenten bijwoon. Na drie dagen cursus zou een beetje vroeger stoppen mij beslist deugd doen.

De receptie ging door in een chic blauw gebouw vlakbij het Noordstation. Het had wat voeten in de aarde voordat we binnen geraakten. De visitorsbadge hadden we redelijk snel, maar de hostessen die ons naar de juiste plek moesten begeleiden, bleken in rook te zijn opgegaan. Dat zal ons leren te laat te komen op een receptie. 😉 Na wat heen en weer gebel door de mevrouwen aan het onthaal en net toen we aan het overwegen waren om met hangende pootjes huiswaarts te keren, kwam een reddende engel de deuren voor ons openen. Zij voerde ons door het doolholf van gangen naar de juiste verdieping.

Dat we inderdaad wat aan de late kant waren, bleek uit het feit dat de schuimwijn al bijna helemaal op was. Gelukkig waren er nog zeer veel verse oesters om van te proeven. Mét een keur aan verschillende sausjes en dressings, die ik natuurlijk allemaal uitgeprobeerd heb. 😉 Mijn favoriete oester-garnituren: de dressing met koriander en rode peper en het tequilasausje. Very jummie. Volgens mij zijn oesters echt etenswaren die je moet leren appreciëren. Ik herinner me nog mijn allereerste oester: gekocht in de delhaize, na veel wrikken met een gewoon keukenmes eindelijk open gekregen en verorberd in de keuken van onze studentenresidentie. Geen succes. Tegenwoordig bevalt de zilte smaak van oester mij veel beter.

Omdat de schuimwijn op was, heb ik mij even gewaagd aan de bierproeverij (letterlijk te nemen, je kon een keur aan Belgische bieren degusteren). Om nóg maar eens tot de conclusie te komen dat bier mijn ding niet is. Alleen de Oude Kriek kon mij enigszins bekoren. Gelukkig waren er leuke en toffe gesprekken om van de receptie een succes te maken. En oja, onze outsourcer is natuurlijk geweldig en helemaal niet zo duur als het lijkt. 😉

Tijdens de terugrit naar Leuven, bleek trouwens dat we in dezelfde wagon zaten als Kathleen. Na het uitstappen nog even een praatje gemaakt met deze goedlachse jongedame. En oja, Kathleen, ik vind je haar prima zo! Helemaal geen nood aan een kappersbezoek, wat mij betreft. 😉