2 augustus 2014 – Þingvellir

Het weer zag er allerminst veelbelovend uit toen we opstonden. Elke dag wanneer we de gordijnen opentrekken, hopen we op het beste, maar vrijwel altijd worden we teleurgesteld. Ik kan alleszins nu al zeggen dat ik in mijn heel leven nog op geen enkele vakantie zoveel regen gezien heb. En ja, dat slechte weer heeft toch een serieuze impact op mijn welbevinden.

Maar goed, we vertrokken na het ontbijt naar Þingvellir, de laatste stop onderweg naar Reykjavik. Þingvellir is een belangrijke historische plaats voor de IJslanders. Op deze plek kwamen ten tijde van de settlers alle IJslanders samen om de wetten af te kondigen en geschillen te beslechten (de Alþing). Later, toen IJsland onder de Noorse kroon kwam en nog later onder de Deense, verloor Þingvellir aan belang. Toen de IJslanders eindelijk in 1944 (in volle oorlogstijd hadden de Denen wel wat anders aan hun hoofd) een onafhankelijke staat afkondigden, gebeurde dat op deze plek.

Þingvellir is ook geologisch een heel bijzondere plek, gelegen midden op de Mid-Atlantische Rug. Op deze plek drijven het Amerikaanse en Europese continent elk jaar letterlijk 2,5 centimeter verder uit mekaar. De breuk tussen de continenten strekt zich duizenden kilometers uit op de bodem van de Atlantische oceaan, maar enkel in IJsland komt deze aan de oppervlakte. In Þingvellir kan je gewoon langs het breukvlak wandelen.

Tijdens ons bezoek aan Þingvellir brak er zowaar een waterzonnetje door. Even was het zelfs warm genoeg om onze jassen uit te trekken. Helaas, dit was slechts tijdelijk, want de donkere wolken pakten zich alweer boven onze hoofden samen. We bekeken alles wat er te bekijken viel en maakten dat we weg waren voordat de eerste waterdruppels vielen.

We waren echt net op tijd bij de auto, want daarna werden de regensluizen opengezet. In de gietende regen reden we verder richting Reykjavik. Ondertussen was het al één uur gepasseerd en begonnen onze magen van zich te laten horen. Tripadvisorgewijs zocht ik een plek op onze route om iets te eten. Het werd Kaffihúsið Álafossi alwaar ik een gigantische kom goulashsoep voorgeschoteld kreeg met heerlijk gebakken vers brood. Het was te lekker om te laten staan, maar achteraf lag de soep ferm op mijn maag.

Omdat het bleef regenen, besloten we rechtstreeks door te rijden naar het Nationaal Museum. We waren daar rond half vier en het museum sloot om vijf uur. Krap, maar net genoeg tijd om door de verschillende tentoonstellingsruimten te lopen. We borgen de rugzak van het fototoestel op in de lockers en liepen door de collectie die een overzicht gaf van de IJslandse cultuur met belangrijke vondsten vanaf de vroegste geschiedenis (874 wordt algemeen aangezien als het moment waarop de eerste settlers in IJsland aankwamen) tot de dag van vandaag. Het museum gaf een mooi overzicht en had enkele heel mooie voorwerpen in de collectie. We bleven er tot sluitingstijd.

De goulashsoep lag nog steeds op mijn maag, dus van honger was er nog geen sprake. We reden dan maar eerst naar het hotel om voor de allerlaatste keer deze reis in te checken. In de hotelkamer deden we wat research om te bepalen hoe we onze laatste zondag in Reykjavik zouden opvullen. Via tripadvisor kwam ik uit op de begeleide wandelingen van I heart Reykjavik, een initiatief van de blogster van de gelijknamige blog. De wandelingen zouden een andere kant van Reykjavik blootleggen. Klonk boeiend, dus we boekten een rondleiding voor ’s ochtends tien uur.

We stapten terug in de auto om de avond in het historische centrum van de stad door te brengen (ons hotel lag niet bepaald op wandelafstand van het centrum en in Reykjavik hebben ze duidelijk geen parkeerprobleem). We maakten eerst en vooral de obligate foto van de Sun Voyager, een uitgebeend vikingschip en parkeerden dan wat verderop bij een grote parking aan de haven niet ver van het Harpa gebouw.

En kijk, de zon kwam even piepen. Ideaal weer voor een avondwandeling door het centrum. Het viel ons op dat het extreem rustig was in het centrum voor een zaterdag. Nochtans zaten we in een buurt waar er veel restaurants en bars waren. De zon gaf er echter al snel de brui aan en een volgende regenbui maakte dat we op goed geluk ergens gingen schuilen in de inkomhal van een tourist office. Diezelfde inkomhal leidde ook naar restaurant Kjallarinn waarvan de menukaart ons op het eerste gezicht wel aanstond. Tripadvisor leerde ons dat dit restaurant een goede reputatie had, dus we liepen er binnen om te reserveren om op zondag onze laatste dag in stijl af te sluiten.

Veel honger had ik nog altijd niet, dus gingen we voor een snelle hap: een noedelsoepje bij Ramen momo. Snel, goedkoop, lekker en gezond. Jammer dat zulke noedelbars in België nog niet dik gezaaid zijn. Zoals het hoort in dit soort eetgelegenheden, waren er maar een paar zitplaatsen op krukjes aan de toog. De chefkok van dienst bleek een Tibetaan te zijn, maar zijn noedels smaakten Japans. Eindelijk eens iets anders op het menu dan lamsvlees en Arctic char.

Na het eten keerden we naar het hotel terug, het weer was nog altijd slecht en een avond vroeg in bed krijgen, zou ons deugd doen.

IMG_0948

IMG_0955

IMG_0956

IMG_0965

IMG_0969

IMG_0975

IMG_0986

IMG_0992

IMG_0993

IMG_1006

IMG_1011

IMG_1016

IMG_1049

IMG_1052

IMG_1056

About yab

Yet another blogger. Wie meer wil weten, moet gewoon mijn blog lezen.

Leave a Reply

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>