Treinen

Vrijdagavond trokken we richting Hove voor het door een bijna-CO-vergiftiging uitgestelde babybezoek. Onze gastheer en gastvrouw waren erg verbaasd toen we zeiden dat we met de trein gekomen waren. ‘t Was nochtans maar een paar minuten stappen (via een prachtige, nieuw aangelegde, brede fietsweg) van het station van Hove naar hun huis. We namen een rechtstreekse trein vanuit Brussel-centraal en maakten voor het eerst kennis met één van die mooie, moderne Desirotreinen (alleen jammer dat men de tafeltjes weggelaten heeft, een laptop die je kan laten rusten op een tafeltje, is toch net iets handiger dan een laptop op schoot). Een heel aangename rit, zonder stress die ons toeliet allebei een glaasje te drinken en op de terugweg een dutje te toen of een beetje op de laptop te werken. Weinig redenen om niet met de trein te gaan.

En toch verbaast het de meeste mensen dat je ervoor kiest om met de trein te reizen wanneer je over een auto beschikt. Er zal nog een grote inspanning nodig zijn om de mentaliteit van “mijn auto, mijn vrijheid” om te buigen en effectief op een andere invulling van mobiliteit over te schakelen (fiets, openbaar vervoer, auto delen). Al moet ik natuurlijk toegeven dat wij makkelijk praten hebben. We wonen op een paar minuten stappen van één van de best bediende stations van het land. En ja, er zijn ook verplaatsingen die wij met de wagen doen, gewoon omdat je er met het openbaar vervoer dubbel zo lang over doet om ter plekke te geraken. Maar als we de mogelijkheid hebben, dan nemen we de trein.

En ik mag dan al veel klagen over de NMBS, als puntje bij paaltje komt, ben ik al altijd op mijn bestemming geraakt.

Birthday boy

Donderdag 28 februari verjaarde mijn vriendje. Alweer een jaartje erbij. Het getal dat tegenwoordig op onze leeftijd plakt, doet vermoeden dat we onze jeugd definitief achter ons gelaten hebben, al komt dat getal helemaal niet overeen met mijn gevoelsmatige leeftijd. Maar goed, een getal is maar een getal, dus lieten we het niet aan ons hart komen en maakten we van de gelegenheid gebruik om een bongobon die hier al ettelijke maanden stof lag te vergaren om te zetten in heerlijke spijzen.

We kozen voor het charmante visrestaurantje Beluga in de Krakenstraat, gekend om zijn lekkere vis én lekkere wijn. De wijn ging vlotjes binnen en de avond werd vrolijker en vrolijker. De chefkok stond te koken op nog geen meter afstand van ons en voordat we het wisten, waren we over het lievelingsgerecht van één van zijn zonen aan het praten (pasta alle vongole). De wijn had ons een beetje overmoedig gemaakt, dus toen de charmante Roemeense bediening (dankzij de moderne technologie konden we haar in het Roemeens bedanken voor haar goede zorgen en leerden we er weer een woordje bij: mulțumesc) kwam vragen of we nog een digestief wilden, knikten we meteen ja.

Dat digestief werd een Japanse whiskey die ons erg bekend voorkwam.

Enfin, de pret kon niet op en er werd meermaals geklonken op een geslaagde avond.

De dag erna was spijtig genoeg iets minder. ‘t Is duidelijk dat al die alcohol iets minder goed verteerd geraakt naarmate de jaren aantikken.