Zonder problemen in slaap gevallen, maar rond een uur of half vijf plaatselijke tijd (zo’n half tien ’s avonds in België) was ik klaarwakker en met geen stokken meer in slaap te krijgen. Het spook der verloren koffers waarde door mijn hoofd. Dan maar wat rondgehangen op social media sites allerhande. Wat doet een mens anders midden in de nacht met een slapende vriend naast zich?
Ons eerste ontbijt was er eentje dat bestond uit onigiri en miso soep. Exact waar ik al zo lang naar uitgekeken had! We hadden afgesproken om die dag met z’n allen (vriend P, vader van de bruidegom, vriendin van de vader en de bruidegom zelf) naar Tsukiji vismarkt te gaan. Normaalgezien bezoek je deze vismarkt bij voorkeur op een hemeltergend vroeg uur, maar de bruidegom had ons verzekerd dat er wat later op de dag ook nog genoeg te zien zou zijn.
Dat was ook zo, maar ik denk dat het zeker de moeite loont om vroeger op te staan om de bedrijvigheid op deze bijzondere plek op te snuiven en een rondleiding te krijgen van een ingewijde. Vis, vis, vis, zover het oog reikte, We zagen zelfs enkele vishandelaars bevroren tonijn in stukken kappen. Ontzagwekkende beesten. Bijzonder jammer dat sommige soorten bijna uitgestorven zijn. Vooral de blauwvintonijn is er erg aan toe en ik vrees dat ik niet kan garanderen dan alle sashimi en sushi die ik hier in Japan voorgeschoteld krijg ecologisch verantwoord zijn.
Nog een tip voor wie de vismarkt wil bezoeken: pas op dat je als toerist niet voor één van de karretjes die vis vervoeren, terecht komt. De Japanners die deze dingen besturen rijden als gekken en zijn allesbehalve dol op toeristen. En draag dichte schoenen. Na een tocht op flipflops tussen de kraampjes hingen mijn benen helemaal vol met modder. Lang leve de vochtige doekjes.
Na onze, wat mij betreft vele te korte, rondgang op de vismarkt en de straten rondom, schoven we aan tafel om van al dat lekkers te proeven. In de omgeving van de vismarkt vind je tal van restaurants die kraakverse sushi serveren voor een redelijke prijs. Echt een aanrader. Omdat het nog vrij vroeg op de dag was en mijn onigiri nog niet volledig verteerd, hielden mijn vriend en ik het bij een bescheiden portie. Maar lekker was het zeker. Ook een dikke pluim voor de pa van de bruidegom en zijn vriendin die dit soort eten duidelijk niet gewoon waren, maar de moeite deden om alles te proeven en de techniek van het eten met stokjes onder de knieën te krijgen.
Om de sushi te laten verteren, wandelden we door de aangenaam groene Hama Rikyu Gardens, een mooi en rustig park omgeven door hoge kantoorgebouwen. Het contrast tussen het romantische theepaviljoen in het midden van het park en de hoogbouw kon moeilijk groter zijn. Door de hitte (>35 graden) was het erg rustig in het park, maar we zagen wel een pasgehuwd koppel in traditionele kledij poseren voor hun huwelijksfotograaf. Er was een aparte assistente voorzien om de kimono van de bruid goed te leggen en zo nu en dan het zweet van het bruidspaar af te wissen.
In het theepaviljoen nam ik voor het eerst deel aan een authentieke Japanse theeceremonie. Een heel ritueel waarbij alles in de juiste volgorde en op de juiste manier moet gebeuren. Een handleiding van een pagina lang moest ook de barbaarse westerling de knepen van de theeceremonie leren. Gelukkig konden we kiezen voor koude thee, maar ik was vooral fan van het mooie versierde mochi-achtige gebakje dat we bij de thee kregen.
Vanuit het park namen we de waterbus naar Asakusa. Een aangenaam ritje, dat we ondanks de hitte op het bovendek doorbrachten. Airco is voor watjes, nietwaar? Hoogtepunt was het schitterende zicht vanaf het water op de onlangs geopende Tokyo Skytree. Dat ik niet de enige was, die dit vond, bleek toen er zich vliegensvlug een groepje Japanners met fotocamera’s rond mij vormde vanaf het moment dat de naam Skytree viel.
