Kijk eens wie er vanaf het (bijzonder vroege) ochtendgloren van de partij was: de zon! We zijn hier blij met elk zonnestraaltje dat we te zien krijgen, dus ik durf niet echt klagen over de veel te dunne gordijnen in het hotel die het vroege licht in onze kamer lieten binnen stromen. Enfin ja, om maar te zeggen dat we een suboptimale nachtrust hadden.
Het ontbijt in ons hotel was eerder karig, maar goed, dan hadden we ook snel gedaan en konden we op tijd vertrekken. Eerste stop op onze route: het eilandje Hrútey. Hrútey is een natuurreservaat dat tijdens het broedseizoen niet toegankelijk is. Via een voetgangersbrug die maximaal twee personen kon dragen, geraakten we op het eiland. Voor de eerste keer deze reis hadden we onze fleece truien niet nodig, want hey, het was zelfs behoorlijk warm op Hrútey.
Het eilandje was begroeid met een weelde aan bloemen en planten. Er waren ook veel uitheemse sparren aangeplant, wat van dit eilandje een vrij dicht bebost gebied maakte. We struikelden bijna over een nest ganze-eieren, maar veel vogels zagen we verder niet. Voor de IJslandreizigers: dit eilandje kan je gerust overslaan.
We reden opnieuw de bergen in op weg naar Akureyri. De bergpas Stóra Vatnsskarð bood ons magnifieke uitzichten. We stopten boven op berg waar een monument stond en wat picknicktafels. We zagen net twee zwaar beladen fietsers vertrekken en ik zei tegen mijn vriend dat ik niet graag in hun schoenen zou staan. Die heuveltjes in Hokkaido waren heel andere koek vergeleken met deze lange, steile helling.
Bij de picknicktafels vond mijn vriend een skihandschoen, waarvan hij dacht dat deze wel eens van de fietsers zou kunnen zijn. Wij hen dus achterna gereden met de handschoen in de hoop een goeie daad te kunnen doen. De laatste fietser van de twee hijgde en pufte, maar gaf toch aan dat de handschoen niet van hen was. De handschoen dan maar teruggelegd waar we hem gevonden hadden.
Onderweg kwamen we een schattig kerkje tegen opgetrokken uit hout en turf met een met gras begroeid dak. Voor 700 kronen kon je de Vídimyrarkirkja uit 1834 ook van binnen bezoeken, deelde de verveeld kijkende jobstudent ons mee. We stonden al met een voet binnen dus betaalden we de 1400 kronen inkomgeld. Het was een heel mooi kerkje, maar als ik eerlijk ben, vind ik 700 kronen toch wel veel geld voor iets waar je slechts vijf minuten in rondloopt.
De indrukwekkende berglandschappen bleven mekaar opvolgen. Onderweg stopten we bij een indrukwekkende kloof uitgeslepen door de rivier Öxná. Zeer mooi. We hadden normaal gezien ook nog een speciaal achthoekig kerkje moeten tegenkomen in Silfrastadir, maar het lukte ons niet dit te vinden. Nochtans had mijn vriend op voorhand online de coördinaten opgezocht. Deze bleken bij nader inzien echter niet te kloppen. Jammer, want er zijn maar twee zulke kerkjes in heel IJsland.
Voor de lunch stopten we niet al te ver van Akureyri, we hadden beter nog wat honger geleden, want het eten trok op niet veel en de eetgelegenheid zelf zag er ook helemaal niet verzorgd uit. Dode vliegen op de vensterbank, dat soort dingen.
Rond vier uur waren we al in hotel Edda in Akureyri. Alweer een Edda hotel, maar dit hotel zag er gelukkig iets moderner uit dat het vorige in Ísafjörður. We laadden onze spullen uit in de ruime hotelkamer (we hadden zelfs een keukentje en een extra bed) en besloten een wandeling te maken in de botanische tuin vlakbij het hotel.
De botanische tuin was echt prachtig in het zonlicht. Veel inwoners van Akureyri zaten in het gras te genieten van de zon, terwijl hun kinderen in het water van de fontein speelden. Typisch voor een volk dat niet veel zon ziet: zoveel mogelijk buiten zijn vanaf het moment dat het eerste straaltje zon door de wolken priemt. Er was ook een leuk café waarvan het terras stampvol zat.
De botanische tuin van Akureyri is zeker de moeite van een bezoek waard. Mooie wandelpaadjes, heel veel bloeiende bloemen, zowel inheems als uitheems en zelfs mooie, grote bomen. Dat zie je niet veel in IJsland.
Van de botanische tuin daalden we af naar het centrum van Akureyri. Akureyrarkirkja torent hoog boven de andere gebouwen van het centrum uit en is hét landmark gebouw van Akureyri. Maar om heel eerlijk te zijn vond ik het niet echt een mooie kerk. De bouwstijl is niet mijn ding en qua interieur kon deze kerk in de verste verte niet tippen aan de pracht en praal die we onlangs in Wenen zagen (ja, ik ben verwend).
