Voordat ons Wizzair vliegtuig effectief opsteeg in Charleroi voelde ik me al niet te best: beetje misselijk, beetje koortsig, beetje hoofdpijn. Maar kom, niets wat niet zou overgaan na een goede nachtrust of onderdrukt kon worden met wat perdolan. Of althans dat dacht ik. De eerste dag voelde ik me echter niet veel beter en het werd nog erger toen ik de nacht van Paaszaterdag op Paaszondag meer op het toilet zat dan in mijn bed lag. Iets buikgrieperig had me te pakken gekregen en bleef hardnekkig sluimeren de rest van de trip, ondanks alle immodium die ik slikte.
Nu is mijn standaardmanier om om te gaan met ziek zijn, doen alsof er niet aan de hand is, het ongemak te negeren en verder te werken business as usual. Helaas bleek deze handelswijze ditmaal minder effectief. Dus werd het een soberder trip dan gewoonlijk. Vroeg in bed, geen alcohol (op de slotavond na, dat kon ik mezelf toch echt niet ontzeggen, al droeg ik de dag erna de gevolgen, de schuimwijn en de cosmopolitan hadden toch gesmaakt). Doodjammer, want het eten dat we in Budapest geserveerd kregen was uitstekend, alleen kon ik er niet ten volle van genieten met steeds de vrees elk moment naar het toilet te moeten hollen in het achterhoofd.
Ik zal nog eens terug moeten gaan om al die verschillende soorten dessertwijn (tokaji) en schuimwijn uit te proberen, nietwaar?