Samuel in the clouds

Gisteren woonde ik samen met een aantal collega’s in het Vlaams Parlement een vertoning bij van de documentaire Samuel in the Clouds van Belgische regisseur Pieter Van Eecke. De vertoning werd georganiseerd door United Nations Cinema en de Vlaamse Overheid. Na ‘Before the Flood’ van Leonardo DiCaprio die ik online bekeek, voor mij de tweede Climate Change film in minder dan een week tijd.

Samuel in the Clouds heeft hetzelfde thema als Before the Flood, maar de aanpak is radicaal verschillend. Samuel in the Clouds focust op het hoofdpersonage Samuel, wiens familie al generaties lang werkt op de flanken van de berg Chacaltaya in de Andes in Bolivia. Samuel bediende vroeger de skilift op de hoogste skipiste ter wereld, maar door de oprukkende klimaatverandering verdwijnt de eeuwenoude gletsjer en wordt skiën onmogelijk. Toch blijft hij koppig naar ‘zijn’ berg trekken, in de hoop dat de sneeuw ooit zal weerkeren.

De traag voortkabbelende film beklijft door de prachtige beelden. Al miste ik een beetje duiding bij sommige fragmenten. Doordat de focus zo erg op Samuel lag, bleven andere nevenpersonages, die ongetwijfeld ook een interessant verhaal hadden, onderbelicht. De houding van Samuel, die koppig blijft doen alsof er niets aan de hand is, terwijl hij elke dag de gletsjer kleiner ziet worden, kan dienen als een metafoor voor de mensheid in het algemeen. Het is immers veel gemakkelijker die hele klimaatverandering te negeren dan de noodzakelijke wijzigingen door te voeren om de catastrofe af te wenden. Dat de film volledig in het Spaans gesproken werd, was voor mij natuurlijk een extra meerwaarde.

Het overheersende gevoel dat ik overhield na het bekijken van beide klimaatfilms was moedeloosheid. Het lijkt er, ondanks de klimaatakkoorden van Parijs, niet op dat het de goede kant uit gaat met onze planeet. Zelfs als we nu alle zeilen bij zetten. Die gesmolten gletsjers zullen nooit nog in hun oorspronkelijke toestand terug keren. En binnen een aantal jaren zal de prachtige ijsbeer ongetwijfeld uitgestorven zijn.

Het debat dat na de voorstelling van de film volgde, was dan ook rondom surreëel te noemen. De mensen aan tafel deden hun best om te laten uitschijnen dat het allemaal wel goed zou komen. Vooral de tussenkomsten van Victor Dries, milieu-adviseur van minister Homans deden mij het ergste vrezen. Als we allemaal maar een beetje minder vlees zouden eten en wat meer de fiets zouden nemen, zou het allemaal wel in orde komen. Ik denk dat we het stadium van “alle beetjes helpen” al lang voorbij zijn. Er is nood aan drastische en onpopulaire maatregelen op grote schaal. Al weet ik goed genoeg dat er geen enkele politicus in Vlaanderen genoeg haar op de tanden heeft om zulke maatregelen te nemen. En dan nog, wat kunnen wij als minilandje doen als de rest van de wereld niet volgt? De enige positieve evolutie die ik zie, gebeurt momenteel in China, waar men wel massaal in hernieuwbare energiebronnen begint te investeren. Die Chinezen moeten natuurlijk wel, want in hun steden kan niemand meer adem halen.

Na het meest tenenkrullende debat aller tijden, kon ik een glaasje wijn om dit alles door te spoelen wel gebruiken. Spijtig dat het slechte wijn was.

Het officiële verslag van deze avond vinden jullie hier. Applaus voor de verslaggever die iets zinnigs van het debat wist te maken.