Genoten van een heerlijk ontbijt met scrambled eggs. Al blijf ik erbij dat er niets boven een echt Schots ontbijt gaat, maar ja, we zijn in Frankrijk, he. Hier zijn we al blij met scrambled eggs, wat worstjes en wat spek.
Vandaag hebben we een wandeling gepland in het Parc Naturel Régional d’Armorique. Aangezien we op onze tocht weinig eetgelegenheden verwachten tegen te komen, kopen we wat chocoladebroodjes voor de lunch in de Carrefour City vlakbij ons hotel. Met de wagen rijden we vervolgens naar het startpunt van de wandeling, op een uur rijden van Brest. We parkeren onze wagen op de Place des Marronniers in het er nogal uitgestorven bijliggende La Feuillée. Qua boerengat kan dit tellen. Al goed dat we onze chocoladebroodjes in Brest gekocht hebben, want hier valt geen winkel die open is te bespeuren.
We verlaten het dorp en komen niet veel later in een prachtig natuurgebied terecht. Het eerste gedeelte van de wandeling brengt ons door een bos waar we in de bomen allerlei draken verstopt zien zitten, in mekaar geknutseld door de kinderen van het dorp. In het bos zijn nog restanten te zien van een voormalige spoorweg.
Na het bos komen we op een hoogvlakte waar de heide paars in bloei staat. We wandelen langs prachtige holle wegen en klimmen zeer geleidelijk naar het hoogste punt van de wandeling alwaar we getrakteerd worden op schitterende vergezichten. We genieten van de rust en stilte om ons heen. Dit is bij uitstek de rustigste wandeling tot nu toe. Het aantal wandelaars dat we tegenkomen is letterlijk op twee handen te tellen. Op een gezellig bankje in de zon verorberen we onze picknick en zetten vervolgens de wandeling verder.
Het laatste stuk van de wandeling contrasteert enorm met het heideland dat we zonet doorkruisten: prachtige kromgegroeide bemoste bomen en zeer fotogenieke rotsblokken die zomaar willekeurig over het pad gestrooid lijken.
Wanneer we de wandeling beëindigen, hebben we bijna 15 km in de benen. We maken nog een paar foto’s van het centrum van La Feuillée en stappen dan opnieuw onze wagen in. Bij de beschrijving van de wandeling werd de Menhir van Kerelcun vernoemd. Aangezien die niet op de wandelroute zelf lag, rijden we daar naartoe met Googlemaps. Het is een beetje zoeken, want Googlemaps wil ons een weggetje insturen dat enkel geschikt is voor mountainbikes, maar uiteindelijk vinden we dit prachtexemplaar van een menhir. Maar liefst 3,5 meter hoog!
Op de terugrit naar Brest besluiten we even te stoppen bij de Plage du Moulin Blanc, één van de mooiste stranden van Brest volgens tripadvisor. Dat vinden we toch enigszins overdreven. Het strand is zeker ruim, maar het zand is minder wit dan we gewoon zijn en het water ziet er vuil uit. We wandelen een stukje langs de kustlijn en houden het dan voor bekeken. Dit water nodigt niet bepaalt uit om erin te zwemmen. We zijn mooiere stranden gewoon ondertussen.
We parkeren onze wagen in de ons ondertussen vertrouwde straat in Brest en keren terug naar ons hotel om het zweet van de wandeling van ons af te spoelen.
Naar goede gewoonte heb ik op de terugweg weer een restaurantje gereserveerd voor het diner. Ditmaal komen we terecht bij restaurant Paul Germain, waarin de gelijknamige kok in de potten staat te roeren, daarbij geholpen door een jong kereltje die duidelijk nog in opleiding is. Paul Germain is een bijzonder flamboyante gay, die met veel enthousiasme het menu komt voorstellen. Helaas vindt hij het nodig telkens zijn masker af te nemen als hij wat extra uitleg geeft. Ik denk dat hij niet goed door heeft waarvoor zijn mondmasker eigenlijk dient.
Het concept van Paul Germain is helemaal mijn ding: een beperkte kaart met verse gerechten, een uniek interieur met niet te veel zitplaatsen en lekkere wijntjes. Helaas wordt ik de ganse maaltijd afgeleid door het droge hoestje van de chefkok, die het al niet zo nauw neemt met de mondmaskerplicht. Op een gegeven moment vraag ik me af of ik er niets van moet zeggen dat hij zelfs in de (open) keuken zijn mondmasker niet goed ophoudt. Ik besluit het maar te laten en leg me er nogal fatalistisch bij neer dat dit weleens de plek zou kunnen zijn waar ik het coronavirus oploop. Zeer verbazingwekkend: op een gegeven moment komt een groep artsen binnen (dat leiden mijn vriend en ik af uit het feit dat ze aangesproken worden als ‘docteur’) en zelfs zij zeggen niets van het mondmaskerdébacle.
Oja, de keukenhulp mag zowaar het dessert komen voorstellen, al is hij zo zenuwachtig dat hij over zijn woorden struikelt. En opnieuw: wanneer mijn vriend de maaltijd wil afsluiten met een calvados wordt hij niet begrepen. Zelfs na vier keer herhalen, begrijpt het ventje niet wat hij bedoelt. Nochtans woont en werkt mijn vriend in een Franstalig land. De charmante jongedame aan de tafel langs ons, moet haar best doen om haar lach in te houden. Die heeft het duidelijk wel verstaan!
We sluiten de avond af met een drankje in de wijnbar Vins du Large vlakbij ons hotel. We klinken op een geslaagde dag met een glaasje Crémant de Bourgogne. Het moet niet altijd champagne zijn!