Grappig kerkvoorval

Tijdens de beslist saaie doopviering (het was een doop van vier kindjes tegelijkertijd met geen enkele mogelijkheid om een persoonlijk toets aan de viering te geven, zelfs de misboekjes waren gerecycleerd) hield ik me wat bezig met het entertainen van het petekindje van mijn vriend. Toen ik teken deed dat ze op mijn schoot mocht komen zitten, stond er opeens een ander meisje, dat bij één van de andere families hoorde, voor mijn neus die duidelijk ook aanspraak op mijn schoot maakte. Voor ik er goed en wel erg in had, zat het vreemd kind op mijn schoot, terwijl het petekindje van mijn vriend wat beteuterd naar dit tafereel stond te kijken. Hilariteit alom, natuurlijk. De familie van het kindje riep haar tevergeefs terug, maar het meisje nestelde zich goed op mijn schoot zonder aanstalten te maken om weg te gaan. Ik wist even niet goed wat te doen, ik wil natuurlijk geen kinderzieltjes kwetsen. Gelukkig stond de mama toen op om haar persoonlijk van mijn schoot te halen. Waarop het petekindje van mijn vriend triomfantelijk het meisje haar plek innam. Zelfs kleine meisjes van twee kunnen al dodelijke blikken werpen. 😉

Jeugdig bezoek

Deze namiddag twee baby’s van respectievelijk 6 en 8 maanden over de vloer gehad voor een stukje taart en een kopje koffie. Gelukkig waren ze vergezeld van hun ouders. 😉 En wat bleel: baby U, 6 maanden, had vreselijk veel schrik van baby O, 8 maanden, die nochtans de hele tijd vriendelijk naar hem aan het lachen was. Telkens als baby O maar in de buurt van baby U kwam, zette baby U het op een hartverscheurend huilen. Om daar prompt mee te stoppen als baby O uit het gezichtsveld verdween en opnieuw te veranderen in een superbrave, lieve en lachende baby. De mama van baby U probeerde de schrik weg te nemen, maar niets hielp. Nochtans gaat baby U naar de crèche. ‘t Zal dus persoonlijk zijn. 😉

Oja, zo’n babybezoek is ook erg praktisch. Baby O had een soort para-achtige kruiptechiniek ontwikkeld. Ik denk dat hij elk stukje van de vloer van onze leefruimte stofvrij gemaakt heeft. Handig zeg! En hij was bovendien bijzonder geïnteresseerd in mijn schoenen: blinkend paars met een strikje, meer is er niet nodig om een kind te entertainen. ;-0

Bezoek (II)

Zondag was het dag van de architectuur. De helicoptervluchten en de bezoeken aan architectonische hoogstandjes hebben we echter aan ons voorbij laten gaan. We hadden namelijk bezoek van bevriend koppel X en N met hun twee kindjes. Als jullie weten dat het vinden van een geschikte datum om elkaar nog eens te zien ongeveer vier maanden in beslag heeft genomen, dan snappen jullie waarom verzetten geen optie was. Ach, de vriendschap gaat voor. Er zullen nog dagen van de architectuur komen.

Het was gezellige zondag. We hadden taart gehaald, koffie gezet (voor de gasten, ik ben geen koffiedrinker) en de zon scheen volop binnen in ons appartementje. We genoten met de terrasdeuren wagenwijd open. Het leek wel zomer. De kindjes waren gegroeid als kool (geen wonder, we hadden ze al zo lang niet meer gezien). De oudste jongen, S, kon zich al goed uitdrukken. Soms iets té goed. “Oh, mama, kijk, eendjes!” “Mag ik de eendjes hebben?” Discrete mensen als we zijn, gaven we S de twee roze eendjes om mee te spelen. Jullie raden al welk eendje hij ab-so-luut moest hebben om mee te spelen en dat toch veel, veel, veel interessanter was dan die twee saaie roze eendjes. Yep, het gele. S heeft er de ganse tijd mee rondgelopen. ‘k Moet toegeven dat mijn vriendje en ik regelmatig binnenpretjes hadden. 😉

Zó grappig

Mijn vriendje die achter zijn laptop één of ander spelletje zit te spelen en bijna een halve meter in de lucht springt van het verschieten als er weer eens uit onverwachte hoek een monster op zijn scherm opduikt. :-))

Platte band

Zoals ik al zei, hebben we op weg naar het doctoraat van Q pech gehad. Een platte band meer bepaald. Nu wilde ik dolgraag nog een stukje meepikken van de vragen, dus parkeerden we de wagen met platte band foutief in het Leuvense, staken we een briefje onder de ruitenwisser met daarop de mededeling dat we platte band hadden en dat we de auto zo snel mogelijk zouden depanneren en vertrokken we te voet verder naar de doctoraatsverdediging.

Allemaal goed en wel, maar dat betekende ook dat we (een beetje tipsy van de schuimwijn) ná de doctoraatsverdediging terug moesten om die kapotte band te vervangen. Nu moet u weten, beste lezers, dat mijn vriend en ik nog nooit in ons leven een band hebben moeten verwisselen. Wel al een paar keer platte band gehad, maar er was steeds iemand die van wanten wist in de buurt om ons uit de nood te helpen. Deze keer stonden we daar moederziel alleen. De handleiding erbij gehaald, maar die bleek toch niet zo duidelijk als we wel hadden gewenst. En die vermaledijde wieldop wilde ook al niet loskomen.

Ten einde raad, er kwam maar geen schot in de zaak en de wieldop, heeft mijn vriend één van de mensen aangesproken die ons al een tijdje stonden uit te lachen wegens verregaande onhandigheid. Gelukkig had één van de aangesprokenen medelijden met ons en wilde hij wel een handje helpen bij het vervangen van de band. Hij had de krik amper onder de wagen geschoven toen een kennis van ons passeerde. Zo iemand die bol staat van de goeie raad, maar wel mooi langs de kant bleef staan kijken hoe mijn vriend en de vriendelijke vrijwilliger de band vervingen.

Enfin, eind goed al goed. Met hulp van de vrijwilliger was de band verrassend snel vervangen. ‘t Was trouwens een echte altruïst, want hij wilde geen kleine bijdrage als dank voor zijn hulp aanvaarden. En de kennis vond het allemaal bijzonder grappig. En oja, nu hij ons toch tegen het lijf was gelopen, wilden we hem misschien niet een kleine lift geven. ‘t Regende en zo. Haha, je moet het toch maar durven. Al een geluk dat ik nog steeds schuimwijn in mijn bloed had. 😉