Begrafenis

Begrafenissen. Niemand gaat er graag naartoe. Niemand wordt graag geconfronteerd met de dood. Toch denk ik dat het goed is een soort van ritueel te hebben om afscheid te nemen van een geliefd persoon. Een moment waarop iedereen samen komt om even stil te staan bij een leven dat plots veel te ruw is afgebroken. Een leven dat nog zoveel moois in petto had.

Vandaag werd de vader van mijn vorige vriend begraven. De kerk zat stampvol. De man was tandarts in een onooglijk klein dorpje en had jaren in het verenigingsleven meegedraaid. Ik denk dat ongeveer het ganse dorp in de kerk was.

Het was een mooie mis. De lector was een goeie vriendin van de overledene en dat gaf de viering een persoonlijke toets. Ik heb veel bewondering voor de kracht die de twee zonen van de overledenen vonden om een stukje voor te lezen. Bij het groeten (wat in West-Vlaanderen ná de mis gebeurt), kromp mijn hart ineen toen ik de tranen in de ogen van mijn ex-vriend zag. Het verdriet in de ogen van zijn moeder en broer, het liet me niet onberoerd.

Toch was de relatie tussen zonen en vader niet altijd even goed. De vader was streng en recht door zee. En veeleisend voor zijn zonen. Té veeleisend, vond ik persoonlijk. Wat maakt het uit welk diploma je kinderen hebben, als ze maar gelukkig zijn. Hij legde zoveel druk op hun schouders dat ze het soms moeilijk hadden dit te kunnen dragen. Gelukkig zijn ze allebei op hun pootjes terecht gekomen. Ik ben blij dat ook dit, zij het zijdelings, in de mis vermeld werd.

Het is goed dat mijn vriend en ik naar de begrafenis geweest zijn, zelfs al moesten we er helemaal voor naar West-Vlaanderen rijden en zaten we even in de cipiersfile. Zelfs al hebben we er ons mondeling examen Italiaans voor moeten verzet (gelukkig hebben we een superlieve juffrouw van Italiaans). Ik denk dat het belangrijk is dat je op zulke momenten het verdriet van je vrienden kan delen. Hopelijk heeft mijn ex-vriend iets gehad aan de talrijke opkomst van zijn vrienden. Ik denk het wel.

Slecht geslapen vannacht

En ‘t schriftelijk examen van Italiaans ging ook al niet zo vlot als ik gehoopt had. Ik zou het kunnen steken op de twee lessen die ik gemist heb in de loop van het jaar, maar de vocabulaire zat er gewoon niet zo goed in als andere jaren. ‘k Had wat meer Italiaans moeten blokken op de trein in plaats van in slaap te vallen. Ach ja, ‘t zal zeker meer dan goed genoeg zijn, maar, mits wat meer tijd om die Italiaanse woordjes te studeren, had er meer in gezeten.

Op naar het volgende examen morgen. Dat zal nog een ander paar mouwen zijn, vooral na deze slechte nacht en wetende dat ik de dag voor het examen nog ongeveer 70 procent van de leerstof erdoor ram.

Hup, hup, genoeg getreuzeld, aan het werk.

Mijmeringen

Misschien komt het door die droom van een tijdje geleden. Waarschijnlijk is het gewoon de tijd van het jaar voor introspectie, retrospectie en mijmeringen. Feit is dat ik in gedachten een tijdsprongetje heb gemaakt naar het middelbaar.

In die tijd ging ik elk jaar samen met mijn beste vriendin en haar ouders op skivakantie. Naar een piepklein dorpje ergens in Oostenrijk, Abfaltersbach, heette het. We logeerden altijd in hetzelfde pension, uitgebaat door Frau Aichner en haar zoon, de eeuwige vrijgezel. Van douches op de kamer hadden ze daar nog niet gehoord, maar de gastvrijheid was legendarisch.

