Geen skireis voor ons dit jaar (en maar goed ook, want ik twijfel eraan of we veel sneeuw gezien zouden hebben), maar toen ik in mijn mailbox een Travelbird-aanbieding zag passeren voor een hotel in Düsseldorf, hoefde ik niet lang te twijfelen. Düsseldorf stond al een tijdje op mijn lijstje met te bezoeken steden, voornamelijk omdat Düsseldorf één van de grootste Japanse communities van Europa heeft. Meteen ook gevraagd of mijn broertje en zijn vriendin (ook allebei Japan-liefhebbers) geen zin en tijd hadden om ons te vergezellen. Dat hadden ze inderdaad en zo werd deze driedaagse een tijdje geleden vastgelegd.
Zondagochtend kwamen we volgens afspraak stipt om 9u bij mijn broertje en zijn vriendin aan om hen op te pikken voor ons uitstapje. De rit naar Düsseldorf (zonder winterbanden, want de winters zijn niet meer wat ze geweest zijn) verliep super vlot. Met dank aan de uitstekende chauffeurskwaliteiten van mijn vriendje en het rustige verkeer onderweg.
We waren uiteraard nog veel te vroeg om te kunnen inchecken in ons hotel. Dus dropten we onze valiezen af bij de receptie en namen we meteen de tram naar het centrum. Meteen het enige nadeel aan Swissôtel Düsseldorf/Neuss: het hotel is niet in het kloppende hart van de stad gelegen, maar wel op een lelijk industrieterrein. Maar niets dan een tramritje van een dik kwartier niet kon verhelpen.
Omdat het al bijna middag was, besloten we meteen maar aan te schuiven voor een noedelsoepje bij restaurant Naniwa. We waren niet de enigen die trek hadden in een noedelsoepje, de rij was behoorlijk lang. Gelukkig is noedelsoep fastfood en zagen we de rij snel slinken. Het duurde dan ook niet al te lang voordat we een tafeltje kregen toegewezen. We bestelde één portie gyoza als voorgerecht en uiteraard allemaal een noedelsoepje. Alhoewel mijn chanpon noedelsoep zeker lekker was, moet ik toegeven dat de noedelsoep van Samouraï ramen in Brussel toch beter is. Vooral de bouillon vond ik wat aan de fletse kant. De portie daarentegen was meer dan groot genoeg om mijn hongergevoel voor de rest van de dag te onderdrukken.
We wandelden verder doorheen de Japanse wijk (eigenlijk meer een paar straten met voornamelijk Japanse winkels) richting de Königsallee, de chicste winkelstraat van Düsseldorf. Winkelen op zich kan mij niet zo bekoren, maar ik genoot van de wandeling langs de Stadsgraben omzoomd door mooie bomen in het midden van de Königsallee. Wel jammer dat er grote constructiewerken aan de gang waren voor een nieuwe metrohalte waardoor er op veel plekken lelijke hekken en storende containers stonden.
Verder richting Rijn. Steden gelegen aan een rivier hebben altijd een streepje voor bij mij. De Rheinuferpromenade is een prachtige plek om te genieten van het water, een terrasje te doen (jawel, ook in putje winter) en vrachtschepen te tellen. Natuurlijk kon ik de verleiding niet weerstaan om een boottocht te maken. Supertoeristisch, maar vanaf het water heb je vaak het beste uitzicht op een stad. Dat we tijdens onze boottocht à volonté konden drinken, was natuurlijk mooi meegenomen. Al gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen dat de witte wijn maar zo zo was. Als bierdrinker kon je tenminste nog het Altbier proberen. De bediening zorgde er alleszins voor dat we niet droog vielen. 😉 Mijn favoriete stuk van de tocht was de MedienHafen met zijn schitterende architectuur. Voor de gebouwen van Frank O. Gehry konden mij bekoren. Altijd al een fan geweest van ‘s mans werk.
Na de boottocht slenterden we wat rond in de sfeervol verlichte Altstadt, alwaar er wat kerstmarkt-achtige kraampjes stonden rond het reuzenrad. We probeerden één of andere best wel lekkere kersenlikeur en besloten vervolgens op zoek te gaan naar een plek voor het avondmaal. Al had ik na de riante portie noedelsoep nog niet veel honger. Ons oog viel op het Fischhaus, een viswinkel en restaurant in één. Het zag er veelbelovend uit, maar het was duidelijk een tourist trap. Het eten was matig (veel te vettig), de aanbevolen wijn trok op niet veel en de bediening was niet al te vriendelijk. Geen aanrader.
Na het avondmaal namen we de tram terug naar ons hotel om in te checken en van de spa-faciliteiten te genieten. Mijn vriend en ik trokken richting sauna, maar lang bleven we er niet: de kleedkamers en de ruimtes die aan de sauna grensden waren niet zo proper en de regels ivm de badkledij werden niet gerespecteerd. Beetje jammer. Gelukkig smaakten de cocktails in de hotelbar wel! Al vond ik de rusty nail van mijn vriend beter geslaagd dan mijn hot toddy (met whisky, citroensap, honing en kruidnagel). Nu, een mens moet open staan voor nieuwe zaken, nietwaar?