Sinds vanochtend is mijn vriend opnieuw in België. De laatste keer dat we elkaar zagen, was op Pinkstermaandag 21 mei. Bijna een maand geleden dus. Denk dat dit de langste periode is dat we van elkaar gescheiden geweest zijn sinds de tijd dat we nog studeerden. Gelukkig hebben we het allebei zo druk op ons werk dat de weken voorbij vliegen. We hebben amper tijd om elkaar te missen. Al hoop ik wel dat de zomer voor ons allebei wat meer ademruimte zal bieden.
We hadden ‘s ochtends al in het station afgesproken, want hij had mijn identiteitskaart nodig om wat praktische zaken te regelen met onze boekhouder. Mijn vriend was al druk aan het skypen toen ik hem rond negen uur ontmoette in Brussel-Centraal, want (Murphy) gisterenavond was er iets grondig misgegaan met de koeling van de supercomputer waarvoor hij en zijn team verantwoordelijk zijn. Crisis, dus, want het ding was nog maar een paar weken geleden opgeleverd. Gelukkig wisten de mensen van het datacenter waar de supercomputer gehost werd van aanpakken.
‘s Avonds zagen we elkaar terug, nadat hij een dagje doorgebracht had op mijn studio in Borgerhout. We hadden afgesproken in Hotel Van der Valk om samen te dineren. Tot mijn opluchting waren de problemen met de koeling van de supercomputer ondertussen onder controle en konden we met z’n tweetjes genieten van een romantisch diner.