Op één van die skivakanties, ik moet net zestien geweest zijn, heb ik mijn eerste vakantieliefje opgescharreld. ‘t Was een Italiaan en we waren elkaar ‘s middags in de skihut tegen het lijf gelopen. Ik vond hem knap, met dat beetje krullende donkere haar en die donkere ogen, helemaal mijn type. Hij kon alleen maar Italiaans. Natuurlijk sprak ik geen woord Italiaans, dus babbelde ik maar Frans tegen hem. Ik vermoed dat hij geen jota begreep van wat ik hem in mijn schoolfrans zoal toefluisterde. Maar dat was niet belangrijk: wij spraken de taal der liefde en hij was een bijzonder begenadigd kusser. :-) Nu ik er zo over nadenk, ik moet nog ergens een pasfotootje van hem hebben (ik gooi nooit iets weg). Hij heette Christian of Christophe of zo.

Na de vakantie heb ik hem natuurlijk nooit meer teruggezien. En bij nader inzien was hij toch mijn type niet. 😉 Maar ‘k vraag me wel af, zou ik hem nog herkennen als ik hem tegenkom?

Blokken

Zucht, ik heb het lang verdrongen, maar ik kan er niet langer omheen. Ik moet de waarheid onder ogen zien. Januari komt met lichtsnelheid op mij af gestormd. En wat brengt januari mee als te laat kerstgeschenkje? Examens. Voor mijn studies én voor Italiaans. De ene beloven al iets vlotter te verlopen dan de andere.

Nu zou je denken dat ik in mijn laatste jaar supergemotiveerd ben. De laatste loodjes en zo. Niet dus. Ik zit al de ganse tijd te denken aan al die andere leuke dingen die ik zou kunnen doen, moest ik niet zo stom zijn om mijn (schaarse) vrije tijd op te offeren aan examens. What was I thinking toen ik bij mezelf dacht: “Ach ja, een extra diploma aan d’unief halen, in combinatie met een full time job, dat moet kunnen.” Blah.

Nu goed, om de botsing met de examens in januari zo pijnloos mogelijk te laten verlopen, zal ik maar eens achter de boeken kruipen, zeker. Eigen schuld, dikke bult.

(Tot zover de jaarlijkse het-zijn-examens-en-ik-heb-geen-goesting-rant.)

Gisteren

Was ik dus niet op de prijsuitreiking voor de site/blog/whatever van het jaar.

Neen, ik heb mijn avond zeer aangenaam gevuld met een bezoekje aan een verjaardagsfeestje in de Downtown Jack en een dinner date met L en U. Onze aanwezigheid op het verjaardagsfeestje van B in de DTJ was een beetje illegaal, want ik had al aan de jarige in kwestie laten weten dat mijn vriendje en ik niet konden komen. Maar toen bevriend koppel L en U voorstelden om bij het begin van de avond af te spreken in de DTJ, ging er bij mij zowaar een lichtje branden. Twee vliegen in één klap. Aperitieven in de DTJ én de jarige proficiat kunnen wensen.

Het aperitieven is daarna een klein beetje uit de hand gelopen, want de barman van de DTJ was behoorlijk royaal in het uitschenken van de rode wijn. Na drie glazen gevuld tot aan de rand binnengekapt te hebben, was ons viertal al goed in de wind. (Aja, we hadden nog niks gegeten.) Enfin, jarige B kon er wel mee lachen.

Na bijna twee uur aperitieven zijn we dan iets gaan eten in het Begijntje. Waar ons zatte gezelschap voor entertainment gezorgd heeft voor de obers en de rest van de gasten. L en U brachten het gesprek op één van mijn favoriete bezigheden (het begint met s en eindigt op s) en toen was het hek natuurlijk van de dam. Aan de naburige tafels werd het muisstil terwijl wij vlotjes bedgeheimen zaten uit te wisselen. (Hey, ik ben niet begonnen, he! Ik ben een deftig meisje.)

