Zelfs geen glaasje schuimwijn te bekennen. Alleen maar bier. Denk dat dit de eerste receptie sinds mensenheugenis moet zijn dat ik alleen maar water gedronken heb. Al een geluk dat ik fijn gezelschap had om tegen te praten.
De receptie was ter gelegenheid van het doctoraat van een kameraad, die trouwens een zeer goeie presentatie gaf in de mooiste zaal van onze alma mater, de promotiezaal in de universiteithallen. Ik ben zo langzamerhand de tel kwijt van het aantal doctors dat zich in mijn kenniskring bevindt. ‘t Zijn er alleszins genoeg om mijn eigen mini-universiteit op te richten, al zijn de disciplines misschien niet gevarieerd genoeg. Maar soit, daar wilde ik het niet over hebben. Zo’n doctoraat is altijd een goeie gelegenheid om ex-studiegenootjes terug te zien. De babyboom is ook daar in alle hevigheid losgebarsten. Het hangt zeker in de lucht (of zou het dan toch de leeftijd zijn?). Na de clichévragen over de gezondheid van de toekomstige moeders, boog het gesprek af naar één van mijn favoriete onderwerpen: banken en hun evilness. Eén van de aanwezigen werkt momenteel voor een bank, dus ik heb inside info gekregen over de door en door doortraptheid van deze instellingen. ‘t Is alleen spijtig dat een mens niet zonder kan.
Beste gesprek van de avond: dat met een professor die mij vroeger nog les gegeven heeft en zich duidelijk totaal niet meer kon herinneren waarvan hij mij kende. Na een falikant afgelopen poging om mijn naam te raden en een poging om mij aan twee van de vaders in spé te koppelen, heb ik hem dan toch maar uit zijn lijden verlost. Niet te geloven dat hij niet meer wist wie ik was. ‘k Heb nochtans genoeg (niet altijd even fantastische) examens bij hem afgelegd. 😉
Toen ik thuiskwam, heb ik mij meteen een glaasje wijn ingeschonken. Schol!
Dan had je gisterenavond naar de PDS moeten komen, daar was schuimwijn (en eten) in overvloed