Onze laatste dag in Tallinn begonnen met alweer een uitstekend ontbijt.
Na het ontbijt zagen we onze gids van de dag voordien terug. Ditmaal trokken we te voet naar de oude Hanzestad om ons verder te verdiepen in de boeiende geschiedenis van Tallinn. Eén van onze eerste haltes was het Niguliste Museum, gevestigd in de na WOII heropgebouwde Sint-Nicolaaskerk. Dit museum is het meest gekend voor het schilderij de Dodendans van Bernt Notke uit Lübeck, dat mijn vriend en ik elf jaar geleden al mochten bewonderen. Ditmaal waren we er echter om de tentoonstelling Zot van Dimpna te bezoeken. Jammer genoeg hadden we van onze gids maar een half uur de tijd gekregen, wat te weinig was om én het Dimpna-altaarstuk van Goossen Van der Weyden, kleinzoon van de beroemde Rogier én de interactieve scenografie die meer vertelt over de Sint-Dimpna verering en de Geelse psychiatrische gezinsverpleging (immaterieel cultureel erfgoed), goed in ons op te nemen.
Onze gids voerde ons verder naar het mooie gotische stadhuis op het stadhuisplein. En even verder stopten we om te genieten van een heerlijk stukje marsepein dat onze gids kocht in Cafe Maiasmokk dat blijkbaar vlak langs een marsepeinmuseum gelegen is.
En daarmee was het alweer tijd voor het middagmaal. Al kan ik niet echt zeggen dat ik veel honger had na dat copieuze ontbijt. Natuurlijk werden we weer in de watten gelegd. Restaurant Dominic serveerde heerlijke Italiaans geïnspireerde gerechten op prachtige klassieke borden met uitstekende wijnen.
Vitello Tonnato:
Heilbotfilet met viseitjes, blauwe mosselsaus en bloemkool-prei puree:
Chocolade mousse met frambozensorbet:
Indrukwekkend aanbod aan wijntjes:
Na het middagmaal hadden mijn collega en ik twee uurtje voor onszelf om de stad verder te verkennen. Mijn collega en ik liepen wat ambachtelijke winkeltjes binnen, maar kochten niets. Handgeschept papier, kleurrijke gewoven creaties en met de hand gemaakte leren handtassen zijn echt wel duur. En die prachtige gouden halsketting met een libel zo groot als mijn hand, was ook nét buiten mijn budget. Maar we genoten van het zonnetje en de schoonheid van Tallinn. Uiteraard liepen we nog even binnen in de zogezegd oudste apotheek ter wereld. In café Maiasmokk kochten we snoepjes voor de collega’s. We liepen als afsluiter een gigantische souvenirwinkel binnen en ik twijfelde nog even of ik mij een paar van die er superzacht en superwarm uitziende sloffen zou aanschaffen, maar besloot dat ik al genoeg had uitgegeven om aan de dresscode van deze trip te kunnen voldoen.
We keerden mooi op tijd terug naar onze bussen en verbaasden ons erover dat effectief iedereen van de groep de plek van afspraak terug vond. De bussen leverden ons gezelschap op het voorziene uur (17.10u) af op de luchthaven, maar ook ditmaal verliep de check-in allesbehalve rimpelloos. Het wachten duurden eindeloos lang. De rij voor onze chartervlucht leek maar niet te krimpen en mijn collega en ikzelf prijsden ons gelukkig dat we meteen naar het toilet waren gegaan bij het binnenkomen van de luchthaven. Anders hadden we ongetwijfeld een ongelukje gehad. Uiteindelijk was het aan ons om in te checken. En toen kreeg mijn collega de boodschap dat zij op de passagierslijst van een andere, latere vlucht stond van dezelfde chartermaatschappij. Euh, dat zou bijzonder vervelend zijn, want mijn collega was mijn chauffeur om terug in Leuven te geraken. Gelukkig stak de dame die het ganse uitstapje coördineerde daar een stokje voor en zorgde zij dat mijn collega wel op dezelfde vlucht als ikzelf kon plaatsnemen. Oef!
En zo vertrokken we met meer dan een uur vertraging uit Tallinn. Vergezeld van twee prachtige paraplu’s en veel mooie herinneringen. We dronken nog een glaasje champagne op de vlucht, om het af te leren, en landden zonder problemen in de uitgestorven luchthaven van Deurne. Mijn collega en ik hadden nog een extra passagier mee op onze terugweg: een sympathieke dame uit het Mechelse die anders met de bus naar huis moest. Mechelen ligt min of meer op de weg van Deurne naar Leuven, dus het was een kleintje om haar thuis af te zetten. In Leuven nam ik afscheid van mijn collega, dankte haar voor de lift en kroop goed op tijd in bed. Best wel vermoeiend, zo’n gebalde businesstrip.