Huisnummers

Deze avond een kleine rondrit gedaan langs Vlaams-Brabantse wegen om her en der wat foto-afdrukken in de brievenbus te steken. Wat heeft het immers voor zin dat al die eindopdrachten in mijn kast stof liggen te vergaren? Ik kan beter de modellen een pleziertje doen met een mooie foto van dertig op twintig (die misschien ook bij hen in de kast terecht komt, maar hey, zo houden we ons eigen appartementje ordelijk, nietwaar). Maar man o man, wat een ellende is het om de juiste huisnummers te vinden. Zo onleesbaar klein dat die dingen zijn. En dan staat er een mooie brievenbus langs de kant van de weg, maar denk je dat daar een huisnummer op staat? Neen, hoor, die hangt ettelijke meters verder langs de onverlichte voordeur. Uiteraard totaal onleesbaar, zelfs niet als je stapvoets rijdt. Is het echt te veel gevraagd om een mooi, groot duidelijk huisnummer aan de brievenbus te hangen en neen, die standaardnummers zijn écht niet groot genoeg.

Exit Japans, hello Photoshop

Dit semester Japans was letterlijk het semester teveel. Het kostte mijn vriend en mezelf steeds meer moeite om ons op te laden voor de wekelijkse lessen. Het nieuwe handboek waar ik veel van verwacht had en dat de leerkracht zo goed vond, viel tegen. Alles wat ook maar een beetje naar structuur en grammatica rook werd zo summier mogelijk verteld en verbannen naar een appendix (I kid you not). Daar waar andere talen in mijn hoofd langzaamaan opgebouwd raken en ik me de structuur eigen maak, leek Japans in het vierde jaar enkel maar warriger te worden en langzaam te desintegreren in mijn hoofd. En ik geloof eigenlijk niet dat Japans een warrige taal is, volgens mij is Japans een supergestructureerde taal. Alleen vielen de puzzelstukjes maar niet op z’n plaats bij mij.

De lessen op zich vielen nog mee, omdat het voor een groot deel herhaling van de vorige jaren was. Al raakte ik moeilijk gewend aan de manier van lesgeven van de leerkracht, die het bijvoorbeeld overbodig vond om de verbetering te geven van mondeling gemaakte oefeningen en vaak tijd verloor door stil te blijven staan bij anekdotes. Maar wat ons definitief deed afhaken, waren de ellenlange woordenlijsten en de kanji die geblokt moesten worden voor het schriftelijk examen. Kanji moet je uiteraard bijhouden in de loop van het jaar, je moet als het ware je spiergeheugen trainen door ze honderden keren op te schrijven, iets waarvoor mij de tijd en (vooral) de goesting ontbrak. En ja, ik heb geprobeerd die kanji in mijn kortetermijngeheugen te pompen, maar dat liet me dit keer in de steek. We hebben het examen nog meegedaan, maar daarna de knoop doorgehakt. Met dit semester sluiten we drieëneenhalf jaar Japans af. Hopelijk leverde drieëneenhalf jaar Japans ons genoeg basiswoordenschat op om de typische toeristische zaken te regelen als we in Japan zijn.

Omdat ik toch een beetje (veel) het gevoel had gefaald te hebben, heb ik dan maar snel de vrijgekomen woensdagavond opgevuld met een gloednieuwe cursus Photoshop. De vaardigheden die ik daar opdoe, zullen alleszins meer gebruikt worden dan die van de Japanse les.

Vakantiefoto’s

Vandaag moest ik een collega uit de nood helpen. Ze was net terug van een reis van vijf weken door Australië en was zo enthousiast over het land dat ze wanhopig graag terug wilde. Nu is er één klein probleempje met reizen naar Australië: de vliegtuigtickets zijn nogal prijzig. Gelukkig had ze een alternatief gevonden om snel terug te gaan: ze was vast van plan om de fotowedstrijd van haar reisbureau te winnen. Hoofdprijs: een ticket naar Australië. Dus kwam ze mij als “fotografiespecialist” (let op de aanhalingstekens) om raad vragen. Ze wilde haar allerbeste foto indienen. Nu had ik haar eerst wat weggewuifd door te zeggen dat de beoordeling van een foto heel persoonlijk is. Wat de ene geweldig vindt, vindt de andere maar niks.

Maar enkele uren later stond ze aan mijn bureau met een paar afdrukken van haar foto’s. De afdrukken op gewoon papier zagen er op het eerste zicht behoorlijk slecht uit, maar ik wilde de schuld nog wel op de printers van het werk steken, die niet gemaakt zijn om kwalitatieve foto’s af te drukken. Maar de digitale exemplaren waren niet veel beter. Sommige foto’s waren zo erg digitaal ingezoomd dat ik de pixels bijna kon tellen, de horizon had op menig foto een glaasje te veel op en het fototoestel waarmee de foto’s genomen waren, was duidelijk van niet al te beste kwaliteit. Maar ik kon het niet over mijn hart krijgen om haar hoop de grond in te boren. Dus koos ik de meest aanvaardbare foto van de reeks. En hoop ik maar dat er niet te veel inzendingen zijn…