Het einde van het schooljaar nadert. Dit wil zeggen dat we op dit moment volop woordjes en grammatica in ons hoofd aan het stampen zijn en dat de opdrachten voor de cursus photoshop bijna moeten ingeleverd worden. Voor die laatste cursus heb ik snel een paar dingen ineen geflanst. Ik ben er zelf niet echt tevreden over, maar door tijdsgebrek zal dit moeten volstaan, vrees ik.
taal
Spliaans
Het blijft me verbazen hoe makkelijk dat Italiaans eruit blijft rollen in de Spaanse les. ‘t Is nochtans niet dat we nog veel Italiaans spreken. Als ik naar een woord zoek, lijkt het Italiaans altijd eerder klaar te zitten dan het Spaans. En het probleem is, ik vind dat mijn gemengd Spaans-Italiaanse zinnen best ok klinken en hoor vaak niet van mezelf dat er een Italiaans woord tussenfloept. Al vrees ik dat de juffrouw er op het mondeling examen wel lichtelijk anders over zal denken.
Analoge technologieën
De juffrouw Russisch wilde ons tijdens de les een fragment tonen van een theaterstuk. Het fragment in kwestie stond op een ouderwetse VHS-band. Je weet wel, zo’n ding dat na veelvuldig gebruik zwarte strepen op het beeld tevoorschijn tovert. De VHS-cassette werd in een videorecorder gestopt, die zonder twijfel nog uit de vorige eeuw dateerde. Uiteraard werkte het ding niet meer en kwam er bij het uitnemen van de cassette een sliert bruine band achterna. Ach, de herinneringen. En dan te bedenken dat ik al bijna vergeten was dat zulke dingen überhaupt bestonden. Het is verbazingwekkend hoe snel het comfort van al die nieuwe digitale technologieën vanzelfsprekend wordt.
Spaans theater
Ik wist niet goed wat ik ervan moest verwachten, maar het theater deze avond is supergoed meegevallen. Twee acteurs brachten zes korte scènes met een humoristische toets. Niets om schuddebuikend van over de grond te rollen, maar wel genoeg om een glimlach op de gezichten te toveren. De acteurs articuleerden beiden bijzonder goed, wat het voor de eerste- en tweedejaars studentjes Spaans in de zaal bijzonder makkelijk maakte om de tekst te volgen, zelfs al verstonden we niet elk woord.
Dit theaterstuk sluit alvast perfect aan bij ons voornemen om in onze schaarse vrijetijd eens wat meer Spaanse films te zien. Er staan nog een aantal Almodóvar-films op mijn zeker-te-zien lijstje en ons Spaans kan er maar wel bij varen.
Plezier met de medestudenten van de Spaanse les
De juffrouw Spaans is duidelijk al een beetje aan het uitbollen naar het einde van het jaar. Eerst de voorbereidingen voor gedichtenweek die toch twee weken drie kwartier in beslag genomen hebben, dan het optreden op gedichtendag zelf en de aansluitende drink en dan deze week maandag een etentje met de ganse groep in El Sombrero. Ok, we hadden nog tot acht uur les, maar daarna verkasten we naar het restaurant voor lekker en goedkoop Mexicaans eten. En volgende week staat er nog een Spaans theaterstuk op het programma, tijdens de lesuren. Nu, de juffrouw heeft in het eerste semester aan een hoog tempo doorgewerkt en ik ben altijd wel te vinden voor een sociale activiteit, maar toch, wat zegt de nieuwe directeur daarvan? (Just kidding, uiteraard is voor al deze activiteiten mooi toestemming gevraagd.)
Ik moet toegeven dat ik in het begin van het jaar niet al te veel moeite gedaan heb om de mensen in de Spaanse te leren kennen. Het waren er meer dan dertig en als ze niet stoppen het eerste jaar, komen ze het jaar daarna toch in een andere groep terecht. Maar uiteindelijk zie je die mensen wel elke week en dat is (helaas) vaker dan ik de meeste van mijn vrienden zie. En het moet gezegd, het zijn voor het merendeel echt toffe mensen (de occasionele uitzondering daargelaten). Als je samen in de les zit, beperk je je uiteraard niet tot enkel samen oefeningen maken en mensen die talen studeren, zijn meestal vlot ter taal. En dus werd het een leuke en gezellige avond, die ons toeliet wat Poolse scheldwoorden uit te proberen op onze Poolse medestudent en leidde tot een gesprek over de Leuvense bananenplantencollectie. Ieder mens is een verhaal. En het blijft boeiend om al die verhalen te leren kennen.
