Van Lucciana naar Calvi – 5 juli 2016

De dag begonnen met een laatste zwempartij in het fantastische zwembad van Hotel La Lagune. Omdat het ons laatste ontbijt was, permitteerden we ons een glaasje muscat. De verkoudheid die zich met keelpijn had aangekondigd, was nu getransformeerd naar een permanent lekkende neus. Niet plezant, maar met voldoende papieren zakdoekjes viel de situatie onder controle te houden. Aan het ontbijt planden we onze dagtrip met als eindbestemming Calvi. De grootste vraag was wat we onderweg met de laptops en de tablet zouden doen. In de wagen achterlaten of toch maar meenemen? We zorgden dat de tweede rugzak zo leeg mogelijk was, zodat we de laptops daarin konden meenemen. Dat betekende concreet dat we i.p.v. met één fototoestelrugzak met twéé rugzakken op stap zouden moeten. Gelukkig reizen we tegenwoordig met twee lichtgewicht laptops.

De rit van Lucciana naar Calvi zou in één trek 3 uur en 9 minuten duren. Met de geplande tussenstops erbij was het de bedoeling er een dagvullend programma van te maken. De dag voordien was het ons niet gelukt om alles te zien wat we wilden, vandaag kregen we een herkansing. Maar eerst reden we naar een plaatselijke winkel om een paar liter waterflesjes in te slaan. ‘t Was immers dorstig weer!

Onze eerste stop van de dag was de San Michele de Murato. Deze 13de-eeuwse kerk was volgens mijn gids één van de beste voorbeelden van Pisaans-romaanse arcvhitectuur op Corsica. Het afwisselend gebruik van wit kalksteen en groen serpentijn gaf de kerk een heel bijzondere uitstraling. Jammer de kerk enkel in de namiddag open was en we het interieur dus niet konden bezichtigen.

IMG_5023

IMG_5024

IMG_5026

IMG_5032

IMG_5036

IMG_5041

IMG_5047

We zetten onze tocht verder naar het prachtige bergdorpje Oletta met huizen die wel tegen de helling geplakt leken. We bezochten er de mooie 18de-eeuwse parochiekerk van St.-André en bewonderden het uitzicht op de Golfe de St.-Florent en de wijn- en olijfgaarden van de regio Nebbio. Heel indrukwekkend was het Mausoleum van Graaf Rivarola, gouverneur van Malta, eenzaam op een heuvel gelegen. Wat een locatie voor een laatste rustplaats!

IMG_5060

IMG_5064

IMG_5070

IMG_5072

De rit bracht ons van het ene naar het andere fenomenale uitzicht. Ik ben de tel kwijtgeraakt hoeveel keer we onderweg gestopt zijn om van het uitzicht te genieten en foto’s te nemen. In Patrimonio lasten we een korte stop in om de kerk van St.-Martin (gebouwd in 1570) te bezoeken, die gelegen op een heuvel heel de omgeving domineerde. Spijtig genoeg was de kerk afgesloten en konden we het interieur niet bewonderen. Onderweg passeerden we veel wijndomeinen die de mogelijkheid boden om ter plekke wijn te proeven. We besloten de wijnproeverijen links te laten liggen. ‘t Was nog geen middag en de smalle wegen vergden toch een zeker concentratie van onze chauffeur. 😉

IMG_5081

IMG_5083

IMG_5089

IMG_5101

IMG_5115

IMG_5120

In het gezellige stadje Saint-Florent stopten we voor het middagmaal. Onze gids raadde ons Restaurant de l’Europe aan, zogezegd het béste restaurant van heel Saint-Florent. We haalden de twee rugzakken uit de wagen en vonden zonder problemen een leeg tafeltje op het terras van Restaurant de l’Europe. Tot nu toe viel het aantal toeristen dat we onderweg tegenkwamen heel goed mee en ook in de restaurants was het niet meteen vechten om een plaatsje.

We begonnen de maaltijd zoals het hoort: met een Cap Corse, waarna we de degustatiemenu met lokale specialiteiten bestelden. Lekker, maar veel te zwaar. Mijn vissoep werd geserveerd in een aparte terrine waar ik bijna drie soepborden uit kreeg en de cannelloni met brocciu (lokale geitenkaas) was zo zwaar dat het wringen werd om de kastanjetaart er nog bij te krijgen.

IMG_0385

IMG_0394

IMG_0401

Na de maaltijd voelden we allebei de noodzaak aan een kleine wandeling om ons middagmaal te verteren. We liepen langs het haventje en observeerden er de bedrijvigheid alvorens naar het Genuese fort uit de 15de eeuw te trekken. Het fort is in twee fasen gebouwd waardoor de architectuur vrij bijzonder is. Momenteel wordt het fort gebruikt voor tentoonstellingen. We kochten een toegangsticket van 1,5 euro voornamelijk omdat we de architectuur van het fort van binnenuit wilden bekijken. Dat er prachtige luchtfoto’s tentoongesteld werden, was een prettige bijkomstigheid.

