Maharadja

Bijna een jaar geleden kreeg ik voor mijn verjaardag het bordspel Maharadja cadeau. Gisteren zijn we er eindelijk toe gekomen het spel uit te pakken en het effectief te spelen. Het is niet dat ik niet graag gezelschapsspelen speel, het komt er gewoon nooit van. Gebrek aan tijd, het meest gebruikte excuus ooit, jullie kennen dat wel.

Telkens als ik de gulle schenkers zag, voelde ik me een beetje schuldig omdat ik hun cadeau nog altijd niet gespeeld had. En ik probeerde altijd zorgvuldig rond dit gespreksonderwerp te laveren. Omdat het spel al bijna tien maanden stof lag te vergaren in onze kast, besloot ik de koe bij de horens te vatten. Ik legde een datum vast om het spel uit te proberen samen met mijn vriend (helemaal geen liefhebber van gezelschapsspelen), mijn broertje en zijn vriendin.

De avond startte met een flesje Groot Geluk die, tot onze verbazing, besloot helemaal in zijn eentje van de tafel te springen. Door de grote druk in de fles spoot de schuimwijn in het rond. Gelukkig bleef de fles heel, maar de inhoud lag verspreid over onze ganse leefruimte. Enfin, niet getreurd, beetje gedweild, ander flesje open gedaan, de dranklucht genegeerd, Indisch eten besteld en begonnen met het lezen van de spelregels. Die spelregels bleken niet mee te vallen. Maar goed, we gaan een uitdaging niet uit de weg.

Maharadja heeft enorm veel vrijheidsgraden, waardoor er vanalles gebeurt dat je onmogelijk kan voorzien. Ik denk dat je het toch een aantal keer moeten spelen om het goed onder de knie te hebben. Het is wel zo dat wie start vanuit een gunstige positie al van bij het begin van het spel een voordeel kan opbouwen dat nog moeilijk ongedaan te maken valt. Zo was mijn vriend (tot zijn grote vreugde, grommel, grommel) al gewonnen na twee beurten. Het duurde echter nog zes beurten eer wij dat doorhadden. Ik denk wel dat er potentieel in dit spel zit, maar daarvoor moet ik het echt nog een paar keer spelen. En oja, welke dommerik heeft de rode en de paarse stenen zo hard op elkaar laten lijken?

Levenswil

Mijn vriend en ik zijn gisteren mijn bomma in het ziekenhuis gaan bezoeken. Ze ligt er al een tijdje en ze zal er waarschijnlijk nog een tijdje verblijven. Ze heeft een barstje in het heupgewricht in combinatie met botontkalking, enfin zoals gewoonlijk zijn de dokters weer redelijk vaag. Buiten het feit dat ze heel moeilijk kan stappen, is het allemaal niet zo ernstig. Ze heeft geen pijn, maar door haar hoge ouderdom is het een genezingsproces van lange adem.

Haar geestelijk achteruitgang is echter niet meer te stoppen. Ze herhaalt dingen die ze enkele minuten daarvoor al gezegd heeft, herkent ons totaal niet meer, heeft soms woedeaanvallen omdat ze naar huis wil en niet begrijpt waar ze is en sluit elk bezoek af met: “Jullie komen toch gauw terug?” En dat beloof ik dan maar, wetende dat ze ons bezoek tien minuten later toch vergeten is.

En dan denk ik: zo zou ik niet oud willen worden. Langzaam uitdoven tot er niks meer overblijft. Geef mij maar een bang en een boem. Paf, gedaan. En toch zie ik de wil om te leven in de ogen van mijn bomma, ze laat het leven niet los. Komt dit omdat ze de dood al in de ogen gekeken heeft (ze kreeg tientallen jaren geleden het Heilig Oliesel toegediend)? Of klopt het toch dat je met het ouder worden, je beperkte mogelijkheden leert aanvaarden, iets wat ik mij nu nog niet kan voorstellen.

