Merde

Dat en nog een paar andere Franstalige scheldwoorden kwamen uit de mond van de twee werkmannen die onze inbouwkast aan het monteren waren, toen ze merkten dat de kast net een tikkeltje te groot was en daardoor niet in de opening paste. Om te ontstressen zijn ze dan even een sigaretje gaan roken op het terras. En tadaa, na wat plaksel van het plafond geschraapt te hebben, paste de kast perfect.

“Tout va mieux avec une cigarette, madame.” Ik heb maar wijselijk gezwegen, blij dat de kast gemonteerd was. 😉

Stand van zaken

Terwijl de boel hier zo langzamerhand gestut raakt (‘k heb wel compassie met die werkmannen: het is bepaald onaangenaam weer om in te werken), wordt het hoog tijd dat ik jullie een kleine update geef.

In het ochtendlicht werd de ware omvang van de schade pas echt duidelijk. Waar we oorspronkelijk dachten dat slechts een stuk gevelsteen van de achtergevel ontbrak, bleken vier verdiepingen van de gemeenschappelijk muur met de buren naar beneden gekomen te zijn. Dezelfde muur waar ooit het gat in was, is niet meer. Gewoon in mekaar gestort. Ik dacht al dat het lawaai dat wij ‘s nachts gehoord hadden niet in overeenstemming was met een paar ontbrekende gevelstenen. Een geluk bij een ongeluk is dat het bovenste deel van de scheidingsmuur het niet begeven heeft, omdat er een steunbalk stak die de verdiepingen hoger dan het vierde droeg. Als die steunbalk er niet was geweest, denk ik dat de ravage niet te overzien was.

Enkele foto’s ter illustratie.

Het rood dat zichtbaar is op de foto is de binnenmuur, die dapper heeft standgehouden. Tegen die binnenmuur stond, met de nadruk op stond, de scheidingsmuur. De witte stukken zijn stukken isolatie tussen de beide muren. De reddende steunbalk zit bovenaan op de plek waar nog de meeste witte isolatiestukken zichtbaar zijn.

De schade aan de achtergevel bij daglicht. Het stuk dat ontbreekt is door de vallende zijgevel mee naar beneden gesleurd. Het loshangende stuk is ondertussen al verwijderd wegens veel te gevaarlijk om te laten hangen.

De gevallen muur en de werkmannen die druk bezig zijn puin te ruimen:

Een gedeelte van het al geruimde puin:

Ik ben deze ochtend dan toch nog naar de Russische les geweest. Ik kon niets bijdragen ter verbetering van de situatie en ik was toch al wakker. ‘t Was wel een spectaculaire reden om een uur te laat in de les aan te komen. 😉

Vanavond moesten we normaalgezien naar een verjaardagsfeestje, maar omdat we nu niet bepaald een goeie nachtrust gehad hebben, hebben we laten weten dat we niet komen. Kunnen we de boel hier ook een beetje in het oog houden. Al is het misschien veiliger om bij eventueel instortingsgevaar op een andere plaats te zijn.

Werkmannen

Ja, deze ochtend hebben we weer de dagelijkse portie werkmannen moeten binnenlaten. “Ja, we hadden gebeld naar de verantwoordelijke van de bouwfirma, maar hij nam niet op.” Tja, dat verbaast ons al lang niet meer. Je moet het toch maar durven. Afspraken maken met mensen om in het gebouw te komen werken en dan vervolgens die mensen voor gesloten deur laten staan en niet eens je telefoon opnemen. Wat als mijn vriend en ik nu in het buitenland zaten? Dan konden die werkmannen gewoon rechtsomkeer maken. Ben ik nu de enige die vindt dat zoiets niet kan?

Het goeie nieuws is dat we vanavond een trapleuning in de trappenhal zullen hebben. Maakt de tocht omhoog en omlaag weer een beetje minder spannend. 😉

Werkmannen upgrade

‘k Vind het eventjes niet zo erg dat er hier in het gebouw nog steeds gewerkt wordt. Daarnet stond ik in de lift samen met twee Poolse werkmannen. Twee werkmannen in bloot bovenlijf bovenlijf dan nog.

Samen in de lift met twee jonge, knappe gespierde halfnaakte mannen, neen dat overkomt mij niet elke dag. ‘t Is alvast een gigantische verbetering ten opzichte van de normale werkmannen die hier rondlopen. Hopelijk wordt het morgen nog warmer zodat ze die jeansbroekjes ook nog uitspelen. ]:-)

Deze ochtend

Heb ik voor de verandering nog eens een werkman binnengelaten die voor gesloten deur stond. Ik deed het slaapkamerraam open om de nieuwe dag te groeten toen er iemand beneden op de stoep naar mij begon te roepen of ik hem kon binnenlaten. Dus ik in badjas met warrig haar en mijn bril met confituurpotglazen op mijn neus de trap af om de werkman in kwestie binnen te laten.

Enfin, ondertusen ben ik het al gewoon. Een mens went aan alles.

Yikes!

Ik stond hier zonet in ons eigenste appartementje oog in oog met één van de werkmannen die nog steeds in het gebouw rondwaren. Hij kwam iets opmeten. Ik heb niet zo goed begrepen wát hij kwam opmeten, want ik denk dat hij zo mogelijk nog meer geschrokken was dan ikzelf. Al een geluk dat hij geen vijf seconden later binnenkwam, want dan had ik hier in mijn blootje gestaan. Ik stond namelijk net op het punt een douche te nemen.

Ik hoop toch echt dat die werken hier snel gedaan zijn…