Na het eten zijn we dan nog even gedag gaan zeggen in de DTJ. Volgens mij hebben L en U (die jarige B voordien nog nooit gezien hadden) een overdonderende indruk achtergelaten. :-)

Natuurlijk lagen we veel te laat in bed. Waardoor ik vanochtend alleen naar de Italiaanse les ben moeten gaan. Mijn vriendje had pijn aan zijn goesting en verkoos zijn bed boven het charmante gezelschap van onze lieve juffrouw J en een bende vrouwen in de menopauze. 😉 Tsss, het watje.

Sommige dagen…

Gaat gewoon alles naar wens. En vandaag was zo’n dag.

Vanavond ben ik speciaal vroeger gestopt met werken om nog voor sluitingstijd in de Acco te zijn. Ik was er namelijk in geslaagd mij twee identieke bronnenboeken aan te schaffen ipv één bronnenboek en één handboek. (Don’t ask, die twee boeken leken nu eenmaal als twee druppels water op mekaar en ik heb last van een chronisch slaapgebrek.) Ik had mijn twee bronnenboeken gekocht bij de cursusdienst en die nemen geen boeken terug. Bovendien was ik het kassaticketje ergens kwijt geraakt.

Maar goed, wie niet waagt niet wint. Ik dus naar de Acco om te proberen dat bronnenboek om te ruilen. Voor een boek van 35 euro, kan je al eens wat moeite doen, nietwaar? Dus ik naar de infobalie van de Acco. Ik had geluk, de infobalie werd bemand door een manspersoon en meteen zag ik mijn kansen op succes stijgen.

Met mijn beste ik-ben-toch-zo-zielig-blik heel de kwestie uitgelegd. De vriendelijke meneer aan de infobalie wees mij erop dat het normaal niet de policy van de Acco is om boeken zonder kassaticket te ruilen, maar allez vooruit, voor één keer. En moest hij dan ineens het handboek voor mij bestellen, want dat was momenteel uitverkocht. Resultaat: een glunderende yab en een bon van 35 euro van de Acco, waar ik binnenkort mijn handboek mee kan betalen. :-)

Na deze succesvolle transactie ben ik nog even op het secretariaat van het CLT binnengesprongen om mijn opleidingscheques binnen te doen. Twee dagen voor de deadline. Ik ben een vurige aanhanger van het just-in-time-principe. 😉 Twee minuutjes werk en het was geregeld. En binnen twee weken zou het geld op mijn rekening staan.

Anyway, de service van de Acco rocks! Als’t goed is, mag het ook gezegd worden.

Italiaans

Vanochtend in de Italiaanse les zijn we aan een nieuw hoofdstuk begonnen met als onderwerp het beschrijven van mensen. Om een beetje op te warmen, moesten we in groepjes van twee praten over een persoon waar we goed mee kunnen opschieten en uitleggen wat we net leuk vinden aan die persoon. Na zo’n groepsgesprekje pikt de juffrouw er meestal een paar leerlingen uit om in het algemeen wat fouten te kunnen verbeteren.

En wie is haar favoriete slachtoffer? Jawel, mijn allerliefste vriendje, natuurtalent Italiaans. :-) Dus vraagt de juffrouw aan hem: “Con chi vai molto daccordo?” Evident antwoord van mijn vriendje (voor de slechte verstaander: mijn vriendje vindt mij wel een toffe, ja). Volgende vraag van de juffrouw: “Perché?” Mijn vriendje: “Euh, perché parla molto…” Stilte. En dat was het enige wat hij wist te verzinnen!

Waar is de romantiek?! 😉

Moe

Vannacht nét dat tikkeltje te laat gaan slapen en dat heb ik vandaag tijdens de vier uur durende Italiaanse les toch wel gevoeld. Gelukkig wordt dat slaapgebrek ruimschoots gecompenseerd door het fijne gezelschap en de toffe gesprekken van gisterenavond. Alleen jammer dat sommige gesprekken wat te kort waren naar mijn goesting, maar dat halen we op een later tijdstip nog wel eens in.