Mijn eerste goede nacht in Seoul! Opmerkelijk hoeveel beter een mens zich voelt na een goede nachtrust. Omdat het ondertussen vertrouwde blauwe busje ons vandaag pas om 10u komt ophalen, heb ik voor het eerst tijd voor een ochtendlijk zwempartijtje. Het zwembad van het Lotte hotel is fabuleus: groot en zeer proper, met elektronische lockers die geactiveerd kunnen worden met een tag die je aan een armbandje rond je pols kan bevestigen. Het zwembad is lekker rustig: ideaal om wat baantjes te trekken. Al bega ik meteen mijn eerste faux pas van de trip: blijkbaar is een badmuts verplicht. Een oudere heer die zwemt in het gedeelte voorbehouden voor abonnementshouders maakt mij met gebaren vriendelijk attent op mijn misstap. Gelukkig is dit hotel werkelijk op alles voorzien en zijn er badmutsen die onwetende zwemmers kunnen lenen. De spa (mannen en vrouwen strikt gescheiden) is eveneens fenomenaal. Ik heb te weinig tijd om gebruik te maken van de sauna en de warme baden, maar werp wel een snelle blik op de beschikbare faciliteiten. ‘t Moet gezegd dat ik nogal opval tussen al die blote Koreaanse dames. 😉 Ik neem mij alleszins voor de sauna op een later moment meer uitgebreid te inspecteren.
Doordat ik wat te lang ben blijven plakken in het zwembad, heb ik niet zoveel tijd voor het ontbijt. Ik schuif bij aan tafel bij de Engelsman met Italiaans bloed langs moeders zijde en praat met hem over het nieuws van de dag: de aankomst van THAAD, het controversiële raketafweersysteem dat de Amerikanen in Zuid-Korea installeerden om hen te beschermen tegen de raketten van de zotte Noord-Koreaanse dictator. Helaas is grote buur China niet echt opgezet met deze demarche van de Zuid-Koreanen, zo dicht bij hun eigen grens. Politiek zeer gevoelig allemaal en een complex kluwen dat zich niet zomaar laat ontrafelen.
In het busje onderweg naar Pangyo Techno Valley (nickname: Korean Silicon Valley), een bedrijvenpark met vooral bedrijven die zich focussen op nieuwe technologie, lees en beantwoord ik wat werkmails. Niet evident, want door het grote tijdsverschil heb ik het gevoel dat ik altijd een beetje achterop hink, en dat ondanks het feit dat Korea acht uur voorloopt op België.
Onze eerste halte is NCSOFT, een bedrijf dat massively multiplayer online games ontwikkelt en distribueert. Hét bekendste product van NCSOFT is ongetwijfeld Lineage (리니지), waarvan ondertussen al verschillende versies uitgebracht werden. We krijgen een rondleiding doorheen de highlights van het bedrijf: van de bibliotheek, over de cafetaria en de gym tot het medisch centrum (waar we wel niet binnen gingen). Allemaal in hetzelfde gebouw en allemaal even modern. De gym heeft zelfs een eigen basketbalveld. Je hebt hier als werknemer echt alles wat je hartje begeert, er is zelfs een crèche voor de kinderen van werknemers, die bijzonder hoog aangeschreven staat. De crèche voorziet één begeleider per zes kinderen, geen wonder dat er een loterijsysteem is opgezet om je kind hier binnen te krijgen… Het lijkt wel alsof ik in een bedrijf in de toekomst gedropt ben, ofwel terecht gekomen ben op één van de pagina’s van The Circle. Wat een verschil met de saaie kantoren waarin ik dagdagelijks aan het werk moet.
Na de rondleiding (die eigenlijk helemaal niet zo relevant, maar wel interessant was) krijgen we een presentatie over het bedrijf. Ik zie bij de collega’s rondom mij heel veel onbegrip wanneer NCSOFT haar producten voorstelt. Deze mensen hebben duidelijk geen kaas gegeten van gaming en zitten nog met een vastgeroest beeld van de gamer als pukkelige eenzaat, die chipsvretend de nacht doorbrengt met het spelen van shoot ‘m up games. Ik probeer zelf wat extra duiding bij enkele begrippen te geven maar zie aan de lichaamstaal rond mij dat het niet echt landt. Oh well, wie kan er boos zijn op een bedrijf dat als missie heeft ‘to make people in this world happier’? Als afscheidscadeautje krijgen we een (analoge!) wekker cadeau in de kleuren van het baseballteam dat het bedrijf sponsort.
