Een vraagje

We gaan de collectieve wijsheid van het internet nog eens raadplegen. Ik heb hier al meermaals goede ervaringen mee gehad. The power of the masses, of zoiets. 😉

Omdat wij hard vooruit denken, zijn we nu al op zoek naar een huisje om volgend jaar met onze groep op weekend te gaan.

Voorwaarden zijn:

  • geschikt voor een groep tussen de twintig à vijfentwintig personen
  • babyvriendelijk
  • op niet meer dan twee uur rijden van Leuven (tweeënhalf is echt wel de uiterste grens)
  • barbecue aanwezig
  • liefst een redelijk moderne keuken, maar wij kunnen ons behelpen
  • afwasmachine aanwezig
  • mogelijkheden om iets te doen of te bezichtigen in de buurt: wandelen, watersport, ruïnes,…
  • parking voor een hele hoop wagens
  • de huur van het huis mag de 1500 euro niet overschrijden

We zijn al zes jaar achtereen naar onze Waalse landgenoten geweest. De kust lijkt onseen leuke afwisseling. Duitsland, Luxemburg of het noorden van Frankrijk zien we ook zitten. Zijn er mensen die een leuk huisje weten? De comments staan volledig ter uwer beschikking.

Een weekend in Jevoumont

Mijn slecht-weer-angst bleek ongegrond. Op een paar fikse regenbuien na, waar we geen last van hadden omdat we binnen zaten spelletjes te spelen of ondergedoken waren in les Grottes de Remouchamps, hielden we het verrassend droog. Met de voorhoede van onze twintigkoppige bende deden we op vrijdag (lang leve de Vlaamse Feestdag) een Fonteinentocht (klinkt indrukwekkender dan het is) in Verviers, de Waalse hoofdstad van het water.

Daarna bezochten we de ruïnes van het château de Franchimont, waar we een gevaarlijke trap afdaalden naar lang vergeten kerkers en één van mijn vrienden net niet zijn been brak. Tijdens ons bezoek belde de vrouw van vriend F om te melden dat F in het ziekenhuis lag ter observatie. Hartritmestoornissen. Dat was even slikken. Er zijn leukere dingen dan een nacht in het ziekenhuis doorbrengen en zo’n hart dat op hol slaat, schijnt een heel akelig gevoel te zijn. Gelukkig bleek het allemaal mee te vallen en konden F en L ‘s avonds nog bij onze groep aansluiten. Een geluk, want F is er al van het begin bij en dan zou dit het eerste weekendje zijn dat hij moest missen.

Rond 18.00u vrijdagavond konden we in ons kasteel. Het Chateau de Jevoumont had iets van zijn vroegere grandeur behouden (gigantische inkomhal, prachtig grasveld, zwembad), maar  de kiemen van verval waren zichtbaar. Zelfs de splinternieuwe douche (het bleek helaas onmogelijk om de douchekop aan de stang te bevestigen) kon dit niet verbergen. Gevlekt vast tapijt, versleten meubels, bedden van vóór de tweede wereldoorlog, een doolhof van gangen en kamers, een keuken die zijn beste tijd gehad had, het had zijn charmes. Al had ik de beker van het charmante dubbelbed met doorgezakte verenmatras graag aan mij laten voorbijgaan. Slecht slapen op weekend, het hoort erbij.

Vrijdagavond bakten we pannenkoeken, genoten we van de avondzon die flink haar best deed en trokken we naar binnen toen de eerste kilte ons kippenvel bezorgde om spelletjes te spelen. Ik verloor grandioos met poker, speelde een spelletje kaart om mijn frustratie te vergeten en daarna was het tijd voor weerwolven. We zouden vriendin L diep ongelukkig maken als we dit spelletje niet speelden op weekend. Al snel werden er vrolijk mensen in stukken gescheurd en gelyncht. Om de beurt speelde iemand anders verteller. Ondertussen werd het ene na het andere flesje cava gekraakt, waardoor we later in bed lagen dan gepland.

‘s Zaterdags rolde ik na een allesbehalve geweldige nacht rond tien uur uit bed. Hier en daar viel al leven te bespeuren. Een aantal dappere zielen hadden zich zelfs aan een duik in het zwembad gewaagd. Brrr, net iets te fris voor een koukleum als mezelf. Mijn vriend en ik reden samen met kameraden N en U naar de bakker in Theux voor een bestelling van vijf broden, twintig koffiekoeken, vijf stokbroden en twintig pistolets. De keukenprinsen zorgden voor een gebakken eitje bij de brunch en we stopten ons vol om voldoende energie op te doen voor een grottentocht. Twee minuten voordat de rondleiding begon, barstte de regenbui los. Over geluk gesproken. Na het afsluitende langste boottochtje over een ondergrondse rivier, was de bui over en begaven we ons richting terrasje.

