Na het (nog steeds erg bescheiden) ontbijt rijden we opnieuw naar Otranto. We parkeren onze wagen op dezelfde parkeerplaats als eergisteren. Ditmaal besteden we de nodige aandacht aan de parkeerautomaat, in de hoop een tweede boete te vermijden.
We wandelen naar het Castello Aragonese van Otranto voor een bezoek. Tot onze grote verbazing stoten we in het kasteel op een zeer knappe fotografietentoonstelling over Zuid-Amerika. Niet meteen iets wat we verwacht hadden te vinden in een kasteel, maar de foto’s zijn echt de moeite. Andere zalen zijn gewijd aan de kunst van het bouwen zonder mortel en enkele prehistorische vondsten. We belanden ook in een aantal zalen die duidelijk gebruikt worden voor lezingen en optredens. De hoofdfunctie van het kasteel lijkt echter een tentoonstellingsplek te zijn, met in sommige ruimtes wat beperkte info over het kasteel zelf. Wij vind het geheel een nogal vreemd aandoend samenraapsel.
We wandelen verder naar de kathedraal in het hart van het oude centrum van Otranto, alwaar we opnieuw op een trouwfeest stoten. In Puglia wemelt het van de trouwlustigen en toegegeven, het is niet moeilijk te begrijpen dat de vele pittoreske kerkjes tot romantische gevoelens inspireren. Onze volgende stop in Otranto is de Chiesa di San Pietro, een middeleeuws Byzantijns kerkje met werkelijk prachtige fresco’s. We geven onze ogen de kost. Vervolgens brengen we een bezoek aan de Torre Matta, een vijfhoekige toren met daarin een ronde toren, heel bizar. De toren is mooi gerestaureerd en de ruimte is voorzien van kunstwerken en een gloednieuwe lift die je naar een platform brengt om de toren te bewonderen.
Op de terugweg naar de wagen voelen we het zweet alweer langs ons lichaam lopen. Opnieuw een hete dag in Puglia. We rijden verder naar het Laghetto della Cava di Bauxite, een klein meertje ontstaan bij een steengroeve waar bauxiet werd opgegraven. De riante parking toont alvast aan dat dit een populaire toerististische bestemming is en het prachtig groenblauwe meertje (met in de verte de zee) steekt inderdaad prachtig af tegen het oranje van de grond en het groen van de vegetatie. De moeite van een omweg waard!
Verder naar Punta Palascia waar een aangenaam zeebriesje de hitte wat verzacht. Punta Palascia is het meest oostelijke punt van Italië en daarom alleen al een stop waard. Vanaf de parking is het even wandleen tot aan de mooie, witte vuurtoren. Het in de vuurtoren gevestigde Museum van mediterrane ecosystemen is echter gesloten. Een beetje teleurgesteld klimmen we dan maar weer terug naar onze auto die we op de parking hebben achter gelaten.
Onze volgende stop is de prachtige baai van Porto Badisco. We komen terecht op het terras van Skafè al Casotto, een gemoedelijk eetcafé met een schitterend uitzicht op de baai en het helderblauwe zeewater. Ik eet een pokébowl met octopus en drink een gemberbiertje. Het is gezellig zitten op deze plek, maar eerlijk, om uit een kartonnen kommetje te eten, is dit toch nét iets te prijzig.
We rijden verder naar Santa Cesarea Terme, zoals de naam het doet vermoeden, een oude badstad. Jammer genoeg staan de statige oude gebouwen bijna allemaal in de steigers en loont het dus niet de moeite om hier even uit te stappen om wat foto’s te nemen.
Tijd om wat af te koelen in het zilte zeewater! We rijden voor ons zwempartijtje naar de Torre Miggiano en hebben voor de verandering eens geen parkeerproblemen, dankzij de ruime parking. Aan de voet van de Torre Miggiano, een oude wachttoren, rijzen grote rotsen op uit het prachtige blauwe water. Wij besluiten niet naar het vlakbij gelegen, veel te drukke strandje te gaan, maar vanaf de rotsen in het water te duiken. gelukkig hebben we onze waterschoentjes bij om onze voeten te beschermen tegen de scherpe rotsen.
