Aftellen…

Vrijdagavond stond in het teken van de voorbereiding van onze Japanreis (nog een dikke twee maanden!) en hoe start je zo’n avond beter dan met afhaalsushi van de Sakura met daarbij een glaasje witte wijn? We raakten het redelijk snel eens over de indeling van onze drie weken en haalden er een glaasje krupnik bij om dat te vieren. En toen liep het een beetje mis. Was het de sushi die hem slecht bevallen was, de combinatie van een zware werkweek, veel stress, te weinig eten en te veel alcohol? Feit is dat mijn broertje de rest van de avond behoorlijk ziek geweest is. En ik mij daardoor behoorlijk schuldig voelde, want, hoe oud hij ook wordt, hij zal altijd mijn kleine broertje blijven en als grote zus is het mijn taak om erop te letten dat hem niets overkomt. Dat wordt nog stressen in Japan…

Zo ziet ons tripje er ongeveer uit. (Buiten het feit dat wij alle verplaatsingen met de Japan Railpass zullen doen.)

Ben Ali pakt zijn biezen

De verlicht despoot van Tunesië zit nu waarschijnlijk ergens te bekomen in een luxueuze villa in Saoedie-Arabië. Zijn rijk is definitief uit. Laat ons hopen dat het land niet in chaos wegzakt en dat nieuwe verkiezingen de bevolking een vrijer en democratischer land zullen brengen.

Tunesië was één van de eerste verre landen die mijn vriend en ik samen bezochten. In het jaar 2001, ondertussen al bijna tien jaar geleden. Een reis die vooral memorabel was omdat we in België landden twee uur voordat het eerste vliegtuig in de Twin Towers vloog en de wereld voorgoed veranderde. In mijn herinneringen is Tunesië een warm (letterlijk en figuurlijk) op toeristen gericht land met veel te veel opdringerige verkopers. Enkele foto’s die we toen in de hoofdstad Tunis en op de site van Carthago maakten. (De slechte kwaliteit van de foto’s laat zien hoe zeer de digitale fotografie er in de laatste jaren op vooruit gegaan is.) En oja, het was streng verboden het presidentieel paleis te fotograferen.

Milaan – deel twee

Zaterdag sliepen we lekker lang uit en namen we de tijd voor een uitgebreid ontbijt in ons hotel. Het ontbijt was dik in orde met broodjes, croissants, geroosterd brood, spek en eieren, geroosterde paprika’s en courgetten, gebakken aardappels, vers wortelsap, vers fruit, yoghurt en een heel assortiment taart en gebak. Het moet trouwens gezegd dat de Italianen in Milaan zóveel vriendelijker zijn dan die in Rome. Een wereld van verschil.

We hadden ons voorgenomen het wat rustiger aan te doen dit weekend. We konden allebei wel een beetje rust gebruiken én de belangrijkste reden van ons bezoek aan Milaan was immers de geboorte van de kleine Matteo. Ja, vriendin F en haar Italiaanse echtgenoot hebben er na hun huwelijk geen gras over laten groeien.

Eén van de bekendste attracties in Milaan, naast de Duomo, is het Cenacolo van Da Vinci. We hadden op voorhand geen kaarten gereserveerd voor het Cenacolo, dus wisten we dat de kans bijna onbestaande was om een glimp van deze beroemde muurschildering op te vangen. Toch brachten we een bezoekje aan het klooster, al was het maar om te kunnen zeggen dat we in de buurt van het Cenacolo geweest zijn. 😉

Daarna bezochten we het Castello Sforzesco met nog originele muurschilderingen van Leonardo. In het bijzonder indrukwekkende Castello zijn verschillende musea ondergebracht. De inkom bedroeg drie euro, dus we dachten, achja, waarom niet. Dat bleek een bijzonder goeie beslissing te zijn, want de volgende uren dwaalden we door vertrekken met prachtige beeldhouwwerken, schilderijen, grafmonumenten, gebruiksvoorwerpen, muziekinstrumenten en natuurlijk, schitterend beschilderde plafonds. We kregen er bijna een stijve nek van.

En zo was het voordat we er erg in hadden, tijd om de trein richting Gallarate te nemen, voor onze afspraak met de kleine Matteo en zijn ouders.

Het werd een gezellige, zij het soms beetje moeizame, avond. De taalbarrière was het grootste probleem. Mijn vriend en ik deden een beetje moeite om Italiaans te spreken, maar ons Italiaans is beperkt. We verstaan het wel goed, maar onze woordenschat is door lange verwaarlozing erg gekrompen. En de gastvrouw (die uiteraard blij was haar moedertaal nog eens te kunnen spreken) schakelde voortdurend over op het Nederlands, waardoor haar echtgenoot natuurlijk het gesprek helemaal niet kon volgen. En Engels was lastig, want dat beheerste de gastheer dan weer niet voldoende. Esperanto, er valt toch iets voor te zeggen.

De zondag deden we niet zoveel meer. We namen een kijkje in het prachtige Teatro alla Scala, het eerste theater met elektrische verlichting in de wereld en bezitter van één van de grootste podia van Italië. Daarna kuierden we via de Galleria Vittorio Emanuele II opnieuw naar de Duomo om de ondergrondse overblijfselen van oude graven en eerdere kerken te bekijken. We waren er helemaal alleen. Doodjammer, want de opgravingen waren erg de moeite.

Milaan!