Na een moeilijke discussie (het consensusmodel toepassen in een gezelschap van twintig personen is niet altijd evident) en een bezoekje aan de toeristische dienst, hakten we de knoop door. We zouden een wandeling langs het riviertje de Ninglinspo maken. Een wandeling die beslist af te raden is voor mensen met kinderkoetsen, maar mooi was het wel. Gelukkig waren de twee meereizende baby’s nog in foetus-stadium. 😉 Ondertussen hadden we redelijk wat tijd verloren met beslissen en tikte de tijd onverbiddelijk verder. Het zag ernaar uit dat de wandeling niet beëindigd zou zijn vóór sluitingstijd van de Colruyt en we moesten nog gaan winkelen. Een barbecue zonder vlees is toch niet hetzelfde. Mijn vriend en ik maakten rechtsomkeert om inkopen te doen en lieten de rest van de groep op het gemak verder wandelen. Je moet toch een beetje van het landschap kunnen genieten, nietwaar?

De rest van de avond verliep voorspelbaar gezellig: drank, vlees, scampi en aardappelen in aluminiumfolie, de mannen rond de barbecue, nog meer drank, weerwolven. S, de nieuwe vriend van de zus van mijn vriend, had het lumineuze idee elke nieuwe dode een shotje te laten drinken. Ons gezelschap werd vrolijker en vrolijker en de spelleiders lieten steeds meer steken vallen. Verkeerde mensen werden ‘s nachts vermoord, anderen dan weer niet tot leven gewekt. Toen ik er in de eerste ronde in slaagde mijn collegaweerwolf tijdens onze nachtelijke verscheuringsronde om zeep te helpen, zijn we maar wijselijk gestopt met weerwolven.

Daarna volgde er nog een werkelijk hilarische episode waarin we met vijf personen de slapende L twee verdiepingen langs de trap omhoog probeerden te dragen. Verder dan trede drie zijn we echter niet geraakt. L schoot plots wakker en was totaal in paniek door de vreemde situatie. Enfin, op het moment zelf vond ik het helemaal niet zo grappig. Ik was zelf nogal verschoten van haar heftige reactie en de traantjes die daarop volgden. Om wat te bekomen, warmden we ons aan het uitdovende barbecuevuur en speelden we nog enkele rondjes kleurenwies. Gelukkig kon iedereen er de dag nadien mee lachen. Overmatig drankgebruik, het doet wat met een mens.

Op zondag liet ik het ochtendlijke zwempartijtje aan me voorbijgaan. We brunchten, zonder koffiekoeken ditmaal, want de bakker was helemaal uitverkocht, ruimden het kasteel op en beslisten nog een geocache te zoeken. De multicache bracht ons een mooie wandeling, natte voeten, een geschaafde arm en een beetje ontgoocheling omdat we net op het laatste punt in de mist gingen en de cache niet vonden. Spijtig, vooral voor de mensen die nog nooit aan geocaching gedaan hadden.

Tijdens het afsluitende etentje op een terras in Verviers werden nog herinneringen opgehaald aan vorige weekends. Dit was het zesde jaar op rij dat we op weekend gingen. Een fijne traditie die ik plan nog jaren verder te zetten. En als er baby’s meegaan, dan passen we ons programma gewoon aan. Hoofddoel blijft gezellig samenzijn.

Impressies van Utrecht

Er zijn twee dingen die Utrecht is uniek maken: de hoogste Domtoren van Nederland en de werven. De Domtoren is niet enkel uniek door zijn hoogte: de toren staat volledig los van de kerk. Op 1 augustus 1674 verwoestte een tornado het slecht geconstrueerde schip van de Domkerk. De stenen puinhoop bleef nog jaren liggen en deed dienst als een soort van steengroeve. De laatste restanten van de ruïnes werden pas in 1826 opgeruimd, waardoor het Domplein ontstond dat de toren scheidt van de rest van de Domkerk. Best wel een bizar gezicht: een losstaande toren en een halve kerk met daartussen een plein.

