Toen een tijd geleden de ACOD haar stakingsaanzegging deed voor deze zevenentwintigste februari, had ik het voornemen om die dag gezellig thuis te werken. Een volledige dag in alle rust doorwerken zou eindelijk komaf maken met de chaos die na twee maanden bijna non-stop vergaderen over mijn mailbox is neder gedaald en mij de mogelijkheid geven mij eindelijk een beetje in te lezen in bepaalde dossiers. En dan kon ik ‘s avonds op mijn gemak naar de Ultimas gaan, die dit jaar in Antwerpen uitgereikt werden.
Helaas, ondanks mijn aandringen, bleef er één vergadering hardnekkig in mijn agenda staan. Onmogelijk om te verplaatsen. Al de deelnemers kregen het vriendelijke doch dringende verzoek om hun uiterste best te doen om toch in Brussel te geraken. Zuchtend legde ik me neer bij mijn lot. Al zag ik er bepaald niet naar uit om in de ijzige kou op het perron van Berchem te wachten tot er een trein kwam opdagen.
Onder het motto van gedeelde smart, sprak ik ‘s ochtends af met een collega. Tot ons beider verbazing kwam de trein die we wilde nemen stipt op tijd aangereden. Aangezien de staking talloze mensen had afgeschrikt om het openbaar vervoer te nemen, hadden we bovendien riant veel zitplaats. En: we werden zelfs gecontroleerd! Dat is me in het gewoel van de ochtendspits nog geen enkele keer overkomen sinds ik opnieuw aan het werk ben. En, en, en: onze trein kwam zelfs stipt op tijd aan in Brussel-centraal. De meest aangename en stipte pendeltocht sinds het begin van 2018!
Op het werk bleek dat de meeste collega’s die verwacht werden op de vergadering ook in Brussel geraakt waren. Om de goeie afloop te vieren dronken we dan ook een glaasje schuimwijn na afloop van de (veel te lange) vergadering.
Daarna ging het echter mis. Mijn collega en ik besloten met een derde collega mee naar Antwerpen te rijden voor de uitreiking van de Ultimas. We vertrokken rond 17.15u en kwamen na amper een paar meter in een monsterfile terecht. Alles in Brussel zat werkelijk potdicht. Zelfs Waze kon ons geen weg uit de chaos suggereren. Dikke, dikke ellende. En in plaats van rechtsomkeert te maken en de wagen terug in de garage achter te laten en het toch met de trein te proberen, hielden we koppig vol. Terwijl we langzaam kruipend probeerden uit Brussel te geraken, begonnen we in te zien dat we een foute keuze gemaakt hadden. We deden er ongeveer een uur over alleen al om te ontsnappen uit de Brusselse verkeershel.
In totaal duurde het twee uur om tot aan de Arenbergschouwburg te geraken. Alle plannen die ik had om nog snel een douche te nemen en mij in een iets feestelijker tenue te hijsen, vielen in het water. Mijn collega en ik slaagden er nog snel in een croque binnen te werken in Brasserie Den Antigoon om vervolgens nét op tijd in de Arenberg te zijn.
En na de voorstelling vond ik zelfs zonder problemen een tram die mij naar Borgerhout terug bracht. Nog nooit zoveel geluk gehad met het openbaar vervoer op één dag.
Openbaar vervoer versus auto: 2-0. Ik kan er niet bij dat er mensen zijn die er vrijwillig voor kiezen om elke dag in de file te gaan staan. Dan zit ik duizend keer liever in een trein met vertraging!