Pensioneringsfeestje

Vorige zondag waren mijn vriend en ik te gast op het persioneringsfeestje van mijn nonkel. Omdat hij veel vrienden en familie heeft, gaf hij geen één groot feest, maar verschillende kleine feestjes. Wij zaten in de feest-poule “jong volk”, samen met mijn broertje en zijn vriendin en mijn vier neven en hun aanhangsels. Mijn vier neven zijn nogal vrijbuiters, dus ik ben altijd verrast als er eentje een lief heeft en deze keer waren maar liefst vijftig procent van mijn neven bezet, een record zowaar.

Om zich niet te veel werk op de hals te halen, had mijn nonkel koude schotels besteld. Hij had daarbij onze eetlust nogal overschat, want ik denk dat hij met de overschot nog een feest kon geven. Nuja, de vrijgezelle neven zullen wel wat overschotjes meegenomen hebben. 😉

Op zijn gemak genieten van zijn pensioen, zal er echter de eerste jaren niet inzitten. Grootste verbouwingsplannen, hebben ze, mijn nonkel en tante. En dan zal hij waarschijnlijk ook nog wel meer dan een paar handen uit de mouwen steken bij de verbouwingen van één van zijn zonen. Mijn nonkel heeft nooit een zittend gat gehad, dus dat was te verwachten.

Voor mij was het bijzonder lang geleden dat ik nog eens in het huis van mijn nonkel en tante geweest was. Het deed me wel wat die plek uit mijn jeugd terug te zien, het toneel van menig zomerse logeerpartijtje. Ik was dol op de dagen die ik doorbracht in het rijtjeshuis in Antwerpen. Er was geen tv in huis en ik bracht het merendeel van de tijd door met het lezen van de stripcollecties van mijn neven. Kasten en kasten vol strips. Ik denk niet dat ik er ooit in geslaagd ben ze allemaal te lezen. Ik genoot ook erg van de wandelingen in het stadspark. Het leven in de stad was zo anders dan ik, als kind van het platteland, gewoon was. We gingen zelfs te voet naar de winkel! Ik denk nog steeds dat mijn liefde voor het stadsleven daar wortel heeft geschoten.

Erg benieuwd naar de metamorfose van het rijtjeshuis. En ik laat jullie een beetje meegenieten van het lekkers dat we voorgeschoteld kregen.

Budapest highlights: Labyrinth

Voor wie wel eens houdt van een beetje verdwalen is het Labyrinth onder de Budaváriheuvel een ideale plek. In de heuvel bevindt zich namelijk een grottenstelsel van meer dan een kilometer lang. De grotten zijn ontstaan door heetwaterbronnen en het werd tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikt als schuilkelder. Het is ook mogelijk om zes uur ‘s avonds het Labyrinth met fakkels te bezoeken. Dat moet nog spannender zijn!

Budapest Highlights: De Budaváriheuvel

De plek waar in de 13de eeuw Boeda ontstaan is boven op een berg. De Burchtwijk gelegen op de Budaváriheuvel is in twee stukken op te delen: je hebt er enerzijds de oude stad met smalle straatjes en mooi gekleurde huizen, gelegen rond de Matthiaskerk en anderzijds het Boedapaleis van de Habsburgers. Jaja, Sissi en haar gemaal Franz Jozef drukten hen stempel op Budapest, of de Hongaren dit nu leuk vonden of niet. Het Oostenrijkse keizerspaar werd zelfs gekroond in de Matthiaskerk. De Burchtwijk is ideaal om rustig door te kuieren. Op de heuvel maakten we ook kennis met kürtős kalács, een typisch Hongaars lekkernij: een lange sliert deeg wordt om een houten kegel gewikkeld die vervolgens boven het vuur verwarmd wordt tot het deeg een goudgeel kleurtje heeft. Dan wordt de kalács door boter gerold en tot slot door een smaakje dat je zelf kan kiezen. Wij gingen voor kaneel.

Een luilekkere eerste mei

Ondanks het feit dat ik niet gelovig ben, wordt ten huize yab de uitdrukking “ledigheid is des duivels oorkussen” hoog in het vaandel gevoerd. Niets doen en luieren is immers voor watjes. Maar die occasionele keer dat we dan toch eens aan het lanterfanten slaan, doen we dat meteen goed. En zonder schuldgevoel! (Of althans met maar een heel klein beetje schuldgevoel.)