En daarmee is het alweer tijd voor de lunch. Restaurant Four Seasons (사계절 한정식) serveert ons een fijn staaltje van de Koreaanse keuken, gemengd met enkele buitenlandse invloeden. Ik moet zeggen dat deze gerechten meer mijn smaak zijn dat de Boeddhistische tempelkeuken van gisteren. Maar wat een overdaad! Ik raak al snel de tel kwijt van het aantal gerechten dat aan onze tafel passeren. En net op het moment dat ik denk er écht niets meer bij te krijgen, zegt onze gids doodleuk: en nu komt dan eindelijk de rijst! De rijst wordt geserveerd in een hete stenen pot mét soep en een hele hope bijgerechtjes. Het aan de bodem gekoekte restje rijst moeten we in de pot laten, waarna de ober er kokend water op giet. Na wat weken, krijg je zo rijstporridge. Voor wie nog zin had in dessert! Ik onthoud van deze pleiade aan gerechten vooral mijn kennismaking met de abalone, een soort kruising van een mossel met een oester. Echt heerlijk!
Volgende halte is animatiestudio Iconix, vooral gekend van het immens populaire figuurtje Pororo, the penguin. De rondleiding hier kan mij meer bekoren, omdat we, in tegenstelling tot bij NCSOFT, echt een blik op de werkvloer mogen werpen. We zien de animatoren aan het werk: de ene ontwerpt een karaktertje, de andere animeert het, nog een andere voorziet het figuurtje van schaduwen. Iedere werknemer neemt een klein onderdeel van het productieproces op zich. Erg vergelijkbaar met bandwerk. Na (alweer) een presentatie krijgen we de tijd om wat foto’s te nemen bij de levensgrote beelden van de populairste figuurtjes. Als afscheidcadeautje krijgen we een tube Pororo tandpasta. NCSOFT is niet alleen goed in het ontwikkelen van animatieseries, bij elke serie hoort ook een hele marketing machine die de populaire figuurtjes op alle mogelijke merchandising afbeeldt. De Koreaanse Studio 100, zeg maar.
Bij de terugrit naar het hotel dwarrelen er zowaar enkele sneeuwvlokken uit de lucht. Wie had dat verwacht in maart! Rond 17u zijn we terug in het hotel. Honger heb ik absoluut niet, maar ik spreek met drie collega’s (de Fransman, de Engelsman en de Duitser) af om rond 20u naar Myeongdong te trekken voor een licht avondmaal. Dat maakt dat ik nog zeeën van tijd heb om uitgebreid gebruik te maken van de saunafaciliteiten. Ik begin met een paar baantjes in het zwembad, maar trek daarna naar de spa. Ik ben de enige blanke, en dan nog een exemplaar met blauwe ogen en blond haar. Gelukkig zijn de naakte Koreaanse dames erg discreet (of gewoon aan buitenlanders) en is er niemand die mij aanstaart. De sauna op 85 graden is absoluut geweldig en de baden met afwisselende temperaturen zorgden dat ik me heerlijk ontspannen voel.
Opnieuw aangekleed is er zelfs nog een beetje tijd over om te gaan aperitieven in de lounge bar en zo nog een twintigtal minuutjes cocktail hour te kunnen meepikken. Ik voel me een echte geluksvogel.
Vervolgens trek ik in het gezelschap van mijn drie cavaliers naar Myeongdong, een levendige winkelwijk in flashy neonkleuren waar het wemelt van de eetstalletjes. Ik geef mijn ogen de kost en zou liefst zoveel mogelijk street food uitproberen. Helaas ziet mijn gezelschap dat niet zitten. Geen erg, want we belanden in een Japanse restaurant waar ik voortreffelijke kimchi udon noedels eet, voor de ongelooflijk goedkope prijs van 10.000 won (iets meer dan 8 euro).
Na het diner valt ons gezelschap uiteen. Iedereen wil voor zichzelf en de familie nog wat souvenirs shoppen. Ik koop wat leuke stickertjes voor de nichtjes van mijn vriend in een winkel volgestouwd met prullaria, maar kijk vooral mijn ogen uit bij de vele eetstalletjes. Doodjammer dat ik na de overvloedige lunch en de kimchi udon soep geen plek heb om nog veel te proberen. Enkel een verse aardbei in een jasje van mochi kan er nog bij. Spijtig, want het ziet er allemaal heerlijk uit.
Na een goed gevulde dag keer ik terug naar het hotel, alwaar een heerlijk bed lonkt.