We wandelden verder naar de waterkant en liepen even het toeristische centrum binnen om wat folders te verzamelen over whale watching in Húsavík. Akureyri is wel mooi gelegen, maar veel valt er niet te zien. Via tripadvisor vonden we restaurant Strikið, dat verfijnde IJslandse keuken met een fantastische uitzicht beloofde. Snel gebeld om zeker te zijn van een tafeltje voor ’s avonds.
Omdat we nogal heel snel door het centrum waren en het nog geen tijd was voor het avondeten, waagde ik mij aan een IJslandse favoriet: softijs. Persoonlijk heb ik liever écht ijs of sorbet, maar hey, when in Rome. We stapten een reusachtig ijssalon binnen met gewoon ijs én softijs. De toog lag vol met allerlei toppings (aardbeien, koekjes, stukjes chocolade, suikerbolletjes, stukjes mars,…) Althans ik dacht dat het toppings waren.
Ik vroeg vriendelijk aan de jongedame achter de toog om me het systeem even uit te leggen. Haar antwoord was het omdraaien van de menu waarop het aanbod en de prijzen in het Engels aangegeven stonden, maar dat maakte mij niet veel wijzer. Toch ongelooflijk, die IJslanders, waarom niet gewoon vriendelijk even uitleggen aan een toerist hoe het werkt? Nadat ik het nog eens gevraagd had, legde ze het met lichte tegenzin toch maar uit.
Ik mocht een softijssoort kiezen en drie ‘toppings’ om daaraan toe te voegen. Het geheel werd dan onder mekaar gemengd door een machine en het resultaat daarvan is een flurrie. Ik koos voor aardbeien, koekjesdeeg en gesmolten chocolade. Het resultaat was een reusachtige ijsbeker met een inhoud die me deed denken aan de ijsmengsels die ik vroeger als kind maakte. Echt overdonderd was ik niet. Het koekjesdeeg was veel te overheersend van smaak. Een ander soort fruit toevoegen was een betere keuze geweest. Ik kreeg de gigantische beker (ik had een mini besteld) ook helemaal niet op. Dus ik at wat rond het koekjesdeeg heen.
Na de icecream break liepen we een toeristische shop in waar we t-shirts kochten voor onze petekindjes en informeerden of ze eventueel kerstballen verkochten en indien dit niet het geval was, in welke winkel we deze dan wel konden vinden. Ze verkochten idd geen kerstballen, maar in het Christmas House zouden ze er ongetwijfeld wel hebben. Het was een beetje een gedoe voordat de verkoopster ons had uitgelegd waar dat huis zich bevond. En ondertussen wachtten wij tot onze t-shirts ingepakt werden (en dat duurde en duurde). Ondertussen hadden we het al zelf via 3G opgezocht, dus we bedankten hen vriendelijk voor de inlichtingen.
We dropten onze inkopen af in het hotel en gingen op weg naar restaurant Strikið voor het avondmaal. Het restaurant bevond zich op de vijfde verdieping van een gebouw met inderdaad een mooie uitzicht op het fjord. We twijfelden even of het niet te koud zou zijn om op het terras te gaan zitten, maar hey, zolang de zon schijnt in IJsland moet je ervan profiteren. We kregen een tafel toegewezen in een hoek van het terras waar we niet echt van het uitzicht konden genieten, maar wel langer in de zon zaten.
Natuurlijk gingen we voor de vijfgangenmenu met IJslandse specialiteiten. Ik liet de aangepasten wijnen en bieren voor wat ze waren, want er waren twee gangen met bieren en het was volgens de bediening werkelijk onmogelijk om dit te veranderen (zucht). Mijn vriend ging wel all the way, dus ik kon wat mee nippen van zijn wijn. Bij de vleesgang (lams, uiteraard) kreeg hij zelfs een karafje rode wijn. Het personeel was zo attent om mij ook een glas te geven, zodat ik kon meedrinken. Wat mijn vriend totaal niet erg vond, want bij de vorige gangen had hij al twee drieëndertigers te verwerken gekregen.
Dit aten wij:
- Slow cooked arctic char with dill mayonnaise served on an apple and potato salad
- Cured wild goose served with rosemary puré and Icelandic herbs
- Smoked haddock on stout bread and parsnip, dressed in sorrels and wild moss
- Fried lamb rib-eye with caramelized swedes, fennel, mashed potato and red currant beef glace
- Smooth traditional skyr with strawberries and birch wood
Tot op het einde van onze maaltijd konden we genieten van de zon, al werd het naar het einde toe toch wat frisjes. Toch leuk dat het in IJsland in de zomer zo lang licht blijft. Je kan veel meer doen op één dag.
je hebt de zon toch wel regelmatig gezien vind ik… het lijkt een beetje mijn ervaring wat met Schotland: elke dag wat zon maar ook elke dag wat gietende regen en wat wolken en vaak beginnen of eindigen met mist.
De foto’s scheppen een bedrieglijk beeld. Uiteraard heb ik geen foto’s gemaakt als het rotweer was. Slecht voor het fototoestel en gewoon niet mooi.
nee maar in al die posts komen er stukken over regen en dan toch ook van “en toen kwam de zon erdoor, net als we wandeling gingen doen ” of dat je chance had dat je even op terras kon eten want dat het gelukkig net wat zonnig was. ‘k lees altijd de mix in je posts
van foto’s snap ik dat wel