We begonnen onze eerste mei ‘s middags met een rondleiding in de Stella Artois. Al zo lang bijna buren en nog nooit bezocht. Een schande is het! Alleen jammer dat de eerste mei de productie op een laag pitje stond, zodat er weinig actie te beleven viel. Maar goed, de rondleiding was geheel en al gratis en we hielden er nog wat bier in blik aan over. (Dat ik al evenmin lust als blik uit een andere recipiënt.)

Het aangename zonnetje voerde ons naar het terras van de Royale op het Martelarenplein voor een pannenkoek met appeltjes of ijs. De zon bleef maar schijnen en dat is tegenwoordig zo’n uitzonderlijk fenomeen dat daar optimaal van geprofiteerd moet worden. Verder naar de Oude Markt dus, alwaar we ons nestelden op het terras van de Apero. De uren vlogen voorbij en we hadden het zo naar onze zin, dat vriendin D besloot haar eerste danslens te brossen.

Op het einde van de namiddag vervoegden vrienden X en T ons, pasgetrouwd en net terug van hun huwelijksreis in Australië. We sloten af met een snelle pasta van de Past-à-Porter.

Een fantastische eerste mei.

 

Sagalassos

Na de uitreiking van de Romulusprijs, was ik toch wel erg nieuwsgierig geworden naar de tentoonstelling Sagalossos, City of Dreams in het Gallo-Romeins museum in Tongeren. Gelukkig had een vriendin ons een tijd geleden uitgenodigd om samen met hen naar de tentoonstelling te gaan. We zouden uitleg krijgen van een kennis die enkele jaren op het Sagalossos-project gewerkt had. En zo begaf ik me deze zondag naar Tongeren (mijn vriend bleef thuis om te studeren). Perfecte timing wat mij betreft!

De tentoonstelling is echt de moeite, in het bijzonder omdat het de eerste overzichtstentoonstelling is met als onderwerp Sagalassos, de vergeten stad hoog in het Turkse Taurusgebergte en veel stukken voor het eerst Turkije verlieten. De tentoonstelling toont niet enkel voorwerpen die op de site gevonden werden, maar roept de sfeer op van de archeologische site met filmbeelden gepresenteerd op een panoramisch scherm van 270 graden, zwevend boven een maquette van de Grieks-Romeinse stad op het hoogtepunt van haar bloei.

De topstukken van de tentoonstelling worden getoond in een decor, ontworpen door operaregisseur Guy Joosten, die zich voor zijn opstelling liet inspireren door de fatale aardbeving die Sagalassos trof in de jaren 600-620 n.Chr. Het tweede deel van de tentoonstelling is een kunstwerk op zich door de bijzondere uitvoering en belichting.

Alleen jammer dat de tentoonstelling een beetje het slachtoffer is van haar eigen succes: te veel bezoekers die het vaak moeilijk maken om de stukken in alle rust te bekijken en de interactieve schermen uit te proberen. Maar laat dat jullie beslist niet tegenhouden om de tentoonstelling te bezoeken. De tentoonstelling loopt nog tot en met 17 juni.

Le chameau s’en fout

Het kostte me drie pogingen om een plekje te veroveren in Le chameau s’en fout en op culinair gebied had ik er om die reden misschien nét iets meer van verwacht. Gelukkig was het gezelschap uitmuntend. Het was lang geleden dat we nog eens op ons gemak konden bijpraten met de zus en schoonbroer van mijn vriend zonder gestoord te worden door kinderen die per sé met de iphone willen spelen. Een relax avondje uit met vieren dus. In een mooi en gezellig decor. En er viel iets te vieren. Meer hoeft dat echt niet te zijn.

Existentiële vraag

Heeft er iemand een idee waarom paraplufabrikanten van opvouwbare paraplu’s het nodig vinden om daar zo’n stoffen zakje rond te fabriceren? Is er iemand die dat zakje effectief opnieuw gebruikt nadat de paraplu er na aankoop voor de eerste keer uitgehaald werd? En is er iemand die iets kan doen met een collectie onnuttige en ongebruikte zakjes?