Ondertussen zaten we net iets over de helft van onze reis en begon de voorraad propere kleren en onderbroeken serieus te slinken. Al in Polen waren we aan het uitkijken naar een wasserette, maar dit concept blijkt niet bekend in Polen. Online had ik wat (zeer beperkte) info gevonden op een reisforum die me deed geloven dat, hoewel zeldzaam, er wel wasserettes waren in Vilnius. Ik had zelfs de adressen van twee wasserettes genoteerd.
De was laten doen door het hotel vonden we te duur en al de hotels waarin we tot nu toe logeerden hadden geen faciliteiten om de was zelf te doen. We waren niet echt bereid één euro te betalen per vuile onderbroek. Met dertig vuile onderbroeken loopt dat snel op en dan heb ik het nog niet eens over de rest van de kleren.
We ontbeten in de mooie keldergewelven van ons hotel (de zalm was overheerlijk) en vertrokken met een zak vol vuile was op expeditie. Onze eerste bestemming bevond zich in de buurt van de universiteitscampus. Dat stemde ons hoopvol, want studenten die produceren toch ook vuile was en op zo’n studentenkot is meestal geen plaats voor een wasmachine. Helaas reden we helemaal verloren en was de straat waarin de wasserette zich zou bevinden zo lang en de huisnummering zo onduidelijk dat het quasi onbegonnen werk was. Onze tocht bracht ons in de buitenwijken van Vilnius waar langs de smalle kronkelstraatjes (waarvan sommige onverhard waren) mooie nieuwe huizen naast krotten stonden, heel vreemd allemaal.
Tweede poging dan maar. Na heel veel zoeken om de juiste plaats te vinden, vonden we uiteindelijk wasserij Joglė. Helaas, dit bleek een droogkuis te zijn waar per stuk voor een te wassen kledingstuk betaald moest worden. Dan hadden we even goed de was in het hotel kunnen laten doen. Met handen en voeten legden we ons probleem uit en we kregen een nieuw adres waar je je was per kilogram kon laten doen.
Vol goede moed vertrokken we op weg naar het ons gegeven adres. De moed zakte ons al dra in de schoenen toen we op een lange baan terecht kwamen met allemaal industrie en grote winkelfilialen. We vonden de blok met de juiste nummer, maar van een wasserette geen spoor. Na een ganse voormiddag op weg geweest te zijn, hadden we nog niet eens één onderbroek kunnen wassen. We gaven de zoektocht op en trokken met onze vuile was terug naar ons hotel.
In het hotel gingen we over op een beproefde eeuwenoude methode om je kleren proper te krijgen: handwas. Lang leve de badkuip! We wasten enkele spullen die we hoog nodig hadden en hingen die zo goed en zo kwaad als het ging te drogen. Elk mogelijk uitsteeksel werd gebruikt om een onderbroek of t-shirt aan op te hangen. De kamer zag eruit alsof er een wasgoedbom was ontploft.
Omdat we al zoveel tijd verloren hadden met onze tevergeefse zoektocht naar een wasserette aten we snel iets in het hotel en gingen dan verder de stad in. Onze eerste halte was het gotisch ensemble, twee gotische kerken waarvan Napoleon (toen hij in Vilnius passeerde tijdens zijn veldtocht tegen Rusland) er eentje zo mooi vond dat hij ze “op zijn hand naar Parijs had willen dragen.” Jaja, die Napoleon heeft overal waar hij kwam een serieuze indruk achtergelaten.
We volgden de tweede wandeling die in mijn reisgids was uitgestippeld en die ons langs de prachtige barokkerken van Vilnius bracht. Een aantal van die kerken zijn al mooi gerestaureerd, maar een ander gedeelte die tijdens het Sovjettijdperk een andere bestemming als museum, opslagloods of zelfs gevangenis gekregen hadden, zijn in zeer slechte staat. Het ontbreekt echter momenteel aan fondsen om deze kerken te restaureren.
Nadat we onze wandeling beëindigd hadden, brachten we vlak voor sluitingstijd een bezoek aan het architectonisch ensemble van de universiteit. Tijdens de bouw van de ‘Alma Mater Vilnensis’ ontstond er door de eeuwen heen een interessant labyrinth van gebouwen in verschillende bouwstijlen (renaissance, barok en classicisme). Dit architectonisch ensemble is gegroepeerd rond twaalf binnenplaatsen. De ingang is een beetje verstopt aan de Universiteto Gatvė, maar het geheel is zeker een bezoek waard.
