Na twee weekjes uitslapen tijdens de paasvakantie, moest ik op zaterdagochtend weer vroeg uit de veren voor de Spaanse les. Het zijn de laatste loodjes, want de examens komen nu wel heel kortbij. Hoog tijd om in gang te schieten!
Na de Spaanse les propte ik snel een paar boterhammen naar binnen, want om 14u werden we ergens in Eindhout verwacht voor een huwelijksreceptie van een nicht van mijn vriend. Een nicht die ik nog nooit gezien had. Fijn dat we uitgenodigd werden, maar eerlijk gezegd hoefde dit niet echt voor mij. Eén uur en twintig minuten rijden heen en terug om twee uur in iemands tuin te staan, hopend dat het niet regent… Enfin ja, ik begrijp niet dat mensen op wat zogezegd de mooiste dag van hun leven moet zijn, familieleden uitnodigen die ze al jaren niet meer gezien hebben. En het ergste van alles: er waren niet eens hapjes, enkel een frietkraam waar je frieten en allerlei nepvlees kon krijgen. Blah.
(Toch nog een opmerkelijk feit: buiten de broer en zus van mijn vriend kende ik echt niemand op het feest, maar blijkbaar kenden veel neven en nichten van mijn vriend mij wel via onze facebookfoto’s. Dat leverde ongeveer zulke conversaties op: “Hallo, ik ben Carolien.” “Ja, dat weet ik. Hoe was het in Singapore?” Akward.)
Stipt om vier uur verlieten we de receptie, want om half zes verwachtten wij een collega en zijn vrouw. Ja, wij schieten zo goed met elkaar op dat we ook buiten het werk met elkaar afspreken. We aperitiefden op ons appartement om vervolgens op ons gemak naar de Krua Thai te wandelen. Voor een avondje heerlijk Aziatisch eten en fijne babbels. We kaartten nog even na op ons appartement en namen dan afscheid met de belofte om hen een keer in Dendermonde te gaan bezoeken.
‘s Zondags sliepen we uit. Hoera! Het duurde even voor ik op kruissnelheid was, maar tegen de middag had ik genoeg energie verzameld om naar het stadhuis te fietsen om daar de Leuvense kroonjuwelen te bewonderen op Erfgoeddag. Ik bleef er langer hangen dan verwacht, want het berichtje dat het middagdutje van mijn petekindje achter de rug was, kwam maar niet.
Uiteindelijk waren mijn petekindje en zijn ouders pas rond vier uur bij ons op het appartement. De plannen om naar het provinciedomein werden herzien wegens slecht weer en het lang uitgelopen middagdutje. Het eerste kwartier met mijn petekindje verliep erg moeizaam. Hij wilde niet naar me kijken en was extreem verlegen. Ik hield eerlijk gezegd mijn hart vast. Maar dan opeens, alsof er een knop werd omgedraaid, begon hij te lachen en te spelen (ok, we hebben hem wat omgekocht met de knuffels die overal in ons appartement liggen). Ik was erg opgelucht en de ouders ook, geloof ik.
Ik had om half zes een tafel gereserveerd in Brasserie 500, omdat ik uit ervaring weet dat dit een erg kindvriendelijke zaak is. Het is altijd een beetje afwachten hoe een kind van twee zich gedraagt in een restaurant, maar mijn petekindje was een echt engeltje. Braaf kleuren met de potloden van het restaurant, met smaak zijn curryworst met frietjes opeten en grapjes maken met de ober. Echt een heel geslaagde avond. En ik ben heel blij dat het goed begint te klikken tussen mijn petekindje en mezelf.