Dood vogeltje

Mijn moeder was een hevige fan van schlagers. Als kind was ik hierdoor helemaal niet mee met de moderne muziekscène. Heel de hype rond Madonna en zo, het ging allemaal aan mij voorbij. Neen, bij ons thuis stond steevast één of andere lokale radio op waar rond de klok plakkers van Benny Neyman, de Zangeres zonder Naam, André Hazes, Paul Severs, Dennie Christian, Conny en de Rekels, Duo X, Willy Sommers en vele anderen gedraaid werden. In die tijd hadden het Vlaamse en Nederlandse levenslied geen geheimen voor mij. Veel van die nummers kan ik nu nog altijd woord voor woord meezingen. Tot mijn eigen ergernis, want een fan van het genre ben ik nooit geweest.

Toch waren er tussen die schlagers nummers die mij tot in het diepste van mijn ziel geraakt hebben. Ik weet niet meer exact hoe oud ik was. Ik kan me nog wel herinneren dat ik achterop de fiets van mijn moeder in een kinderstoeltje zat. Ik vermoed dat ik een jaar of drie geweest zal zijn. We gingen ergens naartoe en ik huilde tranen met tuiten. Ontroostbaar was ik. Achteraf vertelde mijn moeder dat het heel wat moeite had gekost om erachter te komen wat de oorzaak van deze tranenvloed was. En toen kwam het eruit: het vogeltje was dood: hij had te hoog gevlogen. En dode vogeltjes dat was toen ongeveer het triestigste wat ik mij kon voorstellen.

Daar moest ik aan terugdenken, zondag op Erfgoeddag toen we het dode vogeltje met de felle kleuren bemerkten dat zijn eeuwige rustplaats op de trommel van de beiaard gevonden had.

dood vogeltje

Home cinema

Na een niet zo opbeurend bezoekje aan het thuisfront (niks nieuws daar) besloten we de negatieve gedachten te verjagen met een gezonde dosis cynisme ons geleverd door de onovertroffen dr. House. Meestal kijken we een dvd’tje op een gewoon pc-scherm, maar gisteren was ik, met dank aan het werk, net iets beter uitgerust dan gewoonlijk. Ik had de projector mee naar huis genomen voor de afdelingsdag en tja, dan zou het dom zijn niet van deze unieke gelegenheid gebruik te maken. Er werd een muur uitgekozen, de boxen werden in de juiste richting geplaatst en alles was klaar om te genieten van een aflevering van House in onze eigen home cinema. Moesten die projectoren niet zo duur zijn, ik wist wat te vragen voor mijn volgende verjaardag. Ik zie me al helemaal filmavondjes organiseren. :-)

Een ezel…

Stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen. Gelukkig zijn het bij de Standaard duidelijk geen ezels. Ik citeer voor jullie twee stukjes tekst uit het artikel over het proces Fourniret, de fouten staan in het vet:

10.51 uur: Paul Lombard, de advocaat van Francis Brichet richt zich tot Michel Fourniret en vraagt hem hoe hij zich Elisabeth herinnert. ‘U vraag brengt me in verlegenheid’, antwoordt Fourniret. ‘Maar ik wil uw vraag niet onvolledig beantwoorden, vandaar dat ik mijn oproep herhaal om dit proces achter gesloten deuren te laten plaatsvinden.’

‘Ik wil u niet beledigen, ik vraag alleen een menselijke geste van u’, zegt Lombard. ‘Begrijpt u dan niet dat dit proces u enige kans is om uit te leggen dat ook u een mens bent?’ Fourniret herhaalt als een mantra dat hij niet wil praten als het proces publiek verloopt.

‘t Is nochtans echt niet moeilijk: wanneer ‘uw’ gebruikt wordt als bezittelijk voornaamwoord moet er altijd een ‘w’ staan. Ik begrijp best dat journalisten onder zware tijdsdruk staan, maar zondigen tegen dergelijke elementaire regels, dat zou toch niet mogen. Dus beste journalisten van de Standaard, in het vervolg wat beter opletten, he!

Een atypische zaterdag

Zaterdagen hebben de onhebbelijke gewoonte eivol te zitten. Meestal begint mijn zaterdag ‘s ochtends al hollend naar de Russische les en kom ik pas tot rust als ik ergens na middernacht in de warmte van mijn eigen bedje lig. Deze zaterdag zou oorspronkelijk aan hetzelfde jachtige stramien voldoen. Ik was van plan de opendeurdag van het departement waar ik vroeger studeerde, te koppelen aan een reünie met de mensen van mijn jaar. Helaas lieten die het één na één afweten. Het is opvallend dat het enthousiasme om samen te komen met oudstudiegenootjes afneemt naarmate er ons meer jaren scheiden van dat mytische afstudeermoment. Jammer. Iedereen heeft het druk met carrièremaken, kindjes maken, huizen kopen, bouwen of verbouwen. De vriendschapsbanden raken langzaam maar zeker bestoft. Het is onvermijdelijk.

Nuja, ik besloot het niet aan mijn hart te laten komen en deze kans te grijpen om er een gezellige zaterdag samen met mijn vriendje van te maken. ‘s Avonds gingen we dineren in restaurant Imjai (onze tweede keuze, we wilden oorspronkelijk Ethiopisch eten, maar dat restaurant zat stampvol). We genoten van de heerlijk malse eend en het gevoel van rust. Even werden al de “dingen die nog gedaan moeten worden” opzij geschoven. De atmosfeer in het restaurant ademde ook rust en kalmte uit, heel relax. Dat de rode wijn bij het eten niet helemaal mijn smaak was, nam ik er met de glimlach bij. Na het eten wandelden we op ons gemak door de stille avondlijke stad. De schemering zorgde voor een bijzonder licht en de lege winkelwandelstraat maakte het plaatje compleet. Even overwogen we een filmpje mee te pikken, maar we wisten geen van twee of er iets goeds in de zalen speelde en het idee van een ontspannend warm bad leek zoveel aangenamer.

Na het bad kropen we vroeg in bed (jaja, vóór middernacht) en vielen na de nodige bedgymnastiek als een blok in slaap. We zouden dit meer moeten doen.