We waren nog helemaal niet moe, dus beklommen we de met ongelijke kasseien aangelegde weg naar de Gedyminas-toren op de Burchtberg. De rode, achthoekige toren waarop de Litouwse vlag wappert, is het symbool van Vilnius. En boven aan de toren heb je een mooi uitzicht over Vilnius. Jammer genoeg waren we net te laat voor een bezoek aan de toren zelf. Vóór ons sukkelde een dame met naaldhakken van meer dan tien centimeter de steile weg met kasseien op (en vervolgens weer af). Ze moest wel ondersteund worden door haar vriend/man maar toch: respect. Ik zie het me nog niet doen.
We hadden de smaak nu helemaal te pakken en begonnen, terwijl de zon steeds lager zakte, aan de beklimming van de Kruisberg met de drie witte kruisen. Volgens een legende uit de 14de eeuw werden hier zeven franciscaanse monniken vermoord door de heidenen. De drie kruisen werden in 1951 door de Sovjets verwijderd, maar werden na de onafhankelijkheid vernieuwd. Het uitzicht vanaf de kruisen deed ons meteen de klim vergeten. Prachtig!
Toen we opnieuw door de Pilies Gatvė wandelden, zagen we boven het plein aan het Oude Stadhuis vijf luchtballonnen boven de stad zweven. Magisch. Onze laatste avond in Vilnius vierden we met een etentje in de Pegasus. Met een beetje geluk slaagden we erin een plekje te veroveren op het balkon waar net één tafeltje en twee stoelen op pasten. We hadden een prachtig uitzicht op de stad terwijl we genoten van een heerlijke maaltijd met gamba’s en samosa’s als voorgerechtje en konijn in wijnsaus (voor mij) en gegrilde tonijn (voor mijn vriend) als hoofdgerecht. We dronken hierbij een flesje rode Italiaanse wijn. Het was er niet druk, dus we werden erg in de watten gelegd door de ober die ons bediende.
Om de maaltijd in schoonheid te eindigen wilde mijn vriend nog een afzakkertje bestellen. Zelf hield ik het bij een dessert: mangomousse met pistachenoten. Mijn vriend had absinthe op de kaart zien staan en besloot dit niet alledaagse drankje uit te proberen. De ober keek eerst een beetje ongelovig toen mijn vriend absinthe bestelde, maar kwam wat later aanzetten met een glas gifgroen vocht, suikerklontjes en ijsblokjes. Hij legde mijn vriend uit hoe absinthe op “the Bohemian Method” te consumeren: je legt een suikerklontje op een lepel, doopt deze vervolgens in de absinthe en steekt de boel in de fik. Het brandende suikerklontje gooi je in het glas absinthe dat daarop ook in brand schiet. Laat dit even branden en doof de vlam met een kartonnen onderlegger. Voeg naar believen ijsklontjes toe.
De fun van absinthe drinken, zit hem volgens mij ten dele in dat hele ritueel dat erbij gepaard gaat. Ik heb er ook even van genipt, maar de anijssmaak was niet echt mijn ding. Mijn dessert was niet wat ik ervan verwacht had, ofwel waren ze de mousse vergeten te ontdooien, ofwel had de vertaler van de menukaart te hard bevroren sorbet met mousse verward.
Na het avondmaal keerden we blijgezind terug naar ons hotel. In de hotelkamer stond ons echter een kleine verrassing te wachten. Toen we de kamer achterlieten, hadden we achteloos her en der vuile was laten slingeren en aan verschillende lampen en andere uitsteeksels hingen natte onderbroeken te drogen. Bleek dat er een kamermeisje was langsgeweest die een moedige poging had gedaan om orde in de chaos te creëren. Ze had vuile was mooi opgeplooid en voor een deel opgehangen in de kast, ons bed mooi klaargemaakt voor de nacht en twee pralines achtergelaten met een briefje dat ons het volgende meedeelde: “Elena has prepared your room. Goodnight.”
Ik moet toegeven dat we op dat moment met het schaamrood op de wangen stonden en we het niet zo erg vonden dat we de volgende dag alweer zouden vertrekken. Wie weet wat Elena over ons tegen haar collega’s had gezegd. Achteraf bezien is dit natuurlijk behoorlijk hilarisch. En ach, die kamermeisjes zijn ongetwijfeld het één en ander gewoon. En het waren lekkere pralines.
met je hele was verhaal dacht ik wel sebiet “zou hun kamer al gekuist zijn voordat ze vertrokken met al die drogende was” :p
Wel, we hadden gewacht tot het kamermeisje langs geweest was voor we de was deden, maar hadden er niet op gerekend dat er ‘s avonds nog eens een kamermeisje zou langskomen om pralines achter te laten en ons bed om te slaan.
[…] van de moederlanden van zijn collega’s te bezoeken. En ach, Litouwen is ook gewoon een charmant landje met een grote gemene buur. Litouwen bleek niet meteen erg populair bij de andere bezoekers, maar […]
[…] Litouwen […]