Ik heb geen angst voor de dood, die elk mens vroeg of laat onherroepelijk treft, maar wel voor het proces dat leidt naar de dood. Een proces dat door de moderne geneeskunde, naar mijn mening, vaak te lang gerokken wordt. Ik had mijn bomma een aangenamere weg naar de dood gewenst dan dit totaal vervreemden van alles wat rond haar is.

Muggenbeten

De muggen hebben zich gisterenavond op het verrassingsfeestje van de zus van mijn vriend tegoed gedaan aan mijn bloed. Tuinfeesten zijn leuk, maar ik weet nu dat al de kaarsen die verkocht worden als muggenafwerend, helemaal geen effect hebben. Ik sta helemaal vol met muggenbeten. Ik wou dat ik de mug die zich midden in mijn decolleté geplaatst had om haar avondmaal te verorberen, eerder het hoekje omgeholpen had. Niet echt sexy, zo’n dikke rode bult tussen je borsten en dat net nu het weer eindelijk wat beter is…

Wedding bells

Jawadde, de zus van mijn vriend laat er geen gras over groeien. Na amper een maand samen met haar vriend, een huis gekocht. En nu, na bijna vier maanden samen, verloofd. De zus en haar vriend verloofde vertelden het grote nieuws het zondagmiddag toen we op bezoek waren bij de ouders van mijn vriend. Voor mij niet gelaten, echtscheidingsadvocaten moeten ook hun brood verdienen (just kidding, ik wens ze een lang en gelukkig leven samen). Maar ik vind het wel spijtig dat ze hun grote dag gepland hebben in de maand voor het feest dat wij wilden geven ter ere van ons tienjarig samenzijn. Het strafste van al is dat we ons feest al een tweetal jaar op voorhand aangekondigd hebben (ook de periode waarin we dit wilden organiseren) en nu  zitten we met twee feesten vlak na elkaar. Ze konden toch gerust nog wat wachten? Why the hurry?

Eigen schuld dikke bult, zeker? Ik heb niet echt werk gemaakt van het zoeken naar een geschikte feestplek en een datum voor ons feest ligt ook nog altijd niet vast. Ik zal een versnelling hoger moeten schakelen, ik voel de hete adem van noeste trouwers in mijn nek.

Vrijdagavond

Het stond al een tijdje in mijn agenda: de eerste vrijdagavond van juli zouden mijn vriend en ik iets gaan eten met mijn broertje en zijn vriendin, om daarna nog een beetje Beleuvenissen mee te pikken. Het zou een bijzondere avond worden, want zowel mijn potentieel toekomstig schoonzusje (mijn broer staat even weigerachtig ten opzicht van het huwelijk als ikzelf) als ik zouden dan onze uitslag hebben. Door een gebrekkige communicatie van de faculteit rechten (waarover later meer) zat ik echter nog een beetje in spanning.

Potentieel schoonzusje B had haar punten al wel en was met glans (en waarschijnlijk een graad, vandaag is haar proclamatie) geslaagd. Dus bestelden we prompt een fles cava in restaurant De 3 Tonghen om dit te vieren. Het bepalen van een diploma moet met bubbels gevierd worden, nietwaar? Ik was superblij voor haar. Ze heeft dit jaar ontzettend hard gewerkt aan haar thesis en haar stage. Oververdiend dat ze loon naar werken krijgt. Ze was zelf natuurlijk behoorlijk in de wolken met het afronden van haar studies en ik twijfel er niet aan dat ze een fantastische pedagoge zal zijn.

Na het eten (tapas als voorgerecht, zarzuela voor mij, paëlla voor broer en vriendin en gemengde grillade voor mijn vriend) was het tijd om ons cadeautje te overhandigen. Mijn broer en ik hadden afgesproken dat we een Bongo ballonvaart cadeau zouden geven. Als een diploma behalen nog geen goede reden is om van de grond te gaan, dan weet ik het ook niet meer. 😉

Vervolgens trokken we ter afronding van de avond richting Oude Markt, waar we er met veel geluk in slaagden nog een vrij tafeltje voor vier op een terrasje te vinden. Bart Peeters was net bezig aan de laatste nummers van zijn optreden en de ganse Oude Markt ging uit de bol. Ik moet zeggen dat ik geen fan van Bart Peeters ben, maar het publiek bespelen kan hij als geen ander. Toen de vermoeidheid toesloeg, werd het tijd om huiswaarts te trekken. Een fijne avond.