De koning met de grijze ogen
Mijn Russische solo-voordracht kon op iets minder enthousiasme rekenen dan ons Spaans gedicht. Niet geheel onverwacht, want het was duidelijk dat onze Poolse caballero moeilijk te overtreffen zou zijn. Ik vond het organisatorisch ook wat minder dan maandag. Er waren nu twéé podia, in plaats van één. Wat an sich een goeie beslissing was, want er was maandag echt te weinig ruimte voor al de toeschouwers. Maar de locatie voor het tweede podium was alles behalve ideaal: vlakbij de kille hoofdingang en de valven die een goed uitzicht belemmerden. Het publiek was ook zeer ongelijk verdeeld. Denk dat het merendeel in het gezellig warme gedeelte stond en aan ons podium enkel de klassen stonden die zelf een gedicht voordroegen.
Daarbovenop was er een enthousiaste secretariaatsmedewerker die haar kans schoon zag en na elk optreden van een klas gedichten naar eigen keuze kwam voordragen. Uiteraard heb ik niets tegen poëzieminnende secretariaatsmedewerkers, maar is het niet de bedoeling de leerlingen zelf de gelegenheid te geven een gedicht naar voren te brengen? Na het zoveelste optreden van de secretariaatsmedewerker begon het een beetje genant te worden.
Eén van mijn klasgenootjes Russisch wilde last minute nog een lied brengen, met banjobegeleiding, maar laat ons zeggen dat mijn andere klasgenootjes dit niet echt zagen zitten. Vijf minuten voorbereidingstijd voor een optreden is dan ook echt te weinig, zeker als je een moeilijke Russische tekst moet zingen. En niemand had zin om af te gaan op dat podium. Misschien iets voor volgend jaar.
Persoonlijk ben ik trotser op mijn Russisch gedicht dan op het Spaanse, waar ik maar één lijntje moest zeggen. Russisch kan soms een echte tongbreker zijn, maar ik had goed geoefend en het kwam er heel vlot uit. Ik herinnerde mij mijn vroegere dictielessen en probeerde de dichtregels langzaam en met afwisselende intonatie uit te spreken, zodat ook de luisteraars die geen Russisch konden, er iets aan hadden. Het onderwerp van het gedicht was ook lekker dramatisch, dus dat paste perfect. Ik was alleszins zeer blij met de complimenten die ik achteraf van de leerkracht Russisch (een native speaker) kreeg.
Volgend jaar doe ik zeker opnieuw mee.
Een daverend succes
Eigen lof stinkt, uiteraard, maar de waarheid mag gezegd worden: ons groepje uit de Spaanse les kreeg het grootste applaus van allemaal voor onze ontroerende interpretatie van La torre tiene una plaza. Ere wie ere toekomt, het applaus was bijna volledig de verdienste van onze caballero, die zich volledig in zijn rol had ingeleefd en vanuit het publiek kwam gegaloppeerd om de dame met haar blanca flor te schaken. Dit deed hij met verve en met de witte roos tussen zijn tanden. De dame wist niet wat haar overkwam, terwijl het publiek in daverend applaus losbrak. En oja, we hadden zelfs begeleiding op gitaar! Na dit hoogtepunt kan Сероглазый король alleen maar teleurstellen…
Fotootje van de rekwisieten die ik in een bui van enthousiasme bijeen knutselde (de roos uitgezonderd, natuurlijk):
Onze hele klas heeft het trouwens prima gedaan. Iedereen was na de optredens zo goed geluimd dat het een kleintje was om de juffrouw over te halen de laatste drie kwartier van de les te skippen en met z’n allen iets te gaan drinken in Café Cuvee, een charmant rookvrij café met heerlijke cava en rode wijn. We palmden met ons vijfentwintigen zowat alle tafeltjes en stoelen in het café in, maar daar hoorden we de uitbater niet over klagen. 😉
Сероглазый король
Слава тебе, безысходная боль!
Умер вчера сероглазый король.
Вечер осенний был душен и ал,
Муж мой, вернувшись, спокойно сказал:
“Знаешь, с охоты его принесли,
Тело у старого дуба нашли.
Жаль королеву. Такой молодой!…
За ночь одну она стала седой”.
Трубку свою на камине нашел
И на работу ночную ушел.
Дочку мою я сейчас разбужу,
В серые глазки ее погляжу.