  • We namen een Amerikaans meisje dat in Londen studeerde mee op sleeptouw naar het Stazione Centrale.
  • Bliezen het stof van ons ondertussen een beetje roestig geworden Italiaans.
  • Aten risotto, pasta en sushi(!).
  • Genoten van het uitzicht op het dak van de Duome.
  • Waren onder de indruk van de chique winkels met peperdure kledij en handtassen.
  • Deden maar liefst twee keer een terrasje (en dat in november!).
  • Genoten van het herfstzonnetje dat de ganse dag straalde.
  • Deden het rustig aan en waren daar blij om.
  • Geraakten al helemaal in kerststemming doordat overal de kerstversiering uithing.
  • Ontdekten dat de warme chocomelk in Milaan sterk verwant is aan die uit Polen. Wat Milaan beslist bonuspunten oplevert!

Japan

Eindelijk! Na al die jaren Japanse les, is het dan zover. De vluchten zijn geboekt. Volgend jaar zo rond Pasen trekken we voor drie weken naar het verre en exotische Japan. Wat we gaan bezoeken en hoe we dit zullen doen, moet nog een invulling krijgen. Uiteraard zullen we zeker Tokyo (東京) en Kyoto (京都) bezoeken. De rest zal zichzelf in de komende weken en maanden wel uitwijzen. En omdat ons vorige uitstapje naar Barcelona zo goed is meegevallen, zullen we de volledige drie weken in het gezelschap van mijn broertje en zijn vriendin doorbrengen. Ojee, als dat maar goed gaat! 😉

Munteenheden

Kwamen we achtereenvolgens tegen op onze reis:

  • Euro (EUR)
  • Złoty (PLN)
  • Litas (LTL)
  • Lats (LVL)
  • Estse kroon (EEK) –> voeren de euro in op 1 januari 2011
  • Euro
  • Zweedse kroon (SEK)
  • Deense kroon (DEK)

Gelukkig konden we op veel plaatsen met VISA betalen, maar helaas niet overal. Waardoor we op den duur met allerlei verschillende munten en bankbiljetten in onze portefeuille zaten. Ik kijk alvast uit naar het moment dat we in al die landen gewoon met euro’s kunnen betalen. (Ja, ook bij jullie, koppige Denen.) ‘t Is nog zo makkelijk.

PS: Als er iemand muntjes verzamelt, wij hebben nog een paar exemplaren om de collectie uit te breiden.

Zondag 8 augustus 2010 – De reis naar huis

1029 kilometers hadden we vandaag voor de boeg. Ongeveer negen uur rijden, pauzes niet inbegrepen. We keken er niet bepaald naar uit. Al had ik wel het gevoel dat het mooi geweest was. We waren allebei moe van het reizen en de vele indrukken die we opgedaan hadden. Bovendien hadden we een berg vuil wasgoed verzameld.
Misschien is het verstandiger om op het einde van een goedgevulde reis als de deze nog enkele rustdagen in te lassen om alles wat te laten bezinken. Ik heb het gevoel dat sommige herinneringen nu al aan het vervagen zijn. Gelukkig is er dit verslag om mijn geheugen op te frissen.

De eerste paar honderd kilometers door Denemarken verliepen prima. We stopten even onderweg voor een middagpauze, maar het Deense restaurant zag er zo vies uit dat we beslisten om door te rijden naar Duitsland, het land van de Propere Toiletten, en daar iets te eten. Na ons middagmaal met erwtensoep en spaghetti bolognese in een superproper Duits wegrestaurant was het echter uit met de pret. Rond Hamburg zat alles vast. We kwamen in een geweldige file terecht en konden niets anders dan lijdzaam toezien hoe de minuten en uren wegtikten, terwijl we allebei de volgende dag op het werk verwacht werden.

Na zowat drie uur vertraging opgelopen te hebben en enkele fikse regenbuien getrotseerd te hebben, was het ergste fileleed achter de rug. Mijn vriend ging stevig op de gaspedaal staan in de hoop ons toch nog voor middernacht thuis te krijgen. Wat uiteindelijk net niet lukte.

Oja, onderweg kwamen we de beste toiletten ooit tegen. Het was een heel ingenieus systeem, met zo’n poortje waar je enkel door kan als je er een stuk van vijftig cent in gooit. Maar je moet je geen zorgen maken als je het correcte bedrag niet hebt, want de machine geeft ook wisselgeld terug. Nadat je de munt ingeworpen hebt, krijg je een ticketje. Eerst was me niet helemaal duidelijk waar dit voor diende, maar het bleek dat je als klant van de winkel of het wegrestaurant dit ticketje opnieuw kon inwisselen voor vijftig cent of opsparen tot je er genoeg had om er een gratis tas koffie mee te kopen (de ticketjes bleven één jaar geldig). Zo gaan klanten altijd gratis naar het toilet. Het toilet zelf beschikte trouwens over een ronddraaiende zelfreinigende bril. De kranen en de paper towel dispenser (hoe heet zoiets in godsnaam in het Nederlands?) waren beide te bedienen via sensoren. Heel hygienisch omdat je niets hoeft aan te raken. Wanneer wordt dit systeem in de Belgische wegrestaurants ingevoerd?

En terwijl we ons onderweg de hele tijd zaten af te vragen, waarom we zoveel auto’s zagen rondrijden met de letters WOA op hun achterruit geplakt, leverde één Google zoekopdracht ons het antwoord: Wacken Open Air. Ah, the internet, isn’t it a lovely invention? Hoe deden de mensen dat vroeger?