Achtentachtig jaar

Zo oud is mijn bomma vandaag geworden. Een respectabele leeftijd. We vierden het gisterenavond in intieme kring met al haar kinderen en kleinkinderen. Een klein mirakel dat het gelukt was iedereen bijeen te krijgen, want het is niet evident mijn vier neefjes (de kleinste is een meter vijfentachtig of zo) allemaal op dezelfde dag vrij te vinden.

Mijn bomma wist het merendeel van de tijd niet goed wie al dat jong volk was, maar ik denk dat ze er toch van genoten heeft. Iedereen krijgt graag cadeautjes, nietwaar? Elk cadeautje heeft ze met de grootste zorg uitgepakt, erop lettend om toch zeker maar niet de verpakking te scheuren, die naderhand natuurlijk gewoon bij het oud papier belandt. Mijn broer had me een aantal goeie tips voor cadeautjes gegeven, want bloemen en planten heeft ze al meer dan genoeg en ik wist niet goed wat ze nog kon gebruiken had.

Het was een gezellige avond. We smulden van de gourmet en luisterden naar de reisverhalen van neefje X, die al de halve wereld heeft afgereisd. Hij was net terug uit India en nog herstellend van de typische toeristenziekte. Al viel dat niet te zien aan de hoeveelheid voedsel die hij tot zich nam. Hij was vorig jaar in Australië geweest, dus kon hij ons wat tips geven voor onze komende reis. Als dessert genoten we van ijs uit Averbode en toen kon ik echt geen pap meer zeggen.

6 jaar geleden

Zat ik op dit moment in een ziekenhuis in Hasselt. Te luisteren naar een doktersassistente die duidelijk niet wist waar ze het over had. Enkele uren voordien had ik telefoon van thuis gekregen. Er was iets ernstigs gebeurd met mijn moeder. Ze had plots hoofdpijn gekregen en was bewusteloos geraakt. De dag erna had ik examen, het laatste van de reeks. Ik mailde naar de ombuds dat ik het examen niet kon meedoen en mijn vriend en ik reden zo snel wel konden naar Limburg.

Het gevoel van ontreddering toen mijn moeder op een brancard voorbij gereden werd. Ze was nog even bij bewustzijn geweest, nu lag ze in coma. Ik luisterde naar de assistente die wat onzin over een epilepsieaanval uitkraamde. En ik dacht: een hersenbloeding. Mijn voorgevoel bleek juist te zijn. Na maar liefst twee foute diagnoses kwam de medische wereld dan toch tot de conclusie dat mijn moeder een hersenbloeding gehad had. Waarschijnlijk vlakbij de hersenstam. Op de foto’s was het niet goed zichtbaar.

Vier dagen heeft ze in coma gelegen. Daarna werd ze wakker. Ze herkende ons, kon een beetje praten, zelfs lezen lukte nog. We hoopten op het beste. Dachten aan een lange revalidatie. Die revalidatie heeft ze doorlopen: ze leerde weer lopen en min of meer zelfstandig eten, maar haar geest was gekraakt. Ze ging achteruit. Herkende ons niet meer, dacht dat ze terug een klein meisje was. Vermagerde zienderogen tot er alleen nog maar vel en botten over waren. Ze gaf het op.

Ze woont nu thuis.  Vreemde mensen komen haar ‘s ochtends wassen, helpen haar naar het toilet te gaan. Ze spreekt niet meer en herkent ons zelden. Haar leven speelt zich af tussen de vier muren van haar huis, het huis waar ik geboren ben. Er komen vreemde mensen kuisen en koken. Zij zit in de zetel, kijkt tv. Krijgt een woedeaanval en gilt de hele buurt bijeen. Ze zit vol medicijnen: bloedverdunners, spierverslappers, antidepressiva om de woedeaanvallen te bedaren. Zo’n leven moet een hel zijn. Ik kan mij niets ergers voorstellen op deze wereld.