IMG_5124

IMG_5130

IMG_5132

IMG_5133

IMG_5141

IMG_5142

Op de terugweg naar de wagen stelde ik aan mijn vriend voor om snorkels te kopen in Saint-Florent. De prachtig blauwe zee en de vele stranden die we onderweg passeerden, nodigden echt uit om de onderwater fauna en flora te bewoneren. We vonden een winkel waar ze allerlei watersportgerief verkochten en lieten ons adviseren over de beste snorkels voor het gebruik dat wij ervan wilden maken. Met onze nieuwe aanwinst liepen we blijgezind terug naar de auto. Mijn vriend opende de koffer om de rugzak van het fototoestel erin te leggen toen bij mij de alarmbellen afgingen. We waren sinds ons bezoek aan Restaurant de L’Europe een rugzak armer. De rugzak met de twee laptops en de tablet, waarvoor we tijdens het ontbijt een hele strategie hadden uitgetekend. Geheel en al mijn fout, want dat was de rugzak die ik had meegenomen uit de wagen. Ik had mijn rugzak langs mijn stoel onder tafel gezet en was hem vervolgens helemaal vergeten.

In een drafje liepen we terug naar het restaurant. We waren één van de laatste klanten die er middagmaal hadden gegeten dus we hadden goede hoop dat het personeel de rugzak gevonden zou hebben. Het geluk was aan onze kant. De rugzak stond gewoon op exact dezelfde plek als waar ik hem had neergezet. Een zware last viel van mijn schouders. Misschien is het toch verstandiger om in het vervolg de laptops in de wagen achter te laten. De kans dat er iemand inbreekt in de wagen is wellicht kleiner dan de kans dat ik de rugzak ergens vergeet.

Opgelucht gooiden we de rugzak opnieuw in de wagen en reden we een paar honderd meter verder naar de Santa Maria Assunta, de oude kathedraal van de regio Nebbio. De prachtige kalkstenen romaanse kerk dateert uit 1140. Voor slechts anderhalve euro konden we het gemummificeerde lijk van de Romeinse soldaat Saint Flor bewonderen. Enigszins bevreemdend om geconfronteerd te worden met het lijk van iemand die al in de derde eeuw overleden was.

IMG_5147

IMG_5151

IMG_5155

IMG_5157

We zetten onze road trip verder doorheen de onherbergzame Désert des Agriates. Een prachtig, maar verlaten gebied van zo’n 160 vierkante kilometer waar bijna geen mensen wonen. De temperaturen stegen weer vlotjes boven de dertig graden, tijd voor een zwempartijtje in de Middellandse Zee. We parkeerden onze wagen langs de kant van de weg in een lange sliert van achter mekaar geparkeerde wagens. Een kleine verkleedpartij later (ik begon het omkleden in de wagen steeds beter onder de knie te krijgen) begonnen we aan de afdaling naar het strand van Ostriconi, zo’n dikke twintig minuten van de parkeerplaats. Vanaf de plek waar we onze auto geparkeerd hadden, zagen we het prachtige witte zandstrand liggen omgeven door zandduinen en een poel. De mooiste stranden in Corsica zijn niet altijd makkelijk te bereiken, maar het deed deugd om te kunnen zwemmen in het koele water van de Middellandse zee.

IMG_5168

IMG_5194

IMG_5198

IMG_5209

IMG_5211

De zon was ondertussen al flink gezakt, maar een hongergevoel hadden we nog niet, na ons copieuze middagmaal. Volgende stop was L’Île Rousse dat in 1758 gesticht werd door Pascal Paoli, die van Corsica 14 jaar lang een constitutionele staat wist te maken, alvorens het onder Frans gezag kwam. L’Île Rousse was een fijn en levendig stadje waar we omwille van onze strakke timing helaas niet veel tijd konden doorbrengen. De zon kwam nog net boven de einder uit toen wij er onze wagen parkeerden. Na even door het centrum gelopen te hebben, besloten we het vlakbijgeleden Isola di La Pietra te bezoeken. Isola di La Pietra is met Corsica verbonden door een pier met een toren en vuurtoren. Het viersterrenhotel op het eiland had een tapasrestaurant, wat ons ideaal leek, aangezien we nog altijd geen honger voelden opkomen. De bediening van het restaurant was echter zo slecht dat we het hielden op een glaasje champagne en een biertje. Die tapas zouden we wel een keertje elders eten.

IMG_5215

IMG_5216

IMG_5223

IMG_5228

IMG_5230

IMG_5236

IMG_5243

Natuurlijk waren we ondertussen alweer in tijdsnood gekomen, dus konden we het charante stadje Algajola enkel vanuit de wagen bekijken. Jammer, want het zag er daar zo vlak na zonsondergang erg gezellig uit. Alweer een bezienswaardigheid niet kunnen bezoeken! En dat terwijl de collega’s van mijn vriend niet begrepen hoe hij drie weken kon spenderen op zo’n klein eiland als Corsica. Die collega’s zijn duidelijk nog nooit met mij op reis geweest. 😉

Onderweg belden we naar hotel Saint Erasme in Calvi om te laten weten dat we eraan kwamen. Al een geluk, want de receptie sloot normaalgezien om 22u en wij waren daar pas om 22.09u. De nachtwaker had speciaal had op ons gewacht en het formulier dat we nog moesten invullen lag klaar voor ons. Heel vriendelijk.

We waren uitgeput na deze goed gevulde dag, namen snel en douche en kropen (o originaliteit) vroeg in bed.

About yab

Yet another blogger. Wie meer wil weten, moet gewoon mijn blog lezen.

3 Responses

  1. whaaa wat een hartaanval krijg je als je beseft dat je rugzak of handtas of zo ergens achtergelaten hebt.

    ja ik wist ook niet dat Corsica zo groot was! Een dagtrip voor iets waar je zonder stoppen meer dan 3u moet voor rijden is effectief wel strak. Dat rekenen we ook zo ongeveer in Noord-Amerika op roadtrips maar dan passeren we niet hele tijd dorpjes en baaikes om dan ook effectief aan te stoppen.

Leave a Reply

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>