De werven van Utrecht zijn een ander verhaal. Utrecht is gebouwd aan een zijarm van de Rijn. Doordat men stroomopwaarts dammen op de Rijn gebouwd heeft, is in de loop der tijden het water in de grachten beginnen zakken. Hierdoor kwamen de kelders van de huizen aan de grachten gelijk te liggen met het waterniveau. Slimme bewoners kwamen op het idee om de kelders verder uit te graven onder de straten door tot aan het laagstaande water van de grachten. De handelswaar kon dan rechtstreeks vanaf de boten op de gracht in de verlengde kelders binnengebracht worden. Zo zijn de werven ontstaan. In de werfkelders zijn nu winkeltjes en restaurantjes gevestigd.

Het was een beetje frisjes tijdens ons bezoek in Utrecht, maar dat weerhield er ons niet van om de 465 trappen van de Dom te beklimmen. Boven op de toren woei een venijnig windje, maar gelukkig bleven de hemelsluizen dicht. ‘s Avonds maakten we een boottochtje op de grachten. Het toeval bracht ons samen met een groep Nederlanders die luidruchtig flauwe mopjes vertelden en met hun schallend gelach voor een bijzonder hartelijk sfeertje aan boord zorgden. Best wel gesjellig. Een tip voor de mensen met kinderen: bezoek zeker het spoorwegmuseum. Prachtig museum waar men door een interactieve en multimediale aanpak (ik lijk wel een reclamefolder) treinreizen en treinen van vroeger en nu in beeld brengt. De moeite.

Met dank aan de vriendin van mijn broertje. Want als zij niet in Utrecht haar stage had gedaan, zou ik deze stad waarschijnlijk nooit bezocht hebben.

Tip

Als jullie toevallig eens in Utrecht zijn en honger hebben, kan ik jullie van harte restaurant Opium aanbevelen. Dit restaurant met de verslavende naam serveert gerechten geïnspireerd op de Aziatische keuken (met stokjes kunnen eten is een voordeel). We waren zeer gecharmeerd door de gezellige, maar toch trendy inrichting en het gashaardvuur. Ik persoonlijk was nog meer gecharmeerd door de bijzonder knappe en vriendelijke ober die blijkbaar nog een tijdje in Antwerpen gewoond had. Als ik nog vrijgezel was, dan wist ik het wel. 😉 Voor de heren: de diensters waren al even knap. Volgens mij kwam de ganse bediening rechtstreeks uit de catalogus van een modellenbureau. En oja, voordat ik het vergeet, het eten was zeer lekker en prachtig gepresenteerd.

Bij deze heb ik mijn belofte om in België reclame te maken voor restaurant Opium ingelost. Allen daarheen!

Terug!

Vermoedelijk hebben jullie niet eens gemerkt dat ik weg was, maar ons weekendje Utrecht is alweer achter de rug. ‘k Ben doodop van de lange, donkere terugrit van Utrecht naar Limburg (waar we mijn broertje afgezet hebben) en van Limburg naar Leuven. Mijn bedje lonkt verleidelijk. Een uitgebreid verslagje en eventueel foto’s zullen voor een andere keer zijn. Morpheus wenkt.

Moe, moe, moe

Terug van een weekendje Roeselare. Aanleiding voor dit weekendje was het huwelijk van E en C, a match made in scouts heaven. Ze hebben beiden lang moeten wachten op de ware, maar toen ze elkaar leerden kennen, was het meteen koekenbak. Gisteren hebben we dan ook een fijn feestje gebouwd ter ere van hun huwelijk. Omdat mijn vriend en ik niet graag in het holst van de nacht naar huis rijden (ik heb al meermaals mijn ogen voelen dichtvallen als ik achter het stuur zat, niet verantwoord), besloten we er een Westvlaamse tweedaagse van te maken. Het toeval wil dat in de vorige editie van Erfwoord een erfgoedwandeling door Roeselare stond, een fijne bezigheid om een zondag mee te vullen.

Alleen jammer dat het hotel zo lawaaierig was en de bedden zo slecht, waardoor het aantal uren dat we dit weekend al slapend doorgebracht hebben tot een minimum beperkt bleef. Qua slaapconfort gaat er toch niks boven ons eigen bedje. Ik wed dat we vannacht slapen als roosjes.

Overschot

De overschot van dit rijkelijk gevulde weekend: 3 quiches, een halve rijsttaart, een stukje chocomoussetaart, een stukje frambozentaart, een volledige appeltaart en een grote peperkoek met kokos. Dit alles onder het motto: beter te veel dan te weinig. Het mag gezegd zijn: als u bij ons op bezoek komt, zal u zeker niet omkomen van de honger. 😉