А за окном шелестят тополя:
“Нет на земле твоего короля…”
Dit is het Russische gedicht van Ахматова Анна Андреевна dat ik zal voordragen tijdens de gedichtenweek in het CLT. Uiteraard was ik de enige vrijwilliger in de klas die bereid was om op een podium te gaan staan met een microfoon. Het is grappig hoe de aanpak van de juffrouw Russisch hemelsbreed verschilt van die van de juffrouw Spaans (niet toevallig één van de initiatiefnemers). In de Spaanse les hebben we al twee keer vijftig minuten aan de vier gedichten besteed die we in groep zullen brengen. De juffrouw Spaans heeft me zelfs zo enthousiast gekregen dat ik in een vlaag van verstandsverbijstering een kartonnen zwaard en toren gefabriceerd heb. En vandaag heb ik daar nog een nep witte roos aan toegevoegd. Spijtig dat er geen prijzen te winnen zijn voor de beste act. 😉
De juffrouw Russisch is daarentegen maar een matig minnaar van de gedichtenweek. We hebben het gedicht dat ik moet brengen nog geen enkele keer gelezen in de les en ze heeft de andere leerlingen helemaal niet aangemoedigd om deel te nemen. Ik zal dus in mijn uppie in het Russisch moeten declameren. Al een geluk dat ik een goed verstaanbare, zij het gezongen, youtube-versie van het gedicht gevonden heb. Aan de andere kant, wie zal het weten als ik al die vreemde woorden verkeerd uitspreek? Buiten mijn klasgenootjes en de weinig studenten Russisch van de hogere jaren. Als ik de mist in ga, zal het tenminste met overtuiging zijn.
La plaza tiene una torre
La plaza tiene una torre,
la torre tiene un balcón,
el balcón tiene una dama,
la dama tiene una flor.
Ha pasado un caballero
-¡quién sabe por qué pasó!-
y se ha llevado la plaza
con su torre y su balcón,
con su balcón y su dama,
su dama y su blanca flor.
Dit is het gedicht van Antonio Machado dat we met een groepje medestudenten van de Spaanse les zullen declameren tijdens gedichtenweek. Er is nog wat werk aan onze act, want het meisje dat de jonkvrouwe uitbeeldde voelde zich niet zo op haar gemak op haar stoel die de toren uitbeeldde. En onze ridder is op het einde helemaal vergeten haar te schaken.
En ligt het nu aan mij of denken jullie ook dat dit gedicht over de ontmaagding van een onschuldige deerne gaat?
Exit Japans, hello Photoshop
Dit semester Japans was letterlijk het semester teveel. Het kostte mijn vriend en mezelf steeds meer moeite om ons op te laden voor de wekelijkse lessen. Het nieuwe handboek waar ik veel van verwacht had en dat de leerkracht zo goed vond, viel tegen. Alles wat ook maar een beetje naar structuur en grammatica rook werd zo summier mogelijk verteld en verbannen naar een appendix (I kid you not). Daar waar andere talen in mijn hoofd langzaamaan opgebouwd raken en ik me de structuur eigen maak, leek Japans in het vierde jaar enkel maar warriger te worden en langzaam te desintegreren in mijn hoofd. En ik geloof eigenlijk niet dat Japans een warrige taal is, volgens mij is Japans een supergestructureerde taal. Alleen vielen de puzzelstukjes maar niet op z’n plaats bij mij.
De lessen op zich vielen nog mee, omdat het voor een groot deel herhaling van de vorige jaren was. Al raakte ik moeilijk gewend aan de manier van lesgeven van de leerkracht, die het bijvoorbeeld overbodig vond om de verbetering te geven van mondeling gemaakte oefeningen en vaak tijd verloor door stil te blijven staan bij anekdotes. Maar wat ons definitief deed afhaken, waren de ellenlange woordenlijsten en de kanji die geblokt moesten worden voor het schriftelijk examen. Kanji moet je uiteraard bijhouden in de loop van het jaar, je moet als het ware je spiergeheugen trainen door ze honderden keren op te schrijven, iets waarvoor mij de tijd en (vooral) de goesting ontbrak. En ja, ik heb geprobeerd die kanji in mijn kortetermijngeheugen te pompen, maar dat liet me dit keer in de steek. We hebben het examen nog meegedaan, maar daarna de knoop doorgehakt. Met dit semester sluiten we drieëneenhalf jaar Japans af. Hopelijk leverde drieëneenhalf jaar Japans ons genoeg basiswoordenschat op om de typische toeristische zaken te regelen als we in Japan zijn.
Omdat ik toch een beetje (veel) het gevoel had gefaald te hebben, heb ik dan maar snel de vrijgekomen woensdagavond opgevuld met een gloednieuwe cursus Photoshop. De vaardigheden die ik daar opdoe, zullen alleszins meer gebruikt worden dan die van de Japanse les.