Open Monumentendag in de Abdij van Park

Open Monumentendag, in combinatie met een prachtig zonnig zondag, vormde voor mijn vriend en mezelf de ideale gelegenheid om nog eens de wandelschoenen aan te trekken en het mooiste stukje religieus erfgoed van Leuven en omstreken te bewonderen: de prachtige Abdij van Park. Natuurlijk waren we te laat om ons nog in te schrijven voor een rondleiding, maar hey, ondertussen zijn we al goed bekend met de abdij en haar geschiedenis. We wandelden dus rondom de abdij en genoten van de mooie zondag.

Het was behoorlijk druk rondom de abdij en al de eet- en drankkraampjes hadden goed te doen. We deden een poging om iets te drinken bij de Abdijmolen, maar na een kwartier wachten aan een vuile, onafgeruimde tafel zonder ook maar een ober te zien, gaven we het op. Deze mooie zaak kampt echt met een personeelstekort. Dus steunden we de Vrienden van de Abdij en dronken we in de mooie tuin van de abdij een fruitsapje en een biertje. Mijn vriend deed daar nog een stukje taart bij, maar ik heb in mijn leven werkelijk te veel Limburgse vlaai gegeten om mij te laten verleiden door zo’n stukje fruittaart met ‘lattekes’. Een ijsje van Coupe Matadi gaat er daarentegen altijd wel in!

IMG_5885

IMG_5888

IMG_5890

IMG_5891

IMG_5895

IMG_5896

IMG_5897

IMG_5899

IMG_5901

We brachten een bezoekje aan de koeienstal en wandelden op het gemak terug naar Leuven centrum, alwaar we op het Martelarenplein net de staart van de jaartallenstoet troffen. En kijk eens welk mooi gezinnetje we daar troffen, uitgedost in de blauwe kleuren van de ‘Mannen van 1972′, die dit jaar met veel feestgedruis hun vijftigste verjaardag vieren. Na een fijne babbel wensten we feestvarken Jan en zijn gezin nog veel plezier en keerden we terug naar ons appartement.

IMG_5903

IMG_5907

Monumentjes kijken

Mijn vriendje en ik besloten ons dit jaar richting ‘t Stad te begeven voor het traditionele uitstapje ter gelegenheid van Open monumentendag. In de voormiddag had ik gereserveerd voor een rondleiding in het voormalig Koninklijk Paleis op de Meir. Nog een geluk, want daar aangekomen, bleken er veel gegadigden te zijn die helaas allemaal moesten afdruipen omdat de rondleidingen volzet waren.

Nog iemand met koninklijke interesse was minister Bourgeois. Nadat hij uitgebreid geïnterviewd was door ATV, kregen hij en zijn gevolg een rondleiding in het Paleis. Er gaat veel Vlaams geld naar de restauratie van het Paleis en de minister wou waarschijlijk met eigen ogen bekijken of dat geld wel goed besteed wordt. 😉 Te oordelen aan de prachtig gerestaureerde spiegelzaal, zijn de restaurateurs alvast goed bezig. Al zullen er nog zware inspanningen geleverd moeten worden. Het verval was overal duidelijk zichtbaar. De Vlaamse Overheid heeft het gebouw in erfpacht gegeven aan Erfgoed Vlaanderen die het gebouw na de restauratie zal beheren. Ik ben alvast benieuwd naar het resultaat van de restauratie.

Voor een klein beetje ergernis zorgde onze gids, die duidelijk starstruck was door haar eerste ontmoeting met een Echte Minister. We hadden gereserveerd voor de rondleiding van 10.45u, maar omdat de minister zijn groepje zich vlak voor ons gewrongen had, moesten we langer wachten en de gids durfde gewoon niet naar binnen gaan, want ja dan stoorden we misschien de minister. Oink? Als we in dezelfde ruimte als de minister hadden gestaan, dan had ik dat wel begrepen, maar hij was ondertussen al naar een volgende zaal. Gelukkig is de verantwoordelijk na een tijdje dan toch aan de gids komen zeggen dat ze maar naar binnen moest gaan en aan de rondleiding beginnen.

Tijdens de rondleiding was ze ook heel grappig. Soms kruisten we het gezelschap van de minister en dan stopte de gids heel eerbiedig met haar uitleg. Want ja, als ministers passeren, dan moet je toch wel stil zijn en deemoedig naar de grond staren en zo. Ministers zijn ook maar mensen, he! Ben trouwens bij het verlaten van één van de laatste zalen nog bijna tegen Bourgeois opgelopen (ik was nog een paar fotootjes aan het nemen en niet zo goed aan het uitkijken). Al goed dat de gids dat niet gezien heeft, want anders had ze zeker een hartaanval gekregen. 😉

Na de rondleiding kregen we een Palm Royale, om van de doorstane emoties te bekomen. Aangezien ik geen bierdrinker ben, heeft mijn vriendje mijn glas ook mogen leegdrinken. En vrolijk dat hij was na twee drieëndertigers op zijn bijna nuchtere maag… We stonden trouwens bij twee zeer sympathieke Antwerpenaars aan het tafeltje. Ze gaven ons de tip om zeker een bezoekje te brengen aan het Begijnhof, wat we dus maar gedaan hebben. En ze hadden gelijk, het was de moeite. Een poëtisch stukje stad in de stad.

Omdat mijn maag ondertussen wat tegenpruttelende geluiden begon te maken, hebben we een uitgebreide maaltijd tot ons genomen in ‘t Brantyser. Dertig euro voor een driegangenmenu, de verleiding was gewoon te groot. Maar het smaakte voortreffelijk! ‘t Was soms wel een beetje bibberen op het terras als er een koud windje opstak, maar we hebben doorgebeten. (Waar blijft die schitterende nazomer?)

Voor de namiddag hadden we niet direct een programma uitgestippeld. We zijn onze neus en de blauwe open monumentendagvlaggen gevolgd. Hebben we nog bezocht: de Bontwerkersplaats en het Gesticht L.J.J Somers in de Wolstraat, De Groten Sot/ het Brantijser op de Sint-Jacobsmarkt, het Hotel du Bois de Vroylande, het Herenhuis In de Gouden Scepter van Spagniën en het Sint-Barbaragodshuis, alledrie gelegen op nummer 95 in de Lange Nieuwstraat en tot slot de Sint-Jacobskerk. Om de dag af te ronden, hebben we nog iets gedronken op het Sint-Nicolaasplein, een leuk binnenpleintje met theaters en een schattige poppenschouwburg.

En nu ben ik een beetje moe.