Zes jaar geleden knapte er ergens een bloedvat in haar hersenen. Ze had één kans op drie om te sterven, één kans op drie om verlamd te zijn, één kans op drie om in de huidige toestand achter te blijven. Mijn moeder heeft nooit veel geluk gehad.

Trouwreceptie aan de Schelde

Jaja, alweer een koppel in onze vriendenkring dat elkaar eeuwige trouw beloofd heeft. Noem mij een cynicus, maar soms vraag ik mij af wanneer de statistieken al deze trouwers zullen inhalen. Maar goed, aan de trouwers om de statistieken ongelijk te bewijzen. 😉

Het was een beetje een alternatief feest. De bruid en bruidegom hadden niet voor een klassiek avondfeest (je kent dat wel: veel eten, dessertenbuffet, openingsdans) gekozen, maar een uitgebreide receptie op één van de mooiste locaties waar ik ooit gefeest heb: het Zuiderterras. We smulden van werkelijk uitstekende hapjes (sushi, tartaar van zalm, overheerlijke scampi,…) terwijl we genoten van een verbluffend uitzicht over Antwerpen en de Schelde. Het was aangenaam warm, de zon scheen en sommige schouders van de dames begonnen een beetje rood te zien. Niet de mijne, want ik heb mijn momenten in de zon verstandig afgewisseld met schaduw.

Ik had heel leuke gesprekken met het Syrische meisje dat ik vorige week heb leren kennen en haar Hollandse prins op het witte paard, met de getuige van de bruid, met een heuse Japanse (plots kon ik me geen enkel Japans woordje meer voor de geest halen) en onze gemeenschappelijke vrienden. Ik voelde mij heel relax en de gesprekken liepen supervlotjes. En aangezien ik bob zou spelen, lag dat niet aan de drank. 😉

Na de receptie namen we afscheid van de kersverse bruid en bruidegom. Ze vertrokken voor een intiem dineetje met de familie en daarna een nachtje Hilton. We waren net onderweg naar onze wagen, toen mijn vriend zei: kijk eens wie daar lopen. Ik keek en wie zagen we daar? (Suspens, suspens.) De ouders van mijn vriend, zijn zus en haar vriendje. Een ongelooflijk toeval dat ze net vandaag met z’n vieren in Antwerpen waren. De ouders van mijn vriendje gingen iets eten bij zijn zus en haar vriend en hadden een kleine omweg gemaakt langs het Zuiderterras. Mijn vriend en ik hebben onszelf dan maar een beetje uitgenodigd. Gelukkig was er genoeg lasagne voor zes personen. 😉

Een fijne dag. Ik heb ervan genoten.

Gaten in mijn geheugen

Toen we gisterenavond nog een beetje zaten op te drogen, kregen we onverwacht bezoek van mijn broer en zijn vriendin. Ze waren gaan eten in het Land aan de Overkant en hadden wat post (lees: papieren spam) die nog steeds op mijn vroegere thuisadres aankomt, voor mij mee. ‘k Was een beetje overdonderd door hun bezoekje en de staat van lichte dronkenschap waarin de vriendin van mijn broer verkeerde (dat zijn we van haar niet gewoon, die menu’s met aangepaste wijnen toch), want mijn eurocent viel pas toen ze alweer buiten waren.

Het was gisteren mijn broer zijn verjaardag. D’oh! Helemaal vergeten hem proficiat te wensen. Ongelooflijk, want ik had een paar dagen eerder nog een verjaardagskaart voor hem uitgezocht en ik liep al een tijdje na te denken over een geschikt cadeau. Alle begrip dat mijn hersencellen onderscheid willen maken tussen hoofdzaken en bijzaken en dat sommige trivialiteiten in de duistere diepten der vergeetput terechtkomen, maar de volgende keer mag die eurocent toch net iets eerder vallen.