Na voldoende afgekoeld te zijn in het zalige zeewater, rijden we verder. Eigenlijk hadden we nog meer van de streek willen zien, maar noodgedwongen hebben we wat tussenstops geschrapt. We merken dat we immers altijd langer onderweg zijn dan googlemaps aangeeft. En door al de parkeerproblemen die we ondervinden, verliezen we nog meer tijd. En dan moeten jullie weten dat we we ons niet eens aan de maximumsnelheid houden! (Geen nood, dat doen de inwoners hier ook niet. En zelfs al rijden we sneller dan het toegelaten maximum, dan nog worden we voorbij gestoken. Die Italiaanse rijstijl is toch bijzonder.)
Onze laatste stop van de dag blijkt een meevaller: Grotta Zinzulusa sluit om 18.30u en wij parkeren onze wagen om 18.10u op de parkeerplaats. We spurten snel naar de kassa om een kaartje te bemachtigen en sluiten ons aan bij de rij wachtenden. Een gids leidt ons rond in de prachtige grot. Helaas raffelt de gids zonder veel enthousiasme een snel van buiten geleerd lesje af. Ze spreekt ook alleen Italiaans. En uitleg over gesteenten zit niet echt in mijn courante Italiaanse woordenschat. Mijn vriend en ik geven het luisteren al snel op en genieten gewoon van de schoonheid van de grot.
Tijd om op zoek te gaan naar een plek voor het avondmaal. We besluiten onderweg iets te zoeken via de Michelin website. Zo komen we terecht bij Anima & Cuore in Galatina. Dat blijkt een geweldige meevaller te zijn. Het restaurant, gelegen in een palazzo, heeft een prachtig dakterras.
Tijdens onze maaltijd maken we kennis met een Frans koppel aan het tafeltje langs ons. We delen onze frustratie over de veel te korte opritten van de autosnelwegen hier en de roekeloze rijstijl van de Italianen, die meestal aan het bellen zijn terwijl ze rijden (en neen, niet hands free), zomaar overal hun wagen parkeren, dubbel of zelfs driedubbel parkeren en denken dat afritten van autostrades de ideale plek zijn om een pauze in te lassen.
Het avondmaal is een groot succes. De carpaccio di Pagro en de involtini di spada zijn om duimen en vingers af te likken. Als dessert eet ik voor de eerste keer in mijn leven een spumone met pistache, een soort luchtig ijsgebakje. We sluiten de maaltijd af met een grappa die geserveerd wordt uit een werkelijk gigantische fles. Fantastisch lekker en zeer verfijnd gegeten. Een topper!
Carpaccio di Pagro, con cream di arancio, crumble di olive celline die Nardò, verdure croccanti de “I contadini”:
Involtini di spada, ripieni de pomodorino appassito azienda “I Contadini” co panura di senape e nocciole su crema di patata D.O.P. di Galatina:
Na het diner maken we een kleine wandeling in Galatina dat een verrassend charmant dorpje blijft te zijn. We bezoeken de Chiesa Madre dei Santi Pietro e Paolo die op dit uur nog open blijkt te zijn. De kerk bevat een steen waarop de heilige Petrus gezeten zou hebben. We zullen het maar geloven, zeker. 😉 In de kerk raken we zowaar aan de praat met een Italiaan die naar Zürich geëmigreerd is. Tot onze verbazing kende hij België redelijk goed en was hij er al een paar keer geweest. Altijd grappig, zo van die onverwachte ontmoetingen.
Galatina is voor ons alleszins een onverwachte ontdekking. En ja, natuurlijk wordt onze parkeerplaats meteen ingenomen wanneer we wegrijden. 😉