We stapten uit aan de Asahi flamme d’or en trokken van daaruit naar de Senso-ji tempel waar het ondanks de hitte een overrompeling was. Te veel volk en te veel kraampjes met te veel prullaria, maar de tempel zelf moet je wel gezien hebben, want de oudste van Tokyo. Toen wij er de vorige keer waren, beleefden we er een naschok van de grote aardbeving, maar ditmaal bleef het rustig. Vriend P en ik hadden ons na de wandeling die in het vooruitzicht lag een ijsje beloofd om af te koelen, maar hey, wie kan weerstaan aan een waterijsje met rode bonen?
Na alweer een blitzbezoek (de bruidegom wilde natuurlijk op korte tijd zoveel mogelijk van Tokyo aan zijn vader laten zien), wandelden we naar het Edo-Tokyo museum om wat bij te leren over de tijd toen Tokyo nog Edo heette. We waren er één uur voor sluitingstijd en dit was uiteraard veel te weinig om dit museum grondig te bezoeken. Voor een bezoek moet je minstens twee uur rekenen en drie uur ben je er makkelijk zoet als je op je gemak alle uitleg wil lezen.
Nu liepen we snel snel door het enorme gebouw om hier en daar stil te staan bij de replica’s op ware grootte van de Nihonbashi brug en een kabukitheater. De schaalmodellen die taferelen uit het vroegere Edo uitbeeldden, spraken mij het meeste aan. Erg knap gedaan. Je kon er ook poseren in een riksja, wat ik uiteraard deed. Je bent toerist of je bent het niet. Mijn vriend was trouwens niet de enige die met een foto van mij in een riksja naar huis ging. Blond haar, het blijft een ongelooflijke aantrekkingskracht uitoefenen op Japanners.
In het museum kregen we het bericht dat onze valiezen in ons hotel waren aangekomen. Ik geef toe dat ik een klein vreugdesprongetje gemaakt heb.
We sloten de avond af in Akihabara. Niet meteen mijn favoriete plek in Tokyo, maar natuurlijk wel een must see. Ik was gewoon blij dat ik terug kon keren naar de plek waar ik vorig jaar kennis maakte met mochi ijs. Zo lekker! En deze keer liet ik onze gids er niet liggen. Hoera!
Als avondmaal stelde de bruidegom voor een hamburger te eten bij de MOS-keten. Ik probeerd een rice burger. Tot mijn grote verbazing kreeg ik een burger waarvan het broodje vervangen was door twee platte schijven samengedrukte rijst. Al moet ik toegeven dat het geheel lang niet slecht smaakte.
Na de burger splitste onze groep op. De vader van de bruidegom moest nog een nieuwe broek en hemd hebben voor het huwelijksfeest en wij keerden terug naar het hotel om aldaar verenigd te worden met onze valiezen. We fristen ons een beetje op, trokken andere kleren aan en gingen nog iets in de buurt drinken met kameraad P. Onze eerste kennismaking met frozen beer, al hield ik het op een frozen mojito. Die gekke Japanners toch.
Daarna klopten we op de deur van bruid en bruidegom in spé, die ondertussen zelf ook in ons hotel waren ingecheckt, om wat meer details over het huwelijk te vernemen (bvb wanneer we verwacht werden en waar we juist moesten zijn, toch wel handig om weten). Het werd een beetje een vreemd gesprek omdat de bruid de deur open deed, terwijl de bruidegom een bad aan het nemen was en de bruid zelf maar beperkt Engels kon. Het bleef allemaal een beetje vaag, te meer daar de vader van de bruidegom er op een ander tijdstip moest zijn dan wij, maar op welk tijdstip dat dan was, daar geraakten bruid en bruidegom niet uit. Enfin, we zouden wel zien, de dag nadien.
Het is een land dat mij op het eerste gezicht niks zei, maar als ik jullie zo bezig zie… hmm.
Een mens zou er een crush op kunnen krijgen.
Wel, Japan is echt de moeite en met geen enkel ander land te vergelijken. Ik kan het je aanraden!