Na een iet of wat avontuurlijke rit dwars door Brussel (met dank aan de GPS die de Wetstraat de meest ecologische route vond), woonde ik gisteren in het fabuleuze Kasteel van Gaasbeek de opening van de tentoonstelling Feast of Fools bij. Feast of Fools is een tentoonstelling die helemaal rond Bruegel draait zonder ook maar één schilderij van Bruegel te tonen. In de vele vertrekken van het kasteel konden we werk ontdekken van Belgische en internationale kunstenaars tijdens het interbellum en later (o.a. James Ensor, Gustave van de Woestyne, Jean Brusselmans, Constant Permeke,…) die zich door Bruegel lieten inspireren. Deze werken werden op hun beurt geconfronteerd met werk van hedendaagse kunstenaars. Dit leverde soms geslaagde combinaties op, maar vaak ook niet.
Als ik eerlijk moet zijn: de nieuwe hedendaagse kunstenaars die ik in Gaasbeek ontdekte, werden moeiteloos in de schaduw gezet door klassebakken als Ensor, van de Woestyne en Permeke. Bij momenten was het contrast tussen de werken zelfs pijnlijk. En ook het nieuwe werk van Rimini Protokoll, ‘Global Village. After Bruegel’, kon me slechts matig bekoren. Maar misschien kwam dat ook doordat er zoveel volk was dat er amper tijd was om dit werk grondig te laten doordringen. Het hedendaagse werk dat mij het meest aansprak waren de goudstaven van Leo Copers met de stempel van de duivel.
Gelukkig maakte het lekkere op Bruegel geïnspireerde eten op de receptie veel goed. Al had ik wel liever een glaasje wijn gehad in plaats van bier om dit alles door te spoelen. Ik probeerde een slokje kriek en gevolgd door drie slokken framboise, maar neen, bier, het is en blijft niet mijn ding. Om mezelf te troosten at ik dan maar een extra rijstpapje.
PS: Het was voor mij de eerste keer dat ik de museumtuin van het Kasteel bezocht. Prachtig!